23 AUGUSTUS 2014. - Koninklijk besluit tot uitvoering van het Samenwerkingsakkoord van 2 maart 2007 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de Overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, gedaan te Parijs, op 13 januari 1993
Art. 1-6
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° " de Overeenkomst " : de Overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, gedaan te Parijs, op 13 januari 1993;
2° " het Samenwerkingsakkoord " : het Samenwerkingsakkoord van 2 maart 2007 tussen de Federale Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende de uitvoering van de Overeenkomst tot verbod van de ontwikkeling, de productie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens, gedaan te Parijs, op 13 januari 1993.
3° " Lijst 1 " : de Lijst 1 van chemische stoffen die voorkomt in deel B van de Bijlage over chemische stoffen in de Overeenkomst.
Art.2. In toepassing van artikel 6, § 2, 2°, van het Samenwerkingsakkoord wordt een ontheffing verleend op het verbod op het produceren, anderszins verwerven, opslaan, in het bezit houden of gebruiken van chemische stoffen van Lijst 1 aan de Laboratoria van Defensie (DLD) die onder het Ministerie van Defensie ressorteren, waar dit uitsluitend voor beschermingsdoeleinden gebeurt zoals bepaald in deel VI, C, § 10 van de Verificatiebijlage bij de Overeenkomst.
Art.3. § 1. In toepassing van artikel 7, § 2, van het Samenwerkingsakkoord is een voorafgaande kennisgeving nodig voor elke overdracht van chemische stoffen van Lijst 1 :
1° naar of vanuit een kleinschalige inrichting binnen de in artikel 6, § 1 en § 2, 1° van het Samenwerkingsakkoord gestelde grenzen;
2° naar of vanuit de Laboratoria van Defensie (DLD).
§ 2. De voorafgaande kennisgevingen bedoeld in § 1 worden ten minste 40 dagen vóór bedoelde overdracht naar de Nationale Autoriteit gestuurd.
Als de overdracht saxitoxine betreft voor medische of diagnostische doeleinden en in hoeveelheden van 5 milligram of minder, wordt in afwijking van het eerste lid de voorafgaande kennisgeving gedaan uiterlijk 24 uur vóór die overdracht.
Art.4. De in artikel 3 bedoelde overdrachten die het afgelopen jaar werden uitgevoerd, worden in een jaarlijkse kennisgeving nader beschreven. Deze kennisgeving wordt telkens vóór 1 maart naar de Nationale Autoriteit gestuurd en bevat voor elke overgedragen chemische stof van Lijst 1 de volgende gegevens :
1° chemische naam, chemische formule en nummer in het register van de Chemical Abstracts Service (CAS), indien een nummer werd toegekend;
2° de hoeveelheid die in andere Staten werd verworven of die werd overgedragen naar andere Staten die Partij zijn. Er wordt melding gemaakt van de hoeveelheid, de bestemmeling en het doel van elke overdracht.
Art.5. Degene die een inrichting betreffende chemische stoffen van Lijst 1 in bedrijf houdt zoals bedoeld in artikel 6, § 2 van het Samenwerkingsakkoord, stelt de Nationale Autoriteit in het bezit van de vereiste gegevens zoals bedoeld in de Verificatiebijlage, deel VI (D) van de Overeenkomst.
Een jaarlijkse kennisgeving betreffende de activiteiten van het afgelopen jaar wordt telkens vóór 1 maart naar de Nationale Autoriteit gestuurd.
Een jaarlijkse kennisgeving betreffende de voorgenomen activiteiten van het komende jaar wordt telkens vóór 1 september naar de Nationale Autoriteit gestuurd.
Art. 6. De minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken en de minister bevoegd voor Defensie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.