Details





Titel:

19 APRIL 2020. - Koninklijk besluit nr. 10 voor de toekenning van en de regels voor de verdeling en vereffening van een voorschot aan de [...] ziekenhuizen in het kader van de epidemie door het coronavirus COVID-19. (KB 352020-06-24/02, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 29-06-2020) (NOTA : bekrachtigd met uitwerking op de datum van zijn inwerkingtreding bij W2020-12-24/20, art. 10) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 22-04-2020 en tekstbijwerking tot 29-06-2020)



Inhoudstafel:


Art. 1, 1/1, 2-3, 3/1, 4-7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:





Artikels:

Artikel 1. In de bestaande budgetten wordt een bedrag van een miljard euro vrijgemaakt zodat de continuïteit van de ziekenhuisactiviteit in de algemene ziekenhuizen op financieel vlak kan worden verzekerd door een tussenkomst in de tenlasteneming van de impact van de epidemie COVID-19.

Art.1/1. [1 Om de voortdurende financiële impact van de COVID-19 epidemie op te vangen, wordt een bijkomend voorschot vrijgemaakt ten behoeve van de algemene en psychiatrische ziekenhuizen.
   Het voorschot bestaat uit twee betalingsschijven:
   a) een eerste schijf van 500 miljoen euro wordt onmiddellijk vrijgemaakt;
   b) een tweede schijf van 500 miljoen euro wordt vrijgemaakt vanaf de maand oktober 2020.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij KB 35 2020-06-24/02, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 29-06-2020>


Art.2. De betrokken ziekenhuisactiviteit omvat alle activiteiten van het ziekenhuis en van de zorgverleners in het ziekenhuis, met name in de gemeenschappelijke diensten, de klassieke ziekenhuisopname, de daghospitalisatie, de technische platforms, de ambulante activiteiten en de 'RIZIV-overeenkomsten'.

Art.3.De verdeling van het bedrag bedoeld in artikel 1 wordt voorlopig uitgevoerd door de storting van een voorschot dat wordt berekend op basis van het deel van elk algemeen ziekenhuis in verhouding tot de totale RIZIV uitgaven van de algemene ziekenhuizen voor het geheel van de activiteiten, zoals gedefinieerd in het artikel 2, op basis van de RIZIV documenten P, aangevuld met het variabele deel van zijn budget van financiële middelen, de forfaits dagziekenhuizen evenals de geneesmiddelen voor het volledig jaar 2018.
  [1 De verdeling van het bedrag bedoeld in artikel 1/1 wordt voorlopig uitgevoerd door de storting van een voorschot dat wordt berekend op basis van het deel van elk ziekenhuis in verhouding tot de totale RIZIV uitgaven van de ziekenhuizen voor het geheel van de activiteiten, zoals gedefinieerd in het artikel 2, op basis van de RIZIV documenten P, aangevuld met het variabele deel van zijn budget van financiële middelen, de forfaits dagziekenhuizen evenals de geneesmiddelen voor het volledig jaar 2018.]1
  ----------
  (1)<KB 35 2020-06-24/02, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 29-06-2020>

Art.3/1. [1 De voorschotbedragen bedoeld in de artikelen 1 en 1/1 worden afgerekend met de dekking van kosten voor de dienstverlening ingevolge een epidemie, zoals bedoeld in artikel 101 van de gecoördineerde wet op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen. Als het uitbetaalde voorschotbedrag aan een ziekenhuis hoger blijkt dan de kosten voor dienstverlening tijdens de epidemie die berekend worden met toepassing van bedoeld artikel, zal het saldo in mindering worden gebracht van het budget van financiële middelen van het ziekenhuis, zoals bedoeld in het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen. De Koning kan modaliteiten bepalen inzake de manier waarop het saldo in mindering wordt gebracht evenals een eventuele spreiding in de tijd over meerdere budgetten van financiële middelen.
   Om de uitbetaling van de tegemoetkoming in de kosten met toepassing van artikel 101 van de gecoördineerde wet op de ziekenhuizen en andere verzorgingsinrichtingen sneller te laten verlopen, kan deze uitbetaling of een deel ervan, in afwijking van het normale betalingsmechanisme van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, rechtstreeks aan de ziekenhuizen gebeuren. De Koning kan nadere modaliteiten bepalen inzake de uitbetaling van de tegemoetkoming en de verrekening van de voorschotbedragen.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij KB 35 2020-06-24/02, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 29-06-2020>


Art.4.De voorschotbedragen die krachtens de bepalingen van artikel 3 zijn berekend, worden door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering [1 , voor wat betreft de voorschotten bedoeld in artikel 1 en in artikel 1/1, tweede lid, a),]1 zo snel mogelijk na de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad, [1 en voor wat betreft het voorschot bedoeld in artikel 1/1, tweede lid, b), op 5 oktober 2020]1 gestort op de bankrekening van elk betrokken ziekenhuis.
  De rekeningnummers van de [1 ...]1 ziekenhuizen worden door de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu meegedeeld aan het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.
  ----------
  (1)<KB 35 2020-06-24/02, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 29-06-2020>

Art.5.[1 De bedragen bedoeld in artikelen 1 en 1/1 worden]1 vrijgemaakt door herverdeling door de minister die bevoegd is voor Sociale Zaken, in de partiële begrotingsdoelstellingen van de geneeskundige verzorging, in naleving van de globale begrotingsdoelstelling die voor 2020 al is vastgesteld.
  ----------
  (1)<KB 35 2020-06-24/02, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 29-06-2020>

Art.6. Dit besluit treedt in werking de dag van publicatie in het Belgisch Staatsblad.

Art. 7. De minister bevoegd, voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.