Artikels:
Artikel 1. In artikel 1 van het decreet van 14 december 2023 houdende de begroting van de ontvangsten en de algemene begroting van de uitgaven van de Duitstalige Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2024 wordt de tabel door de volgende tabel vervangen:
| "(in duizenden euro) |
| Algemene ontvangsten 403.825 |
| Toegewezen ontvangsten 469.878 |
| Totaal 873.703" |
Art.2. Artikel 3 van hetzelfde decreet wordt vervangen als volgt:
"Art. 3 - Met toepassing van artikel 58, § 1, van het decreet van 25 mei 2009 houdende het financieel reglement van de Duitstalige Gemeenschap kan de Regering tot maximaal 1,5 miljard euro leningen aangaan en de uitgifte van thesauriebewijzen ondertekenen."
Art.3. In artikel 4 van hetzelfde decreet wordt de tabel door de volgende tabel vervangen:
| "(in duizenden euro) | Vastleggingskredieten | Ordonnanceringskredieten |
| Algemene uitgaven | 750.320 | 758.371 |
| Begrotingsfondsen | 121.260 | 132.228 |
| Totaal | 871.580 | 890.599" |
Art.4. In artikel 8 van hetzelfde decreet wordt de tabel door de volgende tabel vervangen:
| "DAB Mediacentrum | 406.000 EUR |
| DAB Gemeenschapscentra | 17.474.000 EUR |
| DAB Dienst voor zelfbeschikkend leven | 25.512.000 EUR |
| DAB Dienst voor arbeidsbemiddeling | 3.875.000 EUR |
| Robert-Schuman-Instituut | 773.000 EUR |
| Koninklijk Atheneum Eupen | 395.000 EUR |
| César-Franck-Atheneum | 318.000 EUR |
| Koninklijk Atheneum Sankt Vith | 392.000 EUR |
| Centrum voor bevorderingspedagogiek | 599.000 EUR |
| DAB Service en Logistiek | 1.831.000 EUR" |
Art.5. In artikel 9 van hetzelfde decreet wordt de tabel door de volgende tabel vervangen:
| "Autonome hogeschool | 688.000 EUR |
| Belgisch Radio- en Televisiecentrum | 8.038.000 EUR |
| Instituut voor de opleiding en de voortgezette opleiding in de middenstand | 6.683.000 EUR |
| Sociaal-Economische Raad | 591.000 EUR |
| Kaleido | 1.362.000 EUR |
| Centrum voor kinderopvang | 11.395.000 EUR" |
Art.6. Dit decreet treedt in werking op 1 januari 2024.
BIJLAGE.
Art. N.
(Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 12-03-2025, p. 34395)