Details





Titel:

20 OKTOBER 1992. - Koninklijk besluit betreffende de verbetering van de schapen- en geitenrassen. (NOTA : opgeheven voor de Vlaamse overheid door BVR2010-03-19/22, art. 60, 6°, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2011) (NOTA : opgeheven voor het Waalse Gewest bij BWG2018-09-27/15, art. 41,5°, 007; Inwerkingtreding : 01-11-2018) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 30-08-2000 en tekstbijwerking tot 04-12-2018)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Definities.
Art. 1
Art. 1 Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Art. 1 WAALS GEWEST
Art. 1 Vlaams Gewest
HOOFDSTUK II. - Erkenning van de organisaties of verenigingen van fokkers.
Art. 2
Art. 2 Vlaams Gewest
Art. 3-5
Art. 5 Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Art. 5 WAALS GEWEST
HOOFDSTUK III. - Registratie en inschrijving in de stamboeken.
Art. 6-11
HOOFDSTUK IV. - Prestatieonderzoek en beoordeling van de genetische waarde.
Art. 12, 12bis
HOOFDSTUK V. - Toelating tot de fokkerij en gebruik van sperma, eicellen en embryo's.
Art. 13-16
HOOFDSTUK VI. - Zoötechnische certificaten.
Art. 17-19
HOOFDSTUK VII. - Aanmoediging van de verbetering van de schapen en gietenrassen.
Art. 20-23
Art. 23 Vlaams Gewest
HOOFDSTUK VIII. - Slotbepalingen.
Art. 24-26
Bijlage.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1979120702 





Artikels:

HOOFDSTUK I. - Definities.
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit, verstaat men onder :
  - de Minister : de Minister die de landbouw onder zijn bevoegdheid heeft;
  - de Veeteeltdienst : de Veeteeltdienst van het Ministerie van Landbouw;
  - raszuivere fokschapen en -geiten : alle schapen of geiten waarvan de ouders en grootouders in een stamboek van hetzelfde ras zijn ingeschreven of geregistreerd en die zelf hetzij zijn ingeschreven, hetzij zijn geregistreerd en geschikt zijn om daarin te worden ingeschreven;
  - stamboek : alle boeken, registers, kaartsystemen of informatiedragers, die worden bijgehouden door een organisatie of vereniging van fokkers, die erkend wordt door de Minister, en waarin de raszuivere fokschapen of -geiten van een bepaald ras met vermelding van hun voorgeslacht worden ingeschreven of geregistreerd.

Art. 1_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST.   Voor de toepassing van dit besluit, verstaat men onder :  - de Minister : de Minister die de landbouw onder zijn bevoegdheid heeft;  - [2 de Veeteeltdienst : de directie bevoegd voor het Landbouwbeleid binnen het bestuur Economie en werkgelegenheid van het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;]2  - raszuivere fokschapen en -geiten : alle schapen of geiten waarvan de ouders en grootouders in een stamboek van hetzelfde ras zijn ingeschreven of geregistreerd en die zelf hetzij zijn ingeschreven, hetzij zijn geregistreerd en geschikt zijn om daarin te worden ingeschreven;  - stamboek : alle boeken, registers, kaartsystemen of informatiedragers, die worden bijgehouden door een organisatie of vereniging van fokkers, die erkend wordt door de Minister, en waarin de raszuivere fokschapen of -geiten van een bepaald ras met vermelding van hun voorgeslacht worden ingeschreven of geregistreerd.
  ----------
  (2)<BESL 2009-12-17/01, art. 4, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2010>


Art. 1_WAALS_GEWEST.   Voor de toepassing van dit besluit, verstaat men onder :   - de Minister : de Minister die de landbouw onder zijn bevoegdheid heeft;   - [1 de Veeteeltdienst : de Directie Kwaliteit van het Operationeel Directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu van de Waalse Overheidsdienst]1   - raszuivere fokschapen en -geiten : alle schapen of geiten waarvan de ouders en grootouders in een stamboek van hetzelfde ras zijn ingeschreven of geregistreerd en die zelf hetzij zijn ingeschreven, hetzij zijn geregistreerd en geschikt zijn om daarin te worden ingeschreven;   - stamboek : alle boeken, registers, kaartsystemen of informatiedragers, die worden bijgehouden door een organisatie of vereniging van fokkers, die erkend wordt door de Minister, en waarin de raszuivere fokschapen of -geiten van een bepaald ras met vermelding van hun voorgeslacht worden ingeschreven of geregistreerd.
  ----------
  (1)<BWG 2009-10-29/11, art. 4, 004; Inwerkingtreding : 26-11-2009>


Art. 1_VLAAMS_GEWEST.   Voor de toepassing van dit besluit, verstaat men onder :  - de Minister : de Minister die de landbouw onder zijn bevoegdheid heeft;  - (de bevoegde entiteit : het Departement Landbouw en Visserij); <MB 2006-04-28/51, art. 25, 003; Inwerkingtreding : 01-04-2006>  - raszuivere fokschapen en -geiten : alle schapen of geiten waarvan de ouders en grootouders in een stamboek van hetzelfde ras zijn ingeschreven of geregistreerd en die zelf hetzij zijn ingeschreven, hetzij zijn geregistreerd en geschikt zijn om daarin te worden ingeschreven;  - stamboek : alle boeken, registers, kaartsystemen of informatiedragers, die worden bijgehouden door een organisatie of vereniging van fokkers, die erkend wordt door de Minister, en waarin de raszuivere fokschapen of -geiten van een bepaald ras met vermelding van hun voorgeslacht worden ingeschreven of geregistreerd.


HOOFDSTUK II. - Erkenning van de organisaties of verenigingen van fokkers.
Art.2.Onverminderd artikel 3, erkent de Minister elke organisatie of vereniging van fokkers, die stamboeken instelt of bijhoudt, en die voldoet aan de volgende voorwaarden :
  1° een aanvraag voor erkenning schriftelijk voorleggen aan de Veeteeltdienst;
  2° beschikken over een rechtspersoonlijkheid;
  3° beschikken over statuten waarin met name wordt bepaald, dat tussen aangeslotenen niet wordt gediscrimineerd;
  4° bij controle door de Veeteeltdienst aantonen dat zij :
  a) doeltreffend functioneren;
  b) in staat zijn de voor het bijhouden van de afstamming vereiste controles uit te voeren;
  c) voldoende dieren omvatten om een programma voor rasverbetering te kunnen uitvoeren of om de instandhouding van het ras te kunnen garanderen wanneer dit noodzakelijk wordt geacht;
  d) in staat zijn om gebruik te maken van de voor de uitvoering van het progrmma tot verbetering of instandhouding van het ras benodigde gegevens over de zoötechnische prestaties;
  5° voorschriften hebben inzake :
  a) de kenmerken van het ras (of de rassen);
  b) een systeem voor identificatie van de dieren overeenkomstig de beschikkingen vastgesteld door de Minister;
  c) het systeem voor de registratie van de afstamming;
  d) de doelstellingen op fokgebied;
  e) het systeem voor de benutting van de zoötechnische gegevens, waarmee de bepaling van de genetische waarde wordt uitgevoerd;
  f) de indeling van het stamboek, indien er uiteenlopende voorwaarden voor de inschrijving van de dieren of verschillende wijzen van classifering van de in het stamboek ingeschreven dieren gelden.

Art. 2_VLAAMS_GEWEST.   Onverminderd artikel 3, erkent de Minister elke organisatie of vereniging van fokkers, die stamboeken instelt of bijhoudt, en die voldoet aan de volgende voorwaarden :  1° een aanvraag voor erkenning schriftelijk voorleggen aan de (bevoegde entiteit); <MB 2006-04-28/51, art. 26, 003; Inwerkingtreding : 01-04-2006>  2° beschikken over een rechtspersoonlijkheid;  3° beschikken over statuten waarin met name wordt bepaald, dat tussen aangeslotenen niet wordt gediscrimineerd;  4° bij controle door de (bevoegde entiteit) aantonen dat zij : <MB 2006-04-28/51, art. 26, 003; Inwerkingtreding : 01-04-2006>  a) doeltreffend functioneren;  b) in staat zijn de voor het bijhouden van de afstamming vereiste controles uit te voeren;  c) voldoende dieren omvatten om een programma voor rasverbetering te kunnen uitvoeren of om de instandhouding van het ras te kunnen garanderen wanneer dit noodzakelijk wordt geacht;  d) in staat zijn om gebruik te maken van de voor de uitvoering van het progrmma tot verbetering of instandhouding van het ras benodigde gegevens over de zoötechnische prestaties;  5° voorschriften hebben inzake :  a) de kenmerken van het ras (of de rassen);  b) een systeem voor identificatie van de dieren overeenkomstig de beschikkingen vastgesteld door de Minister;  c) het systeem voor de registratie van de afstamming;  d) de doelstellingen op fokgebied;  e) het systeem voor de benutting van de zoötechnische gegevens, waarmee de bepaling van de genetische waarde wordt uitgevoerd;  f) de indeling van het stamboek, indien er uiteenlopende voorwaarden voor de inschrijving van de dieren of verschillende wijzen van classifering van de in het stamboek ingeschreven dieren gelden.


Art.3. Indien er voor een ras reeds een erkende organisatie of vereniging van fokkers bestaat, kan de Minister de erkenning weigeren aan een nieuwe organisatie of vereniging van fokkers, indien deze de instandhouding van het ras in gevaar brengt of de uitvoering van het zoëtechnisch programma van een bestaande organisatie of vereniging doorkruist.

Art.4. De Minister trekt de erkenning in van een organisatie of vereniging van fokkers, die stamboeken bijhoudt wanneer zij niet meer op duurzame wijze voldoet aan de criteria voor erkenning.

Art.5.De Minister licht de Commissie van de Europese Gemeenschap en de andere lidstaten in omtrent de erkenningen, die afgeleverd werden aan de organisaties en verenigingen van fokkers, die stamboeken bijhouden of instellen, als ook omtrent de ingetrokken erkenningen. Hij licht tevens de Commissie van de Europese Gemeenschap in over de weigeringen, die uitgesproken werden op basis van het artikel 3.

Art. 5_BRUSSELS_HOOFDSTEDELIJK_GEWEST.   [1 Krachtens artikel 5 van Richtlijn nr. 89/361/EEG van de Raad van 30 mei 1989 betreffende raszuivere fokschapen en -geiten, gewijzigd door Richtlijn nr. 2008/73/EG van de Raad van 15 juli 2008 tot vereenvoudiging van de procedures voor het opstellen en publiceren van lijsten met informatie op veterinair en zoötechnisch gebied en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG, 77/504/EEG, 88/407/EEG, 88/661/EEG, 89/361/EEG, 89/556/EEG, 90/426/EEG, 90/427/EEG, 90/428/EEG, 90/429/EEG, 90/539/EEG, 91/68/EEG, 91/496/EEG, 92/35/EEG, 92/65/EEG, 92/66/EEG, 92/119/EEG, 94/28/EG en 2000/75/EG, beschikking 2000/258/EG en de Richtlijnen 2001/89/EG, 2002/60/EG en 2005/94/EG, stelt de Minister of de leidende ambtenaar van de Veeteeltdienst die hij daartoe machtigt, de lijst op van de organisaties of verenigingen van fokkers die overeenkomstig artikel 2 erkend zijn, houdt de lijst actueel en stelt ze ter beschikking van de andere lidstaten en van het publiek; dit gebeurt volgens de modaliteiten die in voorkomend geval bepaald zijn door het permanent zoötechnisch comité ingesteld bij besluit nr. 77/505/EEG van 25 juli 1977.   De Ministers informeert de Commissie van de Europese Gemeenschappen eveneens over de weigeringen uitgesproken op grond van artikel 3.]1
  ----------
  (1)<BESL 2009-12-17/01, art. 4, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2010>


Art. 5_WAALS_GEWEST.  [1 De Minister, of zijn afgevaardigde van de Veeteeltdienst die hij daartoe afvaardigt, maakt en houdt een lijst bij van de krachtens arikel 2 erkende fokkersorganisaties of -verenigingen en legt die ter inzage van de overige lidstaten en van het publiek; dit gechiedt met inachtneming van de modaliteiten die, desgevallend, bepaald worden door het permanent zoötechnisch comité ingesteld bij de Beslissing 77/505/EEG van 25 juli 1977.   De Minister geeft de Commissie van de Europese Gemeenschappen kennis van de weigeringen aangevoerd op basis van artikel 3.]1
  ----------
  (1)<BWG 2009-10-29/11, art. 4, 004; Inwerkingtreding : 26-11-2009>

HOOFDSTUK III. - Registratie en inschrijving in de stamboeken.
Art.6. Om door de organisatie of vereniging van fokkers, die het stamboek van zijn ras bijhoudt, te kunnen worden geregistreerd, moet een schaap of een geit :
  - afstammen van ouders en grootouders, die ook geregistreerd of in een stamboek van hetzelfde ras ingeschreven zijn;
  - na de geboorte volgens de voorschriften van de organisatie of vereniging van fokkers zijn geïdentificeerd;
  - een afstamming hebben, die overeenkomstig de voorschriften van de organisatie of vereniging van fokkers is vastgesteld.

Art.7. Om in de hoofdafdeling van het stamboek van het betrokken ras te kunnen worden ingeschreven, moet een raszuiver fokschaap of een raszuivere fokgeit :
  - afstammen van ouders en grootouders, die ook in een stamboek van hetzelfde ras zijn ingeschreven;
  - na de geboorte volgens de voorschriften van de organisatie of vereniging van fokkers die dat stamboek bijhoudt, zijn geïdentificeerd;
  - een afstamming hebben, die overeenkomstig de voorschriften van die organisatie of vereniging van fokkers is vastgesteld;
  - beantwoorden aan de standaard van het ras vastgesteld door die organisatie of vereniging van fokkers.

Art.8. De hoofdafdeling van het stamboek mag naargelang van de eigenschappen van de dieren in verscheidene klassen worden ingedeeld; slechts raszuivere fokschapen en -geiten, die aan de voorwaarden in artikel 7 beantwoorden, mogen in één van deze klassen worden ingeschreven.

Art.9. § 1. Een organisatie of vereniging van fokkers, die een stamboek bijhoudt, mag beslissen dat een vrouwelijk dier, dat niet aan de in artikel 7 genoemde voorwaarden voldoet, in een aanvullende afdeling van het stamboek mag worden ingeschreven. Dit vrouwelijk dier moet beantwoorden aan de volgende vereisten :
  - na de geboorte volgens de voorschriften van de organisatie of vereniging van fokkers zijn geïdentificeerd;
  - beantwoorden aan de standaard van het ras vastgesteld door de organisatie of vereniging van fokkers;
  - overeenkomstig de voorschriften van de organisatie of vereniging van fokkers aan minimumnormen voldoen.
  § 2. Een vrouwelijk dier, waarvan de moeder en de moeders-moeder in de in lid 1 bedoelde aanvullende afdeling van het stamboek zijn ingeschreven en waarvan de vader en de twee grootvaders in de hoofdafdeling van het stamboek zijn ingeschreven overeenkomstig de voorwaarden van artikel 7, wordt als raszuiver vrouwelijk dier beschouwd en in de hoofdafdeling van het stamboek overeenkomstig artikel 7 opgenomen.
  § 3. De in lid 1, tweede en derde streepje, vastgestelde voorwaarden kunnen worden aangepast naargelang het vrouwelijk dier, ook al is het van onbekende afkomst, tot het betrokken ras behoort, dan wel voortkomt uit een kruisingsprogramma dat door de organisatie of vereniging van fokkers, die het stamboek beheert, is goedgekeurd.

Art.10. Een organisatie of vereniging van fokkers die een stamboek bijhoudt, mag beslissen dat een mannelijk dier dat niet aan de in artikel 7 genoemde voorwaarden voldoet, in een aanvullende afdeling van het stamboek kan worden ingeschreven. Dit mannelijk dier moet beantwoorden aan de volgende vereisten :
  - na de geboorte volgens de voorschriften van de organisatie of vereniging van fokkers zijn geïdentificeerd;
  - beantwoorden aan de standaard van het ras vastgesteld door de organisatie of vereniging van fokkers;
  - beantwoorden aan minimumnormen volgens de voorschriften van de organisatie of vereniging van fokkers;
  - behoren tot een landschaperas, dat in beginsel niet bestemd is voor de melkproduktie en behoren tot een van de rassen opgenomen in de bijlage.

Art.11. Wanneer een stamboek verscheidene klassen omvat, moeten uit een ander stamboek van hetzelfde ras afkomstige raszuivere fokschapen of -geiten, die specifieke kenmerken hebben waardoor zij verschillen van de schapen- of geitenstapel van hetzelfde ras die in het stamboek van bestemming is opgenomen, worden ingeschreven in de stamboekklasse die de kenmerken behelst waaraan zij beantwoorden.

HOOFDSTUK IV. - Prestatieonderzoek en beoordeling van de genetische waarde.
Art.12. De Minister bepaalt de voorwaarden, die dienen nageleefd voor het prestatieonderzoek en de beoordeling van de genetische waarde van de raszuivere fokschapen en -geiten, met name wat betreft :
  - het individueel onderzoek in proefstation en op bedrijf;
  - de melkcontrole en de beoordeling van de genetische waarde van de vrouwelijke melkdieren;
  - het onderzoek van de nakomelingen en van de broers en zusters.

Art. 12bis. <ingevoegd bij KB 1995-01-19/40, art. 1; Inwerkingtreding : 12-02-1995> De Minister van technische kommissies instellen met het doel vraagstukken te bestuderen, die verband houden met de verbetering van de schapen- en geitenrassen. Hij bepaalt de rol ervan, de samenstelling en de werkingswijze.

HOOFDSTUK V. - Toelating tot de fokkerij en gebruik van sperma, eicellen en embryo's.
Art.13. Onverminderd artikelen 14 en 15 worden de mannelijke en vrouwelijke raszuivere fokschapen en -geiten, die ingeschreven zijn in een stamboek, toegelaten tot de fokkerij en is het gebruik van hun sperma, eicellen en embryo's toegestaan.

Art.14. § 1. De mannelijke raszuivere fokschapen of -geiten worden toegelaten tot de kunstmatige inseminatie en het gebruik van hun sperma is toegestaan indien zij een prestatieonderzoek en een onderzoek voor de beoordeling van hun genetische waarde hebben ondergaan, dat uitgevoerd werd volgens de voorwaarden vastgesteld door de Minister overeenkomstig artikel 12.
  § 2. De mannelijke raszuivere fokschapen en -geiten worden toegelaten tot de kunstmatige inseminatie in het raam van officiële tests en het gebruik van hun sperma wordt toegestaan binnen de kwantitatieve beperkingen, die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van hun prestatieonderzoek en van de beoordeling van hun genetische waarde verricht volgens de voorwaarden vastgesteld door de Minister overeenkomstig artikel 12.

Art.15. Het is verboden sperma, eicellen en embryo's van raszuivere fokschapen of -geiten te winnen, behandelen en op te slaan zonder in het bezit te zijn van een zoötechnische erkenning verleend door de Minister, om in staat te zijn de oorsprong van deze produkten te waarborgen.

Art.16. De Minister bepaalt de voorwaarden om de zoötechnische erkenning te verkrijgen, op te schorten en in te trekken.

HOOFDSTUK VI. - Zoötechnische certificaten.
Art.17. § 1. Tijdens hun verhandeling in België dienen de raszuivere fokschapen en -geiten alsook hun sperma, eicellen en embryo's vergezeld te zijn van een zoötechnisch certificaat, wat ook hun herkomst is.
  § 2. Niettemin bij de verdeling en het inbrengen van sperma, eicellen of embryo's door een organisatie, die in het bezit is van een zoötechnische erkenning, vermeld in artikel 15, mogen vereenvoudigde documenten in plaats van de zoötechnisch certificaten de dosissen vergezellen, voor zover deze vereenvoudigde documenten verwijzen naar het overeenkomstig zoötechnisch certificaat, dat voorafgaandelijk werd afgeleverd op de zetel van de organisatie of de vereniging van fokkers, die erkend is voor het bijhouden van het stamboek van het betrokken ras.

Art.18. Het zoötechnisch certificaat wordt uitsluitend afgeleverd door de organisatie of de vereniging van fokkers, die erkend is voor het bijhouden van het stamboek van het betrokken ras en slechts voor de raszuivere fokschapen en -geiten.

Art.19. De Minister legt de gegevens vast, die vermeld dienen te worden op de zoötechnische certificaten en op de vereenvoudigde documenten vermeld in artikel 17.

HOOFDSTUK VII. - Aanmoediging van de verbetering van de schapen en gietenrassen.
Art.20. De Minister kan de verbetering van schapen- en geitenrassen aanmoedigen door opdrachten toe te vertrouwen :
  1° aan een representatieve organisatie van vleesschapenfokkers, samengesteld uit provinciale of interprovinciale verenigingen, die instaan voor heel het nationaal grondgebied en uit een nationale vereniging, die hen groepeert;
  2° aan de representatieve organisatie van geiten- en melkschapenfokkers, samengesteld uit provinciale of interprovinciale verenigingen die instaan voor heel het nationaal grondgebied, en uit een nationale vereniging die hen groepeert;
  3° aan elke andere representatieve vereniging van een groep schapen- of geitenfokkers.

Art.21. De Minister stelt de lijst op van de schapen- en geitenrassen waarvan de omvang of het veeteeltkundig belang de selectie in de schoot van verenigingen van fokkers, vermeld in artikel 20, verantwoordt.

Art.22. Binnen de grenzen van de beschikbare begrotingskredieten en voor zover zij de opdrachten, die hij hun heeft toevertrouwd, op een toereikende wijze vervullen, kan de Minister jaarlijks aan de verenigigen vermeld in artikel 20, de volgende toelagen toekennen :
  1° een toelage ten bedrage van maximaal (7.500 EUR), waarvan hij de wijze van verdelen vastlegt, als tussenkomst in de werkings- en administratiekosten van de provinciale en interprovinciale verenigingen van fokkers van vleesschapen; <KB 2000-07-20/59, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
  2° een toelage, waarvan hij het bedrag vastlegt, als tussenkomst in de werkings- en administratiekosten van de nationale vereniging van kwekers van vleesschapen;
  3° een toelage ten bedrage van maximaal (20.350 EUR) als tussenkomst voor de inrichting en de verwezenlijking van specifieke programma's in het kader van de genetische verbetering van vleesschapen, die voorgelegd werden door de nationale vereniging van kwekers van vleesschapen en die door hem goedgekeurd werden; <KB 2000-07-20/59, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
  4° een toelage ten bedrage van maximaal (4.000 EUR) waarvan hij de wijze van verdelen vastlegt, als tussekomst in de werkings- en administratiekosten van de provinciale en interprovinciale verenigingen van geiten- en melkschapenfokkers; <KB 2000-07-20/59, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
  5° een toelage waarvan hij het bedrag vastlegt, als tussenkomst in de werkings- en administratiekosten van het nationaal verbond van geiten- en melkschapenfokkers;
  6° een toelage ten bedrage van maximaal (4.090 EUR) als tussenkomst voor de inrichting en de verwezenlijking van specifieke programma's in het kader van de genetische verbetering van geiten en melkschapen, die door het nationaal verbond van geiten- en melkschapenfokkers voorgelegd en door hem goedgekeurd werden; <KB 2000-07-20/59, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
  7° een toelage waarvan hij het bedrag vastlegt als tussenkomst in de kosten, die voortvloeiten uit de uitvoering vn de opdrachten die toevertrouwd werden aan de verenigingen bedoeld in artikel 20, 3°.

Art.23.De criteria waaraan een vereniging van fokkers moet beantwoorden om te kunnen genieten van de toekenning van toelagen zijn de volgende :
  1° erkend zijn of vertegenwoordigd zijn in de schoot van een erkende organisatie van fokkers;
  2° opgericht zijn als een vereniging zonder winstgevend doel overeenkomstig de bepalingen van de wet van 27 juni 1921 waarbij aan de verenigingen zonder winstgevend doel en aan de instellingen van openbaar nut rechtspersoonlijkheid wordt verleend;
  3° bestuurd worden door statuten goedgekeurd door de Minister;
  4° de opdrachten vervullen waarvoor zij wordt betoelaagd, hierbij richt zij zich naar de richtlijnen en onderwerpt zij zich aan de controles van de Veeteeltdienst;
  5° alle documenten en inlichtingen verstrekken die vereist zijn door de Veeteeltdienst.

Art. 23_VLAAMS_GEWEST.   De criteria waaraan een vereniging van fokkers moet beantwoorden om te kunnen genieten van de toekenning van toelagen zijn de volgende :  1° erkend zijn of vertegenwoordigd zijn in de schoot van een erkende organisatie van fokkers;  2° opgericht zijn als een vereniging zonder winstgevend doel overeenkomstig de bepalingen van de wet van 27 juni 1921 waarbij aan de verenigingen zonder winstgevend doel en aan de instellingen van openbaar nut rechtspersoonlijkheid wordt verleend;  3° bestuurd worden door statuten goedgekeurd door de Minister;  4° de opdrachten vervullen waarvoor zij wordt betoelaagd, hierbij richt zij zich naar de richtlijnen en onderwerpt zij zich aan de controles van de (bevoegde entiteit); <MB 2006-04-28/51, art. 26, 003; Inwerkingtreding : 01-04-2006>  5° alle documenten en inlichtingen verstrekken die vereist zijn door de (bevoegde entiteit). <MB 2006-04-28/51, art. 26, 003; Inwerkingtreding : 01-04-2006>


HOOFDSTUK VIII. - Slotbepalingen.
Art.24. <Opheffingsbepaling KB 1979-12-07/30>

Art.25. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1992, met uitzondering van de artikelen 1 tot 19 die in werking treden de dag waarop dit besluit in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art.26. Onze Minister van Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.

Bijlage.
Art. N. Rassen bedoeld in artikel 10, vierde streepje.
  Alacarrena.
  Appenninica.
  Bergamasca.
  Biellese.
  Blackface.
  Campanica.
  Cheviot.
  Churra Algarvia.
  Churra de Terra Quente.
  Dalesbred.
  Dartmoor.
  Derbyshire Gritstone.
  Exmoor Horn.
  Eppynt Hill and Beulah Speckled.
  Face.
  Galega Bragancana.
  Gellega.
  Gentile di Puglia.
  Gotland.
  Hardwick.
  Lonk.
  Merina.
  Merino Beira Baixa.
  Merino Branco.
  Montesina.
  North Country Cheviot.
  Ojalada.
  Resa Aragonesa.
  Ripollesa.
  Ronaldsay.
  Rough Fell.
  Segurena.
  Shetland.
  Soay.
  Sopravissana.
  St. Kilda.
  Swaledale.
  Talaverana.
  Welsh Mountain.