Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

28 JANUARI 1987. - Decreet betreffende het overbrengen van klank- en televisieprogramma's in de radiodistributie- en teledistributienetten en betreffende de erkenning van niet-openbare televisieverenigingen.



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Art. 1-2
HOOFDSTUK II. - (Opgeheven) <DVR 1994-05-04/31, art. 25, § 1; Inwerkingtreding : 14-06-1994>
Art. 3-4
HOOFDSTUK III. - Erkenning van niet-openbare televisieverenigingen.
Art. 5-7, 7bis, 8-14



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:





Artikels:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Artikel 1. Dit decreet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 59bis van de Grondwet.

Art.2. Voor de toepassing van dit decreet wordt verstaan onder :
  1° radiodistributienet : het geheel van de inrichtingen die door eenzelfde verdeler in werking worden gesteld met het wezenlijk doel klankprogrammasignalen, langs de kabel, aan derden over te brengen;
  2° teledistributienet : het geheel van de inrichtingen die door eenzelfde verdeler in werking worden gesteld met het wezenlijk doel televisieprogrammasignalen, langs de kabel, aan derden over te brengen;
  3° klankprogramma's : de klankuitzendingen van de radio-omroepdiensten en andere klankoverbrengingen;
  4° televisieprogramma's : de televisie-uitzendingen van de radio-omroepdiensten en andere overbrengingen van beelden of teksten, al dan niet van klanken vergezeld;
  5° radio-omroepdienst : de dienst voor radioverbindingen die uitzendingen doet welke bestemd zijn om rechtstreeks door het publiek in het algemeen te worden ontvangen. Die dienst kan bestaan uit klank-, televisie- of andere soorten van uitzendingen.
  Voor de radio-omroepdienst per satelliet geldt de uitdrukking " bestemd om rechtstreeks door het publiek in het algemeen te worden ontvangen " zowel voor de ontvangst langs een radiodistributie- of een teledistributienet als voor die met behulp van een collectieve of van een individuele antenne;
  6° verdeler : de persoon die een radiodistributie- of teledistributienet exploiteert;
  7° eindontvangtoestel : het toestel dat met een radiodistributie- of teledistributienet verbonden is om klank- of televisieprogrammasignalen die door dat net worden doorgegeven te ontvangen en ogenblikkelijk te reproduceren, ofwel in de vorm van klanken, ofwel in de vorm van beelden, teksten en klanken;
  8° niet-openbare televisievereniging : een privaatrechtelijke vereniging zich richtend, inzonderheid via de kabel, tot een beperkt of algemeen publiek binnen een lokale gemeenschap, een regionale gemeenschap of de gehele Vlaamse Gemeenschap, met televisieprogramma's of andere al dan niet exclusief eenrichtingsuitzendingen die samen gaan met televisieuitzendingen;
  9° betaalomroep : een systeem waarbij via de kabel en/of de ether aan elke ontvanger de gelegenheid geboden wordt tegen bijkomende betaling, bovenop de prijs van het kabelabonnement en/of kijk- en luistergeld, een selectie van programma's in geluid, beeld en data te ontvangen.

HOOFDSTUK II. - (Opgeheven)
Art.3. (Opgeheven) <DVR 1994-05-04/31, art. 25, § 1, 003; Inwerkingtreding : 14-06-1994>

Art.4. (Opgeheven) <DVR 1994-05-04/31, art. 25, § 1, 003; Inwerkingtreding : 14-06-1994>

HOOFDSTUK III. - Erkenning van niet-openbare televisieverenigingen.
Art.5. Onder de voorwaarden bepaald bij dit decreet kunnen niet-openbare televisieverenigingen erkend worden door de Vlaamse Executieve. Zij dienen te worden opgericht als een privaatrechtelijk rechtspersoon. De zetel van de vereniging dient gevestigd te zijn in het Nederlandse taalgebied of in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad.

Art.6. De niet-openbare televisieverenigingen hebben tot maatschappelijk doel het verzorgen van televisieprogramma's. Zij mogen alle handelingen verrichten die rechtstreeks of onrechtstreeks bijdragen tot de verwezenlijking van dit doel.
  Samenwerking tussen niet-openbare televisieverenigingen onderling of met andere omroepen mag niet leiden tot gestructureerde eenvormigheid in het programmabeleid.

Art.7. Door de Vlaamse Executieve kunnen, op advies van de Vlaamse Mediaraad, erkend worden :
  1°
  a) één niet-openbare televisievereniging zich richtend tot de gehele Vlaamse Gemeenschap;
  b) (...) <DVR 1991-10-23/50, art. 15, 1°, 002; Inwerkingtreding : 07-01-1992>
  2° niet-openbare televisieverenigingen zich met een programma richtend tot een specifieke doelgroep binnen de gehele Vlaamse Gemeenschap, een regionale of een lokale gemeenschap;
  3° niet-openbare televisieverenigingen die betaalomroep verzorgen. (Behoudens afwijkingen toegestaan door de Vlaamse regering worden de programma's gecodeerd doorgegeven.) <DVR 1994-05-04/31, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 14-06-1994>
  (4° Niet-openbare televisieverenigingen die zich met andere soorten van diensten richten tot het publiek of een deel ervan. Deze diensten kunnen, al dan niet tegen betaling, geheel of gedeeltelijk doorgegeven worden via gecodeerde signalen. De Vlaamse regering kan bijkomende voorwaarden voor erkenning van deze niet-openbare televisieverenigingen opleggen.) <DVR 1994-05-04/31, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 14-06-1994>

Art. 7bis. <Ingevoegd bij DVR 1994-05-04/31, art. 7; Inwerkingtreding : 14-06-1994> Voor elk omroepprogramma is een erkenning vereist. Met omroepprogramma wordt bedoeld het geheel van klankprogramma's van een radio-omroeporganisatie en andere klankoverbrengingen, al dan niet in gecodeerde vorm, en van de televisieprogramma's van een televisieomroeporganisatie en andere overbrengingen van televisiebeelden of teksten, al dan niet in gecodeerde vorm en/of van klanken vergezeld, dat via één kanaal wordt doorgegeven.

Art.8. § 1. De niet-openbare televisievereniging bedoeld in artikel 7, 1°, a) van dit decreet moet een privaatrechtelijke vennootschap zijn. Haar maatschappelijk kapitaal bestaat uitsluitend uit aandelen op naam. Op minimum eenenvijftig ten honderd van het maatschappelijk kapitaal moet worden ingeschreven door uitgevers van Nederlandstalige kranten en weekbladen, (...). <DVR 1994-05-04/31, art. 25, §2, 003; Inwerkingtreding : 14-06-1994>
  De verdelers kunnen in deze niet-openbare televisievereniging participeren zonder dat deze participatie in het kapitaal twintig ten honderd kan bereiken.
  § 2. De Vlaamse Executieve bepaalt de voorwaarden waaronder de niet-openbare televisieverenigingen erkend kunnen worden, ter uitvoering van de bepalingen van de artikelen 5, 6 en 7 van dit decreet. De voorwaarden hebben betrekking op de financiële en organisatorische structuur.
  § 3. De Vlaamse Executieve bepaalt eveneens de procedure voor het verlenen, het opschorten en het intrekken van de erkenning van niet-openbare televisieverenigingen.
  § 4. De Vlaamse Executieve bepaalt de criteria met betrekking tot de duur van de erkenningen.

Art.9. § 1. De programma's van de niet-openbare televisieverenigingen bedoeld onder artikel 7, 1° van dit decreet, strekken ertoe de communicatie te bevorderen en bij te dragen tot de algemene ontwikkeling. Zij hebben tot taak in een evenwichtig zendschema een verscheidenheid van informatie, vorming en ontspanning te brengen. De Vlaamse Executieve bepaalt de verhouding ter zake.
  § 2. In de programma's wordt elke vorm van discriminatie geweerd. De programmaopbouw geschiedt derwijze dat hij geen aanleiding geeft tot discriminatie tussen de onderscheiden ideologische of filosofische strekkingen.
  De informatieve programma's worden verzorgd in een geest van strikte onpartijdigheid en volgens de regels van de journalistieke plichtenleer, met waarborg voor de redactionele onafhankelijkheid.

Art.10. (Opgeheven) <DVR 1994-05-04/31, art. 25, § 1, 003; Inwerkingtreding : 14-06-1994>

Art.11. § 1. De reglementaire besluiten bedoeld in artikel 8, §§ 2 en 4, artikel 9, § 1 en artikel 10 worden genomen op advies van de Vlaamse Mediaraad. Ze worden zonder terugwerkende kracht, toepasbaar ten vroegste vanaf de dag van hun publikatie in het Belgisch Staatsblad, en desgevallend op een latere datum in het betreffende besluit vastgesteld.
  § 2. Zij worden binnen tien dagen na hun bekendmaking in het Belgisch Staatsblad door de Vlaamse Executieve ter bekrachtiging voorgelegd aan de Vlaamse Raad.
  De bekrachtiging wordt geacht niet verleend te zijn, indien de Vlaamse Raad bij het verstrijken van een termijn van zes maanden geen beslissing heeft getroffen.
  Bedoelde besluiten behouden alsdan hun rechtsgevolgen tegenover derden zolang zij niet vervangen zijn door nieuwe besluiten.
  § 3. De op grond van een besluit van de Vlaamse Executieve erkende verenigingen, kunnen zich binnen zes maanden aanpassen aan de bij decreet nieuw opgelegde of gewijzigde voorwaarden, zonder opschorting van hun erkenning.

Art.12. Onverminderd de toepassing van artikel 14 van dit decreet kan de Vlaamse Executieve, op advies van de Vlaamse Mediaraad, de erkenning van de niet-openbare televisieverenigingen opschorten of intrekken in geval van overtreding van dit decreet, van andere wettelijke verbodsbepalingen, of indien de door de Vlaamse Executieve toegewezen mogelijkheden niet benut worden. De Vlaamse Executieve motiveert haar beslissing. De opschorting van de erkenning beloopt maximum 30 dagen.

Art.13. Het is de niet-openbare televisieverenigingen verboden programma's aan te bieden die strijdig zijn met de goede zeden, de veiligheid van de Staat, de openbare orde of die een belediging kunnen uitmaken voor andermans overtuiging of voor een vreemde Staat.

Art. 14. § 1. Er wordt voor de gehele Vlaamse Gemeenschap (de Vlaamse geschillenraad voor radio en televisie) ingesteld, hierna genoemd " De Geschillenraad ", die uitspraak doet over individuele betwistingen gerezen naar aanleiding van de toepassing van artikel 9, § 2 van dit decreet (van artikel 5, 8°, van het decreet van 7 november 1990 houdende organisatie en erkenning van lokale radio's, van artikel 21 van het decreet van 27 maart 1991 houdende het statuut van de Nederlandse Radio- en Televisieuitzendingen in België, Omroep van de Vlaamse Gemeenschap, en van artikel 4, 9° en 14°, van het decreet van 23 oktober 1991 houdende organisatie en erkenning van niet-openbare regionale televisieverenigingen). <DVR 1994-05-04/31, art. 22, § 2, 003; Inwerkingtreding : 14-06-1994>
  § 2. Eenieder die doet blijken van een benadeling of een belang kan (op straffe van onontvankelijkheid) uiterlijk de vijftiende dag na de datum van de uitzending van het televisieprogramma, een betwisting aanhangig maken bij de Voorzitter van de Geschillenraad bij wege van een ter post aangetekend verzoekschrift. <DVR 1994-05-04/31, art. 22, § 2, 003; Inwerkingtreding : 14-06-1994>
  § 3. De partijen gehoord, doet de Geschillenraad uitspraak binnen zestig dagen na ontvangst van het verzoekschrift. De uitspraak wordt onverwijld meegedeeld aan de Vlaamse Raad en de Vlaamse Executieve.
  In geval van gegrondheid van het verzoek kan de Geschillenraad :
  1° een vermaning geven;
  2° de verplichting opleggen de uitspraak (uit te zenden) in de vorm en op het tijdstip door hem bepaald; <DVR 1994-05-04/31, art. 22, § 2, 003; Inwerkingtreding : 14-06-1994>
  3° (...) <DVR 1994-05-04/31, art. 22, § 2, 003; Inwerkingtreding : 14-06-1994>
  4° (...) <DVR 1991-10-23/50, art. 15, 1°, 002; Inwerkingtreding : 07-01-1992>
  5° (...) <DVR 1991-10-23/50, art. 15, 1°, 002; Inwerkingtreding : 07-01-1992>
  De opschorting van de erkenning beloopt maximum 30 dagen.
  § 4. De Geschillenraad is samengesteld uit negen leden.
  De leden van de Geschillenraad worden, voor de duur van vier jaar, aangewezen door de Vlaamse Raad. Hun mandaat is eenmaal hernieuwbaar.
  Om tot een lid van de Geschillenraad te worden aangewezen, moet men volle vijfendertig jaar oud zijn, en aan één van de volgende voorwaarden voldoen :
  1° ten minste tien jaar het ambt van magistraat in de rechtbanken en Hoven of in de Raad van State hebben bekleed;
  2° ten minste tien jaar een wetenschappelijk of onderwijsambt in de Rechtswetenschappen of de Pers- en Communicatiewetenschappen aan een Vlaamse universiteit of aan een Vlaamse instelling voor hoger onderwijs van het lange type hebben bekleed;
  3° ten minste tien jaar werkzaam zijn als beroepsjournalist bij de schrijvende pers.
  Voor de leden, behorende tot de categorieën vermeld sub 2° en 3° van het vorig lid, is er onverenigbaarheid tussen het lidmaatschap van de Geschillenraad en een door verkiezing te begeven politiek mandaat of een functie of bestuursmandaat in de niet-openbare televisieverenigingen, of een bestuursmandaat uitgeoefend in een pers-, advertentie- of reclamebedrijf.
  § 5. De Geschillenraad bepaalt zelf de nadere regelen inzake procedure en werking, nadat hij in eigen schoot zijn Voorzitter heeft verkozen.
  De kredieten nodig voor de werking van de Geschillenraad worden bij wijze van dotatie door de Vlaamse Raad ter beschikking gesteld.
  De Geschillenraad kan voor het uitvoeren van zijn taken een beroep doen op personeelsleden van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap die hiertoe door de Vlaamse Executieve ter beschikking worden gesteld en aangeduid.
  De zetel van de Geschillenraad wordt gevestigd te Brussel.