10 DECEMBER 2008. - Koninklijk besluit betreffende de waarborg van bepaalde risico's aangegaan door financiële instellingen (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 19-12-2008 en tekstbijwerking tot 07-05-2009)
Art. 1-7
Artikel 1. De Minister van Financiën is gemachtigd om een Staatswaarborg te verlenen aan de verbintenissen die voldoen aan de criteria en onder de voorwaarden die worden vastgesteld in de volgende artikelen.
Art.2.De Staat kan de verbintenissen van elke kredietinstelling en elke financiële holding of gemengde financiële holding (hierna : "gewaarborgde entiteiten") die voldoen aan de criteria die worden vastgesteld in onderstaand artikel 3 waarborgen, op voorwaarde dat (i) het daarbij gaat om verbintenissen die ertoe strekken om, rechtstreeks of onrechtstreeks, verliezen of het risico op verlies met betrekking tot financiële activa gehouden door rechtstreekse of onrechtstreekse dochtervennootschappen van de gewaarborgde entiteiten te dekken, [1 of die ertoe strekken om de aankoop te beloven, door de gewaarborgde entiteit, in bepaalde omstandigheden, van deze activa,]1 en (ii) dat deze verbintenissen en de Staatswaarborg kunnen bijdragen aan het vermijden dat de gewaarborgde entiteiten of voornoemde dochtervennootschappen zouden worden blootgesteld aan ernstige additionele liquiditeitsnoden, in het bijzonder tengevolge van een rating verlaging.
----------
(1)<KB 2009-04-26/04, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 07-05-2009>
Art.3. De Staatswaarborg kan enkel worden verleend op voorwaarde dat (i) de gewaarborgde entiteit alle nuttige maatregelen ter ondersteuning van zijn financiële situatie, zijn solvabiliteit en zijn liquiditeitspositie heeft genomen dan wel zich ertoe heeft verbonden om die maatregelen te nemen en (ii) het belang van de Belgische economie en de bescherming van alle deposanten zulks rechtvaardigen.
Art.4. De Minister van Financiën bepaalt de andere modaliteiten en voorwaarden met betrekking tot de Staatswaarborg, met inbegrip van de plafonnering ervan, de voorwaarden met betrekking tot de vergoeding ervan, alsook alle overige modaliteiten die de naleving moeten garanderen van de in artikel 3 bedoelde voorwaarden. Hij sluit de overeenkomsten die de waarborg vestigen en die de modaliteiten en voorwaarden ervan regelen.
Art.5. In artikel 4 van het koninklijk besluit van 16 oktober 2008 tot uitvoering van artikel 117bis van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten wordt het tweede lid geschrapt en vervangen als volgt :
"Er kan slechts beroep worden gedaan op de garantie als (i) de gewaarborgde entiteit de verbintenissen waaraan de waarborg werd verleend niet nakomt op hun normale of vervroegde vervaldag of (ii) de tenuitvoerlegging van de waarborg vereist is om de continuïteit van de gewaarborgde entiteit te kunnen garanderen."
Art.6. Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad, met uitzondering van artikel 5, dat uitwerking heeft vanaf 9 oktober 2008.
Art. 7. Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 10 december 2008.
ALBERT
Van Koningswege :
De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en van Institutionele Hervormingen,
D. REYNDERS.