Details





Titel:

20 DECEMBER 2019. - Wet tot heffingen op het zakencijfer van de vergoedbare farmaceutische specialiteiten en een bijdrage op marketing voor het jaar 2020



Inhoudstafel:


Art. 1
Afdeling 1. - Heffingen op de omzet
Art. 2-4
Afdeling 2. - Bijdrage op marketing
Art. 5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet

Afdeling 1. - Heffingen op de omzet
Art.2. In artikel 191, eerste lid, 15° novies, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 27 december 2005 en gewijzigd bij de wetten van 27 december 2006, 21 december 2007, 8 juni 2008, 19 december 2008, 22 december 2008, 23 december 2009, 29 december 2010, 28 december 2011, 27 december 2012, 26 december 2013, 19 december 2014, 26 december 2015, 25 december 2016, 25 december 2017 en van 21 december 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° het derde lid wordt aangevuld met de volgende zin :
  "Voor 2020 wordt het bedrag van die heffing vastgesteld op 6,73 pct. van de omzet die in 2020 is verwezenlijkt.";
  2° in het vijfde lid, laatste zin, wordt het woord "en" vervangen door de vermelding "," en wordt de zin aangevuld als volgt :
  "en voor 1 mei 2021 voor de omzet die in 2020 is verwezenlijkt.";
  3° in het zevende lid, eerste zin, wordt het woord "en" vervangen door de vermelding "," en worden de woorden "en de heffing op de omzet 2020" ingevoegd tussen de woorden "omzet 2019" en de woorden "worden via";
  4° het achtste lid wordt aangevuld met de volgende zin :
  "Voor 2020 dienen het in het vorige lid bedoelde voorschot en saldo respectievelijk gestort te worden voor 1 juni 2020 en 1 juni 2021 op rekening van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, met vermelding van respectievelijk "voorschot heffing omzet 2020 " en "saldo heffing omzet 2020".";
  5° het tiende lid wordt aangevuld met de volgende zin :
  "Voor 2020 wordt het voornoemde voorschot bepaald op 6,73 pct. van de omzet die in het jaar 2019 is verwezenlijkt.";
  6° het laatste lid wordt aangevuld met de volgende zin :
  "De ontvangsten die voortvloeien uit de heffing op de omzet 2020 zullen in de rekeningen van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging worden opgenomen in het boekjaar 2020.".

Art.3. In artikel 191, eerste lid, 15° duodecies, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 23 december 2009 en gewijzigd bij de wetten van 29 december 2010, van 28 december 2011, van 27 december 2012, van 26 december 2013, van 19 december 2014, van 26 december 2015, van 25 december 2016, van 25 december 2017 en van 21 december 2018, wordt het vijfde lid aangevuld met de volgende zin :
  "Voor 2020 wordt het bedrag van die heffing vastgesteld op 1 pct. van de omzet die in 2020 is verwezenlijkt en het ermee samenhangende voorschot wordt vastgesteld op 1 pct. van de omzet die in 2019 is verwezenlijkt.".

Art.4. In artikel 191, eerste lid, 15° terdecies, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 28 juni 2013 en gewijzigd bij de wetten van 19 december 2014, 26 december 2015, 25 december 2016, 25 december 2017 en van 21 december 2018, wordt het vijfde lid aangevuld als volgt :
  "Voor het jaar 2020 worden de percentages van deze weesheffing vastgesteld op 0 pct. voor het deel van de omzet van 0 tot en met 1,5 miljoen euro, op 3 pct. voor het deel van de omzet van 1,5 tot en met 3 miljoen euro en op 5 pct. voor het deel van de omzet groter dan 3 miljoen euro. De percentages, die op de verschillende omzetniveaus toegepast worden om het voorschot 2020 vast te stellen, zijn gelijk aan de percentages die vastgesteld worden voor de weesheffing 2020.".

Afdeling 2. - Bijdrage op marketing
Art. 5. In artikel 191, eerste lid, 31°, van dezelfde wet, ingevoegd bij de wet van 27 december 2012 en gewijzigd bij de wetten van 26 december 2013, 19 december 2014, 26 december 2015, 25 december 2016, van 25 december 2017 en van 21 december 2018 worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° het eerste lid wordt aangevuld met de volgende zin :
  "Voor 2020 wordt de compensatoire bijdrage gehandhaafd.";
  2° in het tweede lid worden de woorden "en verwezenlijkt in 2019, voor het jaar 2019" vervangen door de woorden "verwezenlijkt in 2019, voor het jaar 2019, en verwezenlijkt in 2020, voor het jaar 2020";
  3° het derde lid wordt aangevuld als volgt :
  "Het voorschot 2020, vastgesteld op 0,13 pct. van het in 2019 verwezenlijkte omzetcijfer, wordt vóór 1 juni 2020 gestort op rekening van het Rijkinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, met de vermelding van " Voorschot compensatoire bijdrage 2020 " en het saldo wordt vóór 1 juni 2021 gestort op dezelfde rekening met de vermelding " Saldo compensatoire bijdrage 2020 ".";
  4° in het vijfde lid wordt het woord "en" opgeheven en wordt de zin aangevuld als volgt :
  ", en in het boekjaar 2020, voor de bijdrage 2020."