Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

17 JULI 1985. _ Wet tot wijziging van de wetten op de kredietinstellingen, voornamelijk ter aanpassing aan het recht van de Europese Gemeenschappen.



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. Wijzigingen van de op de banken toepasselijke wetgeving.
Art. 1-13
HOOFDSTUK II. Wijzigingen van de op de privé-spaarkassen toepasselijke wetgeving.
Art. 14-36
HOOFDSTUK III. Wijzigingen van de wet van 10 juni 1964 op het openbaar aantrekken van spaargelden.
Art. 37-47
HOOFDSTUK IV. Controle over de openbare kredietinstellingen.
Art. 48-49
HOOFDSTUK V. Vennootschappen erkend door het Nationaal Instituut voor Landbouwkrediet.
Art. 50
HOOFDSTUK VI. Diverse en overgangsmaatregelen.
Art. 51-57



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1935070950  1937093050  1964061003  1967062350  1975102703 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK I. _ Wijzigingen van de op de banken toepasselijke wetgeving.
Artikel 1. <wijzigingsbepaling>

Art.2. <wijzigingsbepaling>

Art.3. <wijzigingsbepaling>

Art.4. <wijzigingsbepaling>

Art.5. <wijzigingsbepaling>

Art.6. <wijzigingsbepaling>

Art.7. <wijzigingsbepaling>

Art.8. <wijzigingsbepaling>

Art.9. <wijzigingsbepaling>

Art.10. <wijzigingsbepaling>

Art.11. <wijzigingsbepaling>

Art.12. <wijzigingsbepaling>

Art.13. <wijzigingsbepaling>

HOOFDSTUK II. _ Wijzigingen van de op de privé-spaarkassen toepasselijke wetgeving.
Art.14. <wijzigingsbepaling>

Art.15. <wijzigingsbepaling>

Art.16. <wijzigingsbepaling>

Art.17. <wijzigingsbepaling>

Art.18. <wijzigingsbepaling>

Art.19. <wijzigingsbepaling>

Art.20. <wijzigingsbepaling>

Art.21. <wijzigingsbepaling>

Art.22. <wijzigingsbepaling>

Art.23. <opheffingsbepaling>

Art.24. <opheffingsbepaling>

Art.25. <wijzigingsbepaling>

Art.26. <wijzigingsbepaling>

Art.27. <wijzigingsbepaling>

Art.28. <wijzigingsbepaling>

Art.29. <wijzigingsbepaling>

Art.30. <wijzigingsbepaling>

Art.31. <wijzigingsbepaling>

Art.32. <wijzigingsbepaling>

Art.33. <wijzigingsbepaling>

Art.34. <wijzigingsbepaling>

Art.35. <wijzigingsbepaling>

Art.36. <wijzigingsbepaling>

HOOFDSTUK III. _ Wijzigingen van de wet van 10 juni 1964 op het openbaar aantrekken van spaargelden.
Art.37. <wijzigingsbepaling>

Art.38. <wijzigingsbepaling>

Art.39. <opheffingsbepaling>

Art.40. <wijzigingsbepaling>

Art.41. <wijzigingsbepaling>

Art.42. <wijzigingsbepaling>

Art.43. <wijzigingsbepaling>

Art.44. <wijzigingsbepaling>

Art.45. <wijzigingsbepaling>

Art.46. <wijzigingsbepaling>

Art.47. <wijzigingsbepaling>

HOOFDSTUK IV. _ Controle over de openbare kredietinstellingen.
Art.48. (opgeheven) <W 1991-06-17/30, art. 275, 002; Inwerkingtreding : onbepaald >

Art.49. <wijzigingsbepaling>

HOOFDSTUK V. _ Vennootschappen erkend door het Nationaal Instituut voor Landbouwkrediet.
Art.50. <wijzigingsbepaling>

HOOFDSTUK VI. _ Diverse en overgangsmaatregelen.
Art.51. De privé-spaarkassen die bij de inwerkingtreding van deze wet toegelaten zijn, worden van rechtswege ingeschreven voor de toepassing van artikel 3 van de gecoördineerde bepalingen betreffende de private spaarkassen, zoals het door artikel 14 van deze wet wordt gewijzigd.

Art.52. De bedrijfsrevisoren beoogd bij artikel 20, § 1, derde lid van het koninklijk besluit nr. 185 van 9 juli 1935, zoals gewijzigd bij artikel 8 van deze wet, moeten uiterlijk drie maanden na de bekendmaking van deze wet worden aangesteld."

Art.53. Artikel 39 van deze wet treedt in werking twee jaar na de datum van bekendmaking, onverminderd de termijnen bepaald door de overeenkomsten inzake inzameling van terugbetaalbare fondsen die van het publiek werden ontvangen en die, op dat ogenblik, in het bezit zijn van de betrokken ondernemingen.

Art.54. De instellingen waarop de hiernagenoemde bepalingen van toepassing zijn, moeten uiterlijk één jaar na de inwerkingtreding van deze wet ten minste twee leidinggevende personen hebben :1° artikel 7, § 1, van het koninklijk besluit nr. 185 van 9 juli 1935, gewijzigd door artikel 5 van deze wet;2° artikel 24bis, § 1, van de gecoördineerde bepalingen betreffende de private spaarkassen, ingelast door artikel 27 van deze wet;3° artikel 5, § 1, van de wet van 10 juni 1964, als laatst gewijzigd door artikel 40 van deze wet;4° artikel 7, vijfde lid, van het koninklijk besluit van 30 september 1937, als laatst gewijzigd door artikel 50 van deze wet.

Art.55. <wijzigingsbepaling>

Art.56. Artikel 5bis, § 1, ingevoegd in de wet van 10 juni 1964 op het openbaar aantrekken van spaargelden door artikel 41 van deze wet, is toepasselijk vanaf 1 januari van het tweede jaar volgend op het jaar waarin deze wet wordt bekendgemaakt.

Art. 57. Het koninklijk besluit van 27 oktober 1975 houdende verordening inzake controle op de private spaarkassen wordt opgeheven.