3 SEPTEMBER 2000. - Koninklijk besluit houdende vaststelling van het bedrag van de jaarlijkse toelage en regeling van de terugbetaling van de verblijf- en reiskosten van de regeringscommissaris en de gemachtigde van de Minister van Financiën bij de Controledienst voor de Verzekeringen. (NOTA : De woorden "Controledienst voor de Verzekeringen", "Controledienst" en "Dienst" worden vervangen door ofwel "CBFA", ofwel "Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen", volgens de art. 26 en 33 van KB 2003-03-25/34 ; Inwerkingtreding : 01-01-2004) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 13-10-2000 en tekstbijwerking tot 31-03-2003).
Art. 1-6
Artikel 1. Aan de regeringscommissaris en de gemachtigde van de Minister van Financiën bij de Controledienst voor de Verzekeringen wordt een jaarlijkse toelage van (2 832,19 EUR) toegekend. <KB 2001-08-10/72, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
Art.2. De in artikel 1 bedoelde bedragen zijn gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen, overeenkomstig het stelsel dat van toepassing is op de wedden van het rijkspersoneel. Zij worden aan de spilindex 138,01 gekoppeld.
Art.3. Het koninklijk besluit van 2 februari 1976 houdende vaststelling van het bedrag van de jaarlijkse toelage en regeling van de terugbetaling van de verblijf- en reiskosten van de regeringscommissaris bij de Controledienst voor de Verzekeringen en het ministerieel besluit van 24 mei 1976 houdende vaststelling van de bezoldiging van de gemachtigde van de Minister van Financiën bij de Controledienst voor de Verzekeringen, worden opgeheven.
Art.4. Voor de terugbetaling van de reis- en verblijfkosten worden de belanghebbenden gelijkgesteld met de ambtenaren van de rangen 15 tot 17.
Art.5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2000.
Art. 6. Onze Minister van Economie en Onze Minister van Begroting zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 3 september 2000.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Begroting,
J. VANDE LANOTTE
De Minister van Economie,
C. PICQUE.