9 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit tot aanpassing van de bepalingen van het KB/WIB 92 betreffende de vaststelling van het belastbare inkomen inzake vennootschapsbelasting
Art. 1-12
Artikel 1. In artikel 74, van het KB/WIB 92, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 augustus 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid worden de woorden "niet zijn begrepen de krachtens de artikelen 48, 190, 191 en 194 tot 194quater van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 vrijgestelde waardeverminderingen, voorzieningen of meerwaarden," vervangen door de woorden "niet zijn begrepen de krachtens het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 en de belastingwetten vrijgestelde gereserveerde winst,";
2° In het tweede lid, 1°, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
a) het tweede streepje wordt vervangen als volgt:
"- het gedeelte van de meerwaarde op de in artikel 65 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, vermelde voertuigen, andere dan die vermeld in artikel 66, § 2, 1° tot 3°, van hetzelfde Wetboek, dat niet in aanmerking wordt genomen krachtens artikel 185ter van hetzelfde Wetboek;";
b) in het derde streepje, worden de woorden "artikel 198, 7° " vervangen door de woorden "artikel 198, § 1, eerste lid, 7° ";
c) het zesde streepje wordt vervangen door de woorden "de sommen die definitief werden vrijgesteld overeenkomstig artikel 194ter, 194ter/1 of 194ter/3, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992;";
d) in het zevende streepje, worden de woorden "overeenkomstig artikel 193bis, § 1" vervangen door de woorden "overeenkomstig de artikelen 193bis, § 1 en 193ter, § 1";
e) het tweede lid, 1° wordt aangevuld met negen streepjes, luidende als volgt:"
- het onder de belastingvrije winst van de inbrengende vennootschap opgenomen bedrag, naar aanleiding van een inbreng van een tak van werkzaamheid of van een algemeenheid van goederen uitgevoerd in overeenstemming met artikel 46, § 1, eerste lid, 2°, van hetzelfde Wetboek, dat onder de voorwaarden van artikel 192, § 2, van hetzelfde Wetboek, wordt vrijgesteld en dat zijn oorsprong vindt in een herbelegging als bedoeld in artikel 47 van hetzelfde Wetboek of in een kapitaalsubsidie als bedoeld in artikel 362 van hetzelfde Wetboek, die deel uitmaakt van die inbreng;
- de sommen die definitief vrijgesteld zijn krachtens artikel 194quinquies, § 2, van hetzelfde Wetboek;
- de winst ten belope van het financieringskostensurplus, vrijgesteld krachtens artikel 194sexies en 194septies, tweede streepje van hetzelfde Wetboek;
- de winst ten belope van de vergoeding ontvangen in uitvoering van een groepsbijdrage-overeenkomst, vrijgesteld krachtens artikel 194septies, eerste streepje, van hetzelfde Wetboek;
- de winst die voortkomt van de terugbetaling tijdens het belastbaar tijdperk van een gedeelte van het belastingkrediet voor onderzoek en ontwikkeling overeenkomstig artikel 292bis, § 1, vijfde lid, van hetzelfde Wetboek;
- het bedrag van de actualisering van de voorraad door erkende diamanthandelaars als vermeld in de wet van 26 november 2006 houdende een begeleidingsmaatregel voor een voorraadactualisering door de erkende diamanthandelaars waarvoor aan de voorwaarde van onaantastbaarheid tijdens het belastbare tijdperk niet langer is voldaan;
- de definitief vrijgestelde sommen voor de terugneming van waardeverminderingen overeenkomstig artikel 184quinquies, tweede lid, van hetzelfde Wetboek;
- de definitief vrijgestelde sommen voor de terugneming van waardeverminderingen die door een rechtspersoon bedoeld in artikel 3 van de wet van 29 mei 2018 tot bepaling van de voorwaarden van overgang bij de onderwerping aan de vennootschapsbelasting van havenbedrijven zijn erkend in de jaarrekening van een boekjaar dat werd afgesloten vóór het boekjaar dat betrekking heeft op het eerste aanslagjaar waarvoor de rechtspersoon onderworpen is aan de vennootschapsbelasting;
- de winst die op basis van artikel 185, § 2, b), van hetzelfde Wetboek wordt herzien;
en verhoogd met de bedragen in mindering gebracht van de begintoestand van de reserves; ".
f) de streepjes in het tweede lid, 1°, worden vervangen door letters, opgesomd van a) tot p);
3° het tweede lid, 2°, tweede streepje, wordt vervangen als volgt:
"- het bedrag, vóór aftrek van het vrijgestelde gedeelte, van de giften als zijn vermeld in artikel 14533, § 1, eerste lid, 1° tot 4°, a, van hetzelfde Wetboek;".
Art.2. In hoofdstuk I, afdeling XXVIII, van hetzelfde besluit, wordt een artikel 74/1 ingevoegd, luidende:
"Art. 74/1.- Het totale bedrag van het overeenkomstig artikel 74 vastgestelde resultaat wordt verminderd met het werkelijke resultaat van de activiteiten van de zeescheepvaart of van het beheer van zeeschepen voor rekening van derden, waarvoor de winst forfaitair wordt vastgesteld overeenkomstig de artikelen 115 tot 120 of 124 van de programmawet van 2 augustus 2002.".
Art.3. In hoofdstuk I, afdeling XXVIII, van hetzelfde besluit, wordt een artikel 74/2 ingevoegd, luidende:
"Art. 74/2.- Van het resultaat dat overeenkomstig artikel 74/1 is vastgesteld, worden de bestanddelen afgetrokken waarop:
- geen van de in de artikelen 199 tot 206, 536 en 543 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, bepaalde aftrekken, noch compensatie met het verlies van het belastbare tijdperk, mag worden verricht overeenkomstig artikel 207, zevende lid, van hetzelfde Wetboek;
- geen van de in de artikelen 199 tot 206, 536 en 543 van hetzelfde Wetboek, bepaalde aftrekken mag worden verricht overeenkomstig artikel 207, achtste lid, van hetzelfde Wetboek;
- geen van de in de artikelen 199 tot 206, van hetzelfde Wetboek, bepaalde aftrekken, noch compensatie met het verlies van het belastbare tijdperk, mag worden verricht overeenkomstig de artikelen 217, derde lid, en 519ter, van hetzelfde Wetboek en overeenkomstig het artikel 139, § 2, eerste lid, van de programmawet van 23 december 2009.".
Art.4. In artikel 75, van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid, inleidende zin, worden de woorden "artikel 74" vervangen door de woorden "de artikelen 74 tot 74/2";
2° het eerste lid, 2°, wordt vervangen als volgt:
"2° in het buitenland behaald resultaat dat niet vrijgesteld is krachtens dubbelbelastingverdragen, indien positief hierna te noemen "niet bij verdrag vrijgestelde winst";";
3° in het tweede lid, a, worden de woorden "en onverminderd artikel 185, § 3, vierde en vijfde lid van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992" ingevoegd tussen de woorden "bij verdrag vrijgesteld is" en de woorden ": eerst op" en worden de woorden "tegen verlaagd tarief belastbare winst" vervangen door de woorden "niet bij verdrag vrijgestelde winst";
4° in het tweede lid, b, worden de woorden "tegen verlaagd tarief belastbaar" en de woorden "tegen verlaagd tarief belastbare" vervangen respectievelijk door de woorden "niet bij verdrag vrijgesteld" en "niet bij verdrag vrijgestelde", en worden de woorden "op de bij verdrag vrijgestelde winst en, tenslotte," opgeheven;
5° in het tweede lid, c, worden de woorden "tegen verlaagd tarief belastbare winst en, tenslotte, op de bij verdrag vrijgestelde winst" vervangen door de woorden "niet bij verdrag vrijgestelde winst";
6° het artikel wordt aangevuld met een derde lid, luidende: "Indien op basis van een overeenkomst tot vermijding van dubbele belasting de winst van een buitenlandse vaste inrichting in België niet is vrijgesteld, dient deze winst te worden opgenomen in de categorie "niet bij verdrag vrijgestelde winst".";
7° het artikel wordt aangevuld met een vierde lid, dat luidt als volgt:
"In afwijking van het tweede lid, a, zijn, indien op basis van een overeenkomst tot vermijding van dubbele belasting de winst van een buitenlandse vaste inrichting vrijgesteld wordt, is het niet-definitieve verlies dat die vaste inrichting heeft geleden wanneer het zich in de Europese Economische Ruimte bevindt, of het verlies van die vaste inrichting wanneer het zich buiten de Europese Economische Ruimte bevindt, alleen aan te rekenen op het bedrag van de winst van de categorie "bij verdrag vrijgestelde winst" overeenkomstig artikel 185, § 3, eerste lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992.";
8° het artikel wordt aangevuld met een vijfde lid, dat luidt als volgt:
"In afwijking van het tweede lid, a, is, indien op basis van een overeenkomst tot vermijding van dubbele belasting de belasting op de winst van een buitenlandse vaste inrichting verminderd wordt, eenzelfde verhouding van het bewezen verlies door deze vaste inrichting, alleen aan te rekenen op het bedrag van de winst van de categorie "bij verdrag vrijgestelde winst" overeenkomstig artikel 185, § 3, tweede lid, van hetzelfde Wetboek.".
Art.5. In artikel 76 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 29 oktober 1998, 11 december 2006 en 12 maart 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in de inleidende zin van het eerste lid, worden de woorden "de artikelen 74 en 75" vervangen door de woorden "de artikelen 74 tot 75";
2° het eerste lid, 2°, wordt vervangen als volgt:
"2° in globo:
a) het vrijgestelde gedeelte van giften als vermeld in artikel 14533, § 1, eerste lid, 1° tot 3° en 4°, a, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992;
b) de andere niet-belastbare bestanddelen die in de winst voorkomen en niet in 1° of 2°, a) van dit artikel, zijn vermeld, in het bijzonder de in artikel 67quater van hetzelfde Wetboek, vermelde vrijstelling voor sociaal passief ingevolge het eenheidsstatuut, de inkomenscompensatievergoedingen bedoeld in artikel 67quinquies van hetzelfde Wetboek, de in artikel 191 van hetzelfde Wetboek, vermelde meerwaarden, het vrijgestelde deel van in artikel 513 van hetzelfde Wetboek, vermelde meerwaarden, en de terugbetalingen van de in artikel 53, 6°, van hetzelfde Wetboek, vermelde geldboeten.".
3° in het tweede lid, worden de woorden "tegen verlaagd tarief belastbare" vervangen door de woorden "niet bij verdrag vrijgestelde".
Art.6. In artikel 77 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° In de huidige tekst van artikel 77, die het eerste lid van dit artikel zal vormen, worden de woorden "met uitsluiting van het deel van deze aftrek dat betrekking heeft op de in artikel 205, § 3, van hetzelfde Wetboek, bedoelde inkomsten van een voorgaand belastbaar tijdperk die in dat tijdperk niet van de winst konden worden afgetrokken," ingevoegd tussen de woorden "als vrijgestelde roerende inkomsten aftrekbaar zijn," en de woorden "worden, tot het bedrag van de restwinst na toepassing van artikel 76 afgetrokken";
2° een tweede lid wordt ingevoegd, luidende:
"De bedragen bedoeld vanaf artikel 207, tweede lid, derde streepje, tot derde lid, laatste streepje, van hetzelfde Wetboek, worden achtereenvolgens, in overeenstemming met de in deze bepalingen vastgestelde volgorde, in mindering gebracht op de na de toepassing van het eerste lid resterende winst. Elk van deze aftrekkingen worden alleen gedaan van de winst die overblijft na de aftrek die eraan voorafgaat, waarbij het saldo in voorkomend geval wordt beperkt door toepassing van de beperking bedoeld in artikel 207, vijfde lid, van hetzelfde Wetboek ".
Art.7. Artikel 77/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 11 januari 2009, wordt opgeheven.
Art.8. Artikel 77bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 17 september 2005 en gewijzigd bij het koninklijk beluit van 11 januari 2009, wordt opgeheven.
Art.9. Artikel 78 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
"Art. 78. Het resultaat na toepassing van artikel 77 wordt verhoogd met de op forfaitaire wijze overeenkomstig de artikelen 115 tot 120 of 124 van de programmawet van 2 augustus 2002, vastgestelde winst uit zeescheepvaart en uit het beheer van zeeschepen voor rekening van derden.".
Art.10. Artikel 79 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt:
"Art. 79. Het in artikel 74/2 vermelde gedeelte van het resultaat wordt opnieuw gevoegd bij het resultaat na toepassing van artikel 78.".
Art.11. Dit besluit is van toepassing vanaf aanslagjaar 2021.
Art. 12. De minister die bevoegd is voor Financiën, is belast met de uitvoering van dit besluit.