31 AUGUSTUS 2022. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet van 1 april 2022 tot uitvoering van Verordening (EU) 2017/821 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 tot vaststelling van verplichtingen inzake passende zorgvuldigheid in de toeleveringsketen voor Unie-importeurs van tin, tantaal en wolfraam, de overeenkomstige ertsen, en goud uit conflict- en hoogrisicogebieden
Art. 1-5
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder de wet van 1 april 2022: de wet van 1 april 2022 tot uitvoering van Verordening (EU) 2017/821 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 tot vaststelling van verplichtingen inzake passende zorgvuldigheid in de toeleveringsketen voor Unie-importeurs van tin, tantaal en wolfraam, de overeenkomstige ertsen, en goud uit conflict- en hoogrisicogebieden.
Art.2. De ambtenaren van de Algemene Directie Economische Inspectie en van de Algemene Directie Economische Analyses en Internationale Economie van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie hebben de bevoegdheid om het toezicht te houden als bedoeld in artikel 3, § 2, eerste lid, van de wet van 1 april 2022.
Art.3. De ambtenaren van de Algemene Directie Economische Inspectie van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie met minstens de klasse A3 bedoeld in artikel 8 van het koninklijk besluit van 25 oktober 2013 betreffende de geldelijke loopbaan van de personeelsleden van het federaal openbaar ambt, hebben de bevoegdheid om het actieplan te beoordelen als bedoeld in artikel 5, § 3, eerste lid, van de wet van 1 april 2022.
Art.4. De ambtenaren van de Algemene Directie Economische Inspectie van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie die met toepassing van artikel XV.60/4 van het Wetboek van economisch recht zijn gemachtigd om de administratieve geldboeten op te leggen bedoeld in boek XV, titel 1/2, van het voornoemde wetboek, hebben de bevoegdheid om een administratieve geldboete op te leggen als bedoeld in artikel 6, § 1, van de wet van 1 april 2022.
Art. 5. De minister bevoegd voor Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.