29 MAART 2017. - Decreet betreffende de studie geneeskunde en de studie tandheelkunde(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 14-04-2017 en tekstbijwerking tot 09-01-2025)
HOOFDSTUK I. - Bepalingen betreffende de studie geneeskunde en de studie tandheelkunde
Art. 1-6, 6/1, 7-10
HOOFDSTUK II.
Art. 11-12, 12/1, 12/2, 12/3, 13-14
HOOFDSTUK III. - Opheffings- en slotbepalingen
Art. 15-17, 17bis
Art. 17bis TOEKOMSTIG RECHT
Art. 18
2017011980 2017020418 2018011879 2018030642 2019030738 2019030744 2020020664 2020040953 2020041703 2021031492 2022041039 2023031252 2023042992 2023043552 2024000847 2025000176
HOOFDSTUK I. - Bepalingen betreffende de studie geneeskunde en de studie tandheelkunde
Artikel 1.§ 1 [3 Vanaf het academiejaar 2023-2024, ]3 Hebben alleen toegang tot de studie van de eerste cyclus in de geneeskunde en tot de studie van de eerste cyclus in de tandheelkunde met het oog op het behalen van de graad die ze bekrachtigt, de studenten die voldoen aan de algemene voorwaarden voor de toegang tot de studies van de eerste cyclus bedoeld in artikel 107 van het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies, en die houder zijn van een [3 toelatingsattest]3, uitgereikt na een ingangs- en toelatings [2 voor het examen ]2 voor de studie van de eerste cyclus in de geneeskunde en/of de studie van de eerste cyclus in de tandheelkunde, hierna "ingangs- en toelatings [2 voor het examen ]2 genoemd.
§ 2. [3 Het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen wordt één keer per jaar tussen 16 augustus en 31 augustus georganiseerd.
Elk jaar bepaalt de Regering de datum van het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen en de uiterste datum voor de inschrijvingen.
In geval van uitzonderlijke omstandigheden of overmacht kan de Regering beslissen het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen buiten de periode bedoeld in het eerste lid te organiseren.
Het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen wordt op gecentraliseerde wijze georganiseerd. In geval van uitzonderlijke omstandigheden of overmacht kan de Regering beslissen het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen op gedecentraliseerde wijze te organiseren in de lokalen die ter beschikking worden gesteld door elke universitaire instelling die gemachtigd is om studies van de eerste cyclus in de geneeskunde en/of studies van de eerste cyclus in tandheelkunde te organiseren en die ze organiseert. Zij stelt de praktische nadere regels vast voor de organisatie van het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen op gedecentraliseerde wijze]3.
§ 3. Om aan dat ingangs- en toelatings [2 voor het examen ]2 deel te nemen, schrijft de kandidaat zich in op een computerplatform dat door de ARES wordt gecentraliseerd.
Het inschrijvingsrecht voor [2 dat vergelijkend examen]2 wordt op 30,00 euro vastgesteld. Indien [2 het vergelijkend examen ]2 twee keer per academiejaar wordt georganiseerd, wordt het inschrijvingsrecht bij elke inschrijving voor [2 het vergelijkend examen]2 gevorderd. [3 ...]3
Bij die inschrijving vermeldt de kandidaat :
1° de keuze van de studierichting (geneeskunde of tandheelkunde);
[3 1° /1 de universitaire instelling die gemachtigd is om studies van de eerste cyclus in geneeskunde of studies van de eerste cyclus in tandheelkunde te organiseren en die ze organiseert waarbij hij zijn inschrijving in geval van toelating wenst voort te zetten;]3
2° of hij als verblijvende student kan worden beschouwd in de zin van artikel 1 van het decreet van 16 juni 2006 tot regeling van het aantal studenten in sommige cursussen van de eerste cyclus van het hoger onderwijs. De student bezorgt de gegevens waardoor zijn hoedanigheid van verblijvende student kan worden bewezen.
Samen met de universitaire instellingen die ertoe worden gemachtigd de studie van de eerste cyclus in de geneeskunde en/of de studie van de eerste cyclus in de tandheelkunde te organiseren en deze organiseren, kijkt de ARES na of de student als verblijvende student kan worden beschouwd. De ARES zendt de lijst van verblijvende studenten en niet verblijvende studenten die voor het ingangs- en toelatings [2 voor het vergelijkend examen]2 ingeschreven zijn naar de examencommissie voor het ingangs- en toelatings [2 voor het vergelijkend examen]2 uiterlijk de dag waarop het ingangs- en toelatings voor het vergelijkend examen[2 ]2 wordt georganiseerd.
[1 [3 Indien de kandidaat wordt toegelaten, zet hij/zij de inschrijving voort bij de universitaire instelling en in de studierichting die hij/zij bij de inschrijving voor het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen heeft vermeld]3.]1
[3 ...]3
De kandidaat kan zijn inschrijving vóór het ingangs- en toelatings [2 vergelijkend examen]2 intrekken tot uiterlijk drie werkdagen vóór de datum [2 van het vergelijkend examen]2. Het in het tweede lid bedoelde inschrijvingsgeld wordt hem dan door de ARES terugbetaald.
[1 In geval van slagen is de kandidaat gemachtigd om van universitaire instelling te veranderen, hetzij om redenen van overmacht, naar behoren gemotiveerd ten overstaan van de academische overheden van de bij de inschrijving voor het toelatings[2 voor het examen ]2 vermelde universitaire instelling, hetzij in geval van overeenkomst tussen de bij de inschrijving voor het toegangs- en toelatings[2 voor het examen ]2 vermelde universitaire instelling en de instelling waarmee hij zijn inschrijving wenst voort te zetten.]1
§4. [4 ...]4
§ 5. In afwijking van § 1, worden ook tot de studie van de eerste cyclus in de geneeskunde en tot de studie van de eerste cyclus in de tandheelkunde toegelaten, de studenten die, om een bijzondere beroepstitel te behalen, in het kader van hun cursus master specialisatie in de geneeskunde of in de tandheelkunde, het onderwijs van de eerste cyclus of de tweede cyclus respectief in de tandheelkunde of in de geneeskunde moeten volgen.
[§ 5/1. In afwijking van paragraaf 1 hebben ook toegang tot de studies van de eerste cyclus geneeskunde en tandheelkunde de kandidaten die in het bezit zijn van een slaagattest van het ingangs- en toelatingsexamen voor de eerste cyclus van studies geneeskunde of tandheelkunde uitgereikt ofwel in 2021 ofwel in 2022 en waarvoor de examencommissie van het ingangs- en toelatingsexamen de overmacht erkend heeft waarbij dit slaagattest gewaardeerd wordt tijdens de twee opeenvolgende academiejaren, respectief gedurende de academiejaren 2022-2023 en 2023-2024 of 2023-2024 en 2024-2025. ]3
§ 6. De studenten die zich voor de studie van de eerste cyclus en de tweede cyclus in de geneeskunde en in de tandheelkunde wensen in te schrijven, met uitzondering van de master specialisatie, en die studiepunten hebben verworven of opgeteld op grond van een academische graad voor de verwerving waarvan de in § 1 vermelde bijkomende voorwaarde niet van toepassing is, leggen het ingangs- en toelatings [2 vergelijkend examen ]2 af.
----------
(1)<DFG 2020-11-12/30, art. 20, 006; Inwerkingtreding : 01-05-2021>
(2)<DFG 2022-11-17/06, art. 2, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
(3)<DFG 2022-11-17/06, art. 2, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art.2.§ 1. Voor alle universitaire instellingen die ertoe worden gemachtigd de studie van de eerste cyclus in de geneeskunde en de studie van de eerste cyclus in de tandheelkunde te organiseren en deze organiseren, wordt een examencommissie opgericht voor het ingangs- en toelatingsexamen voor de studie van de eerste cyclus in de geneeskunde en/of de studie van de eerste cyclus in de tandheelkunde van de Franse Gemeenschap, hierna "examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen" genoemd.
De examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen staat onder toezicht van één van de commissarissen of afgevaardigden van de Regering die bij een universiteit worden aangewezen. De Regering wijst, op de voordracht van die commissarissen en afgevaardigden, de commissaris of afgevaardigde belast met dat toezicht aan.
§ 2. De examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen bepaalt de vragen van [2 het vergelijkend examen ]2 en de nadere regels voor de evaluatie ervan, alsook de redelijke aanpassingen bedoeld bij het decreet van 30 januari 2014 betreffende het inclusief [1 voor de studenten met een handicap]1 hoger onderwijs.
§ 3. De Regering wijst de leden van de examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen aan, op de voordracht van de in § 1 bedoelde universitaire instellingen. Ze worden aangewezen uit de werkende of emeritus leden van het academisch corps van de universitaire instellingen die ertoe worden gemachtigd de studie van de eerste cyclus in de geneeskunde en/of de studie van de eerste cyclus in de tandheelkunde te organiseren en deze organiseren. Hun aantal is 10; dit is 2 per universitaire instelling. De examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen heeft een voorzitter en een ondervoorzitter. De ondervoorzitter van de examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen kan de voorzitter vervangen. De ARES neemt het secretariaat van de examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen waar.
De examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen kan zich, in het kader van haar opdrachten, laten bijstaan door deskundigen die onder haar verantwoordelijkheid worden aangewezen. De inspecteurs van het gewoon secundair onderwijs die de functies uitoefenen die bedoeld zijn [3 " in artikel 32 en in bijlage I, 14°, 23°, 25° en 26°, van het decreet van 10 januari 2019 betreffende de algemene inspectiedienst ]3 nemen deel aan de werkzaamheden van de examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen. Ze worden, op de voordracht van de coördinerende inspecteur-generaal, gezamenlijk door de minister van leerplichtonderwijs en de minister van hoger onderwijs aangewezen.
Op verzoek van de examencommissie, kunnen de deskundigen de beraadslaging van de examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen met adviserende stem bijwonen. De inspecteurs nemen geen deel aan de beraadslaging van die examencommissie.
Het mandaat van de leden van de examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen duurt één jaar en wordt stilzwijgend hernieuwd.
De examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen stelt haar huishoudelijk reglement vast en legt dit aan de Regering ter goedkeuring voor.
----------
(1)<DFG 2019-02-07/11, art. 86, 005; Inwerkingtreding : 14-09-2019>
(2)<DFG 2022-11-17/06, art. 1, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
(3)<DFG 2022-11-17/06, art. 3, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art.3.Het ingangs- en toelatingsexamen voor de studie geneeskunde en/of de studie tandheelkunde wordt in de vorm van een schriftelijke proef georganiseerd, bestaande uit twee delen, en heeft betrekking op de volgende vakken :
Deel 1. : kennis en begrip van wetenschappelijke vakken :
a) biologie;
b) scheikunde;
c) natuurkunde;
d) wiskunde.
Deel 2. : communicatie en kritische analyse van informatie :
a) evaluatie van de bekwaamheid op het vlak van redenering, analyse, integratie, synthese, argumentatie, kritische zin en conceptualisering;
b) [2 Evaluatie van de bekwaamheid om te communiceren met gevoel voor ethiek, empathie, mededogen, billijkheid en respect ]2
c) [2 ...]2
d) [2 ...]2
Op de voordracht van de examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen, stelt de Regering het gedetailleerde programma van [1 dat vergelijkend examen]1 vast.
[2 Zolang het gedetailleerde programma van het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen niet door de Regering wordt gewijzigd, geldt dit programma als gedetailleerd programma van het ingangs- en toelatingsexamen voor de studies van de eerste cyclus in de geneeskunde en/of studies van de eerste cyclus in de tandheelkunde dat opgenomen wordt in het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 19 april 2017 tot vaststelling van het gedetailleerde programma van het ingangs- en toelatingsexamen voor de studie van de eerste cyclus in de geneeskunde en/of de studie van de eerste cyclus in de tandheelkunde.
Voor alle onderdelen van het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen geeft de examencommissie van het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen een totaalcijfer van 160 punten. De vakken in deel 1 en de beoordeling in deel 2 a) worden elk op 20 beoordeeld. Deel 2 b) wordt op 60 punten beoordeeld]2.
----------
(1)<DFG 2022-11-17/06, art. 1, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
(2)<DFG 2022-11-17/06, art. 4, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art.4.§ 1. De ARES zorgt voor het beheer en de materiële en administratieve organisatie van het in artikel 1 bedoelde ingangsexamen, overeenkomstig de opdrachten die bepaald zijn in artikel 21, 5°, van het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies.
§ 2. De examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen neemt de academische verantwoordelijkheid voor [1 het vergelijkend examen ]1op.
----------
(1)<DFG 2022-11-17/06, art. 2, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art.5.[3 ...]3 Wordt elk jaar een[4 ...]4 globale subsidie van achthonderdduizend euro (800.000 euro) aan de ARES toegekend, met het oog op het beheer en de administratieve en materiële organisatie van het ingangsexamen [3 en het toelatingsexamen]3. Ze wordt jaarlijks geïndexeerd overeenkomstig de formule die bepaald is in artikel 29, § 4, van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de universitaire instelling. De ARES kan een deel van dat bedrag aan de betrokken instellingen toekennen met het oog op de materiële en logistieke organisatie van het ingangs- en toelatingsexamen.
[[3 ...]3
----------
(1)<DFG 2018-07-11/21, art. 11, 004; Inwerkingtreding : 24-08-2018>
(2)<DFG 2022-11-17/06, art. 1, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
(3)<DFG 2022-11-17/06, art. 5, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
(4)<DFG 2024-12-11/03, art. 54, 011; Inwerkingtreding : 01-01-2025>
Art.6.§ 1. Uiterlijk binnen de 3 dagen volgend op de beraadslaging, deelt de voorzitter van de examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen de kandidaten de resultaten van [2 hrt vergelijkend examen ]2 door toedoen van de ARES mee, en [1 stelt ze ter beschikking van de universitaire instellingen die bevoegd zijn om studies van de eerste cyclus in de medische wetenschappen en/of in de tandheelkunde te organiseren en ze organiseren, via het e-paysage platform, bedoeld in artikel 106 van het decreet van 7 november 2013 tot vaststelling van het hoger onderwijslandschap en de academische organisatie van de studies, de persoonsgegevens van [3 toegelaten kandidaten ]3, bedoeld in artikel 106/11 van voornoemd decreet van 7 november 2013]1.
Uiterlijk binnen de 10 dagen volgend op de organisatie van [2 het vergelijkend examen ]2, reikt de examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen door toedoen van de ARES aan de kandidaten [3 toegelaten ]3 een attest uit dat het bewijs levert [3 dat ze toegelaten zijn]3. Onverminderd de andere toelatingsvoorwaarden, wordt de student die houder is van dat attest ingeschreven bij de universitaire instelling die werd vastgesteld bij zijn inschrijving voor [2 hrt vergelijkend examen ] [3 ingangs- en toelatingsexamen ]3 -2 overeenkomstig artikel 1, § 3.
[3 Dat toelatingsattest]32 geldt alleen voor het onmiddellijk hierop volgende academiejaar. Het is persoonlijk en niet overdraagbaar. Bij overmacht, behoorlijk vastgesteld door de examencommissie voor het ingangs- en toelatingsexamen, kan dat attest geldig worden gemaakt voor de twee volgende academiejaren.
§ 2. [3 Wanneer de examencommissie van het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen beraadslaagt, stelt ze een rangschikking van de kandidaten per studierichting : de studierichting " geneeskunde " en de studierichting " tandheelkunde ".
Voor elke studierichting rangschikt de examencommissie de kandidaten in dalende volgorde van het totaalcijfer dat zij bij het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen hebben behaald. De kandidaat met het hoogste totaalcijfer komt op de eerste plaats.
Voor elke studierichting selecteert de examencommissie een aantal kandidaten dat gelijk is aan het aantal in aanmerking komende kandidaten als bedoeld in paragraaf 3 in de volgorde van rangschikking, te beginnen met de kandidaat die als eerste is gerangschikt. Indien het aantal geselecteerde niet-ingezeten kandidaten 30% bereikt van het totale aantal kandidaten dat, rekening houdend met het in paragraaf 3 bedoelde aantal in aanmerking komende kandidaten, in aanmerking komt, selecteert de examencommissie geen niet-ingezeten kandidaten meer en zet zij de selectieprocedure voort door alleen ingezeten kandidaten te selecteren totdat zij een aantal kandidaten bereikt dat gelijk is aan het in paragraaf 3 bedoelde aantal in aanmerking komende kandidaten.
Indien meerdere kandidaten op dezelfde rangorde staan, maar niet alle in aanmerking kunnen worden genomen, tenzij het in paragraaf 3 bedoelde aantal in aanmerking komende kandidaten of het aantal niet-ingezeten kandidaten dat in aanmerking kan worden genomen, wordt overschreden, verricht de examencommissie een loting onder de gelijk gerangschikte kandidaten om te bepalen wie van hen in aanmerking komt]3.
[3 . Uiterlijk tien dagen voor de datum van het vergelijkend ingangs- en toelatingsexamen stelt de regering afzonderlijk voor de studierichting "medische wetenschappen" en de studierichting"tandheelkundige wetenschappen" het maximum aantal kandidaten vast dat kan worden toegelaten.
Dit aantal wordt het "aantal in aanmerking komende personen" genoemd.
Het aantal in aanmerking komende kandidaten wordt bepaald aan de hand van de volgende formule:
A = Q x 1/V
waar :
- A het aantal in aanmerking komende studenten is in de betrokken stroom in studiejaar N;
- Q is het door de federale regering vastgestelde quotum van afgestudeerden die toegang hebben tot een opleiding die leidt tot bepaalde beroepstitels voor het academiejaar N+6 voor de studierichting medische wetenschappen en N+5 voor de studierichting tandheelkundige wetenschappen;
- V is een coëfficiënt die rekening houdt met het verlies aan studenten tijdens de studie. Het is gelijk aan (1 - v) waarbij v een percentage van A is, uitgedrukt in decimalen en vastgesteld door de regering.
Voor de vergelijkende examens voor ingang en toelating met betrekking tot de inschrijvingen in de academische jaren 2023-2024, 2024-2025 en 2025-2026 wordt het aantal in aanmerking komende kandidaten in een bepaalde studierichting verminderd met een M-, N- of R-aantal per academiejaar, dat als volgt wordt berekend :
- Voor het academiejaar 2023-2024: M = 1/3 x [(Z x V) - Q], afgerond naar boven;
- Voor het academiejaar 2024-2025: N = 1/3 x [(Z x V) - Q], afgerond naar boven;
- Voor het academiejaar 2025-2026: R = (Z x V) - Q - M - N.
waar :
- Z is het aantal geslaagde kandidaten in de relevante studierichting bij het ingangs- en toelatingsexamen voor het academiejaar 2022-2023 die zich hebben ingeschreven voor een bachelorstudie in de medische wetenschappen of de tandheelkundige wetenschappen;
- V is de in punt 1 omschreven verliescoëfficiënt;
- Q is het door de federale regering vastgestelde quotum voor de toegang tot opleidingen die leiden tot specifieke beroepsbekwaamheidsbewijzen voor het jaar 2028 voor de studierichting medische wetenschappen en voor het jaar 2027 voor de studierichting tandheelkundige wetenschappen.]3
----------
(1)<DFG 2022-11-17/07, art. 21, 008; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
(2)<DFG 2022-11-17/06, art. 6, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
(3)<DFG 2022-11-17/06, art. 6, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art. 6/1. [1 . In afwijking van artikel 6, § 2, derde lid, tweede zin, wordt voor de academiejaren 2023-2024 tot en met 2029-2030 het aantal geselecteerde niet-ingezeten kandidaten vastgesteld op 15% van het totale aantal kandidaten die als in aanmerking komend kunnen worden verklaard.
Tijdens het academiejaar 2028-2029 zal de regering het effect van het in het vorige lid bedoelde mechanisme evalueren. Tenzij de regering op basis van deze evaluatie anders beslist, wordt de toepassing van de beperking tot 15% van de geselecteerde niet-ingezeten kandidaten vanaf het academiejaar 2030-2031 verlengd voor een hernieuwbare periode van 5 academiejaren. Aan het einde van elke periode van vijf jaar wordt door de regering een nieuwe evaluatie uitgevoerd ]1
----------
(1)<Ingevoegd bij DFG 2022-11-17/06, art. 7, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art.7.De kandidaat kan het ingangs- en [1 het vergelijkend examen afleggen]1 gedurende een academiejaar binnen de 5 academiejaren volgend op de datum waarop het examen voor de eerste keer werd afgelegd, behoudens overmacht die door [1 de commissie van het vergelijkend examen]1 voor het ingangs- en toelatingsexamen behoorlijk wordt vastgesteld.
----------
(1)<DFG 2022-11-17/06, art. 8, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art.8.Voor de academiejaren 2017-2018 en 2018-2019, wordt de berekening van het aantal studenten van de groep B, bedoeld in artikel 28 van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de universitaire instelling, aangepast, door het totale aantal studenten in de geneeskunde die ingeschreven zijn voor een studieprogramma houdende de eerste 60 studiepunten van de eerste cyclus van de studie in de universitaire instellingen bedoeld in artikel 25, a), b), c) en f), over die zelfde instellingen te verdelen volgens de volgende formule : het G-aantal betreffende de studierichting geneeskunde, vastgesteld in artikel 6, § 2, wordt vermenigvuldig met de volgende verdelingspercentages :
1. Université de Liège : 20,88 %;
2. Université catholique de Louvain : 27,06 %;
3. Université libre de Bruxelles : 18,94 %;
4. Université de Mons : 11,15 %;
5. Université de Namur : 21,97 %.
[1 ...]1
Vanaf het academiejaar 2019-2020, wordt de berekening van het aantal studenten van de groep B van elke instelling aangepast, door de in het eerste lid bedoelde verdeling toe te passen op alle studenten van de eerste cyclus in de geneeskunde.
Voor de academiejaren 2020-2021 en 2021-2022, wordt de berekening van het aantal studenten van de groep C, bedoeld in artikel 28 van die zelfde wet, aangepast, door het totale aantal studenten in de geneeskunde die ingeschreven zijn voor een studieprogramma houdende de 60 eerste studiepunten van de tweede studiecyclus in de in artikel 25, a), b), c) [2 en d),]2 bedoelde universitaire instellingen te verdelen over die zelfde instellingen volgens de volgende percentages :
1° Université de Liège : 22,55 %;
2° Université catholique de Louvain : 49,97 %;
3° Université libre de Bruxelles : 27,48 %.
[1 ...]1
Vanaf het academiejaar 2022-2023, wordt de berekening van het aantal studenten van de groep C van elke instelling aangepast, door de in het [1 3]1 lid bedoelde verdeling toe te passen op alle studenten van de tweede cyclus in de geneeskunde.
[2 Vanaf het academiejaar 2024-2025 heeft het percentage bedoeld in 3° betrekking op de "Université libre de Bruxelles" en de "Université de Mons". De interne verdeling tussen deze twee instellingen maakt het voorwerp uit van een overeenkomst die ten laatste bij het begin van het academiejaar 2024-2025 aan de regering wordt voorgelegd. Overeenkomstig artikel 10 zal dit mechanisme na 2026 herzien worden.]2
----------
(1)<DFG 2022-11-17/06, art. 9, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
(2)<DFG 2023-07-06/22, art. 12, 010; Inwerkingtreding : 14-09-2023>
Art.9.Voor de academiejaren 2017-2018 en 2018-2019, wordt de berekening van het aantal studenten van groep B, bedoeld in artikel 28 van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de universitaire instelling, eveneens aangepast, door het totale aantal studenten in de tandheelkunde die ingeschreven zijn voor een studieprogramma houdende de eerste 60 studiepunten van de eerste cyclus van de studie in de universitaire instellingen bedoeld in artikel 25, a), b), c), over die zelfde instellingen te verdelen volgens de volgende formule : het G-aantal betreffende de studierichting tandheelkunde, vastgesteld in artikel 6, § 2, wordt vermenigvuldig met de volgende verdelingspercentages :
1° Université de Liège : 25,96 %;
2° Université catholique de Louvain : 38,69 %;
3° Université libre de Bruxelles : 35,35 %.
[2 ...]2
Vanaf het academiejaar 2019-2020, wordt de berekening van het aantal studenten [1 van groep B (1e cyclus buiten het diplomerend jaar) en van groep C (diplomerend jaar van de 1e cyclus)]1 van elke instelling eveneens aangepast, door de in het eerste lid bedoelde verdeling toe te passen op alle studenten van de eerste cyclus in de tandheelkunde.
Voor het academiejaar 2020-2021, wordt de berekening van het aantal studenten van groep C, bedoeld in artikel 28 van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de universitaire instelling, verricht, door het totale aantal studenten in de tandheelkunde die ingeschreven zijn voor een studieprogramma houdende de eerste 60 studiepunten van de tweede cyclus van de studie in de universitaire instellingen bedoeld in artikel 25, a), b) en c), over die zelfde instellingen te verdelen volgens de volgende verdelingspercentages :
1° Université de Liège : 22,41 %;
2° Université catholique de Louvain : 38,58 %;
3° Université libre de Bruxelles : 39,01 %.
Vanaf het academiejaar 2021-2022, wordt de berekening van het aantal studenten van de groep C van elke instelling eveneens aangepast, door de in het[2 3]2 lid bedoelde verdeling toe te passen op alle studenten van de tweede cyclus in de tandheelkunde.
----------
(1)<DFG 2021-12-15/13, art. 55, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2022>
(2)<DFG 2022-11-17/06, art. 10, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art.10.De in de artikelen 8 en 9 bedoelde financieringsstelsels zijn van toepassing tot 2026.
[1 De ingeschreven studenten die betrokken zijn bij de toepassing van de mechanismen bedoeld in het vorige lid, zijn de regelmatig ingeschreven studenten die financierbaar zijn in de zin van het decreet van 11 april 2014 tot aanpassing van de financiering van de instellingen voor hoger onderwijs aan de nieuwe organisatie van de studies.]1
----------
(1)<DFG 2021-12-15/13, art. 56, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2022>
HOOFDSTUK II.
Art.11.
<Opgeheven bij DFG 2022-11-17/06, art. 11, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art.12.
<Opgeheven bij DFG 2022-11-17/06, art. 11, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art. 12/1.
<Opgeheven bij DFG 2022-11-17/06, art. 11, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art. 12/2.
<Opgeheven bij DFG 2022-11-17/06, art. 11, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art. 12/3.
<Opgeheven bij DFG 2022-11-17/06, art. 11, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art.13.
<Opgeheven bij DFG 2022-11-17/06, art. 11, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
Art.14.
<Opgeheven bij DFG 2022-11-17/06, art. 11, 009; Inwerkingtreding : 30-01-2023>
HOOFDSTUK III. - Opheffings- en slotbepalingen
Art.15. In artikel 4, eerste lid, van het decreet van 16 juni 2006 tot regeling van het aantal studenten in sommige cursussen van de eerste cyclus van het hoger onderwijs, worden de woorden "met uitzondering van 4° en 5° " ingevoegd tussen de woorden "voor iedere cursus bedoeld bij artikel 3"," en de woorden " wordt een aantal T bepaald".
Art.16. In artikel 5 van het decreet van 16 juni 2006 tot regeling van het aantal studenten in sommige cursussen van de eerste cyclus van het hoger onderwijs worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° tussen het eerste lid en het tweede lid wordt een lid ingevoegd, luidend als volgt : "Bij afwijking daarvan, dienen de studenten die een aanvraag om inschrijving in een cursus bedoeld in artikel 3, 4° en 5° indienen, hun aanvraag om inschrijving in volgens de regels die door de universitaire instellingen nader bepaald worden.";
2° in het vierde lid worden de woorden "met uitzondering van 4° en 5° " ingevoegd tussen de woorden "voor een van de cursussen bedoeld bij artikel 3" en de woorden "ten laatste".
Art.17. In het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° afdeling I/1 "Bijzondere bepalingen betreffende de studies medische wetenschappen en tandheelkundige wetenschappen" bestaande uit de artikelen 110/1 tot 110/7 wordt opgeheven, met uitzondering van het eerste tot zevende lid van artikel 110/1, § 1, en artikel 110/2, dat voor het academiejaar 2017-2018 geldig blijft;
2° in artikel 110/1, § 1, tweede lid, worden de woorden "Die test wordt in de vorm van een schriftelijke proef georganiseerd" vervangen door de woorden "Er wordt een oriëntatietest in de gezondheidssector in de diergeneeskunde georganiseerd in de vorm van een schriftelijke proef.";
3° artikel 150, § 2, wordt opgeheven.
Art.17bis.[1 De artikelen 1 tot 7 van dit decreet zijn niet van toepassing op de studenten die, ter uitvoering van de bijzondere overeenkomst betreffende de universitaire samenwerking inzake medische vorming tussen de Regering van de Franse Gemeenschap van België en de Regering van het Groothertogdom België, ondertekend te Brussel op 17 juli 2017, toegang hebben tot het vervolg van het programma van de eerste cyclus in medische wetenschappen in een universiteit]1
----------
(1)<Ingevoegd bij DFG 2017-12-20/14, art. 3, 009; Inwerkingtreding : 29-01-2018>
Art.17bis TOEKOMSTIG RECHT. [1 De artikelen 1 tot en met 7 zijn niet van toepassing op studenten die, door uitvoering van de op 4 januari 2022 te Luxemburg gesloten bijzondere overeenkomst inzake universitaire samenwerking inzake medische vorming tussen de regering van het Groothertogdom Luxemburg en de regering van de Franse Gemeenschap, toegang hebben tot de voortzetting van het programma van de eerste of tweede cyclus in de medische wetenschappen in een universiteit ]1 ----------
(1)<DFG 2022-11-17/06, art. 12, 009; Inwerkingtreding : onbepaald
Art. 18. Dit decreet heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2017, met uitzondering van de artikelen 11, 12 en 14, die voor het academiejaar 2016-2017 uitwerking hebben, en van de artikelen 15 tot 17, die voor het academiejaar 2017-2018 in werking treden.