31 DECEMBER 1983. - Koninklijk besluit houdende vaststelling van de formule en van de modaliteiten voor de jaarlijkse aanpassing van de tarieven voor het vervoer van reizigers toegepast door de maatschappijen voor gemeenschappelijk vervoer. (NOTA : Opgegeven voor het Waalse Gewest bij BWG 1992-11-26/35, art. 3, Inwerkingtreding : 1993-01-21) (NOTA : Opgeheven voor de Vlaamse Gemeenschap bij BVR 2004-05-14/48, art. 88, Inwerkingtreding : 30-07-2004) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 01-01-1987 en tekstbijwerking tot 20-07-2004).
Art. 1-4
1987014059 1988014278 1990014322 1990027084 1991030575 1991035942 1992014023 1992027305 1992035321 1995035321 1996010850 1997035168 1998035142 1999035151 2000035276 2001035416 2002035225 2002036412 2003035265 2004035158 2004035326 2004036217
Artikel 1. § 1. De formule bedoeld in artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 174 van 30 december 1982 houdende invoering van een jaarlijkse aanpassing van de tarieven toegepast door de maatschappijen voor gemeenschappelijk vervoer, is als volgt vastgesteld :
A = 100 (0,5 B + 0,5 C) - 100In deze formule :
Is A het aanpassingspercentage van de tarieven;vertegenwoordigt B de evolutie van prijzen die de exploitatieuitgaven beïnvloeden;
vertegenwoordigt C de evolutie van de levensduurte.
§ 2. De waarde B wordt bepaald door volgende formule : P E G M n n n n-1 B = a ----- + b ----- + c ----- + d ----- n-1 P n-1 E n-1 G n-1 M n-1 n-1 n-1 n-2
In deze formule :
is n het jaar dat het jaar van de tariefaanpassing voorafgaat;is n-1 het jaar dat het jaar n voorafgaat;
is n-2 het jaar dat het jaar n-1 voorafgaat;
zijn a, b, c en d de wegingscoëfficiënten die het betrekkelijk aandeel vertegenwoordigen respectievelijk van de personeelsuitgaven, van de uitgaven voor electrische tractieenergie, van de brandstofuitgaven en van de andere uitgaven in verhouding tot de totale exploitatieuitgaven;
P, vertegenwoordigt de gemiddelde jaarlijkse brutobezoldiging vermeerderd met de sociale lasten en wordt bepaald door volgende formule :
Q + R + S T + U + V P = e (----------) + f (---------); n-1 3 n-1 3
in deze formule :
zijn e en f de wegingscoëfficiënten die respectievelijk vertegenwoordigen het betrekkelijk aandeel van de personeelsuitgaven van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen en dit van de personeelsuitgaven van de Nationale Maatschappij van Buurtspoorwegen en van de Maatschappij voor intercommunaal vervoer in verhouding tot de totale personeelsuitgaven;
Q vertegenwoordigt de jaarlijkse bruto bezoldiging van een treinconducteur van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen;
R de jaarlijkse bruto bezoldiging van een spoorlegger van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen;
S de jaarlijkse bruto bezoldiging van een opsteller van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen;
T de jaarlijkse bruto bezoldiging van een autobusbestuurder van de Maatschappij voor het intercommunaal vervoer te Brussel;
U de jaarlijkse bruto bezoldiging van een eerst geschoolde arbeider van de Maatschappij voor het intercommunaal vervoer te Brussel;
V de jaarlijkse bruto bezoldiging van een directieklerk van de Maatschappij voor het intercommunaal vervoer te Brussel.
Deze waarden Q, R, S, T, U en V worden berekend tegen het vereffeningspercentage van kracht op 30 juni, met een loonschaalanciënniteit van vijftien jaar en met inbegrip van de premies en vergoedingen verbonden aan de functie, alsmede de legale en extra-legale lasten voortvloeiend uit de rekeningen van het vorig jaar;
E de gemiddelde kostprijs van een kWu voor tractie gebruikt door de N.M.B.S. tijdens de periode van twaalf maanden die de 1e juli voorafgaat;
G de gemiddelde officiële prijs (exclusief BTW) van de gasolie wegvoertuigen aan de pomp volgens de programma-overeenkomst, medegedeeld door de Administratie voor Energie gedurende de periode van twaalf maanden die de 1e juli voorafgaat;
M de gemiddelde waarde van het jaarlijks indexcijfer van de producten Fabrimetal.
§ 3. De waarde van C wordt bepaald door volgende formule :
I n C = ------- I n-1
in dewelke I het gemiddelde is van de indexcijfers van de consumptieprijzen gedurende de periode van twaalf maanden die de 1e juli voorafgaat.
(§ 4. De Minister tot wiens bevoegdheid het gemeenschappelijk vervoer behoort kan beslissen de jaarlijkse aanpassing van de tarieven uit te stellen wanneer het jaarlijkse resultaat (A) of de som van de jaarlijkse resultaten (A) lager is dan 4 % in vergelijking tot de laatste aanpassing van de tarieven.
Wanneer dit percentage is bereikt, dient in dit geval, de aanpassing voor het volgend jaar de resultaten bekomen voor alle jaren tijdens dewelke er geen aanpassingen van de tarieven heeft plaatsgevonden, te omvatten.) <KB 1987-03-03/31, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-01-1987>
Art.2. De Minister tot wiens bevoegdheid het gemeenschappelijk vervoer behoort, deelt het resultaat van de in artikel 1 bepaalde formule aan de raden van beheer mede.
Hij bepaalt de procedure voor toezending van de voorstellen van de raden van beheer en stelt de datum vast waarvoor hij het in het eerste lid bedoeld resultaat mededeelt alsmede de termijnen waarbinnen de voorstellen van de raden van beheer hem moeten worden toegezonden.
Art.3. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekend gemaakt.
Art. 4. Onze Minister van Verkeerswezen en Posterijen, Telegrafie en Telefonie is belast met de uitvoering van dit besluit.