7 MAART 1995. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 december 1993 tot uitvoering van artikel 26, § 1, tweede lid, van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen en tot verlenging van de voorlopige erkenning van de diensten georganiseerd door de landsbonden van ziekenfondsen, de ziekenfondsen en de maatschappijen van onderlinge bijstand.
Art. 1-4
Artikel 1. Artikel 1, 4°, van het koninklijk besluit van 30 december 1993 tot uitvoering van artikel 26, § 1, tweede lid, van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen en tot verlenging van de voorlopige erkenning van de diensten georganiseerd door de landsbonden van ziekenfondsen, de ziekenfondsen en de maatschappijen van onderlinge bijstand, wordt vervangen door de volgende tekst :
"4° de hospitalisatieverzekering, indien de aansluiting facultatief is en indien zij tussenkomsten in speciën voorziet, die per kalenderjaar en per rechthebbende een bedrag van 30 000 frank kunnen overschrijden."
Art.2. Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
"Art. 3. § 1. De diensten dagelijkse vergoedingen in geval van arbeidsongeschiktheid, bedoeld in artikel 1, 3°, worden voorlopig erkend tot 31 december 1995.
§ 2. De diensten geneeskundige verzorging in het buitenland en hospitalisatieverzekering, bedoeld in artikel 1, 2° en 4°, die voorlopig erkend zijn tot 31 december 1994, blijven voorlopig erkend tot 31 december 1995.
§ 3. De diensten bedoeld in artikel 1, 6°, die voorlopig erkend zijn tot 31 december 1994, blijven voorlopig erkend tot 30 juni 1995."
Art.3. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1995.
Art. 4. Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 7 maart 1995.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Sociale Zaken,
Mevr. M. DE GALAN