Details





Titel:

27 MAART 2022. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 september 2016 tot uitvoering van artikel 30bis, van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen en van artikel 56 van de wet van 17 juli 2015 houdende diverse bepalingen inzake gezondheid en tot wijziging van het koninklijk besluit van 17 september 2010 tot uitvoering van artikel 75, § 2, van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2016022347 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 1 van het koninklijk besluit van 6 september 2016 tot uitvoering van artikel 30bis, van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen en van artikel 56 van de wet van 17 juli 2015 houdende diverse bepalingen inzake gezondheid en tot wijziging van het koninklijk besluit van 17 september 2010 tot uitvoering van artikel 75, § 2, van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, wordt vervangen als volgt:
  "Artikel 1. De bepalingen van Boek 3, Titel 1, Hoofdstuk 4, Afdeling 2, van het koninklijk besluit van 29 april 2019 tot uitvoering van het wetboek voor vennootschappen en verenigingen zijn van toepassing op de openbaarmaking van de jaarrekening voorgeschreven door artikel 30bis van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen, met uitzondering van de artikelen 3:67, §§ 2, 4, 5 en 6, 3:68, eerste lid, 3:69, §§ 1 en 2, tweede lid, 2° en 5°, 3:70, § 4, en 3:74. Deze jaarrekening wordt door de Nationale Bank van België niet onderworpen aan rekenkundige en logische controles.
  In uitzondering op het eerste lid, moet, voor de openbaarmaking van de jaarrekening voorgeschreven door artikel 30bis van de voornoemde wet van 6 augustus 1990, artikel 3:66, eerste lid, eerste streepje, als volgt gelezen te worden:
  " - de jaarrekening en de andere stukken die bij haar moeten worden neergelegd in toepassing van de artikelen 3:10, 3:12, § 1, 1° tot en met 5° en 7° tot en met 10°, 3:47, § 7 en 3:51, § 7 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen of in toepassing van andere wettelijke of reglementaire bepalingen;".

Art.2. Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art.2 . De rechtspersonen die hun jaarrekening overeenkomstig artikel 30 van de voormelde wet van 6 augustus 1990 moeten opmaken volgens een model opgesteld door de Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen bedoeld in artikel 49, § 1, van voormelde wet van 6 augustus 1990, laten hun jaarrekening en de tegelijk hiermee neer te leggen stukken met het oog op de neerlegging ervan overeenkomstig artikel 30bis van voormelde wet van 6 augustus 1990 voorafgaan door het voorblad, naargelang het voorwerp van de jaarrekening, `Ziekenfonds - federale verplichte verzekering' dan wel `Ziekenfonds - regionale verplichte verzekering' dan wel `Ziekenfonds - aanvullende verzekering', opgesteld door de Nationale Bank van België en op haar website ter beschikking gesteld.".

Art.3. Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  "Art. 4. De verbetering van een vergissing in een document bedoeld in artikel 30bis van de voornoemde wet van 6 augustus 1990, waarvan de neerlegging eerder door de Nationale Bank van België werd aanvaard, gebeurt door de neerlegging, volgens de voorwaarden bepaald door artikel 3:69, § 2, eerste lid, van het voornoemde koninklijk besluit van 29 april 2019, van de behoorlijk verbeterde bladen van de betrokken jaarrekening voorafgegaan door het in artikel 2 van dit besluit bedoelde betrokken voorblad, opgesteld door de Nationale Bank van België. Deze jaarrekening wordt door de Nationale Bank van België niet onderworpen aan rekenkundige en logische controles
  De bepalingen van artikel 3:73 van voormeld koninklijk besluit van 29 april 2019 zijn van toepassing op deze neerlegging, onverminderd artikel 1.".

Art. 4. De Minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.