5 DECEMBER 2020. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de maatregelen en de modaliteiten tot uitvoering van het natuurinrichtingsproject Wellemeersen en omgeving Oude Dender en tot ontheffing van verbodsbepalingen die gelden in het Vlaams Ecologisch Netwerk
Art. 1-6
Artikel 1. Overeenkomstig artikel 27 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juli 1998 tot vaststelling van nadere regels ter uitvoering van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu worden voor het natuurinrichtingsproject Wellemeersen en omgeving Oude Dender volgende maatregelen vastgesteld :
1° kavelruil uit kracht van wet, met inbegrip van herverkaveling;
2° infrastructuur- en kavelwerken;
3° aanpassing van de wegen en van het wegenpatroon;
4° het tijdelijk beperkingen opleggen aan het genot van onroerende goederen tijdens de uitvoering van het natuurinrichtingsproject;
5° waterhuishoudingswerken zoals peilwijzigingen, wijziging van de structuurkenmerken van de waterlopen, aanpassen van het afwateringspatroon en aanpassing van de watertoevoer en -afvoer;
6° grondwerken zoals reliëfwijziging en afgraving;
7° de uitbouw van natuureducatieve voorzieningen;
8° erfdienstbaarheden vestigen of afschaffen.
Art.2. Overeenkomstig artikel 27 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juli 1998 tot vaststelling van nadere regels ter uitvoering van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu worden voor het natuurinrichtingsproject Wellemeersen en omgeving Oude Dender de volgende modaliteiten tot uitvoering vastgesteld :
1° kavelruil uit kracht van wet, met inbegrip van herverkaveling, waaronder dient verstaan te worden in dit besluit: het ruilen van eigendom en gebruik van percelen of delen ervan ten behoeve van natuurbescherming, natuurontwikkeling en inrichting van recreatieve voorzieningen;
2° infrastructuur- en kavelwerken, waaronder dient verstaan te worden in dit besluit :
a) kappen houtige gewassen, ringen van bomen, ... ifv bosomvorming en realisatie prioriteiten habitat;
b) ontstronken;
c) verwijderen/bestrijden van exoten;
d) landschappelijke inrichting;
e) herstellen visbestand;
f) inrichten vleermuizenverblijfplaatsen;
g) creëren broedgelegenheid;
h) afbreken leegstaande gebouwen;
i) infrastructuurwerken in functie van beheer;
j) beheerklaar maken voor toekomstig maaibeheer;
3° aanpassing van de wegen en van het wegenpatroon, waaronder dient verstaan te worden in dit besluit:
a) aanleg en heraanleg van recreatieve paden;
b) aanleg en heraanleg van beheerswegen;
4° het tijdelijk beperkingen opleggen aan het genot van onroerende goederen tijdens de uitvoering van het natuurinrichtingsproject, waaronder dient verstaan te worden in dit besluit: deze zijn nodig voor het uitvoeren van de geplande inrichtingsmaatregelen;
5° waterhuishoudingswerken, waaronder dient verstaan te worden in dit besluit :
a) optimalisatie van afvoer/aanvoer van oppervlakte-/kwelwater;
b) ruimen Gemeentelijke Rijt;
c) ruimen Provinciale Rijt;
d) ruimen slib Provinciale Rijt uit Grote Zavelput of een verantwoord alternatieve oplossing voor deze ruiming;
e) ruimen waterpartijen en overige waterlopen;
f) plaatsen van stuwen en inlaatconstructie;
6° grondwerken, waaronder dient verstaan te worden in dit besluit :
a) aanleggen en onderhoud van poelen/bomputten;
b) aanleggen (opgehoogde) beheerswegen of wandelwegen;
c) aanpassen oevermorfologie;
d) aanleg van (historische) grachten;
e) natuurtechnisch grondverzet;
7° de uitbouw van natuureducatieve voorzieningen, waaronder dient verstaan te worden in dit besluit :
a) verbeteren toegankelijkheid/identiteit;
b) opwaarderen recreatieve padeninfrastructuur;
c) plaatsen/opwaarderen recreatieve randinfrastructuur;
8° erfdienstbaarheden vestigen of afschaffen in geval deze nodig voor de bestendiging van het natuurinrichtingsproject.
Art.3. De modaliteiten tot uitvoering, vermeld in artikel 2, 5°, b), vindt enkel plaats in geval van onvoldoende doorstromingseffect.
De modaliteit tot uitvoering, vermeld in artikel 2, 5°, d), vindt plaats na voldoende onderzoek.
Art.4. Voor de maatregelen en de modaliteiten tot uitvoering van het natuurinrichtingsproject Wellemeersen en omgeving Oude Dender, vermeld in artikel 1 en 2, die volgens artikel 25, § 3, eerste lid, 2° van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu verboden zijn in het VEN, wordt een algemene ontheffing gegeven overeenkomstig artikel 27 van het besluit van de Vlaamse regering van 21 november 2003 houdende maatregelen ter uitvoering van het gebiedsgericht natuurbeleid.
Art.5. De maatregelen en de modaliteiten tot uitvoering van het natuurinrichtingsproject Wellemeersen en omgeving Oude Dender, vermeld in artikel 1 en 2, zijn verenigbaar met het watersysteem en met de relevante doelstellingen en beginselen, vermeld in artikel 5, 6 en 7 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid.
Art. 6. De betrokken werken en modaliteiten kunnen enkel gefinancierd worden binnen de grenzen van de middelen die in het jaar van uitvoering op de begroting beschikbaar zijn.