2 OKTOBER 2020. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de subsidieregeling die wordt toegepast teneinde de impact van COVID 19 op de liquiditeitspositie van de Vlaamse regionale luchthavens te beperken
Art. 1-5
Artikel 1. Dit besluit betreft een algemene steunregeling die tot doel heeft de impact van COVID 19 op de liquiditeitspositie van de exploitanten van de Vlaamse regionale luchthavens te beperken.
Art.2. Elke entiteit die een Vlaamse regionale luchthaven exploiteert en die op 31/12/2019 niet kwalificeert als een "onderneming in moeilijkheden" zoals gedefinieerd in artikel 2 punt 18 van Verordening (EU) 651/2014 van 17 juni 2014, heeft recht op een facultatieve subsidie van driehonderdzesenzestigduizend euro (366.000,00 EUR) per Vlaamse regionale luchthaven.
Deze facultatieve subsidies worden aangerekend op begrotingsartikel MB0-1MDH2CA-WT van de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2020.
Het geraamde budget voor deze subsidieregeling aan de exploitanten van de Vlaamse regionale luchthavens bedraagt een miljoen achtennegentigduizend euro (1.098.000,00 EUR).
Art.3. Deze facultatieve subsidie zal na ondertekening van dit Besluit en na akkoord van de Europese Commissie i.k.v. staatssteun, op aanvraag van de entiteiten die een Vlaamse regionale luchthaven exploiteren bij het departement Mobiliteit en Openbare Werken, kunnen worden uitbetaald.
Art.4. Volgende besluiten van de Vlaamse Regering worden ingetrokken:
- Het besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een facultatieve subsidie aan de luchthavenexploitatiemaatschappij Antwerpen in het kader van COVID 19 voor het begrotingsjaar 2020 d.d. 10 juli 2020;
- Het besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een facultatieve subsidie aan de luchthavenexploitatiemaatschappij Oostende-Brugge in het kader van COVID 19 voor het begrotingsjaar 2020 d.d. 10 juli 2020;
- Het besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een facultatieve subsidie aan de NV Internationale Luchthaven Kortrijk-Wevelgem in het kader van COVID 19 voor het begrotingsjaar 2020 d.d. 10 juli 2020.
Art. 5. De Vlaamse minister, bevoegd voor Mobiliteit en Openbare Werken, is belast met de uitvoering van dit besluit.