14 JANUARI 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 2, 3, 4 en 6 van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2021 tot uitvoering van artikel 47/1 van het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid
Art. 1-6
Artikel 1. In artikel 2, § 1, van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2021 tot uitvoering van artikel 47/1 van het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid wordt het woord "tien" telkens vervangen door het woord "zeven";
2° in het vierde lid, 1°, worden tussen het woord "niet" en het woord "ingeënt" de woorden "deels of volledig" ingevoegd;
3° in het vierde lid, 1°, wordt het woord "derde" vervangen door de woorden "vierde en vijfde";
4° in het vierde lid, 2°, wordt tussen het woord "is" en het woord "ingeënt" het woord "deels" ingevoegd;
5° in het vierde lid, 2°, wordt het woord "derde" vervangen door het woord "vierde";
6° in het vierde lid, 2°, worden de woorden "een negatieve PCR-test ondergaan vanaf de vijfde dag van die tijdelijke afzondering en bij" en de woorden "tot het negatieve resultaat van de PCR-test" opgeheven.
Art.2. In artikel 3, tweede lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2021, wordt de zinsnede "4 of" opgeheven.
Art.3. In artikel 4 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2021, wordt het tweede lid vervangen door wat volgt:
"In afwijking van artikel 2, § 1, vierde lid, van dit besluit duurt de tijdelijke afzondering, vermeld in artikel 47/1, § 3, eerste lid, van het decreet van 21 november 2003, voor kinderen tot en met twaalf jaar met een verhoogd risico op COVID-19 als vermeld in artikel 47/1, § 3, eerste lid, van het voormelde decreet, vijf dagen als het hoogrisicocontact heeft plaatsgevonden op school of in de kinderopvang.".
Art.4. In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 december 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "of via" vervangen door de zinsnede ", via";
2° in paragraaf 1, eerste lid, wordt tussen het woord "arts" en het woord "op" de zinsnede ", via een ambtenaar-arts als vermeld in artikel 44, § 3, 2°, van het voormelde decreet of via een ambtenaar als vermeld in artikel 44, § 3, 3°, van het voormelde decreet," ingevoegd;
3° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "of een" vervangen door de zinsnede ", een";
4° in paragraaf 1, tweede lid, wordt tussen het woord "arts" en het woord "wordt" de zinsnede ", een ambtenaar-arts of een ambtenaar als vermeld in artikel 44, § 3, 2° en 3°, van het voormelde decreet," ingevoegd;
5° in paragraaf 2, eerste lid, worden tussen het woord "niet" en het woord "is" de woorden "deels of volledig" ingevoegd;
6° in paragraaf 2 worden het tweede en het derde lid vervangen door wat volgt:
"De tijdelijke afzondering, vermeld in artikel 47/1, § 3, eerste lid, van het voormelde decreet, geldt niet voor personen die geen symptomen van COVID-19 hebben en bij wie de kans op besmetting na een hoogrisicocontact laag wordt ingeschat omdat ze kunnen aantonen dat ze volledig zijn ingeënt tegen COVID-19 met een vaccin dat is goedgekeurd door het Europees Geneesmiddelenagentschap of Covishield R, tenzij de ambtenaren-artsen en de ambtenaren, vermeld in artikel 44, § 3, 2° en 3°, van het voormelde decreet, in specifieke omstandigheden anders oordelen.
De verplichting om zich bij een COVID-19-testcentrum, triagecentrum of behandelend arts te melden conform artikel 47/1, § 3, tweede lid, van het voormelde decreet, geldt niet voor personen die geen symptomen van COVID-19 hebben en bij wie de kans op besmetting na een hoogrisicocontact laag wordt ingeschat omdat ze kunnen aantonen dat ze deels of volledig zijn ingeënt tegen COVID-19 met een vaccin dat is goedgekeurd door het Europees Geneesmiddelenagentschap of Covishield R, tenzij de ambtenaren-artsen en de ambtenaren, vermeld in artikel 44, § 3, 2° en 3°, van het voormelde decreet, in specifieke omstandigheden anders oordelen.";
7° aan paragraaf 2 worden een vierde en vijfde lid toegevoegd, die luiden als volgt:
"In het eerste en het derde lid wordt verstaan onder deels ingeënt tegen COVID-19: een persoon die achttien jaar of ouder is en langer dan vijf maanden is gevaccineerd met:
1° twee doses van een vaccin waarvan twee doses zijn vereist;
2° een vaccin waarvan maar een dosis is vereist.
In het eerste tot en met het derde lid wordt verstaan onder volledig ingeënt tegen COVID-19:
1° een persoon die twaalf tot zeventien jaar is en meer dan twee weken is gevaccineerd met:
a) twee doses van een vaccin waarvan twee doses zijn vereist;
b) een vaccin waarvan maar een dosis is vereist;
2° een persoon die achttien jaar of ouder is en meer dan twee weken maar niet langer dan vijf maanden is gevaccineerd met:
a) twee doses van een vaccin waarvan twee doses zijn vereist;
b) een vaccin waarvan maar een dosis is vereist;
3° een persoon die achttien jaar of ouder is en is gevaccineerd met:
a) twee doses van een vaccin waarvan twee doses zijn vereist en een boostervaccin;
b) een vaccin waarvan maar een dosis is vereist en een boostervaccin;
4° een persoon die achttien jaar of ouder is, niet langer dan vijf maanden beschikt over een herstelcertificaat en is gevaccineerd met:
a) twee doses van een vaccin waarvan twee doses zijn vereist;
b) een vaccin waarvan maar een dosis is vereist.".
Art.5. Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Art. 6. De Vlaamse minister, bevoegd voor de gezondheids- en woonzorg, is belast met de uitvoering van dit besluit.