Details





Titel:

16 JULI 2015. - Decreet tot invoering van een kilometerheffing voor het wegengebruik door zware vrachtwagens(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 28-07-2015 en tekstbijwerking tot 24-01-2025)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Art. 1-2
HOOFDSTUK II. - Kilometerheffing
Art. 3
HOOFDSTUK III. - Invorderbaarheid van de kilometerheffing en verschuldigde
Art. 4-5
HOOFDSTUK IV. - Berekening van de kilometerheffing
Afdeling 1. - Berekeningsformule
Art. 6
Afdeling 2. - Wijze van berekening van het tarief
Art. 7
Afdeling 3. - Berekening van het aan te rekenen aantal kilometers
Art. 8
HOOFDSTUK V. - Vrijstellingen
Art. 9
HOOFDSTUK VI. - Overeenkomst gesloten tussen de verschuldigde en de dienstverlener
Art. 10-15
HOOFDSTUK VII. - Elektronische registratievoorziening
Art. 16-17
HOOFDSTUK VIII. - Toestemming die de dienstverlener toegang tot het tolgebied verleent
Art. 18
HOOFDSTUK IX. - Verklaring en betaling
Art. 19
HOOFDSTUK X. - Invordering
Afdeling 1. - Invordering van de kilometerheffing door de tolheffende instantie bij de dienstverlener
Art. 20-21
Afdeling 2. - Onmiddellijke invordering van de administratieve boete door de ambtenaar aangewezen door de Regering
Art. 22-26
HOOFDSTUK XI. - Bijstand aan een ander Gewest
Art. 27
HOOFDSTUK XII. - Algemene bepalingen en inwerkingtreding
Art. 28-29



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2016200131  2016201249  2024006024 



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Artikel 1. Richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen, gewijzigd bij Richtlijn 2006/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 en bij Richtlijn 2011/76/EU van het Europees Parlement en de Raad van 27 september 2011, wordt bij dit decreet omgezet.
  Richtlijn 2004/52/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 29 april 2009 betreffende de interoperabiliteit van elektronische tolheffingssystemen voor het wegverkeer in de Gemeenschap wordt gedeeltelijk omgezet bij dit decreet.

Art.2. Voor de toepassing van dit decreet en de desbetreffende uitvoeringsbesluiten wordt verstaan onder:
  1° samenwerkingsakkoord : het samenwerkingsakkoord van 31 januari 2014 tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest betreffende de invoering van de kilometerheffing op het grondgebied van de drie Gewesten en tot oprichting van een publiekrechtelijk vormgegeven interregionaal Samenwerkingsverband Viapass onder de vorm van een gemeenschappelijke instelling zoals bedoeld in artikel 92bis, § 1, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen ;
  2° administratie : de administratie aangewezen door de Regering ;
  3° EURO-emissienorm : de normen ingevoerd op basis van de emissiegrenswaarden zoals bepaald in bijlage 0 bij Richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen, gewijzigd bij Richtlijn 2006/38/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 en bij Richtlijn 2011/76/EU van het Europees Parlement en de Raad van 27 september 2011 ;
  4° tolgebiedverklaring : verklaring waarmee een tolheffende instantie de algemene voorwaarden bepaalt als bedoeld in artikel 5, 2°, van de beschikking 2009/750/EEG van de Commissie van 6 oktober 2009 tot definiëring van de Europese elektronische tolheffingsdienst en de bijbehorende technische onderdelen en waaraan de dienstverleners moeten voldoen om toegang tot het betrokken tolgebied te verkrijgen ;
  5° elektronische registratievoorziening : de elektronische boordapparatuur bestemd voor de plaatsbepaling van het voertuig waarin de boordapparatuur is geplaatst en dat, al dan niet met behulp van elektronische apparatuur op afstand, data uitwisselt om te komen tot de registratie van afgelegde kilometers of gedeelten van afgelegde kilometers, evenals de berekening van de kilometerheffing op deze geregistreerde afstand ;
  6° verplaatsingsgegevens : de plaatsbepaling van het voertuig, het uur en de datum waarop de kilometers of kilometergedeelten geregistreerd worden ;
  7° gegarandeerd betaalmiddel : betaalmiddel waarmee de dienstverlener de kilometerheffing en, in voorkomend geval, de aan de houder van het voertuig gefactureerde inningskosten op eerste verzoek kan innen, zonder verdere toelating van de houder van het voertuig en zonder dat deze de betaling die met het betaalmiddel werd verricht, kan annuleren ;
  8° tolheffende instantie : de publiekrechtelijke rechtspersoon waaraan het Waalse Gewest het beheer of de concessie van de weg of van een gedeelte ervan heeft opgedragen ;
  9° tol : het woord " tol " heeft dezelfde betekenis als de uitdrukking " kilometerheffing ";
  10° dienstverlener : elke door een tolheffende instantie op haar tolgebied toegelaten juridische entiteit die een dienst aanbiedt van facturatie aan gebruikers, inning, en afdracht aan de gewesten of aan de door hen aangeduide concessiehouders, van kilometerheffing op basis van door een elektronische registratievoorziening geregistreerde gegevens ;
  11° aangewezen dienstverlener (Single Service Provider) : de dienstverlener waarmee in uitvoering van de overeenkomst betreffende de realisatie van een gezamenlijke opdracht in de zin van de wetgeving op de overheidsopdrachten, een DBFMO-overeenkomst wordt gesloten en die, onder zijn verantwoordelijkheid de vaste en mobiele handhavingsapparatuur ter beschikking stelt aan de met de handhaving van de kilometerheffing belaste gewesten ;
  12° DBFMO-overeenkomst : de overeenkomst die door Viapass in uitvoering van de Samenvoegingsovereenkomst bedoeld onder punt 13° met de aangewezen dienstverlener (Single Service Provider) wordt gesloten ;
  13° Samenvoegingsovereenkomst : de overeenkomst betreffende de realisatie van een gezamenlijke opdracht in de zin van artikel 38 van de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, gesloten tussen het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en SOFICO ;
  14° weg : de landwegenis en aanhorigheden ;
  15° tolgebied : een deel van het wegennet met inbegrip van structuren zoals een tunnel, een brug, of een veerpont waarvoor door een tolheffende instantie kilometerheffing wordt geïnd of waarop kilometerheffing kan worden geïnd, maar het tarief nul eurocent bedraagt ;
  16° voertuig : een motorvoertuig of een samenstel van voertuigen bedoeld of gebruikt, al dan niet uitsluitend, voor het vervoer over de weg van goederen en waarvan het maximaal toegestane totaalgewicht meer dan 3,5 ton bedraagt ;
  17° Viapass : het interregionaal samenwerkingsverband opgericht bij artikel 18 van de samenwerkingsovereenkomst ;
  18° heffingszone : een begrensd wegsegment met een vast begin- en eindpunt waarop bij gebruik in een welbepaalde rijrichting op elk moment een eenduidig bepaald en afstandsgerelateerd tarief Tz van toepassing is.

HOOFDSTUK II. - Kilometerheffing
Art.3. Onder kilometerheffing wordt verstaan de heffing die een publiekrechtelijk rechtspersoon waaraan het Gewest het beheer of de concessie van een weg of van een weggedeelte heeft toegewezen, krachtens een met het Gewest gesloten concessiecontract als vergoeding ontvangt voor het gebruik van die weg door een voertuig.

HOOFDSTUK III. - Invorderbaarheid van de kilometerheffing en verschuldigde
Art.4. De kilometerheffing is verschuldigd per kilometer of kilometergedeelte afgelegd door een bepaald voertuig, op het ogenblik dat de kilometer of het kilometergedeelte wordt afgelegd en geregistreerd.
  De registratie geschiedt met behulp van een elektronische registratievoorziening.

Art.5. § 1. De verschuldigde van de kilometerheffing is :
  1) hetzij de natuurlijke of rechtspersoon op wiens naam het voertuig is ingeschreven bij de autoriteit belast met de inschrijving van de voertuigen in België of in het buitenland ;
  2) hetzij de houder van het voertuig die beschouwd wordt als de bestuurder of elk ander persoon die het voertuig feitelijk ter beschikking heeft.
  Voor de toepassing van deze paragraaf wordt, in geval van een samenstel van voertuigen, het kenteken van het motorvoertuig bedoeld.
  § 2. Bij gebrek aan betaling van de kilometerheffing of van de in artikel 22 bedoelde administratieve boete door de natuurlijke of rechtspersoon die op het inschrijvingscertificaat vermeld wordt of moet worden, is de houder van het voertuig hoofdelijk gehouden tot de betaling van de kilometerheffing of van de administratieve boete, met voorbehoud van zijn beroep tegen de de natuurlijke of rechtspersoon die op het inschrijvingscertificaat vermeld wordt of moet worden.
  § 3. De verschuldigde bedoeld in de eerste paragraaf kan, als hij het voertuig ter beschikking van een derde stelt op permanente of gebruikelijke wijze, door verhuur of leasing of via elk ander contract, met uitsluiting van het arbeidscontract, genoemde derde met diens instemming als verschuldigde aanwijzen.
  De oorspronkelijke verschuldigde van het voertuig blijft hoofdelijk aansprakelijk voor de goede nakoming van de verplichtingen van genoemde derde.
  De Regering kan de voorwaarden, de perken en de regels voor de toepassing van die mogelijkheid bij besluit vastleggen.
  § 4. De verschuldigde van de kilometerheffing moet het voertuig voorafgaand aan het gebruik van enige weg met een elektronische registratievoorziening uitrusten, ongeacht de administratieve categorie van de weg en ongeacht of hij al dan niet in beheer of in concessie gegeven is. De verschuldigde sluit daartoe een overeenkomst met een dienstverlener.

HOOFDSTUK IV. - Berekening van de kilometerheffing
Afdeling 1. - Berekeningsformule
Art.6. De kilometerheffing wordt vastgelegd aan de hand van de volgende formule (excl. btw) :

  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 28-07-2015, p. 47842)
  waar :
  Tz = le tarif, hors T.V.A., applicable dans une zone tarifaire déterminée, pour les kilomètres parcourus, dans un sens bien déterminé, à un moment bien déterminé, exprimé en centimes deuros par kilomètre;
  Kz = het aantal afgelegde kilometers dat in elk van die tariefzones aangerekend moet worden.

Afdeling 2. - Wijze van berekening van het tarief
Art.7.§ 1. Het tarief Tz wordt bepaald als volgt :
  Tz = F x (BT + a x A + b x G + c x EN +d x ET +e x Ep), waarbij :
  1° F = 1 voor de tariefzones die de wegen of weggedeelten omvatten voor het gebruik waarvan de kilometerheffing verschuldigd is en 0 voor de andere wegen of weggedeelten ;
  2° BT = basistarief ;
  3° A = variatie in functie van wegtype :
  - de autosnelwegen en autosnelwegenrings ;
  - de overige gewestwegen.
  De Regering is bevoegd om nieuwe wegtypes te bepalen.
  4° G = variatie in functie van de gewichtsklasse van het voertuig. De verschillende categorieën zijn :
  a) MTM hoger dan 3,5 ton en lager dan 12 ton ;
  b) MTM hoger dan of gelijk aan 12 ton en lager dan of gelijk aan 32 ton ;
  c) MTM hoger dan 32 ton.
  De Regering is bevoegd om nieuwe MTM-categorieën te bepalen.
  5° [6 [7 EN = variabel volgens de emissieklasse Euro of de klasse "minder vervuilend dan Euro VI, met inbegrip van nulemissievoertuigen", zoals gedefinieerd door de Regering;]7]6
  6° ET = variatie in functie van het tijdstip ;
  7° ET = variatie in functie van de plaats ;
  8° a, b, c, d en e = wegingscoëfficiënten.
  § 2. Als de factor F bedoeld in paragraaf 1 gelijk is aan 1, mag het tarief nooit lager zijn dan nul eurocent.
  § 3. De waarde van het basistarief, van de variabelen en de wegingscoëfficiënten die gebruikt worden in de wegingsformule, worden bepaald door de tolheffende instantie en onderworpen aan de goedkeuring van de Regering, die beslist en de waarde van het basistarief, van de variabelen en de wegingscoëfficiënten die in de wegingsformule gebruikt worden bij besluit bekendmaakt.
  [5 [7 ...]7.
   [7 ...]7]5
  [7 § 4. De in paragraaf 1 bedoelde waarden van het basistarief BT en van de variabelen A, G, EN, ET en EP worden elk jaar op 1er januari door de tolheffende instantie geïndexeerd aan de hand van de coëfficiënt die wordt verkregen door het algemene indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk voor de maand augustus van het voorgaande jaar te delen door het algemene indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk voor de maand april van het jaar 2016.
   In dat kader worden volgende afrondingen toegepast:
   1° de coëfficiënt wordt naar het hogere of lagere tienduizendste afgerond naar gelang het cijfer van de honderd duizendsten al dan niet vijf bereikt;
   2° na toepassing van de coëfficiënt op de waarden van het basistarief BT en de variabelen A, G, EN, ET en EP, worden de verkregen bedragen afgerond naar het hogere of lagere duizendste euro naar gelang het cijfer van de tien duizendsten al dan niet vijf bereikt. ]7
  ----------
  (1)<DWG 2019-12-19/04, art. 10, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2020>
  (2)<DWG 2020-12-17/27, art. 10, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2021>
  (3)<DWG 2021-12-22/08, art. 8, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2022>
  (4)<DWG 2021-12-22/08, art. 9, 006; Inwerkingtreding : 01-01-2022>
  (5)<DWG 2022-12-21/28, art. 9, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>
  (6)<DWG 2022-12-21/28, art. 10, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2023>
  (7)<DWG 2024-12-18/05, art. 21, 010; Inwerkingtreding : 01-01-2025>

Afdeling 3. - Berekening van het aan te rekenen aantal kilometers
Art.8.§ 1. Het in een tariefzone aan te rekenen aantal kilometers Kzwordt berekend aan de hand van volgende formule :
  Kz = KM x (100 %- C)
  waarbij :
  KM = het aantal kilometers geregistreerd in bedoelde tariefzone waar op dat tijdstip een tarief TZ toepasselijk is gedurende een bepaalde kalenderdag ;
  C = correctiefactor ter compensatie van de onnauwkeunge registratie.
  z = de verschillende tariefzones omschreven in artikel 2, 18°.
  Aangezien het tarief TZ in de tijd en per verkeersrichting kan variëren, zal KZ afzonderlijk berekend worden voor elke TZ-waarde die voorkomt tijdens het gebruik van bedoeld weggedeelte.
  KM wordt in de boeken opgenomen tot drie decimalen na de eenheid en afgerond naar het bovenste of onderste duizendste al naar gelang het cijfer van de tien duizendste al dan niet 5 bereikt.
  § 2. De correctiefactor bedoeld in paragraaf 1 wordt op een waarde van [1 1,0 %]1 vastgelegd. De correctiefactor kan naar gelang van de technologische evolutie door de Regering gewijzigd worden.
  § 3. De tariefzones worden door de tolheffende instantie bepaald en onderworpen aan de goedkeuring van de Regering, die beslist en de tariefzones bij besluit bekendmaakt.
  ----------
  (1)<BWG 2024-06-06/02, art. 1, 012; Inwerkingtreding : 01-07-2024>

HOOFDSTUK V. - Vrijstellingen
Art.9. § 1. Op verzoek van de verschuldigde worden de volgende voertuigen vrijgesteld van de kilometerheffing :
  1° de voertuigen die uitsluitend gebruikt worden voor en door defensie, bescherming burgerbevolking, brandweer en politie en als zodanig uiterlijk herkenbaar zijn ;
  2° de voertuigen die speciaal en uitsluitend voor medische doeleinden zijn uitgerust en als zodanig uiterlijk herkenbaar zijn ;
  3° de voertuigen van het type landbouw, tuinbouw of bosbouw die slechts af en toe op de openbare weg in België rijden en uitsluitend voor landbouw-, tuinbouw-, visteelt- of bosbouwwerkzaamheden worden gebruikt.
  § 2. Er wordt ook een vrijstelling zonder nieuw verzoek verleend voor de in paragraaf 1 bedoelde voertuigen die door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest of het Vlaams Gewest van de kilometerheffing worden vrijgesteld krachtens de wetgeving die er toepasselijk is.
  § 3. De verschuldigde bedoeld in paragraaf 1 richt zijn verzoek om vrijstelling via een elektronische registratie aan de tolheffende instantie :
  1° als zijn adres, zoals vermeld in de persoonsgegevens die voorkomen op het inschrijvingscertificaat van het voertuig zoals opgemaakt krachtens de Belgische wetgeving betreffende de inschrijving van de voertuigen, zich in Waals Gewest bevindt ;
  2° of, zo niet, als zijn maatschappelijke zetel of zijn woonplaats in het Waals Gewest gevestigd is.
  Als het voertuig niet in België ingeschreven moet worden, wordt het verzoek om vrijstelling via een elektronische registratie aanViapass gericht. Viapass deelt het verzoek mee aan de tolheffende instantie, die zich erover uitspreekt.
  De verschuldigde voegt een elektronische versie van zijn inschrijvingscertificaat bij zijn verzoek.
  § 4. De vrijstelling heeft uitwerking vanaf de werkdag die volgt op de datum van het verzoek.
  De verschuldigde geniet het voordeel van de vrijstelling zolang hij de in paragraaf 1 bedoelde vrijstellingsvoorwaarden vervult. Als die voorwaarden niet meer vervuld zijn, verwittigt hij onmiddellijk de entiteit waar het laatste verzoek om vrijstelling voor het betrokken voertuig is ingediend.
  § 5. De tolheffende instantie bezorgt de administratie wekelijks een elektronisch bestand met de volgende gegevens :
  1° de verschuldigde ;
  2° het plaatnummer van het voertuig waarvoor de vrijstelling is aangevraagd ;
  3° de aard van de vrijstelling ;
  4° de elektronische versie van het inschrijvingscertificaat ;
  5° de begindatum van de vrijstelling ;
  6° de einddatum van de vrijstelling.
  De door de Regering aangewezen ambtenaren kunnen nagaan of het verzoek om vrijstelling juist is.

HOOFDSTUK VI. - Overeenkomst gesloten tussen de verschuldigde en de dienstverlener
Art.10.§ 1. Voorafgaand aan het gebruik van enige weg sluit de verschuldigde per voertuig een overeenkomst met een dienstverlener van zijn keuze.
  De dienstverlener vordert de door de verschuldigde te betalen kilometerheffing [1 in eigen naam of]1 in namens en voor rekening van de tolheffende instantie. De dienstverlener maakt de ingevorderde kilometerheffing aan de tolheffende instantie over.
  § 2. De verschuldigde moet bij het sluiten van de overeenkomst alle bewijsstukken overleggen die nodig zijn voor de bepaling van de MTM en van de EURO-emissienorm van het voertuig. Zo niet is de hoogste MTM en/of EURO-emissienorm van toepassing.
  Bij gebrek aan overlegging van de stukken bedoeld in het eerste lid, kan de verschuldigde altijd de bewijsstukken aan de dienstverlener overleggen. De daarin vermelde MTM en/of EURO-emissienorm worden toegepast vanaf de dag die volgt op die van de overlegging van genoemde stukken.
  ----------
  (1)<DWG 2018-07-17/04, art. 109, 003; Inwerkingtreding : 18-10-2018>

Art.11. De door de tolheffende instantie aangewezen dienstverlener moet met elke verschuldigde die erom verzoekt, zonder discriminatie, een overeenkomst conform deze wetgeving sluiten.

Art.12. Om de invordering van de kilometerheffing te garanderen, desgevallend met inbegrip van de kosten aangerekend door de dienstverlener om de invordering te garanderen, kan laatstgenoemde de verschuldigde de verplichting opleggen om een gegarandeerd betaalmiddel ter beschikking te stellen.
  Als het gegarandeerd betaalmiddel de terbeschikkingstelling van speciën door de verschuldigde inhoudt, wordt het bedrag gestort op een door de dienstverlener beheerde rekening en bestemd voor de betaling van de kilometerheffing ten belope van het verschuldigde bedrag. De intresten gegenereerd door het krediet van de rekening komen ten goede aan de verschuldigde.
  Ongeacht de aard van het gegarandeerd betaalmiddel, moet een bericht van ontvangst van de betaling op verzoek van de houder van het voertuig afgegeven worden.

Art.13. De dienstverlener kan de uitvoering van de overeenkomst slechts opschorten als de verschuldigde :
  1° niet voldoet aan zijn betalingsverplichtingen jegens de dienstverlener ;
  2° in voorkomend geval geen of een ontoereikend gegarandeerd betaalmiddel ter beschikking heeft gesteld ;
  3° een gebruik van de elektronische registratievoorziening maakt dat strijdig is met de gebruiksaanwijzing die door de dienstverlener ter beschikking is gesteld ;
  4° nalaat onmiddellijk een defect aan de elektronische registratievoorziening te melden ;
  5° de instructies van de dienstverlener niet opvolgt met het oog op de vervanging of de herstelling van de defecte elektronische registratievoorziening.
  De dienstverlener geeft de verschuldigde en de administratie onmiddellijk kennis van de opschorting van de uitvoering van de overeenkomst.
  De kennisgeving geschiedt via een elektronische methode overeengekomen door de tolheffende instantie en de dienstverlener.

Art.14. De overeenkomst omvat de volgende diensten die door de dienstverlener aan de verschuldigde verleend worden :
  1° de terbeschikkingstelling van een elektronische registratievoorziening - met inbegrip van de gebruiksaanwijzing - waarmee het voertuig uitgerust moet worden en die voldoet aan de eisen van de toepasselijke regelgeving. De dienstverlener kan voor het gebruik van een elektronische registratievoorziening een borgsom vragen waarvan het bedrag in verhouding staat met de prijs ervan ;
  2° de emissie en de ontvangst van een signaal dat draadloos overgebracht wordt vanaf een elektronische registratievoorziening bedoeld onder punt 1° en dat daartoe voorzien wordt en alle vereiste gegevens voor de bepaling van de kilometerheffing bevat ;
  3° in voorkomend geval de verplichting om bijtijds mee te delen dat het gegarandeerd betaalmiddel ontoereikend wordt ;
  4° de verzending aan de dienstverlener van de dagelijkse aangifte van de kilometerheffingen ;
  5° de storting van de kilometerheffing aan de tolheffende instantie ;
  6° de periodieke verzending, indien mogelijk langs de elektronische weg, van een factuur aan de verschuldigde, met melding van de verschuldigde bedragen en van :
  a) het totaalbedrag van de kilometerheffing ;
  b) in voorkomend geval, de kosten van de diensten van de dienstverlener ; en
  c) in voorkomend geval, het saldo na aftrek van de betaalde bedragen door gebruik te maken van de gegarandeerde betaalmiddelen.
  De factuur vermeldt minstens de gegevens i.v.m. de verplaatsingen alsook de overige elementen die nodig zijn voor de berekening van de toegepaste kilometerheffing.
  Als de verschuldigde over verschillende voertuigen beschikt, stuurt de dienstverlener hem op zijn verzoek een factuur toe voor alle betrokken voertuigen. De factuur moet voor elk voertuig melding maken van de gegevens bedoeld in het vorige lid.
  De dienstverlener moet ervoor zorgen dat de factuur bedoeld in lid 1, 6°, aan de btw-wetgeving voldoet.

Art.15. Elke overeenkomst gesloten met de houder van een voertuig bevat minstens de volgende gegevens :
  1° de identiteit en de persoonsgegevens van de verschuldigde ;
  2° de inschrijving van het betrokken voertuig of, desgevallend, de betrokken voertuigen, alsook de MTM en de EURO-emissienorm ervan ;
  3° de rechten en plichten van de verschuldigde en van de dienstverlener, zoals bepaald bij deze wetgeving ;
  4° de melding van de terbeschikkingstelling van de elektronische registratievoorziening en de gepaste gebruiksaanwijzing ;
  5° in voorkomend geval, de melding van de afgifte van een borgsom voor de elektronische registratievoorziening ;
  6° in voorkomend geval, de melding dat een gegarandeerd betaalmiddel geëist wordt ;
  7° de wijze waarop de factuur opgemaakt wordt en de periodiciteit ervan;
  8° de wijze waarop de dienstverlener de niet-verschuldigde bedragen terugbetaalt die door de verschuldigde zijn betaald ;
  9° de wijze waarop een einde aan de overeenkomst kan worden gemaakt.

HOOFDSTUK VII. - Elektronische registratievoorziening
Art.16. § 1. Voorafgaand aan het gebruik van de weg rust de verschuldigde het voertuig dat niet van de kilometerheffing vrijgesteld is uit met de elektronische registratievoorziening die hem door de dienstverlener verschaft wordt.
  § 2. De verschuldigde zorgt ervoor dat de elektronische registratievoorziening bij elk weggebruik de door het voertuig afgelegde afstand registreert volgens de gegevens vermeld door de mens-machine-interface.
  Onder mens-machine-interface wordt verstaan elk bestanddeel van de elektronische registratievoorziening dat de communicatie tussen de elektronische registratievoorziening en de gebruiker ervan mogelijk maakt, met inbegrip, in voorkomend geval, van de toetsen en het scherm.

Art.17. § 1. De verschuldigde neemt onmiddellijk contact op met de dienstverlener in de volgende gevallen :
  1° als de elektronische registratievoorziening aangeeft dat zij niet meer voldoet aan de voorschriften van dit decreet of van de desbetreffende uitvoeringsbesluiten ;
  2° als de elektronische registratievoorziening geen signaal meer uitzendt ;
  3° als hij ingelicht is over het feit dat het gegarandeerd betaalmiddel ontoereikend is geworden.
  § 2. De dienstverlener geeft de verschuldigde desnoods instructies volgens dewelke :
  1° hetzij hij zich binnen hoogstens drie uren naar een dienstverleningspunt van zijn keuze begeeft, te rekenen van het tijdstip waarop de dienstverlener in kennis gesteld werd van één van de gevallen vermeld in paragraaf 1 ;
  2° hetzij hij opnieuw een gegarandeerd betaalmiddel verstrekt.

HOOFDSTUK VIII. - Toestemming die de dienstverlener toegang tot het tolgebied verleent
Art.18. Het is verboden diensten i.v.m. de kilometerheffing te verlenen zonder toestemming van de tolheffende instantie.
  De tolheffende instantie geeft de in lid 1 bedoelde toestemming zonder onderscheid aan de openbare of privé dienstverleners die, als ze in België gevestigd zijn, overeenkomstig het samenwerkingsakkoord door Viapass geregistreerd worden, of die in een andere Staat van de Europese Unie geregistreerd zijn en met de tolheffende instantie een overeenkomst gesloten hebben die de in de tolgebiedverklaring omschreven algemene voorwaarden bevat, wat betreft de wegen die tot het tolgebied behoren. De tolgebiedverklaring bevat de rechten en plichten van de dienstverlener waarin deze wetgeving voorziet.

HOOFDSTUK IX. - Verklaring en betaling
Art.19. § 1. De dienstvelerner bezorgt de tolheffende instantie dagelijks een verklaring waarin voor elk aan de kilometerheffing onderworpen voertuig dat op het net een aan de kilometerheffing onderworpen verplaatsing heeft verricht die de dag voordien door de elektronische registratievoorziening is meegedeeld, minimum de volgende gegevens vermeld worden :
  1° de eenduidige identificatie van het voertuig en van de elektronische registratievoorziening waarmee het uitgerust is ;
  2° het totaataantal kilometers of kilometergedeelten geregistreerd door de registratievoorziening ;
  3° de verschuldigde som, incluis btw, van de kilometerheffing per dag verplaatsing van het voertuig.
  Die dagelijkse verklaring wordt overgemaakt via een bestand van elektronische gegevens die door de dienstverlener voor echt zijn verklaard. Een bericht van ontvangst wordt aan de tolheffende instantie overgemaakt.
  § 2. De dienstverlener stort de verschuldigde kilometerheffingen aan de tolheffende instantie, met inachtneming van zijn contractuele verplichtingen jegens laatstgenoemde.
  § 3. De dienstverlener verstrekt op verzoek van de tolheffende instantie of van Viapass alle vereiste informatie waarmee :
  1° de juistheid van de overgemaakte gegevens kan worden nagegaan ;
  2° het op basis van de dagelijkse verklaringen gestorte bedrag, enerzijds, en de facturen uitgegeven en ingevorderd door de dienstverlener namens en voor rekening van de tolheffende instantie, anderzijds, in overeenstemming gebracht kunnen worden.

HOOFDSTUK X. - Invordering
Afdeling 1. - Invordering van de kilometerheffing door de tolheffende instantie bij de dienstverlener
Art.20. Als de dienstverlener de kilometerheffing niet binnen de voorgeschreven termijn betaalt, stuurt de tolheffende instantie hem een ingebrekestelling.
  Als de dienstverlener de kilometerheffing niet stort binnen een termijn van 60 dagen, met ingang op de derde dag na de datum van kennisgeving van de ingebrekestelling, kan de tolheffende instantie de betaling voor de bevoegde rechtbank vorderen.
  Een verwijlintrest berekend tegen de wettelijke voet bepaald bij de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties kan door de tolheffende instantie geëist worden.

Art.21. De verjaring van de invordering van de kilometerheffing bij de dienstverlener is verworven na afloop van een termijn van twee jaar die ingaat op de derde werkdag nadat de in artikel 19 bedoelde gegevens aan de tolheffende instantie werden overgebracht.
  Als de in artikel 19 bedoelde gegevens niet of laattijdig worden overgebracht, of als de overgebrachte gegevens onjuist zijn, wordt de termijn van twee jaar in afwijking van het vorige lid met drie jaar verlengd.
  De termijnen bedoeld in de vorige leden worden in geval van rechtsvordering geschorst zolang deze niet beslecht is bij een beslissing die in kracht van gewijsde is gegaan.

Afdeling 2. - Onmiddellijke invordering van de administratieve boete door de ambtenaar aangewezen door de Regering
Art.22.[1 § 1. Elke overtreding van dit decreet of van zijn uitvoeringsmaatregelen wordt bestraft met een administratieve boete.
   Slechts één administratieve boete kan worden opgelegd voor het geheel van de in het eerste lid bedoelde overtredingen die met hetzelfde voertuig op dezelfde dag worden begaan. Het ingehouden bedrag is het bedrag van de overtreding onderworpen aan het hoogste tarief, overeenkomstig § 2.
   Er wordt geen administratieve boete opgelegd voor elke overtreding begaan binnen een periode van drie uren na de eerste overtreding van dit decreet, van zijn uitvoeringsmaatregelen, van de wetgeving van het Brussels Hoofdstelijk Gewest of van de wetgeving van het Vlaams Gewest inzake kilometerheffing:
   1° indien de betrokken overtredingen met hetzelfde voertuig worden begaan en;
   2° indien de eerste overtreding met een administratieve boete wordt bestraft.
   § 2. Het bedrag van de administratieve boetes wordt vastgesteld als volgt:


Categorie Soort overtreding Bedrag van de boete
A 1° ten gevolge van een opzettelijke handeling om de kilometerheffing te ontwijken detecteert het registratieapparaat de voertuigpositie of het door het voertuig afgelegde traject via satellietsignaal niet meer,
   2° de documenten bij het voertuigen die nodig zijn voor de bepaling van de maximaal toegelaten massa (MTM) of van de euro-uitgifteklasse van het voertuig worden vervalst.
1000 EUR
B 1° het voertuig is voor de Belgische kilometerheffing niet uitgerust met een elektronisch registratieapparaat;
   2° vóór het gebruik van elke weg heeft de belastingplichtige geen overeenkomst gesloten, voor het betrokken voertuig, met de dienstverlener van zijn keuze.
800 EUR
C 1° het elektronische registratieapparaat is niet geactiveerd; 2° het elektronische registratieapparaat dat het voertuig uitrust, is het apparaat van een ander voertuig;
   3° de met de dienstverlener gesloten overeenkomst wordt opgeschort;
   4° het voertuig wordt gebruikt op het wegennet onderworpen aan een kilometerheffing nadat het elektronische registratieapparaat het signaal heeft uitgezonden dat het beschikbare saldo van de voorbetaling onvoldoende is;
   5° het elektronische registratieapparaat wijst op een defect of zendt geen signaal meer uit en de dienstverlener is niet gecontacteerd;
   6° het elektronische registratieapparaat wijst op een defect of zendt geen signaal meer uit; de dienstverlener is gecontacteerd maar de belastingplichtig volgt de door laatstgenoemde gegeven instructies niet.
500 EUR
D Elke andere overtreding van de regelgeving inzake de kilometerheffing zoals bedoeld in dit decreet en zijn uitvoeringsmaatregelen. 100 EUR

  [2 In afwijking van het bedrag van de administratieve boete bepaald in het eerste lid, wordt het bedrag van de eerste administratieve boete vastgesteld op tweehonderdvijftig euro voor overtredingen van categorie C die met hetzelfde voertuig worden begaan en in de loop van hetzelfde kalenderjaar worden vastgesteld.]2
  § 3. [2 Bij overtredingen die te goeder trouw zijn begaan door de belastingplichtige en na administratief beroep door deze laatste, vermindert de ambtenaar of de dienst aangewezen door de Regering de bedragen van de administratieve boeten, vermeld in paragraaf 2, indien:
   1° deze boeten bestraffen dezelfde categorie van overtreding B, C of D, en;
   2° die overtredingen tijdens een in de tijd beperkte periode door hetzelfde voertuig worden begaan.
   De bedragen van de administratieve boeten bedoeld in het eerste lid, worden als volgt vastgesteld:


Categorie - Bedrag -
B 400 EUR per overtreding tot een maximum van 1.200 EUR
C 250 EUR per overtreding tot een maximum van 750 EUR
D 50 EUR per overtreding tot een maximum van 150 EUR
]2.
   § 4. De natuurlijke of rechtspersonen zijn burgerlijk verantwoordelijk voor de betaling van de administratieve boete en van de andere bedragen van welke aard ook die opgelegd worden aan hun gemachtigden of mandatarissen wegens een overtreding inzake kilometerheffing.
   De Regering kan op grond van de door haar vastgestelde modaliteiten het bedrag van de boete indexeren.]1
  ----------
  (1)<DWG 2017-12-13/07, art. 32, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2018>
  (2)<DWG 2023-11-30/17, art. 3, 008; Inwerkingtreding : 01-01-2024>

Art.23. Voor de onderzoeken en controles betreffende de administratieve boetes beschikken de door de Regering aangewezen ambtenaren over dezelfde rechten als die bedoeld in de artikelen 11bis, 12 en 12bis van het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de Waalse gewestelijke belastingen.

Art.24.De administratieve boetes m.b.t. de overtredingen bedoeld in artikel 22 worden, behoudens afwijking waarin dit decreet voorziet, geïnd, in voorkomend geval ingekohierd, en ingevorderd door de ambtenaar die de Regering heeft aangewezen, overeenkomstig de artikelen [1 17bis tot en met 20bis, 21 tot en met 23]1, 29 tot 31, 35 tot 57sexies van het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de Waalse gewestelijke belastingen.
  ----------
  (1)<DWG 2023-07-12/11, art. 87, 011; Inwerkingtreding : 28-09-2023>

Art.25. Het aanslagbiljet vermeldt :
  1° de woorden " Région wallonne " ;
  2° de identiteit (naam en voornaam of benaming, al naar gelang van het geval) en het adres van de verschuldigde ;
  3° de verwijzing naar artikel 22, desgevallend aangepast krachtens het laatste lid ervan, en artikel 26 van dit decreet ;
  4° het nummer van het kohierartikel van bedoelde administratieve boete ;
  5° de datum van het visum van tenuitvoerlegging van het kohier ;
  6° het bedrag van de administratieve boete en de begane overtreding ;
  7° de opeisbaarheidsdatum ;
  8° de aanwijzing en het adres van de dienst belast met de vastlegging van de administratieve boete ;
  9° de aanwijzing en het adres van de dienst belast met de inning van de administratieve boete en de rekening waarop het desbetreffende bedrag gestort moet worden ;
  10° de aanwijzing en het adres van de ambtenaar bij wie het administratief beroep ingesteld kan worden en de beroepstermijn.

Art.26. De administratieve beroepen en de gerechtelijke beroepen betreffende de geïnde, desgevallend ingekohierde, en ingevorderde administratieve boetes worden geregeld overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 25 tot 28 van het decreet van 6 mei 1999 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake de Waalse gewestelijke belastingen.

HOOFDSTUK XI. - Bijstand aan een ander Gewest
Art.27. De administratie kan de bedragen die aan een ander Gewest inzake administratieve boetes verschuldigd zijn in het kader van de kilometerheffing invorderen, als consignatie houden en overdragen aan het Gewest waaraan ze toehoren.

HOOFDSTUK XII. - Algemene bepalingen en inwerkingtreding
Art.28. Behoudens uitdrukkelijke afwijking zijn de bepalingen van het Gerechtelijk wetboek van toepassing op de berekening van de termijnen.

Art. 29. De kilometerheffing kan geëist worden op de eerste dag volgend op een termijn van negen maanden zoals bepaald bij artikel 17, 2°, van het Verdrag inzake de heffing van rechten voor het gebruik van bepaalde wegen door zware vrachtwagens, ondertekend te Brussel op 9 februari 1994, door de Regeringen van het Koninkrijk België, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden, en tot invoering van een Eurovignet overeenkomstig Richtlijn 93/89/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 oktober 1993, en vroegstens op 1 januari 2016.
  De Regering kan de in lid 1 bedoelde datum verschuiven als ze van de aangewezen dienstverlener niet de bevestiging heeft gekregen dat de infrastructuur die hij ter beschikking van de tolheffende instantie moet stellen voor de werking van de elektronische registratievoorziening beschikbaar zal zijn op de eerste dag volgend op de termijn van negen maanden bedoeld in het eerste lid.