13 JULI 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 26 april 1999 tot vaststelling van het presentiegeld toe te kennen aan de voorzitter, de ondervoorzitters en de leden van de Commissie voor hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden.
Art. 1-5
Artikel 1. In het opschrift van het koninklijk besluit van 26 april 1999 tot vaststelling van het presentiegeld toe te kennen aan de voorzitter, de ondervoorzitters en de leden van de Commissie voor hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden, worden de woorden " voor hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden " vervangen door de woorden " voor financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders ".
Art.2. In artikel 1 van hetzelfde besluit worden het eerste en het tweede lid vervangen als volgt :
" Artikel 1. Het presentiegeld toe te kennen per gepresteerd half uur rechtszitting is vastgesteld als volgt :
Voorzitter : 12,50 EUR;
Ondervoorzitters : 11 EUR;
Leden : 9,50 EUR. "
Art.3. Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
" De mobiliteitsregeling die geldt voor de wedden van het personeel van de federale overheidsdiensten is eveneens van toepassing op de presentiegelden bedoeld in artikel 1 Zij worden gekoppeld aan de spilindex 138,01. "
Art.4. Dit besluit zal in werking treden op de eerste dag van de maand na die waarin ze in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt.
Art. 5. Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 13 juli 2006.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Justitie,
Mevr. L. ONKELINX.