Details





Titel:

31 JULI 2023. - Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen betreffende de overgang binnen dezelfde personeelscategorie of de opname in een andere hoedanigheid of personeelscategorie van de beroepsmilitair of van de militair met een loopbaan van beperkte duur



Inhoudstafel:


Art. 1-38
BIJLAGE.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2013007262  2013007274  2022034474 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 7 november 2013 betreffende de overgang binnen dezelfde personeelscategorie, de sociale promotie en de promotie op diploma naar een hogere personeelscategorie, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 29 januari 2016 en 1 oktober 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "overgangen, promoties op diploma en sociale promoties" vervangen door de woorden "promoties op diploma, sociale promoties en overgangen, met uitzondering van de overgang bedoeld in artikel 16/1,";
  2° in paragraaf 4, eerste lid, wordt het woord "overgang," opgeheven;
  3° in paragraaf 5 wordt het woord "overgang," opgeheven.

Art.2. In artikel 2, eerste lid, van hetzelfde besluit, worden de woorden "de overgang, de promotie op diploma en de sociale promotie," vervangen door de woorden "de promotie op diploma, de sociale promotie en de overgang, met uitzondering van de overgang bedoeld in artikel 16/1,".

Art.3. In artikel 3, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 19 juli 2018 en 12 juli 2019, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.4. In artikel 8, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 19 juli 2018 en 12 juli 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  a) in de inleidende zin worden de woorden "als kandidaat-beroepsonderofficier" vervangen door de woorden "als beroepsonderofficier";
  b) de bepaling onder 1° wordt opgeheven.

Art.5. In artikel 11 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1, wordt het eerste lid vervangen als volgt:
  "De bij de overgangsproef batig gerangschikte beroepsonderofficier van niveau C wordt door de DGHR aanvaard met het oog op zijn promotie op diploma als beroepsonderofficier van niveau B.";
  2° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "de kandidaat" vervangen door het woord "betrokkene";
  3° paragraaf 2 wordt opgeheven.

Art.6. In artikel 12 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° paragraaf 1 wordt opgeheven;
  2° paragraaf 2 wordt vervangen als volgt:
  " § 2. In functie van de graad en de anciënniteit waarmee hij bekleed is op de datum van zijn aanvaarding voor de promotie op diploma, wordt de beroepsonderofficier van niveau C door de chef defensie benoemd in de overeenstemmende graad in de personeelscategorie van de beroepsonderofficieren van niveau B, zoals bepaald in de rechter kolom van de tabel van de bijlage bij dit besluit, op de zesentwintigste dag van de laatste maand van het trimester waarin hij door de DGHR aanvaard werd.".

Art.7. In artikel 13, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 19 juli 2018 en 12 juli 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  a) in de inleidende zin worden de woorden "als kandidaat-beroepsofficier" vervangen door de woorden "als beroepsofficier";
  b) de bepaling onder 1° wordt opgeheven.

Art.8. In artikel 16 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1, wordt het eerste lid vervangen als volgt:
  "De bij de overgangsproef batig gerangschikte beroepsofficier van niveau B wordt door de DGHR aanvaard met het oog op zijn overgang als beroepsofficier van niveau A.";
  2° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "de kandidaat" vervangen door het woord "betrokkene";
  3° paragraaf 2 wordt opgeheven;
  4° in paragraaf 3, wordt het eerste lid opgeheven;
  5° in paragraaf 3, wordt het tweede lid vervangen als volgt:
  "De beroepsofficier van niveau B wordt in de categorie van de beroepsofficieren van niveau A opgenomen, op de laatste dag van de laatste maand van het trimester waarin hij door de DGHR aanvaard werd, met zijn graad en zijn anciënniteit in zijn graad.";
  6° in paragraaf 3, wordt het derde lid opgeheven.

Art.9. In titel 2, hoofdstuk 3, van hetzelfde besluit, wordt een artikel 16/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 16/1. De beroepsofficier van niveau B, houder van een master of van een gelijkwaardig diploma of getuigschrift, kan door de DGHR worden opgenomen in de categorie van de beroepsofficieren van niveau A.
  De korpscommandant brengt een advies uit over de wijze van dienen en de geschiktheid om dienst te doen in de categorie van de beroepsofficieren van niveau A, van de beroepsofficier van niveau B die voldoet aan de voorwaarde bedoeld in het eerste lid.
  Het advies wordt uitgedrukt door de beoordeling "Gunstig" of "Ongunstig". De beoordeling "Gunstig" wordt aangevuld met één der volgende vermeldingen: uitstekend, zeer goed, goed, tamelijk goed.
  Elk advies moet met redenen omkleed zijn en aan de betrokkene worden betekend. Deze kan binnen de vijf werkdagen volgend op de kennisgeving een verweerschrift indienen bij de korpscommandant tegen de beoordeling of de vermelding bedoeld in het derde lid. Naar aanleiding van het verweerschrift kan deze laatste zijn advies of de eraan verbonden vermelding wijzigen. De korpscommandant stelt betrokken militair in kennis indien hij desbetreffende beoordeling of vermelding wijzigt of bevestigt.
  Het advies wordt aan de DGHR overgemaakt, langs de onmiddellijk hogere hiërarchische overheid. Elke beoordeling in ongunstige zin uitgebracht door deze overheid, wordt aan de betrokkene betekend vooraleer ze wordt toegezonden aan de DGHR, eventueel vergezeld van een verweerschrift ingediend binnen de vijf werkdagen volgend op de kennisgeving. De DGHR aanvaardt of verwerpt de aanvraag. De beslissing wordt aan de betrokkene betekend.
  De beroepsofficier van niveau B wordt, met zijn graad en zijn anciënniteit in die graad, in de categorie van de beroepsofficieren van niveau A opgenomen, op de laatste dag van de laatste maand van het trimester waarin zijn aanvraag door de DGHR werd aanvaard.".

Art.10. In artikel 17, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 19 juli 2018 en 12 juli 2019, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.11. In artikel 21 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt een paragraaf 2/1 ingevoegd, luidende:
  " § 2/1. De DGHR of de overheid die hij aanwijst, is bevoegd voor het verlenen van de toestemming inzake de reclassering van de kandidaat, op zijn verzoek, overeenkomstig artikel 106/1 van de wet van 28 februari 2007.
  De kandidaat dient, in voorkomend geval, te slagen in de bijkomende selectieproeven, bepaald in het koninklijk besluit van 11 september 2003 betreffende de werving van de militairen, voor de vormingscyclus waarnaar de kandidaat wenst te worden gereclasseerd.
  De overheid neemt haar beslissing op basis van:
  1° in voorkomend geval, de resultaten van de selectieproeven;
  2° de resultaten inzake professionele hoedanigheden, karakteriële hoedanigheden en fysieke hoedanigheden op het vlak van de fysieke conditie van de kandidaat sinds zijn aanvaarding als kandidaat-militair in het kader van de sociale promotie;
  3° de reeds gevolgde vormingsgedeelten;
  4° de medische geschiktheid van de kandidaat;
  5° de vereiste veiligheidsmachtiging.".

Art.12. In artikel 22, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 19 juli 2018 en 12 juli 2019, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.13. In artikel 26 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt een paragraaf 2/1 ingevoegd luidende:
  " § 2/1. De DGHR of de overheid die hij aanwijst, is bevoegd voor het verlenen van de toestemming inzake de reclassering van de kandidaat, op zijn verzoek, overeenkomstig artikel 106/1 van de wet van 28 februari 2007.
  De kandidaat dient, in voorkomend geval, te slagen in de bijkomende selectieproeven, bepaald in het koninklijk besluit van 11 september 2003 betreffende de werving van de militairen, voor de vormingscyclus waarnaar de kandidaat wenst te worden gereclasseerd.
  De overheid neemt haar beslissing op basis van:
  1° in voorkomend geval, de resultaten van de selectieproeven;
  2° de resultaten inzake professionele hoedanigheden, karakteriële hoedanigheden en fysieke hoedanigheden op het vlak van de fysieke conditie van de kandidaat sinds zijn aanvaarding als kandidaat-militair in het kader van de sociale promotie;
  3° de reeds gevolgde vormingsgedeelten;
  4° de medische geschiktheid van de kandidaat;
  5° de vereiste veiligheidsmachtiging.".

Art.14. In hetzelfde besluit wordt de bijlage, vervangen bij het koninklijk besluit van 29 januari 2016, vervangen door de bijlage gevoegd bij dit besluit.

Art.15. In artikel 1, 1°, c), van het koninklijk besluit van 7 november 2013 betreffende het administratief statuut van de militair die een dienstneming van beperkte duur aangaat, wordt de bepaling onder 2° vervangen als volgt:
  "2° de militair BDL bedoeld in de artikelen 22 of 23, 1°, 2° en 3° van de wet die een nieuwe basisvorming heeft aangevat met het oog op zijn opname, naargelang het geval, in een hogere personeelscategorie BDL of in een hogere personeelscategorie als beroepsmilitair;".

Art.16. Artikel 19 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 6 juni 2016 en 1 oktober 2019, wordt aangevuld met een paragraaf 5 luidende:
  " § 5. De DGHR of de overheid die hij aanwijst, is bevoegd voor het verlenen van de toestemming inzake de reclassering op zijn verzoek, van de kandidaat-militair BDL, aanvaard om een basisvorming te volgen met het oog op een sociale promotie bedoeld in artikel 22 van de wet, die definitief mislukt wordt bevonden wegens een onvoldoende beoordeling van de professionele hoedanigheden.
  De kandidaat dient, in voorkomend geval, te slagen in de bijkomende selectieproeven, bepaald in het koninklijk besluit van 11 september 2003 betreffende de werving van de militairen, voor de vormingscyclus waarnaar de kandidaat wenst te worden gereclasseerd.
  De overheid neemt haar beslissing op basis van:
  1° in voorkomend geval, de resultaten van de selectieproeven;
  2° de resultaten inzake professionele hoedanigheden, karakteriële hoedanigheden en fysieke hoedanigheden op het vlak van de fysieke conditie van de kandidaat sinds zijn aanvaarding als kandidaat-militair in het kader van de sociale promotie;
  3° de reeds gevolgde vormingsgedeelten;
  4° de medische geschiktheid van de kandidaat;
  5° de vereiste veiligheidsmachtiging.
  De beslissing tot reclassering bestaat uit de toestemming krijgen om een nieuwe basisvorming aan te vatten in dezelfde hoedanigheid en in dezelfde personeelscategorie.
  De reclassering bedoeld in het eerste lid kan slechts éénmaal worden toegestaan per vormingscyclus in het kader van de sociale promotie bedoeld in artikel 22 van de wet.".

Art.17. In artikel 21, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.18. In artikel 28, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.19. In artikel 36, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  a) in de inleidende zin worden de woorden "als kandidaat-beroepsonderofficier" vervangen door de woorden "als beroepsonderofficier";
  b) de bepaling onder 1° wordt opgeheven.

Art.20. In artikel 39 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1 wordt het eerste lid vervangen als volgt:
  "De bij de overgangsproef batig gerangschikte onderofficier BDL van niveau C wordt door de DGHR aanvaard met het oog op zijn promotie op diploma als beroepsonderofficier van niveau B.";
  2° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "de kandidaat" vervangen door het woord "betrokkene";
  3° paragraaf 2 wordt opgeheven.

Art.21. In artikel 40 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° paragraaf 1 wordt opgeheven;
  2° paragraaf 2 wordt vervangen als volgt:
  " § 2. In functie van de graad en anciënniteit waarmee hij bekleed is op de datum van zijn aanvaarding voor de promotie op diploma, wordt de onderofficier BDL van niveau C door de chef defensie benoemd in de overeenstemmende graad in de personeelscategorie van de beroepsonderofficieren van niveau B, zoals bepaald in de rechter kolom van de tabel van de bijlage A bij het koninklijk besluit van 7 november 2013 betreffende de overgang binnen dezelfde personeelscategorie, de sociale promotie en de promotie op diploma naar een hogere personeelscategorie, op de zesentwintigste dag van de laatste maand van het trimester waarin hij door de DGHR aanvaard werd.".

Art.22. In artikel 41 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1 wordt het eerste lid vervangen als volgt:
  "De relatieve anciënniteit van diegenen die op dezelfde datum worden benoemd, wordt bepaald door het resultaat behaald bij de overgangsproef bedoeld in artikel 36, eerste lid, 6°. ";
  2° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "De kandidaten die dezelfde eindvermelding bekomen" vervangen door de woorden "Diegenen die hetzelfde resultaat bekomen";
  3° in paragraaf 1 wordt het derde lid opgeheven;
  4° paragraaf 2 wordt opgeheven.

Art.23. In artikel 42, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.24. In artikel 49, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.25. In artikel 56, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  a) in de inleidende zin worden de woorden "als kandidaat-beroepsofficier" vervangen door de woorden "als beroepsofficier";
  b) de bepaling onder 1° wordt opgeheven.

Art.26. In artikel 59 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1 wordt het eerste lid vervangen als volgt:
  "De bij de overgangsproef batig gerangschikte officier BDL van niveau B wordt door de DGHR aanvaard met het oog op zijn promotie op diploma als beroepsofficier van niveau A.";
  2° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "de kandidaat" vervangen door het woord "betrokkene";
  3° paragraaf 2 wordt opgeheven.

Art.27. In artikel 60 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt opgeheven;
  2° het tweede lid wordt vervangen als volgt:
  "De officier BDL van niveau B wordt, met zijn graad en zijn anciënniteit in die graad, opgenomen in de personeelscategorie van de beroepsofficieren van niveau A op de zesentwintigste dag van de laatste maand van het trimester waarin hij door de DGHR aanvaard werd.".

Art.28. In artikel 61 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1 wordt het eerste lid vervangen als volgt:
  "De relatieve anciënniteit van diegenen die op dezelfde datum worden benoemd, wordt bepaald door het resultaat behaald bij de overgangsproef bedoeld in artikel 56, eerste lid, 6°. ";
  2° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "De kandidaten die dezelfde eindvermelding bekomen" vervangen door de woorden "Diegenen die hetzelfde resultaat bekomen";
  3° in paragraaf 1 wordt het derde lid opgeheven;
  4° paragraaf 2 wordt opgeheven.

Art.29. In artikel 62, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.30. In artikel 70, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.31. In artikel 78, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.32. In artikel 84, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.33. In artikel 90, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.34. In artikel 96, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.35. In artikel 102, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 juli 2018, wordt de bepaling onder 1° opgeheven.

Art.36. Voor de militairen die een overgang of een promotie op diploma uitvoeren voor dewelke de evaluatieperiode door dit besluit wordt geschrapt en die op de datum van inwerkingtreding van dit besluit een evaluatieperiode volgen, wordt deze evaluatieperiode beëindigd op de datum van inwerkingtreding van dit besluit. De betrokken militairen voor een overgang worden opgenomen in hun nieuwe hoedanigheid op de laatste dag van de laatste maand van het trimester waarin ze door de DGHR werden aanvaard. De betrokken militairen voor een promotie op diploma worden benoemd in hun nieuwe hoedanigheid op de zesentwintigste dag van de laatste maand van het trimester waarin ze door de DGHR werden aanvaard.

Art.37. Hebben uitwerking met ingang van 1 april 2023:
  1° de wet van 24 november 2022 tot wijziging van diverse bepalingen betreffende de overgang binnen dezelfde personeelscategorie of de opname in een andere hoedanigheid of personeelscategorie van de beroepsmilitair of van de militair met een loopbaan van beperkte duur;
  2° dit besluit.

Art.38. De minister bevoegd voor Defensie is belast met de uitvoering van dit besluit.


BIJLAGE.
Art. N.
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 15-09-2023, p. 77349)