Details





Titel:

28 JUNI 2019. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden, en tot wijziging van diverse bepalingen van de bijlagen bij dit besluit



Inhoudstafel:


Art. 1-9



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2018014017 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juni 2018 tot regeling van het infrastructuurforfait binnen de persoonsvolgende financiering voor personen met een handicap, verstrekt door het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° punt 2° wordt opgeheven;
  2° in punt 9° wordt het woord "budgethouder" vervangen door de woorden "persoon met een handicap";
  3° er wordt een punt 13° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
  "13° /1 persoon met een handicap: de persoon met een handicap aan wie met toepassing van artikel 24 van het besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 over de indiening en de afhandeling van de aanvraag van een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap en over de terbeschikkingstelling van dat budget, een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap is toegewezen of de persoon met een handicap aan wie met toepassing van artikel 37 van het voormelde besluit een budget voor niet rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor meerderjarige personen met een handicap ter beschikking is gesteld;";
  4° in punt 18° wordt het woord "budgethouder" vervangen door de woorden "persoon met een handicap".

Art.2. Aan artikel 3, eerste lid, 1°, van hetzelfde besluit wordt de zinsnede "of hij is een geregistreerd ouderinitiatief als vermeld in het ministerieel besluit van 19 december 2018 betreffende de registratie van ouderinitiatieven in het kader van de persoonsvolgende financiering, dat een beroep doet op een zorgaanbieder die vergund is conform het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2016 houdende het vergunnen van aanbieders van niet-rechtstreeks toegankelijke zorg en ondersteuning voor personen met een handicap" toegevoegd.

Art.3. In artikel 23 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° aan paragraaf 1 wordt de volgende zin toegevoegd:
  "Deelforfaits kunnen alleen worden toegekend als er een concrete investering is uitgevoerd voor het deelforfait in kwestie.";
  2° in paragraaf 3 wordt punt 1° vervangen door wat volgt:
  "1° de capaciteitseenheid omvat naast de aangepaste woning ook de nodige ruimte voor activiteiten en therapie, aangepast aan de (zorg)behoeften van de gebruiker, waarbij de totale netto-oppervlakte van de capaciteitseenheid ten minste 45 m2 bedraagt;";
  3° in paragraaf 3, 2°, wordt de zinsnede "16,5 m2 bruto-oppervlakte" vervangen door de zinsnede "15 m2 netto-oppervlakte";
  4° in paragraaf 4 wordt het eerste lid vervangen door wat volgt:
  "Het forfait dagbesteding wordt toegekend als het project ten minste 15 m2 netto-oppervlakte voor de capaciteitseenheid omvat.";
  5° in paragraaf 4, tweede lid, wordt het woord "bruto-oppervlakte" vervangen door het woord "netto-oppervlakte" en wordt het woord "oppervlakten" vervangen door het woord "oppervlakte".

Art.4. In artikel 3, eerste lid, 7°, b), van bijlage 1 bij hetzelfde besluit wordt tussen de zinsnede "ten minste 9m2" en de woorden "en heeft bijhorende sanitaire voorzieningen" de zinsnede ", gerekend exclusief de sanitaire cel," ingevoegd.

Art.5. In artikel 9 van bijlage 1 bij hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het tweede lid wordt de zinsnede "4° en 5° " vervangen door de zinsnede "4°, 5° en 6° ";
  2° tussen het tweede en het derde lid wordt een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:
  "Als er een afwijking wordt toegestaan van de voorwaarde, vermeld in het eerste lid, 6°, is nog altijd minimaal 25 % van het aantal kamers integraal toegankelijk.".

Art.6. Aan artikel 10 van bijlage 1 bij hetzelfde besluit wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
  "Op verzoek van de aanvrager kan het Fonds een afwijking toestaan van de voorwaarde, vermeld in het eerste lid, 3°, b).".

Art.7. In punt 4° van bijlage 2 bij hetzelfde besluit wordt het woord "budgethouder" vervangen door de woorden "persoon met een handicap".

Art.8. Artikel 1, 2 en 3, 1°, 2°, 4° en 5°, en artikel 4, 5, 6 en 7 hebben uitwerking met ingang van 19 oktober 2018.

Art. 9. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.