Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

14 JULI 2010. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 december 2006 houdende het statuut van de ambtenaren van de buitendiensten van de Veiligheid van de Staat



Inhoudstafel:


Art. 1-33



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2006010024 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 11 van het koninklijk besluit van 13 december 2006 houdende het statuut van de ambtenaren van de buitendiensten van de Veiligheid van de Staat wordt aangevuld met een lid, dat als volgt luidt :
  " Geen enkel stuk kan aan het persoonlijk dossier van de ambtenaar worden toegevoegd zonder dat de ambtenaar daarvan voorafgaandelijk op de hoogte werd gesteld. "

Art.2. Artikel 15 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid, dat als volgt luidt :
  " De ambtenaar neemt op actieve wijze deel aan de kennisdeling binnen de buitendiensten. "

Art.3. Artikel 21 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
  " Art. 21. § 1. Om aan een vergelijkende wervingsselectie deel te nemen, moet de kandidaat :
  1° op de dag dat de inschrijvingstermijn voor de vergelijkende wervingsselectie verstrijkt, ten minste 25 jaar zijn voor de betrekkingen van commissaris en ten minste 21 jaar voor de betrekkingen van inspecteur en beschermingsassistent;
  2° houder zijn van een diploma, een getuigschrift of van een titel die voorkomt in de bijlage van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel en die in de Rijksbesturen toegang geeft tot de betrekkingen van niveau A voor wat betreft de betrekkingen van commissaris, tot de betrekkingen van niveau B voor wat betreft de betrekkingen van inspecteur en tot de betrekkingen van niveau C voor wat betreft de betrekkingen van beschermingsassistent.
  § 2. Om aangeworven te worden, moet de kandidaat voor een betrekking als commissaris, inspecteur of beschermingsassistent aan volgende voorwaarden voldoen :
  1° Belg zijn en, in geval van meerdere nationaliteiten, vrijgesteld zijn van militaire of gelijkgestelde verplichtingen ten opzichte van derde landen;
  2° de burgerlijke en politieke rechten genieten;
  3° een gedrag hebben dat overeenstemt met de eisen van de functie;
  4° aan de dienstplichtwetten voldaan hebben. "

Art.4. Artikel 22, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de volgende zin :
  " Onverminderd de bepalingen van dit besluit zijn de bepalingen van het reglement van orde betreffende de vergelijkende selecties en de selecties bepaald door de afgevaardigd bestuurder van SELOR - het Selectiebureau van de Federale Overheid - van toepassing op de vergelijkende wervingsselecties in de graden van beschermingsassistent, inspecteur en commissaris. "

Art.5. Artikel 24 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
  " Art. 24. De directie-generaal stelt in samenspraak met de afgevaardigd bestuurder van SELOR - het Selectiebureau van de Federale Overheid - een selectiereglement op voor iedere vergelijkende wervingsselectie en bepaalt hierin in het bijzonder het programma op basis van de functiebeschrijving en van het competentieprofiel; het programma voorziet noodzakelijkerwijs in psychotechnische testen.
  De afgevaardigd bestuurder van SELOR - het Selectiebureau van de Federale Overheid - publiceert het reglement van de vergelijkende wervingsselectie en verzekert de regelmatigheid van de selectie. "

Art.6. Artikel 34, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt aangevuld met volgende zinnen :
  " De jury kan slechts zetelen als minstens de helft van de leden aanwezig zijn. De beslissingen worden genomen bij meerderheid van stemmen; bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend. "

Art.7. In artikel 35 van hetzelfde besluit wordt de bepaling onder 3° als volgt vervangen :
  " 3° in het bezit zijn van een Belgisch of Europees rijbewijs van categorie B; ".

Art.8. In artikel 36, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden " of zijn gemachtigde " opgeheven.

Art.9. In artikel 41 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in paragraaf 2 wordt het woord " schorsing " door het woord " verlenging " vervangen;
  2° in paragraaf 3 worden de woorden " In geval van schorsing van de stage " vervangen door de woorden " Tijdens zijn afwezigheden ";
  3° in paragraaf 4 wordt het woord " schorsing " vervangen door het woord " verlenging ".

Art.10. In artikel 43, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden " door de directie-generaal " opgeheven.

Art.11. In artikel 47 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht :
  1° paragraaf 1 wordt als volgt vervangen :
  " § 1. Er wordt een stagecommissie opgericht die voorgezeten wordt door de directeur van de operaties of de adjunct-directeur van de operaties en die samengesteld is uit de directeur van de dienst opleiding en ontwikkeling en uit twee leden bekleed met ten minste de graad van commissaris, aangesteld door de directie-generaal, waarvan één chef van een territoriale eenheid en één chef van de centrale diensten en die tot een verschillende taalrol behoren. De directeur van de dienst opleiding en ontwikkeling is niet stemgerechtigd.
  De stagecommissie heeft als taak :
  1° het superviseren, in samenwerking met de dienst opleiding en ontwikkeling, van de opvolging van de stagiairs en het beslissen over iedere vraag van algemene aard die hier eventueel uit voortkomt;
  2° het verschaffen van een advies over de geschiktheid van de stagiair om al dan niet definitief benoemd te worden, op basis van de stagerapporten en van de meting van verworven kennis; hiertoe neemt de commissie kennis van de evaluatie van het functioneren, de competenties en de houding van iedere stagiair;
  3° het interpelleren van de stagiair over iedere tekortkoming vermeld in een stagerapport.
  De stagecommissie wordt bijgestaan door een secretariaat dat toeziet op de bewaring en het beheer van de stagedossiers, alsook op hun opvolging.
  De stagecommissie komt minstens om de drie maanden samen en ook telkens de noodzaak dit rechtvaardigt. ";
  2° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden " /of van de vermelding van de meting van de verworven kennis" ingevoegd tussen de woorden " van de stagerapporten en " en de woorden " na de nodige informatie te hebben ingewonnen ";
  3° in paragraaf 2, zevende lid, worden de woorden " binnen de acht dagen die volgen op de kennisgeving " opgeheven;
  4° paragraaf 2, zevende lid, wordt aangevuld met de volgende zin :
  " Het beroep is opschortend ";
  5° de paragraaf 3, waarvan de bestaande tekst een paragraaf 4 zal vormen, wordt vervangen door wat volgt :
  " § 3. De stagecommissie beraadslaagt geldig over een stagiair, wanneer twee van de leden die stemgerechtigd zijn, tot dezelfde taalrol als de stagiair behoren. Een lid van de commissie kan slechts over een stagiair beraadslagen, indien hij op geen enkel moment en in welke hoedanigheid ook deelgenomen heeft aan het verloop van de stage van betrokkene. Geen enkel lid mag zich onthouden.
  De stagecommissie beslist bij gewone meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend. ";
  6° in de nieuwe paragraaf 4 worden de woorden " en de vermelding van de meting van de verworven kennis" ingevoegd tussen de woorden " stagerapporten " en de woorden " en na alle nuttige informatie te hebben ingewonnen ".

Art.12. In artikel 51 van hetzelfde besluit worden de woorden " door de directie-generaal " vervangen door de woorden " door de stagecommissie ".

Art.13. Artikel 57, § 4, van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid dat als volgt luidt :
  " De personeelsleden die syndicaal verlof genieten in de hoedanigheid van vast afgevaardigde van een representatieve vakorganisatie in de zin van artikel 13 van de wet van 17 maart 2004 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van het personeel van de buitendiensten van de Veiligheid van de Staat, krijgen ambtshalve de verhoging in weddeschaal in hun graad en de waarderingstoelage vastgesteld voor hun graad, zonder hiervoor een waardemeting te moeten afleggen. "

Art.14. In artikel 60, § 2, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden " Er wordt enkel rekening gehouden met " vervangen door de woorden "In geval van bevordering door overgang naar het hoger niveau of door verhoging in graad, wordt enkel rekening gehouden met. "

Art.15. In artikel 68 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht :
  1° het eerste lid wordt als volgt vervangen :
  " De vergelijkende selectie voor de overgang naar het hoger niveau wordt georganiseerd op basis van een functiebeschrijving en een competentieprofiel die in een selectiereglement vastgelegd worden door de directie-generaal die hierin ook de materies en de methodologie van de proeven vastlegt. Onverminderd de bepalingen van dit besluit zijn de bepalingen van het reglement van orde betreffende de vergelijkende wervingsselecties en de selecties bepaald door de afgevaardigd bestuurder van SELOR - het Selectiebureau van de Federale Overheid - van toepassing op de vergelijkende selecties voor overgang naar de graad van inspecteur en commissaris ";
  2° in het tweede lid van de Franse tekst wordt het woord " Elle " vervangen door de woorden " La sélection ".

Art.16. Artikel 69 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een paragraaf 6, die als volgt luidt :
  " § 6. De jury kan slechts zetelen, indien minstens de helft van de leden aanwezig zijn.
  De beslissingen worden bij meerderheid van stemmen genomen; bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend. "

Art.17. Artikel 76 van hetzelfde besluit, waarvan de huidige tekst paragraaf 1 zal vormen, wordt aangevuld met een paragraaf 2, die als volgt luidt :
  " § 2. Ongeacht § 1 vormt de bevordering door overgang naar het hoger niveau het onderwerp van een gemotiveerd advies van de directie-generaal op basis van het evaluatie-en het tuchtdossier van de ambtenaar, alsook op basis van het gemotiveerd advies dat voordien door de directeur van de operaties of de adjunct-directeur van de operaties gegeven is.
  Het gemotiveerd advies van de directie-generaal, dat afgesloten wordt met de vermelding " gunstig " of " ongunstig ", wordt betekend aan de ambtenaar die zijn opmerkingen hier binnen een termijn van tien werkdagen nog aan kan toevoegen. Deze termijn gaat in op de eerste werkdag die volgt op de dag van de betekening.
  De directie-generaal stelt de ambtenaar ervan in kennis, als zij van mening is dat gevolg moet worden gegeven aan de geformuleerde opmerkingen.
  Het gemotiveerd advies en de eventuele nota met opmerkingen worden door de administrateur-generaal aan de Minister van Justitie overgemaakt. "

Art.18. In artikel 87 van hetzelfde besluit wordt het woord " inspecteur " vervangen door het woord " afdelingsinspecteur ".

Art.19. In artikel 129, § 1, 2°, van hetzelfde besluit, wordt de bepaling onder c) als volgt vervangen :
  " c) de functionele opleiding is een opleiding die :
  - gericht is op de ontwikkeling van de competenties van de ambtenaren en die het hen mogelijk moet maken om een specifiek vereiste deskundigheid te behalen voor de uitoefening van hun functie, hun managementvaardigheden te ontwikkelen, de uitvoering van hun functie te ondersteunen, meer bepaald bij een verandering van affectatie;
  - betrekking heeft op de ontwikkeling van de organisatie en op de technische of structurele wijzigingen van de dienst en die het de ambtenaren mogelijk moet maken om zich aan veranderingen aan te passen;
  - erop gericht is de ambtenaren voor te bereiden op de loopbaanproeven. "

Art.20. In artikel 138, § 1, derde lid, van hetzelfde besluit worden de woorden " door de Minister van Justitie, op gemotiveerd voorstel van de directie-generaal " vervangen door de woorden " door de directie-generaal ".

Art.21. In artikel 139 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in paragraaf 2, derde lid, wordt de bepaling onder 2° als volgt vervangen :
  " 2° van de verantwoordelijke van de dienst opleiding en ontwikkeling of zijn afgevaardigde; ";
  2° in paragraaf 3, tweede lid, wordt de bepaling onder 8° als volgt vervangen :
  " 8° van de verantwoordelijke van de dienst opleiding en ontwikkeling of zijn afgevaardigde; ";

Art.22. In artikel 141, derde lid, van hetzelfde besluit worden de woorden " Dit team staat in voor " vervangen door de woorden " Dit team draagt bij tot ".

Art.23. In artikel 143, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden " ofwel uit eigen beweging " ingevoegd tussen de woorden " Het begeleidingsteam komt tussen " en de woorden " ofwel op vraag van het personeelslid zelf ".

Art.24. In artikel 220 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid aangevuld met de woorden " van Justitie ".

Art.25. In artikel 221 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in het eerste lid worden de woorden " van Justitie " ingevoegd tussen de woorden " De minister " en het woord " motiveert ";
  2° in het tweede lid worden de woorden " van Justitie " ingevoegd tussen de woorden " De minister " en het woord " beslist ".

Art.26. In artikel 258 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in de Nederlandse tekst van paragraaf 2, 1°, tweede lid, worden de woorden " 1 maart 2005 " vervangen door de woorden " 1 maart 2004 ";
  2° in de paragraaf 2, 6°, wordt het tweede lid als volgt vervangen :
  " In afwijking van artikel 86 kan de in het eerste lid beoogde ambtenaar die de toelage m.b.t. de waardemeting nr. 5 genoten heeft gedurende twee jaar, na afloop van deze termijn bevorderd worden door overgang in weddeschaal B4b.
  De ambtenaar behoudt het voordeel van het tweede lid, zelfs indien de vereiste opleiding voor de waardemeting nr. 5 en voor het verkrijgen van de bijbehorende toelage pas gegeven werd na afloop van de termijn van twee jaar ";
  3° in paragraaf 2, 9°, wordt het tweede lid vervangen door wat volgt :
  " In afwijking van artikel 80, § 1, kan de in het eerste lid beoogde ambtenaar die de toelage m.b.t. de waardemeting nr.6 gedurende twee jaar genoten heeft, de officieel erkende opleiding volgen voor de toegang tot waardemeting nr. 7 en voor het verkrijgen van de bijbehorende waarderingstoelage.
  De ambtenaar behoudt het voordeel van het tweede lid, zelfs indien de vereiste opleiding voor de waardemeting nr. 6 en voor het verkrijgen van de bijbehorende waarderingstoelage pas gegeven werd na afloop van de termijn van twee jaar. "

Art.27. In artikel 265 van hetzelfde besluit vervallen de woorden " voor de raad van advies ".

Art.28. Artikel 273 van hetzelfde besluit wordt als volgt vervangen :
  " Art. 273. Bij wijze van overgangsmaatregel zijn de artikelen 61, § 2 en 62 niet van toepassing op de bevorderingen door overgang naar het hoger niveau, door verhoging in weddeschaal en door verhoging in graad, toegekend vanaf de datum van inwerkingtreding van huidig besluit tot en met 31 december 2011 ten laatste.
  Behoudens nieuwe feiten die de laatste beoordeling die in 2006 opgesteld werd, kunnen wijzigen, wordt iedere ambtenaar, wanneer hij kandidaat is voor één van de bevorderingen bedoeld in het eerste lid tussen de datum van inwerkingtreding van huidig besluit en 31 december 2011, geacht de beoordeling " goed " te hebben en een gunstig gemotiveerd advies overeenkomstig artikel 18 van het koninklijk besluit van 22 augustus 1998 tot vaststelling van de nadere regels inzake bevordering door verhoging in weddeschaal en van de weddeschalen verbonden aan de graden van de buitendiensten van het Bestuur van de Veiligheid van de Staat, de artikelen 41 tot 44 van het koninklijk besluit van 22 augustus 1998 houdende het statuut van het personeel van de buitendiensten van de Veiligheid van de Staat en de artikelen 16 tot 18 van het koninklijk besluit van 29 april 1966 betreffende de personeelsleden van het Bestuur van de Veiligheid van de Staat te hebben. De ambtenaar die niet minstens over een beoordeling " goed " beschikt, kan ten vroegste een nieuwe beoordeling vragen in de dertiende maand na zijn laatste beoordeling overeenkomstig de artikelen 16 tot 18 van het koninklijk besluit van 29 april 1966. Deze artikelen 16 tot 18 zijn ook van toepassing op de ambtenaar die van een beoordeling verstoken is.
  De kamer van beroep bedoeld in artikel 209 is bevoegd voor klachten inzake de toegekende beoordeling op basis van de artikelen 16 tot 18 van bovenvermeld koninklijk besluit van 29 april 1996 en klachten ingediend tegen een ongunstig gemotiveerd advies op basis van bovenvermelde artikelen 41 tot 44 van het koninklijk besluit van 22 augustus 1998. "

Art.29. In artikel 275 van hetzelfde besluit worden de woorden " de anciënniteit A te vormen per schijf van drie jaar " vervangen door de woorden " de geldelijke anciënniteit van niveau A te vormen ten belope van hoogstens een bijkomend jaar anciënniteit per jaar ".

Art.30. In artikel 277 van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in 1° worden de woorden " tot en met 31 december 2008 " vervangen door de woorden " tot en met 31 december 2011 ten laatste ";
  2° in 2° worden de woorden " en 44 waarvan de uitwerking tot 31 december 2008 duurt " vervangen door de woorden " en 41 tot 44 waarvan de uitwerking tot 31 december 2011 ten laatste duurt ";
  3° in 3° worden de woorden " tot en met 31 december 2008 " vervangen door de woorden " tot en met 31 december 2011 ".

Art.31. In artikel 278 van hetzelfde besluit wordt de bepaling onder 1° als volgt vervangen :
  " 1° de artikelen 80 tot 83, 85 tot 87 en 90 tot 97die in werking treden op 31 maart 2007; ".

Art.32. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt, met uitzondering van de artikelen 27 tot 31 die uitwerking hebben met ingang van 31 december 2006.

Art. 33. De minister bevoegd voor Justitie en de minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken zijn ieder belast met de uitvoering van dit besluit.

  Gegeven te Brussel, 14 juli 2010.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Justitie,
  S. DE CLERCK
  De Minister van Binnenlandse Zaken,
  Mevr. A. TURTELBOOM