Details





Titel:

9 APRIL 2024. - Koninklijk besluit houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Federale Raad voor Wetenschapsbeleid



Inhoudstafel:


Art. 1-3
BIJLAGE.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Het hierbij gevoegde huishoudelijk reglement van de Federale Raad voor Wetenschapsbeleid wordt goedgekeurd.

Art.2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 15 november 2023.

Art.3. De minister bevoegd voor Wetenschapsbeleid is belast met de uitvoering van dit besluit.

BIJLAGE.
Art. N.
  Bijlage
  Huishoudelijk reglement van de Federale Raadvoor Wetenschapsbeleid
  HOOFDSTUK I. - De Raad
  Artikel 1. De vergaderingen
  De Raad vergadert ten minste drie maal per jaar.
  De voorzitter van de Raad roept de Raad bijeen, hetzij op eigen initiatief, hetzij op het schriftelijk verzoek van ten minste vijf leden van de Raad.
  Art. 2. De uitnodigingen
  De uitnodigingen voor de vergaderingen van de Raad worden ten minste acht kalenderdagen op voorhand verstuurd. De agenda van de vergadering wordt toegevoegd aan de uitnodiging, evenals de documenten betreffende de te behandelen punten.
  In geval van spoed kan de termijn voor het verzenden van de uitnodiging en de zittingsdocumenten tot drie kalenderdagen worden herleid.
  De deelname op afstand (bijvoorbeeld via elektronische weg) aan de vergaderingen en aan de stemmingen is echter mogelijk, indien de bijeenroeping dit voorziet.
  Het lid dat op afstand wenst deel te nemen aan de vergadering van de Raad neemt onverwijld en ten laatste de dag voor de vergadering contact op met het secretariaat om alle praktische maatregelen voor de deelname aan de vergadering op afstand te organiseren.
  De voorzitter ziet erop toe dat de ter beschikking gestelde communicatiemiddelen in staat zijn de identiteit van de leden te verifiëren door visuele en auditieve verificatie. Het secretariaat zal alle praktische modaliteiten en beveiligingsvoorschriften inzake deelname op afstand aan de vergadering en de stemming uiteenzetten. In geval van beslissing bij geheime stemming, wordt het geheim van de stemming gewaarborgd door de communicatiemiddelen die ter beschikking worden gesteld.
  Art. 3. De agenda
  De voorzitter bepaalt de agenda van de vergaderingen van de Raad. Wanneer hij de Raad bijeenroept op het schriftelijk verzoek van ten minste vijf leden, moeten de punten die het voorwerp van deze aanvraag uitmaken in de agenda worden opgenomen.
  Art. 4. De beraadslagingen
  De Raad kan slechts op geldige wijze beraadslagen, als meer dan de helft van de leden waaruit hij is samengesteld aanwezig zijn.
  Art. 5. De beslissingen
  De beslissingen van de Raad worden genomen bij consensus of, wanneer dit niet mogelijk is, bij absolute meerderheid van stemmen.
  De stemmingen gebeuren bij handopsteking. Beslissingen over personen, leden van de Raad, worden evenwel bij geheime stemming genomen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 12, tweede lid, van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 houdende oprichting van de Raad.
  Elk lid, dat op een zitting aanwezig is en zich bij een stemming onthoudt, wordt verzocht zijn onthouding toe te lichten.
  Art. 6. De notulen
  Elke vergadering van de Raad wordt vastgelegd in notulen, die de beslissingen, aanbevelingen en adviezen van de Raad bevatten. Wat meer bepaald de adviezen betreft genomen in uitvoering van artikel 10, tweede lid, van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 bevatten de notulen daarenboven de standpunten van de leden.
  De notulen worden naar de leden van de Raad verstuurd. Zij worden definitief na goedkeuring op de eerstvolgende vergadering van de Raad.
  HOOFDSTUK II. - Het Bureau en de werkgroepen van de Raad
  Art. 7. Het Bureau van de Raad
  Het Bureau organiseert de werkzaamheden van de Raad en vergadert op regelmatige tijdstippen. Het wordt bijeengeroepen door de voorzitter van de Raad.
  Het Bureau kan zich laten bijstaan door andere leden van de Raad, naargelang van de behandelde onderwerpen, en kan personen uitnodigen die geen lid zijn van de Raad.
  De andere bepalingen betreffende de werking van de Raad zijn van overeenkomstige toepassing op het Bureau.
  Art. 8. De werkgroepen van de Raad
  De werkgroepen worden voorgezeten door een lid van de Raad. Zij vervullen hun mandaat onder het gezag en het toezicht van de Raad via de voorzitter van de werkgroep.
  De voorzitter van de werkgroep roept de werkgroep bijeen en regelt de werkzaamheden. Hij licht geregeld de Raad in over de voortgang van de werkzaamheden.
  Elk lid van de Raad kan deelnemen aan de vergaderingen van werkgroepen. De uitnodigingen, agenda's en documenten worden hem op zijn verzoek meegedeeld.
  Art. 9.Algemene bepalingen
  Noch het Bureau, noch de werkgroepen zijn gerechtigd om naar buiten te treden met adviezen, aanbevelingen, verslagen of andere publicaties, behoudens uitdrukkelijke delegatie van de Raad.