1 JULI 2024. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 juni 2017 dat de lijst van de andere aan rapportering onderworpen rechtsgebieden en de lijst van de deelnemende rechtsgebieden vastlegt, met het oog op de toepassing van de wet van 16 december 2015 tot regeling van de mededeling van inlichtingen betreffende financiële rekeningen, door de Belgische financiële instellingen en de FOD Financiën, in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen op internationaal niveau en voor belastingdoeleinden
Art. 1-5
Artikel 1. In het koninklijk besluit van 14 juni 2017 dat de lijst van de andere aan rapportering onderworpen rechtsgebieden en de lijst van de deelnemende rechtsgebieden vastlegt, met het oog op de toepassing van de wet van 16 december 2015 tot regeling van de mededeling van inlichtingen betreffende financiële rekeningen, door de Belgische financiële instellingen en de FOD Financiën, in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen op internationaal niveau en voor belastingdoeleinden, gewijzigd bij koninklijk besluit van 13 juni 2018, bij koninklijk besluit van 2 juni 2020 en bij koninklijk besluit van 9 juli 2023 wordt een artikel 2/4 ingevoegd dat luidt als volgt:
"Art. 2/4. De andere aan rapportering onderworpen rechtsgebieden, voor dewelke de door de wet beoogde inlichtingen voor de eerste keer meegedeeld worden in 2024 waar het de inlichtingen betreft die betrekking hebben op het jaar 2023, zijn de volgende:
1. Georgië
2. Kenia
3. Moldavië
4. Oekraïne."
Art.2. Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen door hetgeen volgt:
"Art. 4. Voor de in bijlage I van de wet van 16 december 2015 opgenomen definities tot regeling van de mededeling van inlichtingen betreffende financiële rekeningen, door de Belgische financiële instellingen en de FOD Financiën, in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen op internationaal niveau en voor belastingdoeleinden:
1° voor de "gekwalificeerde uitgever van een kredietkaart" is de datum die door dit koninklijk besluit in punt B.9., b), is vastgelegd 1 januari 2016 voor de rechtsgebieden die zijn bedoeld in artikel 1, 1 januari 2017 voor de rechtsgebieden die zijn bedoeld in artikel 2, 1 januari 2018 voor de rechtsgebieden die zijn bedoeld in artikel 2/1, 1 januari 2019 voor de rechtsgebieden die zijn bedoeld in artikel 2/2, 1 januari 2022 voor de rechtsgebieden die zijn bedoeld in artikel 2/3, 1 januari 2023 voor de rechtsgebieden die zijn bedoeld in artikel 2/4;
2° voor het "vrijgesteld collectief beleggingsvehikel" zijn de data die door dit koninklijk besluit zijn vastgelegd de volgende:
a) onder punt B.10., a), 31 december 2015 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, 31 december 2016 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, 31 december 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, 31 december 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, 31 december 2021 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, 31 december 2022 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4;
b) onder punt B.10., d), 1 januari 2018 in voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, 1 januari 2019 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, 1 januari 2020 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, 1 januari 2021 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, 1 januari 2024 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, 1 januari 2025 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4;
3° onder de uitdrukking "bestaande rekening" van punt C.9., a), wordt een financiële rekening verstaan die door een rapporterende financiële instelling beheerd wordt op 31 december 2015 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, op 31 december 2016 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, op 31 december 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, op 31 december 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, op 31 december 2021 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, op 31 december 2022 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4;
4° onder de uitdrukking "nieuwe rekening" van punt C.10., wordt een financiële rekening verstaan die bij een rapporterende financiële instelling wordt geopend op of na 1 januari 2016 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, op of na 1 januari 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, op of na 1 januari 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, op of na 1 januari 2019 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, op of na 1 januari 2022 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, op of na 1 januari 2023 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4, tenzij die financiële rekening behandeld wordt als een bestaande rekening conform bijlage I, sectie C, paragraaf 9, alinea b), van bovengenoemde wet van 16 december 2015;
5° voor de "uitgezonderde rekening" is de datum die door dit koninklijk besluit in punt C.15., f), tweede streepje, is vastgelegd 1 januari 2016 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, 1 januari 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, 1 januari 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, 1 januari 2019 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, 1 januari 2022 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, 1 januari 2023 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4;
Voor de bestaande rekeningen van natuurlijke personen in bijlage III, deel I van de wet van 16 december 2015 tot regeling van de mededeling van inlichtingen betreffende financiële rekeningen, door de Belgische financiële instellingen en de FOD Financiën, in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen op internationaal niveau en voor belastingdoeleinden:
1° de zorgvuldigheidsprocedures van punt B zijn van toepassing op de lagewaarderekeningen waarvan het totale saldo of de totale waarde op 31 december 2015 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, op 31 december 2016 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, op 31 december 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, op 31 december 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, op 31 december 2021 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, op 31 december 2022 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4, niet meer bedraagt dan het equivalent in EUR van 1.000.000 VS-dollars;
2° de uitgebreide controleprocedures van punt C zijn van toepassing op hogewaarderekeningen waarvan het saldo of de waarde op 31 december 2015 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, op 31 december 2016 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, op 31 december 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, op 31 december 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, op 31 december 2021 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, op 31 december 2022 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4, meer bedraagt dan het equivalent in EUR van 1.000.000 VS-dollars;
3° de controle van de hogewaarderekeningen van punt D, moet afgerond zijn uiterlijk op 31 december 2016 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, uiterlijk op 31 december 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, uiterlijk op 31 december 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, uiterlijk op 31 december 2019 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, uiterlijk op 31 december 2022 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, uiterlijk op 31 december 2023 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4;
4° de controle van de lagewaarderekeningen van punt D, moet moet afgerond zijn uiterlijk op 31 december 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, uiterlijk op 31 december 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, uiterlijk op 31 december 2019 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, uiterlijk op 31 december 2020 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, uiterlijk op 31 december 2023 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, uiterlijk op 31 december 2024 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4 ;
Voor bestaande entiteitsrekeningen van bijlage III, deel III van de wet van 16 december 2015 tot regeling van de mededeling van inlichtingen betreffende financiële rekeningen, door de Belgische financiële instellingen en de FOD Financiën, in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen op internationaal niveau en voor belastingdoeleinden:
1° tenzij de rapporterende financiële instelling anders beslist, hetzij voor alle bestaande entiteitsrekeningen, hetzij voor elke duidelijk geïdentificeerde groep van dergelijke rekeningen afzonderlijk, moet een bestaande entiteitsrekening van punt A, waarvan het saldo of de waarde niet meer bedraagt dan het equivalent in EUR van 250.000 VS-dollars op 31 december 2015 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, op 31 december 2016 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, op 31 december 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, op 31 december 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, op 31 december 2021 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, op 31 december 2022 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4, niet gecontroleerd, geïdentificeerd of gerapporteerd worden als een te rapporteren rekening zolang het saldo of de waarde ervan niet hoger is dan dat bedrag op de laatste dag van enig volgend kalenderjaar;
2° een bestaande entiteitsrekening van punt B, waarvan het totale saldo of de totale waarde meer bedraagt dan het equivalent in EUR van 250.000 VS-dollars op 31 december 2015 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, op 31 december 2016 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, op 31 december 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, op 31 december 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2 op 31 december 2021 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, op 31 december 2022 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4, en een bestaande entiteitsrekening waarvan het saldo of de waarde niet hoger is dan dat bedrag op de voormelde data maar wel hoger is dan dat bedrag op de laatste dag van enig volgend kalenderjaar, moeten gecontroleerd worden overeenkomstig de procedures die zijn uiteengezet in sectie D van deel III van bovengenoemde wet;
3° de controle van de rekeningen van punt E.1., waarvan het totale saldo of de totale waarde meer bedraagt dan het equivalent in EUR van 250.000 VS-dollars op 31 december 2015 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, op 31 december 2016 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, op 31 december 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, op 31 december 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, op 31 december 2021 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, op 31 december 2022 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4 moet afgerond zijn uiterlijk op 31 december 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, uiterlijk op 31 december 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, uiterlijk op 31 december 2019 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, uiterlijk op 31 december 2020 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, uiterlijk op 31 december 2023 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, uiterlijk op 31 december 2024 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4;
4° de controle van de rekeningen van punt E.2., waarvan het totale saldo of de totale waarde niet meer bedraagt dan het equivalent in EUR van 250.000 VS-dollars op 31 december 2015 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 1, op 31 december 2016 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2, op 31 december 2017 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/1, op 31 december 2018 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/2, op 31 december 2021 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/3, op 31 december 2022 voor de rechtsgebieden die voorkomen in de lijst onder artikel 2/4, maar op 31 december van enig volgend jaar wel meer bedraagt dan dat bedrag, moet afgerond zijn in het kalenderjaar dat volgt op het jaar waarin het saldo of de waarde van de rekening hoger was dan het genoemd bedrag.".
Art.3. Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen door hetgeen volgt:
"Art. 5. Volgende rechtsgebieden worden beschouwd als deelnemende rechtsgebieden in de zin van bijlage I, D.6 van de wet van 16 december 2015 tot regeling van de mededeling van inlichtingen betreffende financiële rekeningen, door de Belgische financiële instellingen en de FOD Financiën, in het kader van een automatische uitwisseling van inlichtingen op internationaal niveau en voor belastingdoeleinden:
1. Zuid-Afrika
2. Albanië
3. Duitsland
4. Andorra
5. Anguilla
6. Antigua en Barbuda
7. Saoedi-Arabië
8. Argentinië
9. Aruba
10. Australië
11. Oostenrijk
12. Azerbeidzjan
13. Bahama's
14. Bahrein
15. Barbados
16. Belize
17. Bermuda
18. Bonaire, Sint Eustatius en Saba
19. Brazilië
20. Brunei Darussalam
21. Bulgarije
22. Canada
23. Chili
24. China
25. Cyprus
26. Colombia
27. Zuid-Korea
28. Costa Rica
29. Kroatië
30. Curaçao
31. Denemarken
32. Dominica
33. Verenigde Arabische Emiraten
34. Ecuador
35. Spanje
36. Estland
37. Finland
38. Frankrijk
39. Georgië
40. Ghana
41. Gibraltar
42. Griekenland
43. Grenada
44. Groenland
45. Guernsey
46. HongKong
47. Hongarije
48. Eiland Man
49. Kaaimaneilanden
50. Cookeilanden
51. Faeröer
52. Marshalleilanden
53. Turks- en Caicoseilanden
54. Britse Maagdeneilanden
55. India
56. Indonesië
57. Ierland
58. IJsland
59. Israël
60. Italië
61. Jamaïca
62. Japan
63. Jersey
64. Kazakhstan
65. Kenia
66. Koeweit
67. Letland
68. Libanon
69. Liechtenstein
70. Litouwen
71. Luxemburg
72. Macao
73. Maleisië
74. Maldiven
75. Malta
76. Mauritius
77. Mexico
78. Moldavië
79. Monaco
80. Montserrat
81. Nauru
82. Nigeria
83. Niue
84. Noorwegen
85. Nieuw-Caledonië
86. Nieuw-Zeeland
87. Oman
88. Pakistan
89. Panama
90. Nederland
91. Peru
82. Polen
93. Portugal
94. Qatar
95. Slovaakse Republiek
96. Tsjechische Republiek
97. Roemenië
98. Verenigd Koninkrijk
99. Rusland
100. Saint Kitts en Nevis
101. Saint Lucia
102. San Marino
103. Sint-Maarten
104. Saint Vincent en de Grenadines
105. Samoa
106. Seychellen
107. Singapore
108. Slovenië
109. Zweden
110. Zwitserland
111. Thailand
112. Turkije
113. Oekraïne
114. Uruguay
115. Vanuatu".
Art.4. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 5. De minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.