Details





Titel:

5 MEI 2022. - Ministerieel besluit tot aanwijzing bij de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen van de bevoegde hiërarchische meerderen voor de toepassing van artikel 78 van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel



Inhoudstafel:


Art. 1-3



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Voor de tuchtprocedure tegen de ambtenaren van de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, vermeld in kolom 1 van de hiernavolgende tabel, wordt het personeelslid vermeld in kolom 2 aangewezen als bevoegde hiërarchische meerdere zoals bedoeld in artikel 78, § 6, van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel:


Kolom 1Kolom 2
Niveau A  
Klasse A5
  
De Voorzitter van de directieraad
  
Klasse A4 (met uitzondering van de Voorzitter van de directieraad)
  
De Voorzitter van de directieraad
  
Klasse A3
  
Een vastbenoemd ambtenaar die minstens tot de klasse A4 behoort van de dienst waartoe ook de te bestraffen statutaire ambtenaar behoort
  
Klassen A1 en A2
  Classes A1 et A2
Een vastbenoemd ambtenaar die minstens tot de klasse A3 behoort van de dienst waartoe ook de statutaire ambtenaar in kwestie behoort
  
Niveaus B, C en D
  Niveaux B, C, D
Een vastbenoemd ambtenaar die minstens tot de klasse A3 behoort van de dienst waartoe ook de statutaire ambtenaar in kwestie behoort
  
Art.2. Onverminderd artikel 3 wordt bij ontstentenis of afwezigheid van het personeelslid dat krachtens artikel 1 aangewezen is als bevoegde hiërarchische meerdere voor de toepassing van artikel 78 van voornoemd koninklijk besluit van 2 oktober 1937 en als er niemand formeel tijdelijk werd aangesteld als leidinggevende van de ambtenaar die het voorwerp uitmaakt van een tuchtprocedure, als bevoegde hiërarchische meerdere voor de toepassing van voornoemd artikel 78 tegen de ambtenaren van de klassen A1, A2, A3, A4 en A5 en van de niveaus B, C en D een ambtenaar aangewezen die behoort tot dezelfde als of een hogere klasse dan die bedoeld in kolom 2 van bovenstaande tabel, die in de organisatiestructuur in de opklimmende orde van de hiërarchie de plaats bekleedt die het dichtst bij de ambtenaar die het voorwerp uitmaakt van een tuchtprocedure staat.

Art. 3. Indien een hiërarchische meerdere bedoeld in artikelen 1 en 2, overeenkomstig de gecoördineerde wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, niet over de vereiste wettelijke taalkennis beschikt, wordt als bevoegde hiërarchische meerdere voor de toepassing van artikel 78 van het voornoemde koninklijk besluit van 2 oktober 1937 tegen de ambtenaren van de klassen A1, A2, A3, A4 en A5 en van de niveaus B, C en D, een ambtenaar aangewezen die behoort tot dezelfde als of een hogere klasse dan die bedoeld in kolom 2 van bovenstaande tabel, die over de vereiste wettelijke taalkennis beschikt en die in de organisatiestructuur in de opklimmende orde van de hiërarchie de plaats bekleedt die het dichtst bij de ambtenaar die het voorwerp uitmaakt van een tuchtprocedure staat.