Details





Titel:

2 MEI 2019. - Decreet tot invoering van een compensatievergoeding bij werkzaamheden op de openbare weg(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 03-09-2019 en tekstbijwerking tot 22-02-2023)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijvingen
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Voorwaarden voor de toekenning van de compensatievergoeding
Art. 2-3
HOOFDSTUK III. - Bedrag van de compensatievergoeding
Art. 4-5
HOOFDSTUK IV. - Procedure voor de toekenning van de compensatievergoeding
Art. 6-8
HOOFDSTUK IV./1 [1 Specifieke vergoeding ]1
Art. 8/1
HOOFDSTUK V. - Inning van de onverschuldigde betalingen
Art. 9
HOOFDSTUK VI. - Controle, administratieve straffen en dwingende maatregelen
Art. 10-12
HOOFDSTUK VII. - Bescherming van de persoonsgegevens
Art. 13
HOOFDSTUK VIII. - Slotbepalingen
Art. 14



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2019203970  2023044778 



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijvingen
Artikel 1.In de zin van dit decreet en van de desbetreffende uitvoeringsbesluiten wordt verstaan onder:
  1° onderneming: de onderneming in de zin van artikel I.1, enig lid, 1°, van het Wetboek van Economisch Recht, met inbegrip van de zelfstandigen en meewerkenden in de zin van het koninklijk besluit nr. 38 van 37 juli 1967 houdende het sociaal statuut van zelfstandigen wier personeelsbestand minder dan werknemers telt en onder uitsluiting van de verenigingen zonder winstgevend oogmerk;
  2° werkzaamheden: werkzaamheden uitgevoerd op de openbare weg, ongeacht of de bouwheer een publiek dan wel privé-statuut heeft, uitgezonderd die welke de Regering omschrijft;
  3° compenserende vergoeding: vergoeding als bedoeld in artikel 4;
  4° bedrijfssite: plaats waar de onderneming een economische activiteit uitoefent en in contact staat met zijn klantenkring in de zin van artikel 2, § 3;
  5° persoonsgegeven: gegeven omschreven bij artikel 4.1 van Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming);
  6° bouwheer: de natuurlijke of rechtspersoon, die de grond of de ondergrond van de weg gebruikt en die het initiatief tot werken onder, op of boven de weg neemt en die deze werken uitvoert of laat uitvoeren.
  [1 7° vestigingseenheid: de vestigingseenheid in de zin van artikel I.2, 16°, van het Wetboek van economisch recht.]1
  ----------
  (1)<DWG 2023-02-02/02, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2023>

HOOFDSTUK II. - Voorwaarden voor de toekenning van de compensatievergoeding
Art.2. § 1. Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten krijgt de onderneming een compensatievergoeding als:
  1° de werkzaamheden de activiteit van zijn bedrijfssite gedurende minstens twintig opeenvolgende dagen belemmeren;
  2° zijn activiteit een contact met het kliënteel vereist.
  De Regering kan sommige werkzaamheden omschrijven waarvoor geen enkele compensatievergoeding verschuldigd is en de duur bedoeld in lid 1, 1°, wijzigen zonder dat bedoelde duur korter dan tien of langer dan dertig dagen kan zijn.
  § 2. De Regering bepaalt de werkzaamheden die in de zin van paragraaf 1, lid 1, 1°, de activiteit van de bedrijfssite belemmeren.
  § 3. Het contact met het kliënteel bedoeld in paragraaf 1, lid 1, 2°, veronderstelt het, voor de activiteit van de onderneming onontbeerlijk, betreden van de bedrijfssite en kan moeilijk op een andere plaats worden uitgevoerd.

Art.3. De onderneming die zich in voorkomend geval in één van volgende staten bevindt kan geen compensatievergoeding krijgen:
  1° faillissement;
  2° ontbinding;
  3° vereffening.
  De Regering kan de staten bedoeld in lid 1 nader aanvullen.

HOOFDSTUK III. - Bedrag van de compensatievergoeding
Art.4.[1 De compensatievergoeding stemt overeen met een bedrag, vastgesteld door de Regering, die vermenigvuldigd wordt met het aantal dagen tijdens welke de activiteit van van een vestigingseenheid van een onderneming belemmerd wordt door werkzaamheden, met een maximum van zeventig dagen per vestigingseenheid voor een duur van één jaar.
   De Regering bepaalt :
   1° de nadere berekeningsregels voor de termijnen als bedoeld in lid 1;
   2° de nadere regels voor de uitbetaling en de eindafrekening van de compensatievergoeding ]1.
  ----------
  (1)<DWG 2023-02-02/02, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2023>

Art.5. § 1. Verordening (EG) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun is van toepassing op de compensatievergoedingen.
  De Regering kan de verwijzing naar de de minimis-verordening, bedoeld in lid 1, aanpassen met het oog op de conformiteit van dit decreet met de EG-regels aangenomen als bepalingen van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.
  § 2. De Regering licht de onderneming in over het de minimis-karakter van de compensatievergoedingen.
  Zolang er geen enkele authentieke gegevensbron over de de minimis-steun is ingericht, verstrekt de onderneming de Regering volgens de door laatstgenoemde bepaalde nadere regels volledige informatie over de door haar gekregen andere de minimis-steun dan deze bedoeld bij dit decreet.
  § 3. De compensatievergoeding is niet samenvoegbaar met een andere steun, ongeacht de bron, de vorm en het doel ervan, met betrekking op dezelfde toelaatbare kosten als de maximumbedragen, bepaald overeenkomstig de cumulregels van de de minimis-verordening, overschreden zouden worden.

HOOFDSTUK IV. - Procedure voor de toekenning van de compensatievergoeding
Art.6. De werkzaamheden worden aangekondigd overeenkomstig artikel 30 van het decreet van 30 april 2009 betreffende de informatie, de coördinatie en de organisatie van de werven onder, op of boven de wegen of waterlopen, uiterlijk vijftien dagen voor aanvang ervan.

Art.7. De Regering legt de vorm en de inhoud van de aanvraag voor een compensatievergoeding vast.

Art.8. De Regering bepaalt de procedure, de nadere verwerkingsregels en de uitbetaling van de aanvraag voor een compensatievergoeding.

HOOFDSTUK IV./1 [1 Specifieke vergoeding ]1   ----------   (1)
Art.8/1. [ Los van de toekenning van een compensatievergoeding kan de Regering tegen de voorwaarden en volgens de nadere regels die zij bepaalt een specifieke vergoeding toekennen aan een onderneming voor elke vestigingseenheid wier economische bedrijvigheid getroffen wordt door een omvangrijke gewestelijke openbare werf waarvan de uitvoering aanzienlijke vertragingen oploopt.
   De hoofdstukken IV/1, V, VI en VII zijn van toepassing op de specifieke vergoeding als bedoeld in lid 1.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij DWG 2023-02-02/02, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2023>


HOOFDSTUK V. - Inning van de onverschuldigde betalingen
Art.9. De compensatievergoeding die geheel of gedeeltelijk onverschuldigd wordt gestort, kan geïnd worden door de Regering of iedere andere tussenpersoon die in opdracht van de Regering handelt.
  Als de compensatievergoeding geheel of gedeeltelijk onverschuldigd is gestort, kan het Gewest, na de onderneming daarover bij aangetekend schrijven te hebben ingelicht, een compensatie verrichten met ieder ander bedrag dat de onderneming verschuldigd is. De compensatie wordt overeenkomstig de artikelen 1289 en volgende van het Burgerlijk Wetboek uitgevoerd.
  Lid 2 blijft verder van toepassing bij inbeslagname, afstand, situatie van samenloop of insolventieprocedure.

HOOFDSTUK VI. - Controle, administratieve straffen en dwingende maatregelen
Art.10. De controle op de toepassing van dit decreet en de uitvoeringsmaatregelen ervan wordt uitgeoefend overeenkomstig het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen.

Art.11. Met een administratieve geldboete van 150 tot 1500 euro wordt gestraft, de onderneming die de Regering niet binnen de vastgestelde termijn ingelicht heeft over de veranderingen die zich, met invloed op de toekenning van de compensatievergoeding, na de indiening van de aanvraag hebben voorgedaan.
  Met een administratieve geldboete van 250 tot 2.500 euro wordt gestraft, de onderneming die in het kader van de krachtens de artikelen 7 en 8 ingediende aanvraag voor een compensatievergoeding valse informatie heeft verstrekt.

Art.12. De bepalingen van hoofdstuk 9 van het decreet van 28 februari 2019 betreffende de controle van de wetgevingen en reglementeringen inzake het economisch beleid, het tewerkstellingsbeleid en het wetenschappelijk onderzoek alsook de invoering van administratieve geldboeten toepasselijk in geval van inbreuk op deze wetgevingen en reglementeringen zijn van toepassing op de administratieve geldboeten bepaald bij artikel 11.

HOOFDSTUK VII. - Bescherming van de persoonsgegevens
Art.13. § 1. De verwerking van de persoonsgegevens in het kader van dit decreet strekt ertoe, de belemmerde ondernemingen een compensatievergoeding toe te kennen. De verwerkte gegevens zijn de persoonsgegevens nodig voor de toepassing van dit decreet. Die gegevens mogen niet bewaard worden voor een langere duur dan tien jaar, te rekenen van de toekenning van de compensatievergoeding.
  De persoonsgegevens, ingezameld op grond van dit decreet, kunnen een statistieke verwerking ondergaan voor zover ze anoniem worden gemaakt.
  De Regering wijst de verantwoordelijke voor de verwerking van de persoonsgegevens aan.
  § 2. De verantwoordelijke voor de verwerking van de persoonsgegevens, bedoeld in paragraaf 1, bewaart het toegangsregister voor deze gegevens voor een periode van tien jaar te rekenen van de toekenning van de compensatievergoeding.
  De Regering kan een nadere bepaling uitwerken voor de bewaring van de persoonsgegevens.
  § 3. De termijnen bepaald in de paragrafen 1 en 2 worden bij een gerechtelijke of administratieve vordering betreffende de persoonsgegevens verwerkt door de beheerder, opgeschort totdat de beroepsmogelijkheden uitgeput zijn.

HOOFDSTUK VIII. - Slotbepalingen
Art. 14. Dit decreet treedt in werking op de dag bepaald door de Regering.

(NOTA : Inwerkingtreding vastgesteld op 01-09-2019 door BWG 2019-07-18/12, art. 11)