Details





Titel:

11 FEBRUARI 2022. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 4 januari 2021 tot bepaling van de indienings-, opvolgings- en evaluatievoorwaarden en tot bepaling van de toekennings-, aanwendings- en controlevoorwaarden van de financiële toelage van de strategische veiligheids- en preventieplannen 2020



Inhoudstafel:


Art. 1-12
BIJLAGE.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2021020269 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 1 van het ministerieel besluit van 4 januari 2021 tot bepaling van de indienings-, opvolgings- en evaluatievoorwaarden en tot bepaling van de toekennings-, aanwendings- en controlevoorwaarden van de financiële toelage van de strategische veiligheids- en preventieplannen 2020 worden de woorden "31 december 2021" vervangen door de woorden "31 december 2022".

Art.2. In artikel 2 van hetzelfde besluit worden de woorden "tot en met 31 december 2020" vervangen door de woorden "tot en met 31 december 2022".

Art.3. Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt vervangen door :
  § 1. De aanvragen tot wijzigingen bedoeld in artikel 3 zijn beperkt in het kader van de verlenging :
  1° Wijzigingen aan het plan zijn alleen toegestaan in 2020 en zijn geldig voor de periode 2020-2021.
  De wijziging kan de toevoeging, schrapping of wijziging zijn van één of meerdere fenomenen, strategische doelstellingen, operationele doelstellingen, te verwachten resultaten of indicatoren.
  De toevoeging van een nieuw fenomeen gaat gepaard met een lokale veiligheidsdiagnostiek waaruit duidelijk en objectief blijkt dat dit fenomeen een risicofactor vormt voor de gemeente.
  2° Ten uitzonderlijke titel kunnen ook wijzigingen worden aangebracht met betrekking tot het jaar 2021. Ze zijn beperkt tot het toevoegen en/of schrappen van een fenomeen.
  De toevoeging en/of schrapping van een fenomeen gaat gepaard met een lokale veiligheidsdiagnostiek waaruit duidelijk en objectief blijkt dat dit fenomeen al dan niet een risicofactor vormt voor de gemeente.
  3° Ten uitzonderlijke titel kunnen ook wijzigingen worden aangebracht met betrekking tot het jaar 2022. Ze zijn beperkt tot het toevoegen en/of schrappen van een fenomeen.
  De toevoeging en/of schrapping van een fenomeen gaat gepaard met een lokale veiligheidsdiagnostiek waaruit duidelijk en objectief blijkt dat dit fenomeen al dan niet een risicofactor vormt voor de gemeente.
  § 2. De aanvragen tot wijzigingen worden als volgt via elektronische weg verstuurd :
  1° Op straffe van niet-ontvankelijkheid, dienen de gemeenten hun aanvraag tot wijziging met betrekking tot het jaar 2020 uiterlijk in tegen 31 maart 2020 via een wijzigingsdossier dat bestaat uit :
  a. de beslissing van de Gemeenteraad ;
  b. het aangepaste modelplan ;
  c. het ingevulde wijzigingsformulier ;
  d. de actualisatie van de LVD, wanneer de wijzigingsaanvraag betrekking heeft op de toevoeging van een fenomeen.
  2°. Op straffe van niet-ontvankelijkheid, dienen de gemeenten hun uitzonderlijke aanvraag tot wijziging met betrekking tot het jaar 2021 uiterlijk in tegen 31 maart 2021 via een wijzigingsdossier dat bestaat uit:
  a. de beslissing van de Gemeenteraad ;
  b. het aangepaste modelplan ;
  c. het ingevulde wijzigingsformulier ;
  d. de actualisatie van de LVD.
  3°. Op straffe van niet-ontvankelijkheid, dienen de gemeenten hun uitzonderlijke aanvraag tot wijziging met betrekking tot het jaar 2022 uiterlijk in tegen 31 maart 2022 via een wijzigingsdossier dat bestaat uit:
  a. de beslissing van de Gemeenteraad ;
  b. het aangepaste modelplan ;
  c. het ingevulde wijzigingsformulier ;
  d. de actualisatie van de LVD.

Art.4. In artikel 5 van hetzelfde besluit worden de woorden "voor twee jaar" vervangen door de woorden "voor drie jaar".

Art.5. Aan artikel 6 van hetzelfde besluit wordt de volgende vierde paragraaf toegevoegd:
  Uitgaven die vóór 1 januari 2022 of na 31 december 2022 zijn gemaakt, worden niet ten laste van de toelage voor 2022 gebracht.

Art.6. Artikel 8 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
  § 1. Het voorschot van de toelage " Strategisch veiligheids- en preventieplan " wordt vastgelegd op 80% van het bedrag van de toelage.
  § 2. Onder voorbehoud van de beschikbare kredieten, wordt de betaling van de voorschot 2020 inzake de toelage "Strategisch veiligheids- en preventieplan" uitgevoerd per schijf:
  1° Een eerste schijf 2020 wordt gestort bij de publicatie van het huidige besluit, ten vroegste in het eerste kwartaal 2020;
  2° Een tweede schijf 2020 wordt gestort ten vroegste in het tweede kwartaal 2020;
  3° De laatste schijf 2020 wordt gestort ten vroegste in het derde kwartaal 2020.
  § 3. Onder voorbehoud van de beschikbare kredieten, wordt de betaling van de voorschot 2021 inzake de toelage "Strategisch veiligheids- en preventieplan" uitgevoerd per schijf:
  1° Een eerste schijf 2021 wordt gestort ten vroegste in het eerste kwartaal 2021;
  2° Een tweede schijf 2021 wordt gestort ten vroegste in het tweede kwartaal 2021;
  3° De laatste schijf 2021 wordt gestort ten vroegste in het derde kwartaal 2021.
  § 4. Onder voorbehoud van de beschikbare kredieten, wordt de betaling van de voorschot 2022 inzake de toelage "Strategisch veiligheids- en preventieplan" uitgevoerd per schijf:
  1° Een eerste schijf 2022 wordt gestort ten vroegste in het eerste kwartaal 2022;
  2° Een tweede schijf 2022 wordt gestort ten vroegste in het tweede kwartaal 2022;
  3° De laatste schijf 2022 wordt gestort ten vroegste in het derde kwartaal 2022.
  § 5. Het saldo zal gestort worden na controle van de door de gemeente ingediende uitgaven en afsluiten van de definitieve jaarlijkse afrekening.

Art.7. Artikel 9 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
  § 1. Het voorschot van de toelage Gemeenschapswachten "Bijkomend contingent 346" en "Dispositief 90" wordt vastgelegd op 80% van het bedrag van de toelage.
  § 2. Onder voorbehoud van de beschikbare kredieten, wordt de betaling van de voorschot 2020 inzake de toelage Gemeenschapswachten "Bijkomend contingent 346" en "Dispositief 90" uitgevoerd per schijf:
  1° Een eerste schijf 2020 wordt gestort bij de publicatie van het huidige besluit, ten vroegste in het eerste kwartaal 2020;
  2° Een tweede schijf 2020 wordt gestort ten vroegste in het tweede kwartaal 2020;
  3° De laatste schijf 2020 wordt gestort ten vroegste in het derde kwartaal 2020.
  § 3. Onder voorbehoud van de beschikbare kredieten, wordt de betaling van de voorschot 2021 inzake de toelage Gemeenschapswachten "Bijkomend contingent 346" en "Dispositief 90" uitgevoerd per schijf:
  1° Een eerste schijf 2021 wordt gestort ten vroegste in het eerste kwartaal 2021;
  2° Een tweede schijf 2021 wordt gestort ten vroegste in het tweede kwartaal 2021;
  3° De laatste schijf 2021 wordt gestort ten vroegste in het derde kwartaal 2021.
  § 4. Onder voorbehoud van de beschikbare kredieten, wordt de betaling van de voorschot 2022 inzake de toelage Gemeenschapswachten "Bijkomend contingent 346" en "Dispositief 90" uitgevoerd per schijf:
  1° Een eerste schijf 2022 wordt gestort ten vroegste in het eerste kwartaal 2022;
  2° Een tweede schijf 2022 wordt gestort ten vroegste in het tweede kwartaal 2022;
  3° De laatste schijf 2022 wordt gestort ten vroegste in het derde kwartaal 2022.
  § 5. Het saldo zal gestort worden na controle van de door de gemeente ingediende uitgaven en afsluiten van de definitieve jaarlijkse afrekening.
  Deze controle stelt dat alle uitgaven geboekt op de enveloppen Gemeenschapswachten "Bijkomend contingent 346" en "Dispositief 90" beantwoorden aan de voorwaarden van het in aanmerking komen en tot verkiesbaarheid en opportuniteit, dit met naleving van de voorwaarden zoals vastgesteld door de wet van 15 mei 2007 tot instelling van de functie van gemeenschapswacht, tot instelling van de dienst gemeenschapswachten, en tot wijziging van het artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet.

Art.8. Artikel 11 § 3 en § 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
  § 3. De financiële vordering wordt per jaar ingevoerd, en volgens de volgende planning:
  1° De financiële vordering 2020 zal online vervolledigd en gevalideerd worden en dat ten laatste op 30 juni 2021;.
  2° De financiële vordering 2021 zal online vervolledigd en gevalideerd worden en dat ten laatste op 30 juni 2022.
  3° De financiële vordering 2022 zal online vervolledigd en gevalideerd worden en dat ten laatste op 30 juni 2023.
  § 4. De bewijsdocumenten van het referentiejaar betreffende de personeels-, werkings- en investeringsuitgaven, worden uitsluitend bezorgd via het ICT-platform online.
  Deze documenten worden ten laatste ingediend :
  1° op 30 juni 2021 voor wat betreft de toelage 2020
  2° op 30 juni 2022 voor wat betreft de toelage 2021.
  3° op 30 juni 2023 voor wat betreft de toelage 2022
  De documenten worden gedurende tien jaar bewaard. Die termijn gaat in vanaf de afsluiting van de procedure van de financiële controle.
  De lijst met vereiste bewijsdocumenten bevindt zich in bijlage 3.

Art.9. Artikel 13 § 2 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
  De gemeente maakt een jaarlijks voortgangsrapport over aan de Administratie, en dit volgens de volgende planning en modaliteiten :
  1° De jaarlijkse voortgangsrapporten worden, via elektronische weg, overgemaakt overeenkomstig de instructies en termijnen van de administratie;
  2° Het voortgangsrapport voor de periode januari 2020-december 2020 wordt ten laatste op 31 maart 2021 overgemaakt.
  Het voortgangsrapport voor de periode januari 2021-december 2021 wordt ten laatste op 31 maart 2022 overgemaakt.
  Het voortgangsrapport voor de periode januari 2022-december 2022 wordt ten laatste op 31 maart 2023 overgemaakt.
  3° De gemeenten dienen verplicht gebruik te maken van het model van voortgangsrapport in bijlage 7.

Art.10. Bijlage 7 van hetzelfde besluit dat de periode januari 2022-december 2022 evalueert wordt toegevoegd aan onderhavig besluit.

Art.11. In het opschrift van bijlage 6 van hetzelfde besluit worden de woorden "voor de periode van 01/01/2020 tot 31/12/2020" vervangen door de woorden "voor de periode van 01/01/2020 tot 31/12/2022".

Art.12. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2020.

BIJLAGE.
Art. N.
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 15-03-2022, p. 20003)