Details





Titel:

16 DECEMBER 2020. - Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van de artikelen 25 en 72 van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen, waarbij de modaliteiten en termijnen voor de aansluiting bij een kinderbijslagfonds en de aanvullende opdracht van het "Caisse publique wallonne d'allocations familiales" (Waals openbaar kinderbijslagfonds) worden bepaald



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Inleidende bepalingen
Art. 1-2
HOOFDSTUK II. - Aansluiting
Art. 3-9
HOOFDSTUK III. - Aanvullende opdracht van het Waals openbaar kinderbijslagfonds
Art. 10-13
HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen
Art. 14-15



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Inleidende bepalingen
Artikel 1. Dit besluit regelt, overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet, een materie bedoeld in artikel 128 ervan.

Art.2. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
  1° het decreet van 8 februari 2018: het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen;
  2° de aanvrager: de persoon bedoeld in artikel 71 van het decreet van 8 februari 2018;
  3° de bijslagtrekkende: de persoon bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2°, van het decreet van 8 februari 2018;
  4° het Waals openbaar kinderbijslagfonds: het "Caisse publique wallonne d'allocations familiales" bedoeld in artikel 23 van het decreet van 8 februari 2018;
  5° een privé-kinderbijslagfonds: een privé-kinderbijslagfonds dat erkend is krachtens artikel 56 van het decreet van 8 februari 2018;
  6° een kinderbijslagfonds: een fonds bedoeld in punt 4° of in punt 5° ;
  7° het kadaster : het verwijzingsrepertorium waarin de gegevens van alle actoren van alle dossiers van alle kinderbijslagfondsen zijn opgenomen, zoals bedoeld in het samenwerkingsakkoord van 6 september 2017 tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de aanknopingsfactoren, het beheer van de lasten van het verleden, de gegevensuitwisseling inzake de gezinsbijslagen en de praktische regels betreffende de bevoegdheidsoverdracht tussen de kinderbijslagfondsen en het samenwerkingsakkoord van 30 mei 2018 tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de oprichting van het interregionaal orgaan voor de gezinsbijslagen;
  8° het interregionaal orgaan: de vereniging zonder winstoogmerk bedoeld in het samenwerkingsakkoord van 30 mei 2018 tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de oprichting van het interregionaal orgaan voor de gezinsbijslagen wordt goedgekeurd.

HOOFDSTUK II. - Aansluiting
Art.3. Een aanvraag voor de aansluiting bij een kinderbijslagfond wordt geldig gevormd door elke schriftelijke wilsuiting waarmee de aanvrager een aanvraag om gezinsbijslagen indient.
  Bij gebrek aan aansluitingsaanvraag binnen vier maanden na de inschrijving van het kind in het Rijksregister van de natuurlijke personen, wordt de aanvrager automatisch aangesloten bij het Waals openbaar kinderbijslagfonds.

Art.4. In geval van fusie van privé-kinderbijslagfondsen, overname of intrekking van de erkenning, neemt het overblijvende of opvolgende kinderbijslagfonds, de aansluitingen van de verdwijnende privé-kinderbijslagfondsen, over.
  De datum van aansluiting blijft de datum van aansluiting bij het verdwijnende privé-kinderbijslagfonds.

Art.5. § 1. De aanvrager die van kinderbijslagfonds wil veranderen, moet het kinderbijslagfonds waarop hij een beroep wil doen, er schriftelijk op de hoogte van brengen. Bedoeld kinderbijslagfonds zal in eigen naam de maatregelen nemen waarin artikel 72, § 2, van het decreet van 8 februari 2018 voorziet.
  De aanvraag voor de aansluiting bij het nieuwe kinderbijslagfonds staat gelijk aan een aanvraag tot uitstap uit het oude fonds.
  De aanvraag wordt ingediend ten vroegste zes maanden voor het einde van het kwartaal waarin zij kan worden gedaan.
  § 2. Indien de aanvrager zijn aanvraag tot aansluitingswijziging bij het kinderbijslagfonds dat hij wenst te verlaten, indient, wordt de aanvraag door het gezin als verkeerd geadresseerde aanvraag beschouwd. Deze aanvraag wordt doorgestuurd door het kinderbijslagfonds dat de aanvrager wenst te verlaten aan het kinderbijslagfonds waar de aanvrager zich bij wenst aan te sluiten.

Art.6. § 1. Het kinderbijslagfonds waarop de aanvrager nu een beroep wil doen, analyseert de ontvankelijkheid van de aanvraag in het licht van de termijnvoorwaarde bedoeld in artikel 72, § 2, van het decreet van 8 februari 2018.
  Wanneer een geboortetoelage vooraf is betaald, wordt de datum van betaling in aanmerking genomen voor de berekening van de in het eerste lid bedoelde periode.
  § 2. In geval van verandering van bijslagtrekkende wordt de bevoegdheid van het met de betaling belaste fonds voortgezet, indien de nieuwe bijslagtrekkende nog geen gezinstoelagen ontvangt. De nieuwe bijslagtrekkende kan een wijziging van aansluiting aanvragen zonder het verstrijken van de in lid 1 genoemde termijn af te wachten.
  Indien de nieuwe bijslagtrekkende reeds bijslagen voor andere kinderen ontvangt, wordt het nieuwe kind toegevoegd aan het dossier van het fonds waarbij de nieuwe bijslagtrekkende is aangesloten.

Art.7. Indien de aanvraag tot wijziging van de aansluiting niet ontvankelijk is, zal het kinderbijslagfonds dat de aanvraag heeft onderzocht, de aanvrager hiervan op de hoogte stellen.
  Indien de aanvraag tot wijziging van de aansluiting ontvankelijk is, zal het kinderbijslagfonds dat de aanvraag heeft onderzocht, de aanvrager hiervan op de hoogte stellen en hem de datum waarop de aanvraag tot wijziging van de aansluiting van kracht wordt alsook de datum vanaf welke hij opnieuw een aansluitingsaanvraag kan indienen, mededelen.

Art.8. De betrokken fondsen plegen overleg en nemen de nodige maatregelen om elke onderbreking van de betaling te voorkomen.

Art.9. Tenzij de aanvrager uitdrukkelijk anders aangeeft, geldt zijn aanvraag tot wijziging van de aansluiting voor alle kinderen waarvoor hij de bijslagtrekkende, wettelijke vertegenwoordiger of gemachtigde is, ook als zij onder meerdere kinderbijslagfondsen vallen.

HOOFDSTUK III. - Aanvullende opdracht van het Waals openbaar kinderbijslagfonds
Art.10. Voor kinderen die op of na 1 januari 2019 geboren zijn, onderzoekt het Waals openbaar kinderbijslagfonds of kinderen voor wie geen recht wordt aangevraagd, onder de voorwaarden van het decreet van 8 februari 2018 vallen om in aanmerking te komen voor gezinsbijslagen. Het onderzoekt ambtshalve het bestaan van rechten op gezinsbijslagen en gaat zo nodig over tot de betaling ervan.
  Het Waals openbaar kinderbijslagfonds voert de in lid 1 beschreven opdracht ten minste tweemaal per jaar uit.
  Indien lid 1 van toepassing is, is de aanvangsdatum van de periode bedoeld in artikel 72, § 2, van het decreet van 8 februari 2018 de datum van inschrijving in het kadaster.

Art.11. Onverminderd artikel 3, tweede lid, en wanneer een kind dat vroeger woonachtig was in een andere deelentiteit in de zin van artikel 1, 1°, van het samenwerkingsakkoord van 6 september 2017 tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de aanknopingsfactoren, het beheer van de lasten van het verleden, de gegevensuitwisseling inzake de gezinsbijslagen en de praktische regels betreffende de bevoegdheidsoverdracht tussen de kinderbijslagfondsen, zijn wettelijke woonplaats heeft op het grondgebied van het Franse taalgebied of, als hij of zij geen wettelijke woonplaats heeft, daadwerkelijk in het Franse taalgebied verblijft, neemt het Waals openbaar kinderbijslagfonds alle nodige maatregelen om de continuïteit van de betalingen te waarborgen en de nodige regularisaties ten gunste van dat kind uit te voeren indien er geen aanvraag tot aansluiting bij een kinderbijslagfonds is ingediend.

Art.12. Het Waals openbaar kinderbijslagfonds voert de in artikel 10 beschreven opdracht uit op basis van de informatie verstrekt door het interregionale orgaan dat het kadaster beheert.

Art.13. De in artikel 10 beschreven opdracht van het Waals openbaar kinderbijslagfonds wordt voor elk betrokken kind slechts eenmaal uitgevoerd. De opdracht wordt geacht te zijn vervuld wanneer het Waals openbaar kinderbijslagfonds, voor elk betrokken kind, een kind voor wie geen recht wordt aangevraagd, heeft opgespoord en:
  1° een recht op gezinsbijslagen voor zijn of haar rekening heeft vastgesteld en de betaling heeft verricht;
  2° het ontbreken van een recht op gezinsbijslagen voor zijn of haar rekening heeft vastgesteld en zijn of haar wettelijke vertegenwoordiger op de hoogte heeft gesteld van het ontbreken van een recht en van de mogelijkheid om gezinsbijslagen aan te vragen in geval van een wijziging in zijn of haar situatie.

HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen
Art.14. Dit besluit heeft uitwerking op 1 januari 2019.

Art. 15. De Minister bevoegd voor gezinsbijslagen is belast met de uitvoering van dit besluit.