7 MEI 2020. - Bijzondere machtenbesluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering nr. 2020/016 betreffende steun tot vergoeding van de exploitanten van het bezoldigd personenvervoer die getroffen zijn door de dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken (NOTA : bekrachtigd met uitwerking op de datum van zijn inwerkingtreding bij ORD2020-12-04/04, art. 15)
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Art. 1-2
HOOFDSTUK 2. - Modaliteiten van de steun
Art. 3-4
HOOFDSTUK 3. - Onderzoeksprocedure voor de aanvraag- en uitbetalingsdossiers van de steun
Art. 5-7
HOOFDSTUK 4. - Het toezicht op en de terugbetaling van de steun
Art. 8
HOOFDSTUK 5. - Slotbepalingen
Art. 9-10
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit, wordt verstaan onder:
1° minister: de Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor het Bezoldigd Vervoer van Personen;
2° exploitant: de rechtspersoon of natuurlijke persoon die beschikt over een vergunning voor de exploitatie van een taxidienst of een dienst voor het verhuren van voertuigen met chauffeur bedoeld in de artikelen 4 en 17 van de ordonnantie van 27 april 1995 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur;
3° verordening: de verordening (EU) nr. 1407/2013 van de commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun, bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie L352 van 24 december 2013;
4° begunstigde: de natuurlijke persoon of rechtspersoon die de steun aanvraagt of ontvangt;
5° BM: Brussel Mobiliteit van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel;
6° onderneming: de entiteit bedoeld in artikel 1 van de bijlage bij de Aanbeveling van de Commissie van 6 mei 2003 betreffende de definitie van kleine, middelgrote en micro-ondernemingen.
Art.2. De minister verleent steun aan de exploitanten in activiteit die getroffen zijn door de dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, onder de in de verordening bedoelde voorwaarden.
HOOFDSTUK 2. - Modaliteiten van de steun
Art.3. De steun bestaat uit een eenmalige premie van 3.000 euro aan elke exploitant in activiteit, die beschikt over een vergunning welke door BM vóór 19 maart 2020 is uitgereikt.
Art.4. Is uitgesloten van de steun of desgevallend gehouden tot de terugbetaling ervan, de begunstigde:
1° aan wie een sanctie wordt opgelegd op grond van artikel 10 van het ministerieel besluit van 23 maart 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, of elke andere regelgeving die het vervangt of waardoor het wordt vervangen;
2° die niet alle toepasselijke verplichtingen op het gebied van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht naleeft;
3° die in staat van faillissement of van vereffening verkeert, zijn werkzaamheden heeft gestaakt, een gerechtelijke reorganisatie ondergaat, of aangifte heeft gedaan van zijn faillissement, voor wie een procedure van vereffening of gerechtelijke reorganisatie aanhangig is, of die in een vergelijkbare toestand verkeert ingevolge een soortgelijke procedure die bestaat in andere nationale reglementeringen;
4° die opzettelijk onjuiste inlichtingen verstrekt;
5° die zich in een van de gevallen bevindt als bedoeld in artikel 3, § 1, eerste lid, van de ordonnantie van 8 oktober 2015 houdende algemene regels betreffende de inhouding, de terugvordering en de niet-vereffening van subsidies op het vlak van werkgelegenheid en economie, zolang hij de subsidies als bedoeld in voornoemde ordonnantie niet terugbetaalt overeenkomstig de regels bedoeld in haar artikel 4.
De begunstigde leeft de voorwaarden bepaald in het eerste lid na gedurende een periode van drie jaar vanaf de datum van de toekenning van de steun.
HOOFDSTUK 3. - Onderzoeksprocedure voor de aanvraag- en uitbetalingsdossiers van de steun
Art.5. De begunstigde dient de steunaanvraag in bij BM door middel van een formulier dat BM ter beschikking stelt op zijn website. De begunstigde kan slechts één aanvraag indienen.
BM ontvangt de steunaanvraag ten laatste op 30 juni 2020.
De begunstigde geeft alle andere onder de verordening of andere de-minimisverordeningen vallende steun aan die de onderneming gedurende de twee voorafgaande belastingjaren en het lopende belastingjaar heeft ontvangen.
Art.6. De toekenningsbeslissing wordt aan de begunstigde betekend binnen de drie maanden na de ontvangst van de steunaanvraag. De minister kan de beslissingstermijn verlengen indien de beschikbare begrotingskredieten zijn uitgeput.
BM deelt de begunstigde mee dat de steun overeenkomstig de verordening wordt verleend.
Art.7. De steun wordt in één schijf vereffend op een Belgisch bankrekeningnummer dat op naam van de begunstigde staat.
HOOFDSTUK 4. - Het toezicht op en de terugbetaling van de steun
Art.8. Hoofdstuk X van de ordonnantie van 3 mei 2018 betreffende de steun voor de economische ontwikkeling van ondernemingen is van toepassing op dit besluit.
HOOFDSTUK 5. - Slotbepalingen
Art.9. Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Art. 10. De Minister-President is belast met de uitvoering van dit besluit.