23 AUGUSTUS 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 1, 2, B en F, 3, § 1, A, en 10, § 5, van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen
Art. 1-6
Artikel 1. Het artikel 1 van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 september 2012, wordt aangevuld met de paragrafen 12 en 13, luidende :
" § 12. In deze nomenclatuur van geneeskundige verstrekkingen wordt beschouwd als :
1° huisarts : de geneesheer die als zodanig wordt erkend door de Minister van Volksgezondheid onder de voorwaarden die door deze laatste worden bepaald;
2° huisarts in opleiding : de houder van een artsendiploma die voldoet aan de bepalingen van het ministerieel besluit van 1 maart 2010 tot vaststelling van de criteria voor de erkenning van huisartsen;
3° huisarts op basis van verworven rechten : de geneesheer die is ingeschreven bij de Orde van geneesheren en die op 31 december 1994 de algemene geneeskunde uitoefende zonder houder te zijn van een getuigschrift van aanvullende opleiding, afgegeven door de Minister bevoegd voor Volksgezondheid en van wie de toestand niet is geregeld door één van de bepalingen van het ministerieel besluit van 1 maart 2010 tot vaststelling van de criteria voor de erkenning van huisartsen;
4° houder van het artsendiploma : de persoon die overeenkomstig de artikelen 2, § 1, en 7, § 1, van het koninklijk besluit nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de gezondheidsberoepen, de geneeskunde mag uitoefenen, en die niet erkend of in opleiding is als huisarts, noch erkend of in opleiding is als geneesheer- specialist in één van de specialismen vermeld in artikel 10, § 1, van deze nomenclatuur, noch voldoet aan de onder 3° vermelde criteria van huisarts op basis van verworven rechten;
5° geneesheer-specialist : de geneesheer die als zodanig wordt erkend door de Minister van Volksgezondheid onder de voorwaarden die door deze laatste worden bepaald en waarvan het specialisme is vermeld in artikel 10, § 1, van deze nomenclatuur;
6° geneesheer specialist in opleiding : de houder van een artsendiploma die voldoet aan de bepalingen van het ministerieel besluit van 30 april 1999 tot vaststelling van de algemene criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten.
§ 13. De houder van het artsendiploma heeft het recht voorschriften op te stellen, een raadpleging te attesteren evenals de verstrekkingen waarvoor de nomenclatuur bepaalt dat ze mogen aangerekend worden door elke arts of verstrekkingen waarvoor hij door de minister die de volksgezondheid in zijn bevoegdheid heeft gemachtigd is ze te verrichten. ".
Art.2. In artikel 2 van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, vervangen bij het koninklijk besluit van 19 februari 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in de bepaling onder B,
a) wordt de toepassingsregel die volgt op de verstrekking 101010 opgeheven;
b) wordt de volgende toepassingsregel na de verstrekking 102476 ingevoegd :
"De verstrekkingen 101010, 102454 en 102476 mogen aangerekend worden door de houder van het artsendiploma.";
2° in de bepaling onder F worden de bepalingen onder 2 opgeheven.
Art.3. In artikel 3, § 1, A, van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 september 2012, worden in de inleidende zin de woorden "de erkende huisarts of de algemeen geneeskundige met verworven rechten of de geneesheer-specialist" vervangen door de woorden "elke arts".
Art.4. In artikel 10, § 5, van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, vervangen bij het koninklijk besluit van 9 oktober 1998 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 1 juni 2001, worden de woorden "iedere erkende huisarts of algemeen geneeskundige met verworven rechten of geneesheer-specialist" vervangen door de woorden "elke arts".
Art.5. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand na die waarin het is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Art. 6. De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.