16 FEBRUARI 2015. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen(NOTA : vernietiging door het arrest 245/404 van het raad van State, zie B.St. van 6-11-2019, p. 103938)
Art. 1-9
BIJLAGE.
Art. N1-N2
Artikel 1. In titel Ibis van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen wordt hoofdstuk I, met de titel " Toegang tot het grondgebied en verblijf van ten hoogste drie maanden ", hoofdstuk I/I.
Art.2. In titel Ibis van hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk I, met de titel " Bijdrage die de administratieve kosten dekt " ingevoegd.
Art.3. Artikel 1bis van hetzelfde besluit, hernummerd door het koninklijk besluit van 22 novembre 1996, wordt hernummerd en wordt artikel 1/3.
Art.4. In hoofdstuk I van hetzelfde besluit, ingevoegd door artikel 2, wordt een artikel 1/1 ingevoegd, luidend als volgt :
"Art. 1/1. § 1. Het bedrag van de retributie, bedoeld in artikel 1/1 van de wet, wordt als volgt vastgelegd :
1° de vreemdeling die jonger is dan 18 jaar : gratis;
2° de vreemdeling die 18 jaar en ouder is :
a. Onder voorbehoud van b, c en d, de aanvragen bedoeld in artikel 1/1, § 2, 3°, 4° en 6°, van de wet : 160 euro;
b. de aanvragen bedoeld in artikel 1/1, § 2, 3° en 4°, van de wet ingediend door een vreemdeling bedoeld in artikel 10 § 1, 6°, van de wet : gratis;
c. de aanvragen bedoeld in artikel 1/1, § 2, 3° en 4°, van de wet ingediend door de familieleden van een vreemdeling met het statuut van langdurig ingezetene in een andere lidstaat, voor zover zij deel uitmaakten van zijn gezin in de ander lidstaat : 60 euro;
d. de aanvragen bedoeld in artikel 1/1, § 2, 6°, van de wet ingediend door een alleenstaand gehandicapt kind dat ouder is dan 18 jaar, voorzover het kind een attest overlegt dat uitgaat van een door de Belgische diplomatieke of consulaire post erkende arts dat aantoont dat het omwille van zijn handicap niet in zijn eigen behoeften kan voorzien : gratis;
e. de aanvragen bedoeld in artikel 1/1, § 2, 7°, van de wet : 160 euro;
f. de aanvragen bedoeld in artikel 1/1, § 2, 1°, 2°, 5°, 9° en 10°, van de wet : 215 euro;
g. de aanvragen bedoeld in artikel 1/1, § 2, 8°, van de wet : 60 euro.
De in het eerste lid bedoelde bedragen moeten per aanvraag en per persoon betaald worden.
§ 2. De betaling van het in de eerste paragraaf bedoelde bedrag wordt door middel van een overschrijving op de bankrekening BE57 6792 0060 9235 uitgevoerd.
De persoon die de betaling uitvoert, zal in de mededeling van de overschrijving de naam en de voorna(a)m(en) van de vreemdeling vermelden, evenals zijn geboortedatum, zijn nationaliteit en de reden van zijn verblijf. Hierbij moet de volgende structuur gebruikt worden : "Naam_Voornaam_Nationaliteit_DD.MM.JJJJ_ArtikelWet15.12.1980".
Art.5. In hoofdstuk I van hetzelfde besluit, ingevoegd door artikel 2, wordt een artikel 1/2 ingevoegd, luidend als volgt :
"Art. 1/2. § 1. Bij de indiening van zijn verblijfsaanvraag moet de vreemdeling bewijzen dat de in artikel 1/1 van de wet bedoelde retributie betaald werden.
§ 2. Indien de vreemdeling het in het eerste lid bedoelde betalingsbewijs niet voorlegt om zijn verblijfsaanvraag te staven verklaart de overheid die bevoegd is om de verblijfsaanvraag in ontvangst te nemen of er een beslissing over te nemen de verblijfsaanvraag onontvankelijk. De onontvankelijkheidsbeslissing wordt overeenkomstig het model in bijlage 42 opgesteld. Een kopie van de onontvankelijkheidsbeslissing wordt naar de Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken gestuurd.
§ 3. Indien het in de eerste paragraaf bedoelde betalingsbewijs aantoont dat de retributie gedeeltelijk betaald werden brengt de overheid die bevoegd is om de verblijfsaanvraag in ontvangst te nemen of er een beslissing over te nemen de vreemdeling hiervan op de hoogte en vraagt hem om de betaling van het verschuldigd bedrag binnen een termijn van dertig dagen uit te voeren. De beslissing waarmee de vreemdeling over de gedeeltelijke betaling wordt geïnformeerd wordt overeenkomstig het model in de bijlage 43 van dit besluit opgesteld. Een kopie van de beslissing wordt naar de Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken gestuurd.
De in het eerste lid bedoelde termijn van dertig dagen begint te lopen op de dag na de dag van de kennisgeving van de beslissing die de vreemdeling over de gedeeltelijke betaling informeert.
De in het eerste lid bedoelde betaling wordt overeenkomstig artikel 1/1, § 2, van dit besluit uitgevoerd.
Indien de in het eerste lid bedoelde betaling niet uitgevoerd wordt, verklaart de overheid die bevoegd is om de aanvraag in ontvangst te nemen of er een beslissing over te nemen de aanvraag onontvankelijk. De onontvankelijkheidsbeslissing wordt overeenkomstig het model in bijlage 42 van dit besluit opgesteld. Een kopie van de onontvankelijkheidsbeslissing wordt naar de Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken gestuurd.
In het in het vierde lid voorziene geval maakt de gedeeltelijke betaling van geen enkele terugbetaling het voorwerp uit en behoudt de Dienst Vreemdelingenzaken de gedeeltelijke betaling."
Art.6. In hetzelfde besluit wordt een bijlage 42 ingevoegd die als bijlage 1 bij dit besluit is gevoegd.
Art.7. In hetzelfde besluit wordt een bijlage 43 ingevoegd die als bijlage 2 bij dit besluit is gevoegd.
Art.8. De betaling van de in artikel 4 bedoelde bedragen is enkel verschuldigd voor de aanvragen die vanaf de inwerkingtreding van dit besluit ingediend worden.
Art.9. De minister die de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen onder zijn bevoegdheid heeft, is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE.
Art. N1. Bijlage 42. - Beslissing tot niet-ontvankelijkheid van een verblijfsaanvraag
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 20-02-2015, p. 13868-13869)
Art. N2. Bijlage 43. - Beslissing waarmee de vreemdeling geïnformeerd wordt over de gedeeltelijke betaling van de bijdrage die de administratieve kosten die uit de behandeling van zijn verblijfsaanvraag voortvloeien moet dekken
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 20-02-2015, p. 13870-13871)