Details





Titel:

11 DECEMBER 2023. - Koninklijk besluit houdende vaststelling van de personeelsformatie van de secretarissen bij de parketten, en van de personeelsleden bij de griffies en de parketsecretariaten bij de hoven en rechtbanken(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 18-12-2023 en tekstbijwerking tot 10-10-2024)



Inhoudstafel:


Art. 1-9



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2014009126 



Uitvoeringsbesluit(en):

2024008920 



Artikels:

Artikel 1. De personeelsformatie van de griffies bij de hoven en rechtbanken, wordt vastgesteld als volgt:

Tabel1.
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 18-12-2023, p. 119476)

Art.2. De personeelsformatie van de parketsecretariaten bij de hoven en rechtbanken, wordt vastgesteld als volgt:

Tabel2.
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 18-12-2023, p. 119479)
  Gewijzigd door:
  <KB 2024-09-16/10, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 10-10-2024>

Art.3. Ingeval een betrekking van medewerker vrij komt, kan deze op advies van de betrokken hoofdgriffier of hoofdsecretaris van rechtswege worden vervangen door een betrekking van assistent.

Art.4. Naast de personeelsformatie vastgesteld in artikel 1 van dit besluit, wordt voor een periode van drie jaar ingaande op de datum van inwerkingtreding van dit besluit, een tijdelijke personeelsformatie ingesteld van:
  a) 4 assistenten bij de griffie van het hof van beroep te Brussel;
  b) 1 deskundige bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen;
  c) 1 assistent bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen;
  d) 2 assistenten bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Limburg.

Art.5. Naast de personeelsformatie vastgesteld in artikel 2 van dit besluit, wordt voor een periode van drie jaar ingaande op de datum van inwerkingtreding van dit besluit, een tijdelijke personeelsformatie ingesteld van:
  a) 2 deskundigen bij het parketsecretariaat bij de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen;
  b) 5 assistenten bij het parketsecretariaat bij de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen;
  c) 1 deskundige bij het parketsecretariaat bij de rechtbank van eerste aanleg te Limburg
  d) 1 assistent bij het parketsecretariaat bij de rechtbank van eerste aanleg te Limburg;

Art.6. Onverminderd de toepassing van het artikel 162, § 3, van het Gerechtelijk Wetboek, worden ten minste:
  a) 4 referendarissen aangewezen bij de Nederlandstalige rechtbank van eerste aanleg te Brussel;
  b) 14 referendarissen aangewezen bij de Franstalige rechtbank van eerste aanleg te Brussel;
  c) 2 referendarissen aangewezen bij de Franstalige arbeidsrechtbank te Brussel;
  d) 1 referendaris aangewezen bij de Nederlandstalige arbeidsrechtbank te Brussel;
  e) 1 referendaris aangewezen bij de Franstalige ondernemingsrechtbank te Brussel;
  f) 1 referendaris aangewezen bij de Nederlandstalige politierechtbank te Brussel;
  g) 2 referendarissen aangewezen bij de Franstalige politierechtbank te Brussel;
  h) 38 Franstalige parketjuristen aangewezen bij het parket van de Procureur des Konings te Brussel;
  i) 9 Nederlandstalige parketjuristen aangewezen bij het parket van de Procureur des Konings te Brussel;
  j) 8 parketjuristen aangewezen bij het parket van de Procureur des Konings te Halle-Vilvoorde.

Art.7. Het koninklijk besluit van 25 maart 2014 houdende vaststelling van de personeelsformatie van de secretarissen bij de parketten, en van de personeelsleden bij de griffies en de parketsecretariaten bij de hoven en rechtbanken, wordt opgeheven.

Art.8. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 9. De Minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.