Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

18 AUGUSTUS 1999. - Koninklijk besluit tot oprichting van een verrekenings- en afwikkelingssysteem van transacties afgesloten binnen of buiten de door de Beurs georganiseerde markten en tot vaststelling van de regels inzake de inrichting en de werking ervan en tot wijziging van de wet van 28 april 1999 houdende omzetting van Richtlijn 98/26/EEG van 19 mei 1998 betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 08-09-1999 en tekstbijwerking tot 20-09-2000)



Inhoudstafel:

TITEL I. - Definities.
Art. 1
TITEL II. - Het verrekeningsorganisme.
Hoofdstuk I. - Inrichtings- en werkingsregels van het verrekeningsorganisme.
Art. 2-3
Hoofdstuk II. - Toelating van de Leden-verrekenaars.
Art. 4
Hoofdstuk III. - Verrekening van andere verrichtingen in financiële instrumenten.
Art. 5
Hoofdstuk IV. - Wijziging van artikel 2 van de wet van 28 april 1999 houdende omzetting in Belgisch recht van Richtlijn 98/26/EC van 19 mei 1998.
Art. 6
Hoofdstuk V. - Toezicht op het verrekeningsorganisme.
Art. 7
TITEL III. - Het (de) afwikkelingsorganisme(n).
Art. 8-9
TITEL IV. - Toezicht op het verrekeningsorganisme en op het(de) afwikkelingsorganisme(n).
Art. 10
TITEL V. - Algemene overgangsbepalingen.
Art. 11
TITEL VI. - Bijzondere overgangsbepalingen ten gevolge van de intrekking van het door de marktautoriteit aan de Coöperatieve tot vereffening toegekende mandaat om de Transacties binnen of buiten de door de E.B.V.B. n.v. ingerichte markten in financiële instrumenten opgenomen op die markten te verrekenen.
Art. 12-14
TITEL VII. - Slotbepalingen.
Art. 15-16



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1999003307 





Artikels:

TITEL I. - Definities.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit en van de regels en procedures met toepassing ervan wordt verstaan onder :
  1° Verrekening : activiteit van het verrekeningsorganisme, dat minstens volgende verrichtingen omvat :
  De Registratie van de Transacties en de berekening van de Posities,
  Het berekenen van het risico voor iedere Positie,
  De vaststelling en het opvragen van de dekkingen bij de Leden-verrekenaars, op grond van het Berekende risico,
  De garantie van goede afloop van de Posities door zich als tegenpartij op te stellen van het Lid-verrekenaar van de koper en van deze van de verkoper,
  Het beheer van de procedures voor Tekortkomingen van de Leden-verrekenaars,
  (De bepaling en) het overzenden van afwikkelingsinstructies naar het (de) afwikkelingsorganisme(n); <Erratum, zie B.St. 02.10.1999 p. 37281>
  2° Dekking : de door het verrekeningsorganisme vereiste financiële instrumenten, gelden en/of garanties om de risico's te dekken die het op de Posities heeft berekend en waarvan het de samenstelling en de berekeningsmethode preciseert in de in artikel 3 beoogde regels en procedures;
  3° Tekortkoming : situatie waarin een Lid-verrekenaar zich bevindt dat :
  de Dekkingsverplichtingen van de door het verrekeningsorganisme berekende risico's niet heeft nageleefd binnen de termijn en op de wijze opgelegd door het organisme,
  de leverings- en/of betalingsverplichtingen in het kader van de Afwikkeling niet heeft nageleefd,
  onderworpen is aan een procedure in verband met een beslag, een akkoord, een faillissement, een vereffening of elke andere gelijkaardige procedure; dit geldt ook voor het kennelijke onvermogen;
  4° Registratie van de Transacties : het in rekening nemen van de Transacties door het (verrekeningsorganisme), hetzij automatisch indien de Transactie regelmatig plaatsvindt op de door de E.B.V.B. n.v. ingerichte markten, hetzij op aanvraag van de partijen indien de Transactie plaatsvindt buiten deze markten en na aanvaarding van het verekkenings-organisme; <Erratum, zie B.St. 02.10.1999 p. 37281>
  5° Afwikkeling : verrichting waarbij het (de) afwikkelingsorganisme(n) instaat(n) voor de overdracht van financiële instrumenten en voor de betaling in speciën, tussen de rekeningen van de koper en de verkoper;
  6° Lid-verrekenaar : elke natuurlijke of rechtspersoon naar Belgisch of buitenlands recht, die is opgenomen als lid van het verrekeningsorganisme overeenkomstig artikel 4 en die bij de Verrekening kan optreden als tegenpartij. Het Lid Individuele-verrekenaar treedt op in eigen naam en voor rekening van zijn eigen Transacties en deze van zijn cliënten. Het Lid Algemene-verrekenaar kan daarenboven ook optreden voor de eigen Transacties van de leden van de markt en deze van hun cliënten;
  7° Positie : het door het verrekeningsorganisme verkregen saldo na de verrekening, per rekening, van al de Transacties in éénzelfde financieel instrument en met éénzelfde vermoedelijke afwikkelingsdatum;
  8° Bijzondere procedures : al de maatregelen, zoals het sluiten van Posities bijgehouden voor eigen rekening of de transfer van Posities van cliënten naar andere Leden-verrekenaars, genomen ten aanzien van het Lid-verrekenaar in geval van een Tekortkoming door deze, onverminderd de wet van 28 april 1999 houdende omzetting van Richtlijn 98/26/EEG van 19 mei 1998 betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen. Deze maatregelen worden bepaald in het reglement dat het verrekeningsorganisme aan de goedkeuring van de Minister van Financiën voorlegt en opgenomen in de in artikel 3 beoogde procedures;
  9° Inrichtings- en werkingsregels van het verrekeningsorganisme : de regels en procedures als beoogd in Hoofdstuk I van Titel II van dit besluit, met uitzondering van de regels die voorzien zijn in het Beursreglement van de E.B.V.B. n.v. en die onder het toezicht vallen van de marktautoriteit overeenkomstig artikel 19, 1°, c) van de wet van 6 april 1995;
  10° Transactie : aankoop-, verkoop- en andere verrichtingen uitgevoerd binnen of buiten de door de E.B.V.B. n.v. ingerichte markten, in financiële instrumenten opgenomen op die markten.

TITEL II. - Het verrekeningsorganisme.
Hoofdstuk I. - Inrichtings- en werkingsregels van het verrekeningsorganisme.
Art.2. Het door de E.B.V.B. n.v. aangeduide organisme om Transacties te verrekenen, voert minstens de volgende verrichtingen uit, zoals, desgevallend, bepaald door de internationale normen terzake :
  1° een adequate structuur van de rekeningen van zijn Leden-verrekenaars inrichten als bepaald in de in artikel 3 beoogde regels en procedures,
  2° overgaan tot de automatische Registratie van de regelmatig afgesloten Transacties,
  3° de Posities berekenen voor elk Lid-verrekenaar en voor elke rekening,
  4° zich als rechtstreekse tegenpartij opstellen tussen het Lid-verrekenaar van de koper en deze van de verkoper en zo de goede afloop van de Posities garanderen. Die garantie van goede afloop waarborgt aan de koper de levering van de financiële instrumenten of, in voorkomend geval, een compenserende vergoeding voor de gekochte en niet-geleverde financiële instrumenten, en aan de verkoper de storting in speciën voor de levering van de verkochte financiële instrumenten,
  5° dagelijks de risico's met betrekking tot de Posities berekenen,
  6° van het Lid-verrekenaar de storting vorderen van de minimale dekkingen voor de in het vorige punt beoogde risico's, binnen de termijn, op de wijze en in de vorm die het bepaalt,
  7° (Bijzondere procedures) invoeren in geval van Tekortkoming van de Leden-verrekenaars, <Erratum, zie B.St. 02.10.1999 p. 37281>
  8° de afwikkelingsinstructies vaststellen en overzenden naar het (de) in artikel 8 beoogde afwikkelingsorganisme(n).
  Het in het eerste lid beoogde verrekeningsorganisme moet bovendien over voldoende kapitaal en financiële middelen beschikken om de aan de in dat lid beoogde verrichtingen verbonden risico's volledig te kunnen waarborgen.

Art.3. Onverminderd de bevoegdheden van de marktautoriteit van de E.B.V.B. n.v., legt de Raad van Bestuur van het in artikel 2 beoogde verrekeningsorganisme aan de goedkeuring van de Minister van Financiën de regels voor aangaande :
  a) zijn inrichting,
  b) zijn werking, met inachtneming van de beginselen beoogd in artikel 2,
  c) de voorwaarden en de procedure tot toelating, schorsing en uitsluiting van de Leden-verrekenaars,
  d) de verplichtingen van de Leden-verrekenaars,
  e) de Bijzondere procedures.
  De Raad van Bestuur van het in artikel 2 beoogde verrekeningsorganisme stelt de procedures vast die worden genomen in uitvoering van dit besluit en het in lid 1 bedoelde reglement. De Leden-verrekenaars verbinden zich ertoe deze procedures na te leven door de ondertekening van een (lidmaatschapsovereenkomst). <Erratum, zie B.St. 02.10.1999 p. 37281>

Hoofdstuk II. - Toelating van de Leden-verrekenaars.
Art.4. Wordt toegelaten als Lid-verrekenaar, diegene die de door de Raad van Bestuur van het verrekeningsorganisme vastgestelde voorwaarden vervult en de toelatingsprocedure naleeft, zoals die vermeld staan in de in artikel 3 vermelde regels en procedures.
  Die voorwaarden zijn inzonderheid de volgende :
  a) over een aangepaste financiële structuur beschikken en voldoen aan de door het verrekeningsorganisme vastgestelde solvabiliteitsvereisten,
  b) in staat zijn het goede verloop van zijn activiteiten te waarborgen door, inzonderheid, over de nodige professionele bekwaamheden te beschikken,
  c) (...) <KB 2000-09-17/31, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 20-09-2000>
  d) aan de op hem van toepassing zijnde wetten en reglementen voldoen,
  e) zich ertoe verbinden de in artikel 3 beoogde regels en procedures na te leven door de lidmaatschapsovereenkomst te ondertekenen.
  Het Lid-verrekenaar dat niet voldoet aan zijn verplichtingen kan door de Raad van Bestuur van het in artikel 2 beoogde organisme worden geschorst of uitgesloten. In dat geval maakt het organisme zijn beslissing onmiddellijk over aan de marktautoriteit van de E.B.V.B. n.v., zodat deze gebruik kan maken van haar in artikel 19, 1°, c) beoogde bevoegdheden.

Hoofdstuk III. - Verrekening van andere verrichtingen in financiële instrumenten.
Art.5. § 1. Overeenkomstig artikel 9, negende lid, van de wet van 6 april 1995 wordt het in artikel 2 beoogde verrekeningsorganisme door Ons aangeduid om de verrichtingen afgesloten buiten de door de E.B.V.B. n.v. ingerichte markten in financiële instrumenten die er niet zijn opgenomen te kunnen verrekenen.
  § 2. Hetzelfde verrekeningsorganisme kan tevens de verrichtingen verrekenen in financiële instrumenten die worden verhandeld op de door de E.B.V.B. n.v. ingerichte markten zonder er te zijn opgenomen.
  § 3. In de in §§ 1 en 2 beoogde gevallen zijn de bepalingen van artikel 2 van dit besluit van toepassing.

Hoofdstuk IV. - Wijziging van artikel 2 van de wet van 28 april 1999 houdende omzetting in Belgisch recht van Richtlijn 98/26/EC van 19 mei 1998.
Art.6. Artikel 2, § 1, b), 5° van de wet van 28 april 1999 houdende omzetting in Belgisch recht van richtlijn 98/26/EG van 19 mei 1998 betreffende het definitieve karakter van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- en afwikkelingssystemen wordt opgeheven.

Hoofdstuk V. - Toezicht op het verrekeningsorganisme.
Art.7. § 1. Onverminderd artikel 8 van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, is het in artikel 2 beoogde verrekeningsorganisme wat zijn financiële toestand, zijn boekhoudkundige en administratieve organisatie betreft, onderworpen aan het toezicht van de Commissie voor het Bank- en Financiewezen. Ze ziet er met name op toe of de in artikel 2, tweede lid, beoogde voorwaarde wel degelijk vervuld is.
  Ze controleert ook de invoering en de toepassing van de in artikel 3 beoogde regels en procedures.
  § 2. Deze controle moet zodanig worden verricht dat het normale verloop van de werkzaamheden van het verrekeningsorganisme niet in het gedrang wordt gebracht. Voor de uitvoering van haar toezichthoudende opdracht, kan de Commissie voor het Bank- en Financiewezen alle informatie en alle documenten met betrekking daartoe opvragen. Zij kan er ter plaatse kennis en een afschrift van nemen en mag onderzoeken en expertises uitvoeren.
  Het in artikel 2 beoogde verrekeningsorganisme deelt aan de Commissie voor het Bank- en Financiewezen jaarlijks zijn jaarrekening mee. Deze kan ook de mededeling van andere cijfergegevens met betrekking tot de activiteiten van het organisme eisen.
  In de uitoefening van haar toezichthoudende opdracht, kan de Commissie voor het Bank- en Financiewezen aan de commissaris-revisor vragen haar verslag uit te brengen. De commissaris-revisor dient de Commissie onmiddellijk in te lichten over ernstige leemten, onregelmatigheden of inbreuken die hij zou vaststellen.
  De in het vorige lid bedoelde informatie wordt eveneens onmiddellijk ter kennis gebracht van de Raad van Bestuur van het verrekeningsorganisme en van de Raad van Bestuur van de E.B.V.B. n.v.
  § 3. Wanneer de Commissie voor het Bank- en Financiewezen vaststelt dat het verrekeningsorganisme de in artikel 3 beoogde regels en procedures niet heeft ingevoerd of toegepast, dat de financiële toestand niet voldoende waarborgen biedt voor de goede afloop van zijn verbintenissen of dat zijn administratieve of boekhoudkundige organisatie ernstige leemten vertoont, moet die toestand worden verholpen binnen de termijn die de Commissie voor het Bank- en Financiewezen vaststelt. De Minister van Financiën wordt op de hoogte gebracht van haar beslissing.
  Indien na afloop van de in het eerste lid bedoelde termijn de toestand niet is verholpen, legt de Commissie voor het Bank- en Financiewezen de zaak voor aan de Minister van Financiën. Ze brengt de Raad van Bestuur van het verrekeningsorganisme alsook de Raad van Bestuur en de marktautoriteit van de E.B.V.B. n.v. op de hoogte van haar beslissing. In dat geval kan de Minister van Financiën alle maatregelen treffen om de toestand te regulariseren en, inzonderheid, bevelen tot de wijziging van de in artikel 3 beoogde procedures, de uitoefening van de werkzaamheden van het organisme aan door hem bepaalde voorwaarden onderwerpen, deze geheel of ten dele schorsen dan wel verbieden, de vervanging gelasten van een of meerdere bestuurders van het organisme of een of meerdere voorlopige bestuurders aanstellen. De Minister van Financiën brengt de Raad van Bestuur van het verrekeningsorganisme, de Raad van Bestuur en de marktautoriteit van de E.B.V.B. n.v. alsook de Commissie voor het Bank- en Financiewezen op de hoogte van zijn beslissing.

TITEL III. - Het (de) afwikkelingsorganisme(n).
Art.8. Het of de door de E.B.V.B. n.v. aangeduide organisme(n) om de Transacties af te wikkelen, dient(en) de internationale normen terzake na te leven alsook de instructies die het(zij) ontvangt(en) van het in artikel 2 beoogde verrekeningsorganisme.
  De betrekkingen tussen het verrekeningsorganisme en het (de) afwikkelingsorganisme(n) worden contractueel vastgelegd.

Art.9. § 1. Overeenkomstig artikel 9, negende lid, van de wet van 6 april 1995 wordt(en) het (de) in artikel 8 beoogde afwikkelingsorganisme(n) door Ons aangeduid om de verrichtingen afgesloten buiten de door de E.B.V.B. n.v. ingerichte markten in financiële instrumenten die er niet zijn opgenomen te kunnen afwikkelen.
  § 2. Het(de)zelfde afwikkelingsorganisme(n) kan (kunnen) tevens de verrichtingen afwikkelen in financiële instrumenten die worden verhandeld op de door de E.B.V.B. n.v. ingerichte markten zonder er te zijn opgenomen.

TITEL IV. - Toezicht op het verrekeningsorganisme en op het(de) afwikkelingsorganisme(n).
Art.10. Het in artikel 2 van dit besluit beoogde verrekeningsorganisme en het(de) in artikel 8 van dit besluit beoogde afwikkelingsorganisme(n), alsook door artikel 6 van de wet van 6 april 1995, worden onderworpen aan het toezicht van de Minister van Financiën, door toedoen van de Regeringscommissaris bij de E.B.V.B. n.v..

TITEL V. - Algemene overgangsbepalingen.
Art.11. Tot en met de opstelling van de in artikel 3 beoogde regels en procedures blijven de bepalingen van de in uitvoering van de wet van 6 april 1995 genomen besluiten met betrekking tot de verrekenings- en afwikkelingstaken van Belfox en, in het bijzonder, het koninklijk besluit van 22 december 1995 houdende de oprichting en de inrichting van de Belgische Future- en Optiebeurs, het ministerieel besluit van 23 maart 1996 tot goedkeuring van het beursreglement van de Belgische Future- en Optiebeurs en het ministerieel besluit van 9 april 1996 tot goedkeuring van het marktreglement van de Belgische Future- en Optiebeurs alsook de in uitvoering van deze teksten genomen beslissingen of procedures van toepassing, behalve wanneer hun bepalingen in tegenspraak zouden zijn met de bepalingen van de wet van 6 april 1995 of zouden vervallen of in onbruik geraken tengevolge van die bepalingen, en onverminderd de overgangsregels voorzien in het koninklijk besluit van 9 juni 1999 betreffende de erkenning van de Effectenbeursvennootschap van Brussel en tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 1995 houdende de oprichting en de inrichting van de Belgische Future- en Optiebeurs.
  Dezelfde regels zijn mutatis mutandis van toepassing op het huishoudelijk reglement opgesteld door de Raad van Bestuur van de Coöperatieve tot vereffening van de markten van de Effectenbeursvennootschap van Brussel, hierna "de Coöperatieve tot vereffening", op basis van artikel 20 van haar statuten, en op al haar beslissingen.

TITEL VI. - Bijzondere overgangsbepalingen ten gevolge van de intrekking van het door de marktautoriteit aan de Coöperatieve tot vereffening toegekende mandaat om de Transacties binnen of buiten de door de E.B.V.B. n.v. ingerichte markten in financiële instrumenten opgenomen op die markten te verrekenen.
Art.12. De vennoten van de Coöperatieve tot vereffening, met uitzondering van de E.B.V.B. n.v. en de C.I.K., worden automatisch en van rechtswege lid van het in artikel 2 beoogde verrekeningsorganisme.
  Onverminderd artikel 11 beschikken de vennoten over een periode van 9 maanden om de in artikel 3 bedoelde procedures na te leven.

Art.13. De Posities geregistreerd in de rekeningen van de vennoten van de Coöperatieve tot vereffening, met uitzondering van de E.B.V.B. n.v. en de C.I.K., worden van rechtswege overgedragen naar het in artikel 2 beoogde verrekeningsorganisme.

Art.14. De dekkingen in handen van de vennoten van de Coöperatieve tot vereffening, met uitzondering van de E.B.V.B. n.v. en de C.I.K., worden van rechtswege overgedragen naar het in artikel 2 beoogde verrekeningsorganisme.
  Zolang de Coöperatieve tot vereffening niet in vereffening is gesteld en er niet is overgegaan tot de volledige terugbetaling van de deelbewijzen B, kan ze voor elke vennoot afzonderlijk, op basis van de tegenwaarde van zijn al dan niet terugbetaalde deelbewijzen B en om de aan zijn respectieve Posities verbonden risico's te dekken, garanties neerleggen bij het in artikel 2 beoogde organisme dat de aard en de vorm ervan goedkeurt.
  Indien de aldus neergelegde dekking onvoldoende is, kan het in artikel 2 beoogde organisme van het betrokken Lid-verrekenaar een bijkomende dekking eisen.
  De neerlegging van de in het tweede lid bedoelde garantie maakt het onderwerp uit van een specifieke overeenkomst tussen de Coöperatieve tot vereffening en het in artikel 2 beoogde organisme.

TITEL VII. - Slotbepalingen.
Art.15. Dit koninklijk besluit heeft uitwerking met ingang van 20 augustus 1999.
  De bepalingen van Titel VI treden, desgevallend, in werking op de dag vastgesteld door de raad van bestuur van de E.B.VB. n.v., krachtens artikel 14, 1° van de wet van 6 april 1995, voor de operationele overdracht van de activiteiten van de Coöperatieve tot vereffening aan het in artikel 2 beoogde verrekeningsorganisme, indien die datum niet overeenkomt met deze beoogd in lid 1.

Art. 16. Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 18 augustus 1999.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Financiën,
  D. REYNDERS