Details





Titel:

23 OKTOBER 2020. - [Wet tot het openstellen van tijdelijke werkloosheid overmacht corona voor werknemers in de gevallen waarin het onmogelijk is voor hun kind om naar het kinderdagverblijf, de school, of het centrum voor opvang voor personen met een handicap te gaan] <W2020-12-20/10, art. 54, 002; Inwerkingtreding : 01-10-2020>(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 30-10-2020 en tekstbijwerking tot 29-07-2021)



Inhoudstafel:


Art. 1-3



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

Art.2.De werknemer heeft het recht om, zonder loonbehoud, van het werk afwezig te zijn:
  1° [1 wanneer een minderjarig kind dat met hem samenwoont hetzij niet naar zijn kinderdagverblijf kan gaan, hetzij niet naar school kan gaan, omdat het kinderdagverblijf, de klas of de school waarvan het deel uitmaakt wordt gesloten als gevolg van een maatregel om de verspreiding van het coronavirus SARS-CoV-2 te beperken, of omdat het minderjarig kind verplicht afstandsonderwijs moet volgen of omdat het kind omwille van een andere reden in quarantaine of in isolatie moet om de verspreiding van het coronavirus SARS-CoV-2 te beperken;]1
  2° [1 wanneer hij een gehandicapt kind ten laste heeft, ongeacht de leeftijd van dat kind, en dat kind niet naar een centrum voor opvang van gehandicapte personen kan gaan, of de intramurale of extramurale dienstverlening of behandeling georganiseerd of erkend door de Gemeenschappen niet langer kan genieten, als gevolg van een maatregel om de verspreiding van het coronavirus SARS-CoV-2 te beperken.]1
  [1 De werknemer heeft dit recht gedurende de gehele periode waarop het attest of de aanbeveling voorzien in de vierde lid betrekking heeft.]1
  [1 Wanneer de werknemer samenwoont met de andere ouder van het kind, kan dit recht voor éénzelfde periode slechts door één van hen worden uitgeoefend.]1
  [1 De werknemer die gebruik maakt van dit recht dient zijn werkgever daarvan onmiddellijk op de hoogte te brengen. De werknemer dient onverwijld aan de werkgever een medisch certificaat tot bevestiging van quarantaine of isolatie van het kind, een aanbeveling tot quarantaine of isolatie afgegeven door de bevoegde instantie of een attest van het kinderdagverblijf, van de school of het centrum voor opvang van gehandicapte personen te overhandigen, dat de sluiting bevestigt van de betrokken instelling of de klas als gevolg van een maatregel om de verspreiding van het coronavirus SARS-CoV-2 te beperken. In dit attest staat de periode vermeld waarin de sluiting van toepassing is.]1
  De werknemer heeft, voor de periode waarin hij gebruik maakt van het recht dat hem door dit artikel wordt toegekend, ten laste van de RVA recht op tijdelijke werkloosheid wegens overmacht die het gevolg is van de COVID-19-epidemie en de eraan gekoppelde dagelijkse toeslag ten laste van de RVA, voor zover hij aan alle toelaatbaarheids- en vergoedbaarheidsvoorwaarden voldoet die daartoe in de werkloosheidsreglementering worden gesteld.
  ----------
  (1)<W 2020-12-20/10, art. 55, 002; Inwerkingtreding : 01-10-2020>

Art. 3.Deze wet heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 2020 en treedt buiten werking op [3 30 september 2021]3.
  De Koning kan de datum van buitenwerking uitstellen.
  ----------
  (1)<W 2020-12-20/10, art. 56, 002; Inwerkingtreding : 01-10-2020>
  (2)<W 2021-04-02/10, art. 34, 003; Inwerkingtreding : 01-04-2021>
  (3)<W 2021-07-18/03, art. 32, 004; Inwerkingtreding : 30-06-2021>