27 MEI 2020. - Wet betreffende het consumentenkrediet, teneinde de kredietnemers van dergelijke kredieten te helpen de door het coronavirus veroorzaakte crisis te doorstaan
Art. 1-5
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.
Art.2. In artikel VII.3, § 2, van het Wetboek van economisch recht, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014 en gewijzigd bij de wet van 30 juli 2018, wordt een 6° bis ingevoegd, luidende:
"6° bis. de tijdelijke contracten middels dewelke de kredietgevers inzake consumentenkrediet gemachtigd zijn, tijdens de periode tussen 1 mei en 31 juli 2020, tijdelijk uitstel van terugbetaling van een lening of verkoop op afbetaling, alsmede verlenging van de nulstellingstermijn in geval van kredietopeningen toe te staan voor een maximale termijn van 3 maanden, met uitzondering van artikel VII.107, en de artikels VII.148 tot VII.154, evenals hun uitvoeringsbesluiten.
Het maximaal uitstel van 3 maanden bedoeld in het voorgaande lid kan eenmalig worden verlengd met een nieuwe termijn van maximaal 3 maanden indien de voorwaarden onder punt 1° nog steeds vervuld zijn op het ogenblik dat de eerste termijn van drie maanden verstreken is.
1° Om te genieten van dit tijdelijk regime van schorsing van de verplichtingen van terugbetaling of de verlenging van een nulstellingstermijn, dient te worden voldaan aan de volgende cumulatieve voorwaarden:
- De kredietnemer vraagt zelf een uitstel van terugbetaling of de verlenging van de nulstellingstermijn van zijn krediet;
- Er is geen betalingsachterstand van het betrokken krediet van meer dan één maand op 1 april 2020;
- De kredietnemer lijdt een inkomensverlies ten gevolge de Coronacrisis. Indien er meerdere personen officieel op hetzelfde adres wonen, is het voldoende dat één van deze personen een inkomensverlies lijdt ten gevolge van de Coronacrisis om aan deze voorwaarde te voldoen, ook wanneer het krediet niet op zijn of haar naam, maar op de naam van één van de andere personen werd aangegaan.
- De maandelijkse terugbetaling van het kapitaal en interesten van het betrokken krediet bedraagt minstens 50 euro per maand.
2° Wanneer de cumulatieve voorwaarden van het tweede lid, 1°, zijn vervuld, dient de betrokken kredietgever:
- Uitstel van terugbetaling van kapitaal en interesten toe te kennen voor een lening of verkoop op afbetaling van het betrokken krediet. De kredietgever kan de uitgestelde intresten voor de overbrugde periode nadien verrekenen hetzij via een spreiding over de nog resterende terugbetalingstermijnen, hetzij in één keer samen met de laatste terugbetalingstermijn.
Indien de uitgestelde intresten gespreid worden over de nog resterende termijnen zal, bij toekenning van het uitstel, een aangepaste aflossingstabel worden opgemaakt voor de nog resterende terugbetalingstermijnen van het krediet na het uitstel.
Worden de interesten in één keer terugbetaald samen met de laatste terugbetalingstermijn dan wordt, bij toekenning van het uitstel, het in één keer te betalen bedrag samen met de laatste terugbetalingstermijn aan de klant meegedeeld.
- Voor een kredietopening dient de nulstellingstermijn door de kredietgever te worden uitgesteld met maximaal drie maanden indien de nulstellingstermijn van die kredietopening wordt bereikt in de periode tussen 1 mei en 31 juli 2020. Tijdens de periode van dit uitstel blijven de op de kredietopening contractueel van toepassing zijnde interesten verschuldigd.
3° Indien op het moment van de aanvraag tot betalingsuitstel het totaal roerend vermogen op zicht- en spaarrekeningen en in een beleggingsportefeuille bij de eigen of een andere bank cumulatief groter is dan 25 000 euro, is de kredietgever niet meer verplicht om het uitstel toe te staan. Pensioensparen wordt hier niet in meegerekend. Het bewijs hiervoor kan geleverd worden mits een verklaring op eer door de kredietnemer.
4° Deze tijdelijke opschorting van de terugbetalingsverplichtingen of verlenging van de nulstellingstermijn wordt niet beschouwd als een nieuwe kredietovereenkomst noch als een wanbetaling die overeenkomstig het Koninklijk Besluit van 23 maart 2017 moet worden gemeld in het negatieve luik van de Centrale Krediet aan Particulieren, maar als een toegelaten wijziging van de kredietovereenkomst en kan leiden tot een overschrijding van de bij Koninklijk Besluit van 14 september 2016 bepaalde maximale terugbetalingstermijn en nulstellingstermijn.
De wijzigingen van de kredietovereenkomst, met inbegrip van de nieuwe einddatum van het krediet dienen geregistreerd te worden in de Centrale voor Kredieten aan Particulieren.
5° De wijziging van de kredietovereenkomst die bestaat uit het uitstel van terugbetaling of de verlenging van de nulstellingstermijn hoeft niet in de kredietovereenkomst zelf te worden geformaliseerd, maar kan worden vastgesteld via een bijvoegsel op een duurzame drager dat het bewijs levert van de instemming van de partijen met de inhoud.
6° Er worden geen dossierkosten, noch nalatigheidsinteresten noch enige andere kosten aangerekend voor het uitstel van betalingen in het kader van de toepassing van dit artikel, met uitzondering van het contractueel bedongen jaarlijks kostenpercentage (JKP) berekend op de periode van het uitstel.
7° De kredietgever zal de mogelijkheid tot betalingsuitstel onder de voornoemde voorwaarden kenbaar maken via zijn website.
8° De bepalingen van artikel VII.133 zijn niet overeenkomstig van toepassing.".
Art.3. In Boek VII, hoofdstuk 2, afdeling 5, onderafdeling 2, van het Wetboek economisch recht, ingevoegd bij de wet van 22 april 2016, wordt een artikel VII.145/2 ingevoegd, luidende:
"VII.145/2. Voor de hypothecaire kredieten met roerende bestemming, zijn de kredietgevers gemachtigd om, tijdens de periode tussen 1 mei en 31 juli 2020, tijdelijk uitstel te verlenen van terugbetaling van een lening of verkoop op afbetaling, alsmede van de verlenging van de nulstellingstermijn in geval van kredietopeningen.
Het maximaal uitstel van 3 maanden van kapitaal en interest kan eenmalig worden verlengd met een nieuwe termijn van maximaal 3 maanden indien de voorwaarden onder 1° nog steeds vervuld zijn op het ogenblik dat de eerste termijn van drie maanden verstreken is.
1° Om te genieten van dit tijdelijk regime van schorsing van de verplichtingen van terugbetaling of de verlenging van een nulstellingstermijn, dient te worden voldaan aan de volgende cumulatieve voorwaarden:
- De kredietnemer vraagt zelf uitstel van terugbetaling of de verlenging van de nulstellingstermijn van zijn krediet;
- Er is geen betalingsachterstand van het betrokken krediet van meer dan één maand op 1 april 2020;
- De kredietnemer lijdt een inkomensverlies ten gevolge de Coronacrisis. Indien er meerdere personen officieel op hetzelfde adres wonen, is het voldoende dat één van deze personen een inkomensverlies lijdt ten gevolge van de Coronacrisis om aan deze voorwaarde te voldoen, ook wanneer het krediet niet op zijn of haar naam, maar op de naam van één van de andere personen werd aangegaan.
- De maandelijkse terugbetaling van het kapitaal en interesten van de betrokken lening of verkoop op afbetaling bedraagt minstens 50 euro per maand.
2° Wanneer de cumulatieve voorwaarden van het tweede lid, 1°, zijn vervuld, dient de betrokken kredietgever:
- uitstel van terugbetaling van kapitaal en interesten toe te kennen voor een lening of verkoop op afbetaling van het betrokken krediet. De kredietgever kan de uitgestelde intresten voor de overbrugde periode nadien verrekenen hetzij via een spreiding over de nog resterende terugbetalingstermijnen, hetzij in één keer na afloop van de laatste terugbetalingstermijn.
Indien de uitgestelde intresten gespreid worden over de nog resterende termijnen zal, bij toekenning van het uitstel, een aangepaste aflossingstabel worden opgemaakt voor de nog resterende terugbetalingstermijnen van het krediet na het uitstel.
Worden de interesten in één keer terugbetaald na afloop van de laatste terugbetalingstermijn dan wordt, bij toekenning van het uitstel, het in één keer te betalen bedrag samen met de laatste terugbetalingstermijn aan de klant meegedeeld.
- Voor een kredietopening dient de nulstellingstermijn door de kredietgever te worden uitgesteld met maximaal drie maanden indien de nulstellingstermijn van die kredietopening wordt bereikt in de periode tussen 1 mei en 31 juli 2020. Tijdens de periode van dit uitstel blijven de op de kredietopening contractueel van toepassing zijnde interesten verschuldigd.
3° Indien op het moment van de aanvraag tot betalingsuitstel het totaal roerend vermogen op zicht- en spaarrekeningen en in een beleggingsportefeuille bij de eigen of een andere bank cumulatief groter is dan 25 000 euro, is de kredietgever niet meer verplicht om het uitstel toe te staan. Pensioensparen wordt hier niet in meegerekend. Het bewijs hiervoor kan geleverd worden mits een verklaring op eer door de kredietnemer.
4° Deze tijdelijke opschorting van de terugbetalingsverplichtingen of verlenging van de nulstellingstermijn wordt niet beschouwd als een nieuwe kredietovereenkomst noch als een wanbetaling die overeenkomstig het Koninklijk Besluit van 23 maart 2017 moet worden gemeld in het negatieve luik van de Centrale Krediet aan Particulieren, maar als een toegelaten wijziging van de kredietovereenkomst en kan leiden tot een overschrijding van de bij Koninklijk Besluit van 14 september 2016 bepaalde maximale terugbetalingstermijn en nulstellingstermijn.
Deze tijdelijke opschorting en de wijzigingen van de kredietovereenkomst, met inbegrip van de nieuwe einddatum van het krediet, dienen te worden geregistreerd in de Centrale voor Kredieten aan Particulieren.
5° De wijziging van de kredietovereenkomst die bestaat uit het uitstel van terugbetaling of de verlenging van de nulstellingstermijn hoeft niet in de kredietovereenkomst zelf te worden geformaliseerd, maar kan worden vastgesteld via een bijvoegsel op een duurzame drager dat het bewijs levert van de instemming van de partijen met de inhoud.
6° Er worden geen dossierkosten, noch nalatigheidsinteresten noch enige andere kosten aangerekend voor het uitstel van betalingen in het kader van de toepassing van dit artikel, met uitzondering van de contractueel bedongen jaarlijks kostenpercentage berekend op de periode van het uitstel.
7° De kredietgever zal de mogelijkheid tot betalings-uitstel onder de voornoemde voorwaarden kenbaar maken via zijn website.
8° De bepalingen van artikel VII.133 zijn niet overeenkomstig van toepassing.".
Art.4. In artikel VII.148, § 2, eerste lid, van het Wetboek van economisch recht, ingevoegd bij de wet van 19 april 2014, wordt een 8° ingevoegd, luidende:
"8° de tijdelijke opschorting van de terugbetalingsverplichting of de verlenging van de nulstellingstermijn bedoeld in artikel VII.3, § 2, 6° bis en artikel VII.145/2, en de datum van toekenning.".
Art. 5. Deze wet en de door deze wet ingevoegde artikelen VII.3, § 2, 6bis°, VII.145/2 en VII.148, § 2, eerste lid, 8°, van het Wetboek economisch recht hebben uitwerking met ingang van 1 mei 2020 en treden buiten werking op 31 januari 2021.