Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

11 APRIL 1994. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 mei 1991 tot vaststelling van het persoonlijk aandeel van de rechthebbenden in de kosten van de in het raam van de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering vergoedbare farmaceutische verstrekkingen.



Inhoudstafel:


Art. 1-7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1991022227 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Het opschrift van het koninklijk besluit van 7 mei 1991 tot vaststelling van het persoonlijk aandeel van de rechthebbenden in de kosten van de in het raam van de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering vergoedbare farmaceutische verstrekkingen wordt vervangen als volgt : " Koninklijk besluit tot vaststelling van het persoonlijk aandeel van de rechthebbenden in de kosten van de in het raam van de verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen vergoedbare farmaceutische verstrekkingen ".

Art.2. In artikel 2 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 2 september 1992, worden de woorden " de wet van 9 augustus 1963 tot instelling en organisatie van een regeling voor verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering " vervangen door : " wet van 9 augustus 1963 tot instelling en organisatie van een regeling voor verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen ".

Art.3. Artikel 2bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 2 september 1992, wordt vervangen als volgt :
  " Art. 2bis. De basisbedragen bedoeld in artikel 2, a), zijn gekoppeld aan het indexcijfer 112,64 van de consumptieprijzen. Zij worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan de hoegrootheid die het indexcijfer van de consumptieprijzen heeft bereikt op 30 juni van het voorgaande jaar.
  In afwijking van het vorige lid worden de bedragen in 1994 de eerste maal aangepast op 1 mei 1994.
  De aangepaste bedragen worden uitgedrukt in gehele getallen en afgerond tot het dichtstbijgelegen en door vijf deelbare geheel getal ".

Art.4. Artikel 3 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 2 september 1992, wordt vervangen door de volgende bepalingen :
  " Art. 3. § 1. Overeenkomstig artikel 25, § 2, van vorenvermelde wet van 9 augustus 1963, wordt het persoonlijk aandeel van de niet in een ziekenhuis opgenomen rechthebbenden in de kosten van de vergoedbare magistrale bereidingen als volgt vastgesteld :
  1° het bedraagt 0 F voor de magistrale recepten bedoeld in artikel 13, tweede lid van het koninklijk besluit van 4 juli 1991 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering tegemoetkomt in de kosten van de magistrale bereidingen en daarmee gelijkgestelde produkten.
  Deze bepaling is slechts van toepassing voor zover die bereidingen geen andere actieve bestanddelen bevatten dan die waaraan, alleen of onderling vermengd, de letter " A " is toegewezen;
  2° met uitzondering van de bereidingen die een of meer produkten bevatten welke vermeld zijn in artikel 13, laatste lid, van vorenvermeld koninklijk besluit van 4 juli 1991,
  a) bedraagt het 10 F voor de in artikel 25, § 2, 2e lid van vorenvermelde wet van 9 augustus 1963 bedoelde rechthebbenden;
  b) bedraagt het 35 F. voor de andere rechthebbenden.
  Deze bedragen moeten worden geïnd per tranche, bedoeld in artikel 12, § 1, 3°, van vorenvermeld koninklijk besluit van 4 juli 1991, met dien verstande dat indien die tranche een hoeveelheid bevat welke groter is dan de maximumhoeveelheid die is vermeld in de bij dat besluit gevoegde lijsten, de bedragen van 10 F of 35 F naar gelang van het geval moeten worden geïnd per tranche van de vermelde maximumhoeveelheid;
  3° het bedraagt het dubbele van de waarde bedoeld in § 1, 2°, eerste lid, a), afgerond zoals voorzien onder artikel 3bis, voor de in artikel 25, § 2, 2e lid van vorenvermelde wet van 9 augustus 1963 bedoelde rechthebbenden en het dubbele van de waarde bedoeld in § 1, 2°, eerste lid, b) voor de andere rechthebbenden, welke bedragen per recept moeten worden geïnd voor de produkten die zijn vermeld in de bij vorenvermeld koninklijk besluit van 4 juli 1991 gevoegde lijsten en als dusdanig worden afgeleverd, alsmede voorde topische bereidingen voor oftalmisch gebruik, inclusief het steriliseren.
  Als aan de maximumhoeveelheid die mag worden afgeleverd, een multiplicator is toegewezen in de bij vorenvermeld koninklijk besluit van 4 juli 1991 gevoegde lijsten, moeten die aandelen worden geïnd voor elke tranche van de maximumhoeveelheid die is afgeleverd.
  § 2. Voor magistrale bereidingen die één of meer produkten bevatten die vermeld zijn in artikel 13, laatste lid van het voornoemd koninklijk besluit van 4 juli 1991, wordt het persoonlijk aandeel voor alle rechthebbenden vastgesteld op het dubbele van de waarde bedoeld in § 1, 2°, eerste lid, b), per tranche van de maximumhoeveelheid die aangeduid is in de lijsten die als bijlage gaan, met dien verstande dat wanneer de in het artikel 12, § 1, 3°, van het voornoemd koninklijk besluit van 4 juli 1991 vastgestelde tranche een hoeveelheid bevat die lager is dan de maximumhoeveelheid, het dubbele van de waarde voorzien onder § 1, 2°, eerste lid, b), afgerond zoals voorzien onder artikel 3bis, dient te worden geïnd per tranche bedoeld in dit artikel 12, § 1, 3°.
  § 3. Indien de werkelijke kostprijs van het recept lager is dan de in de §§ 1 en 2 vermelde bedragen, stemt het persoonlijk aandeel van de rechthebbende overeen met de werkelijke kostprijs.
  § 4. Onder het dubbele van de waarde, waarvan sprake in de paragrafen 1, 3° en 2, wordt verstaan het dubbele van de waarde verkregen na toepassing van artikel 3bis. "

Art.5. Artikel 3bis van hetzelfde koninklijk besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 2 september 1992, wordt vervangen door de volgende bepaling :
  " Art. 3bis. De basisbedragen bedoeld in artikel 3, § 1, 2°, eerste lid, a) en b) zijn gekoppeld aan het indexcijfer 112,64 van de consumptieprijzen. Zij worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan de hoegrootheid die het indexcijfer van de consumptieprijzen heeft bereikt op 30 juni van het voorgaande jaar.
  In afwijking van het vorige lid worden de bedragen in 1994 de eerste maal aangepast op 1 mei 1994.
  De aangepaste bedragen worden uitgedrukt in gehele getallen en afgerond tot het dichtsbijgelegen en door vijf deelbare geheel getal.
  De persoonlijke aandelen vernoemd in artikel 3, § 1, 3°, en artikel 3, § 2, vormen steeds een veelvoud van voornoemde basisbedragen. "

Art.6. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1994.

Art. 7. Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 11 april 1994.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  Mevr. De Minister van Sociale Zaken,
  Mevr. M. DE GALAN