Details





Titel:

23 DECEMBER 2020. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming, wat betreft de wijziging van het basisondersteuningsbudget



Inhoudstafel:


Art. 1-9



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2018032546 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 233 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 november 2018 houdende de uitvoering van het decreet van 18 mei 2018 houdende de Vlaamse sociale bescherming wordt vervangen door wat volgt:
  "Art.233. § 1. In dit artikel wordt verstaan onder niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning:
  1° een persoonlijke-assistentiebudget als vermeld in hoofdstuk IV/1 van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;
  2° ondersteuning door een multifunctioneel centrum voor minderjarige personen met een handicap met toepassing van artikel 7 of 9, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 houdende erkenning en subsidiëring van multifunctionele centra voor minderjarige personen met een handicap;
  3° persoonsvolgende middelen voor minderjarige personen met een handicap met dringende noden als vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 maart 2017 over persoonsvolgende middelen voor minderjarige personen met een handicap met dringende noden;
  4° een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning.
  § 2. Ter uitvoering van artikel 5, § 2, van het decreet van 25 april 2014 houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap erkent het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap of de toegangspoort een gebruiker voor de toepassing van dit boek automatisch als persoon met een handicap met een duidelijk vast te stellen behoefte aan zorg en ondersteuning als vermeld in artikel 4, eerste lid, 2°, van het voormelde decreet, als die persoon aan al de volgende voorwaarden voldoet:
  1° hij beschikt over een attest dat aantoont dat hij recht heeft op zorgtoeslag voor kinderen met een specifieke ondersteuningsbehoefte, of op bijkomende kinderbijslag op basis van minstens twaalf punten op de medisch-sociale schaal, samengesteld uit pijler P1, P2 en P3;
  2° hij maakt geen gebruik van niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning.
  § 3. Het recht op een basisondersteuningsbudget wordt geopend voor personen die gebruikmaken van niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning en die ondersteuning vrijwillig stopzetten om een basisondersteuningsbudget te verkrijgen, als ze voldoen aan de volgende aanvullende cumulatieve voorwaarden:
  1° ze maken gebruik van niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning, met uitzondering van crisishulpverlening;
  2° ze zetten het gebruik van de niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning, vermeld in punt 1°, vrijwillig stop door de stopzetting en de datum van de stopzetting te melden aan het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap.
  Het recht op een basisondersteuningsbudget, vermeld in het eerste lid, wordt geopend op de datum van het einde van de opzegtermijn.".

Art.2. Artikel 637 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 maart 2019, wordt vervangen door wat volgt:
  "Art. 637. Personen aan wie vóór 1 januari 2021 een basisondersteuningsbudget is toegekend in het kader van de geleidelijke invoering van het basisondersteuningsbudget, blijven het basisondersteuningsbudget behouden zolang ze voldoen aan de aanvullende cumulatieve voorwaarden, vermeld in artikel 638 tot en met 641/1 van dit besluit, en de voorwaarden, vermeld in artikel 4 van het decreet van 25 april 2014 houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap.".

Art.3. In artikel 638 van hetzelfde besluit wordt punt 1° vervangen door wat volgt:
  "1° beschikken over een automatische erkenning van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap of de toegangspoort als persoon met een handicap met een duidelijk vast te stellen behoefte aan zorg en ondersteuning als vermeld in artikel 4, eerste lid, 2°, van het decreet van 25 april 2014 houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap als die persoon in uitvoering van artikel 5, § 2, van het voormelde decreet beschikt over een attest dat aantoont dat hij in aanmerking komt voor een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning;".

Art.4. Artikel 639 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art.5. In artikel 640 van hetzelfde besluit wordt punt 1° vervangen door wat volgt:
  "1° beschikken over een automatische erkenning van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap of de toegangspoort als persoon met een handicap met een duidelijk vast te stellen behoefte aan zorg en ondersteuning als vermeld in artikel 4, eerste lid, 2°, van het decreet van 25 april 2014 houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap als die persoon in uitvoering van artikel 5, § 2, van het voormelde decreet beschikt over een attest dat aantoont dat hij in aanmerking komt voor een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning;".

Art.6. Artikel 641 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt:
  "Art. 641. Vanaf 1 augustus 2017 tot en met 31 december 2020 is het recht op een basisondersteuningsbudget geopend voor :
  1° personen met een attest verhoogde kinderbijslag van minstens twaalf punten op de medisch-sociale schaal, samengesteld uit pijler P1, P2 en P3, die niet gebruikmaken van niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning;
  2° jongvolwassenen van 21 tot en met 25 jaar die beschikken over een score van minstens twaalf punten op de medisch-sociale schaal die wordt gebruikt om de graad van zelfredzaamheid te evalueren met het oog op het onderzoek naar het recht op de integratietegemoetkoming en die niet gebruikmaken van niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning.
  De toekenningsbeslissing van de gebruikers, vermeld in het eerste lid, 2°, kan zonder leeftijdsvoorwaarden worden verlengd conform artikel 236.
  In het eerste lid, 1°, wordt verstaan onder niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning:
  1° een persoonlijke-assistentiebudget als vermeld in hoofdstuk IV/1 van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;
  2° ondersteuning door een multifunctioneel centrum voor minderjarige personen met een handicap met toepassing van artikel 7 of artikel 9, § 2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016 houdende erkenning en subsidiëring van multifunctionele centra voor minderjarige personen met een handicap;
  3° persoonsvolgende middelen voor minderjarige personen met een handicap met dringende noden als vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 maart 2017 over persoonsvolgende middelen voor minderjarige personen met een handicap met dringende noden;
  4° een budget voor niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning."

Art.7. In artikel 641/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 15 maart 2019, wordt punt 1° vervangen door wat volgt:
  "1° beschikken over een automatische erkenning van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap of de toegangspoort als persoon met een handicap met een duidelijk vast te stellen behoefte aan zorg en ondersteuning als vermeld in artikel 4, eerste lid, 2°, van het decreet van 25 april 2014 houdende de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap en tot hervorming van de wijze van financiering van de zorg en de ondersteuning voor personen met een handicap als die persoon in uitvoering van artikel 5, § 2, van het voormelde decreet beschikt over een attest dat aantoont dat hij in aanmerking komt voor een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning;".

Art.8. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2021.

Art. 9. De Vlaamse minister, bevoegd voor de sociale bescherming, is belast met de uitvoering van dit besluit.