17 DECEMBER 2021. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 juli 2000 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg en het besluit van de Vlaamse Regering van 22 januari 2021 over de handhaving bij de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport
Art. 1-8
BIJLAGEN.
BIJLAGE 1.
BIJLAGE 2.
Artikel 1. In aanhangsel 1 van bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 19 juli 2000 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg, vervangen door het koninklijk besluit van 22 mei 2014 en gewijzigd door het koninklijk besluit van 31 juli 2017, worden in de tabel met als opschrift "overschrijding van de maximaal toegelaten massa en de maximale afmetingen" de tweede en de derde kolom opgeheven.
Art.2. In hoofdstuk 3, afdeling 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 januari 2021 over de handhaving bij de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport wordt een artikel 4/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 4/1. Het tarief van de administratieve geldboete, vermeld in artikel 17, § 2, tweede lid, van het decreet van 3 mei 2013, voor de inbreuken, vermeld in de bijlage die bij dit besluit is gevoegd, is opgenomen in de voormelde bijlage.".
Art.3. Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt:
"Art. 5. De onmiddellijke inning is uitgesloten in de volgende gevallen:
1° de som van de administratieve geldboetes voor inbreuken op het decreet van 3 mei 2013 of de uitvoeringsbesluiten ervan die tijdens eenzelfde controle zijn vastgesteld, bedraagt meer dan 1100 euro, verhoogd met de opdeciemen;
2° door de inbreuk is andere schade dan de schade die is veroorzaakt op de wijze, vermeld in artikel 3, tweede lid, van het voormelde decreet, ontstaan aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen.".
Art.4. In artikel 6, § 3, van hetzelfde besluit wordt het woord "wegeninspecteur" vervangen door het woord "verbalisant".
Art.5. In artikel 7 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, tweede lid, worden tussen het woord "wegeninspecteur" en het woord "kan" de woorden "of de verbalisant" ingevoegd;
2° in paragraaf 2 wordt het eerste lid vervangen door wat volgt:
"Als de onmiddellijke inning conform artikel 5 mogelijk is en de administratieve geldboete niet onmiddellijk is geïnd of de administratieve geldboete in consignatie is gegeven, kan de verbalisant, binnen veertien dagen na de dag waarop de inbreuk is vastgesteld, samen met het afschrift van het proces-verbaal, een voorstel tot onmiddellijke inning aan de overtreder of, in voorkomend geval, aan de onderneming bezorgen.";
3° in paragraaf 2, derde lid, wordt het woord "wegeninspecteur" vervangen door het woord "verbalisant";
4° aan paragraaf 2, derde lid, wordt de zinsnede ", om de administratieve geldboete te betalen" toegevoegd.
Art.6. Aan hetzelfde besluit wordt een bijlage toegevoegd, die bij dit besluit is gevoegd.
Art.7. Artikel 1, 2, 3 en 6 treden in werking op 1 maart 2022.
Art.8. De Vlaamse minister, bevoegd voor de weginfrastructuur en het wegenbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGEN.
BIJLAGE 1.
Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2021 tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 juli 2000 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg en het besluit van de Vlaamse Regering van 22 januari 2021 over de handhaving bij de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport
BIJLAGE 2.
Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 januari 2021 over de handhaving bij de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport
Bijlage. Inbreuken en tarieven voor administratieve geldboetes als vermeld in artikel 4/1
Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2021 tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 juli 2000 betreffende de inning en de consignatie van een som bij het vaststellen van sommige inbreuken inzake het vervoer over de weg en het besluit van de Vlaamse Regering van 22 januari 2021 over de handhaving bij de bescherming van de verkeersinfrastructuur in geval van bijzonder wegtransport.
inbreuk wettelijke basis administratieve geldboete 1° zich met een voertuig of sleep, waarvan de lengte het toegestane maximum overschrijdt, op de openbare weg bevinden als er, ten gevolge van de inbreuk, geen schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 3, eerste lid, artikel 4, tweede lid, of
artikel 7, § 1, van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overschrijding van 3 meter tot minder dan 5 meter 250 euro - bij een overschrijding van 5 meter en meer 500 euro 2° zich met een voertuig of sleep, waarvan de lengte het toegestane maximum overschrijdt, op de openbare weg bevinden als er, ten gevolge van de inbreuk, schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 3, eerste lid, artikel 4, tweede lid, of
artikel 7, § 1, van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overschrijding tot minder dan 3 meter 400 euro - bij een overschrijding van 3 meter tot minder dan 5 meter 1000 euro - bij een overschrijding van 5 meter en meer 2000 euro 3° zich met een voertuig of sleep, waarvan de breedte het toegestane maximum overschrijdt, op de openbare weg bevinden als er, ten gevolge van de inbreuk, geen schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 3, eerste lid, artikel 4, tweede lid, of
artikel 7, § 1, van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overschrijding van 1 meter tot minder dan 2 meter 250 euro - bij een overschrijding van 2 meter tot minder dan 2,5 meter 500 euro - bij een overschrijding van 2,5 meter en meer 750 euro 4° zich met een voertuig of sleep, waarvan de breedte het toegestane maximum overschrijdt, op de openbare weg bevinden als er, ten gevolge van de inbreuk, schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 3, eerste lid, artikel 4, tweede lid, of
artikel 7, § 1, van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overschrijding tot minder dan 1 meter 400 euro - bij een overschrijding van 1 meter tot minder dan 2 meter 1000 euro - bij een overschrijding van 2 meter tot minder dan 2,5 meter 2000 euro - bij een overschrijding van 2,5 meter en meer 3000 euro 5° zich met een voertuig of sleep, waarvan de hoogte het toegestane maximum overschrijdt, op de openbare weg bevinden als er, ten gevolge van de inbreuk, geen schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 3, eerste lid, artikel 4, tweede lid, of
artikel 7, § 1, van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overschrijding van 0,5 meter tot minder dan 0,8 meter 250 euro - bij een overschrijding van 0,8 meter en meer 750 euro 6° zich met een voertuig of sleep, waarvan de hoogte het toegestane maximum overschrijdt, op de openbare weg bevinden als er, ten gevolge van de inbreuk, schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 3, eerste lid, artikel 4, tweede lid, of
artikel 7, § 1, van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overschrijding tot minder dan 0,8 meter 1000 euro - bij een overschrijding van 0,8 meter en meer 3000 euro 7° zich met een voertuig of sleep met een maximaal toegelaten massa van maximum 3.500 kg en waarvan de totale massa het toegestane maximum overschrijdt, op de openbare weg bevinden als er, ten gevolge van de inbreuk, geen schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 3, eerste lid, of artikel 7, § 1 van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overlading van 15 procent tot minder dan 22,5 procent 100 euro - bij een overlading van 22,5 procent tot minder dan 30 procent 175 euro - bij een overlading van 30 procent tot minder dan 37,5 procent 250 euro - bij een overlading van 37,5 procent tot minder dan 45 procent 350 euro - bij een overlading van 45 procent en meer 500 euro 8° zich met een voertuig of sleep met een maximaal toegelaten massa van maximum 3.500 kg en waarvan de totale massa het toegestane maximum overschrijdt, op de openbare weg bevinden als er, ten gevolge van de inbreuk, schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 3, eerste lid, of artikel 7, § 1 van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overlading van 15 procent tot minder dan 22,5 procent 400 euro - bij een overlading van 22,5 procent tot minder dan 30 procent 700 euro - bij een overlading van 30 procent tot minder dan 37,5 procent 1000 euro - bij een overlading van 37,5 procent tot minder dan 45 procent 1400 euro - bij een overlading van 45 procent en meer 2000 euro 9° zich met een tweeassig voertuig met een maximaal toegelaten massa van meer dan 3.500 kg of met een sleep of een ander dan een tweeassig motorvoertuig met een maximaal toegelaten massa van meer dan 3.500 kg en maximum 19.000 kg, waarvan de totale massa het toegestane maximum overschrijdt, op de openbare weg bevinden als er, ten gevolge van de inbreuk, geen schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 3, eerste lid, of artikel 7, § 1 van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overlading van 5 procent tot minder dan 10 procent 100 euro - bij een overlading van 10 procent tot minder dan 15 procent 175 euro - bij een overlading van 15 procent tot minder dan 20 procent 250 euro - bij een overlading van 20 procent tot minder dan 25 procent 350 euro - bij een overlading van 25 procent tot minder dan 30 procent 500 euro - bij een overlading van 30 procent en meer 750 euro 10° zich met een tweeassig voertuig met een maximaal toegelaten massa van meer dan 3.500 kg of met een sleep of een ander dan een tweeassig motorvoertuig met een maximaal toegelaten massa van meer dan 3.500 kg en maximum 19.000 kg, waarvan de totale massa het toegestane maximum overschrijdt, op de openbare weg bevinden als er, ten gevolge van de inbreuk, schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 3, eerste lid, of artikel 7, § 1 van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overlading van 5 procent tot minder dan 10 procent 400 euro - bij een overlading van 10 procent tot minder dan 15 procent 700 euro - bij een overlading van 15 procent tot minder dan 20 procent 1000 euro - bij een overlading van 20 procent tot minder dan 25 procent 1400 euro - bij een overlading van 25 procent tot minder dan 30 procent 2000 euro - bij een overlading van 30 procent en meer 3000 euro 11° zich met een ander voertuig of een andere sleep dan de voertuigen en slepen vermeld in 7° en 9°, waarvan de totale massa het toegestane maximum overschrijdt, op de openbare weg bevinden als er, ten gevolge van de inbreuk, geen schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 3, eerste lid, of artikel 7, § 1 van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overlading van 2,5 procent tot minder dan 5 procent 100 euro - bij een overlading van 5 procent tot minder dan 7,5 procent 175 euro - bij een overlading van 7,5 procent tot minder dan 10 procent 250 euro - bij een overlading van 10 procent tot minder dan 12,5 procent 350 euro - bij een overlading van 12,5 procent tot minder dan 15 procent 500 euro - bij een overlading van 15 procent en meer 750 euro 12° zich met een ander voertuig of een andere sleep dan de voertuigen en slepen vermeld in 8° en 10°, waarvan de totale massa het toegestane maximum overschrijdt, op de openbare weg bevinden als er, ten gevolge van de inbreuk, schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 3, eerste lid, of artikel 7, § 1
van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overlading van 2,5 procent tot minder dan 5 procent 400 euro - bij een overlading van 5 procent tot minder dan 7,5 procent 700 euro - bij een overlading van 7,5 procent tot minder dan 10 procent 1000 euro - bij een overlading van 10 procent tot minder dan 12,5 procent 1400 euro - bij een overlading van 12,5 procent tot minder dan 15 procent 2000 euro - bij een overlading van 15 procent en meer 3000 euro 13° zich met een langere en zwaardere sleep op de openbare weg bevinden zonder zich, op het vlak van de totale massa aan de vergunningsvoorwaarden te houden als er, ten gevolge van de inbreuk, geen schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 4, tweede lid van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overlading tot minder dan 5 procent 375 euro - bij een overlading van 5 procent en meer 750 euro 14° zich met een langere en zwaardere sleep op de openbare weg bevinden zonder zich, op het vlak van de totale massa aan de vergunningsvoorwaarden te houden als er, ten gevolge van de inbreuk, schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 4, tweede lid van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overlading van minder dan 5 procent 1400 euro - bij een overlading van 5 procent en meer 3000 euro 15° een uitzonderlijk vervoer uitvoeren met een voertuig of een sleep waarvan de eigen massa of de massa in beladen toestand de maxima overschrijden die zijn bepaald in het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en in het technisch reglement zonder zich, op het vlak van de totale massa aan de vergunningsvoorwaarden te houden als er, ten gevolge van de inbreuk, geen schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 7, § 1, van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overlading tot minder dan 5 procent 375 euro - bij een overlading van 5 procent en meer 750 euro 16° een uitzonderlijk vervoer uitvoeren met een voertuig of een sleep waarvan de eigen massa of de massa in beladen toestand de maxima overschrijden die zijn bepaald in het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en in het technisch reglement zonder zich, op het vlak van de totale massa aan de vergunningsvoorwaarden te houden als er, ten gevolge van de inbreuk, schade ontstaan is aan de openbare weg, zijn aanhorigheden en de kunstwerken die erin liggen: artikel 7, § 1, van het decreet van 3 mei 2013 - bij een overlading tot minder dan 5 procent 1400 euro - bij een overlading van 5 procent en meer 3000 euro