13 MAART 2002. - Wet met het oog op het ter beschikking stellen van de federale politie van ambtenaren van de fiscale administraties.
Art. 1-9
1927030201 1936033102 1939113002 1947062660 1969070305 1994003236
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Art.2. Artikel 31, eerste lid, van de wet van 30 maart 1994 tot uitvoering van het globaal plan op het stuk van de fiscaliteit, wordt vervangen als volgt :
"Ambtenaren van de fiscale administraties, die door de Minister van Financiën zijn aangewezen, worden ter beschikking gesteld van de federale politie teneinde deze bij te staan in de bestrijding van de economische en financiële criminaliteit.".
Art.3. In artikel 463, derde lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, ingevoegd bij de wet van 30 maart 1994, worden de woorden "van de Centrale Dienst voor de bestrijding van de georganiseerde economische en financiële delinquentie" vervangen door de woorden "van de federale politie".
Art.4. In artikel 74bis, derde lid, van het Wetboek van de belasting over de toegevoegde waarde, ingevoegd bij de wet van 30 maart 1994, worden de woorden "van de Centrale Dienst voor de bestrijding van de georganiseerde economische en financiële delinquentie" vervangen door de woorden "van de federale politie".
Art.5. In artikel 207decies, derde lid, van het Wetboek der met het zegel gelijkgestelde taksen, ingevoegd bij de wet van 30 maart 1994, worden de woorden "van de Centrale Dienst voor de bestrijding van de georganiseerde economische en financiële delinquentie" vervangen door de woorden "van de federale politie".
Art.6. In artikel 207octies, derde lid, van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten, ingevoegd bij de wet van 30 maart 1994, worden de woorden "van de Centrale Dienst voor de bestrijding van de georganiseerde economische en financiële delinquentie" vervangen door de woorden "van de federale politie".
Art.7. In artikel 133decies, derde lid, van het Wetboek der successierechten, ingevoegd bij de wet van 30 maart 1994, worden de woorden "van de Centrale Dienst voor de bestrijding van de georganiseerde economische en financiële delinquentie" vervangen door de woorden "van de federale politie".
Art.8. In artikel 67decies, derde lid, van het Wetboek der zegelrechten, ingevoegd bij de wet van 30 maart 1994, worden de woorden "van de Centrale Dienst voor de bestrijding van de georganiseerde economische en financiële delinquentie" vervangen door de woorden "van de federale politie".
Art. 9. Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2001.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en de door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 13 maart 2002.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Financiën,
D. REYNDERS
Met 's Lands zegel gezegeld :
De Minister van Justitie,
M. VERWILGHEN.