13 JUNI 2014. - Koninklijk besluit tot goedkeuring van de reglementen betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de provinciegouverneurs van de Vlaamse provincies en aan de adjunct van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, aan de arrondissementscommissarissen en aan de adjunct-arrondissementscommissarissen binnen de Vlaamse Overheid en aan de bestuursrechters van de Vlaamse administratieve rechtscolleges
Art. 1-5
BIJLAGEN.
Art. N1-N3
Artikel 1. Het reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan provinciegouverneurs van de Vlaamse provincies en aan de adjunct van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, dat bijlage A van dit besluit vormt, wordt goedgekeurd.
Art.2. Het reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de arrondissementscommissarissen en aan de adjunct-arrondissementscommissarissen van de Vlaamse Overheid, dat bijlage B van dit besluit vormt, wordt goedgekeurd.
Art.3. Het reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de bestuursrechters van de Vlaamse administratieve rechtscolleges, dat bijlage C van dit besluit vormt, wordt goedgekeurd.
Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang vanaf de beweging van 8 april 2013, met uitzondering van het artikel 2 dat uitwerking heeft met ingang van de beweging van 8 april 2004.
Art.5. De minister die bevoegd is voor Buitenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGEN.
Art. N1. Bijlage A. - Reglement betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de provinciegouverneurs van de Vlaamse provincies en aan de adjunct van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant
1. Dit reglement is van toepassing opdeprovinciegouverneurs van de Vlaamse provincies en op de adjunct van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant, zoals gedefinieerd in het Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het statuut van de provinciegouverneurs en de adjunct van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant.
2. In dit reglement wordt de minimumleeftijd voor de opname in de Nationale Orden vastgesteld op 40 jaar.
3. Een tijdspanne van 10 jaar geldt tussen twee onderscheidingen in de Nationale Orden ten gunste van eenzelfde persoon, behalve wanneer het gaat om eretekens die verleend worden voor oorlogsfeiten.
Die termijn kan, zo nodig, ingekort worden, zonder evenwel te kunnen teruggebracht worden tot minder dan 5 jaar, wanneer de vorige onderscheiding later verleend werd dan op de minimumleeftijd die in die leeftijdsklasse voorzien is.
4. In elke leeftijdsklasse, van 40 tot 50, van 50 tot 60 en van 60 tot 65 jaar, mag niemand meer dan eenmaal onderscheiden worden, onverminderd de uitzondering die in het eerste lid van voorgaand artikel voorzien is.
5. De provinciegouverneurs en de adjunct van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant moeten gedurende minstens 2 jaar hun functie uitgeoefend hebben om aanspraak te kunnen maken op de voorziene onderscheiding. Periodes van non-activiteit komen niet in aanmerking.
6. Aan de provinciegouverneurs en de adjunct van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant mogen in geen andere hoedanigheid eretekens in de Nationale Orden verleend worden.
Er wordt enkel uitzondering gemaakt wat betreft :
a. eretekenswegensoorlogsfeiten;
b. reserveofficieren, die mogen kiezen tussen het administratief reglement en het militair reglement; deze keuze is bindend voor de hele duur van de inschrijving van de betrokkenen in het reservekader van het Leger.
7. Indien iemand in toepassing van artikel 7, § 1, van de wet van 1 mei 2006 betreffende de toekenning van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden ten minste het ereteken bezit dat voor zijn toestand is voorzien, wordt hem geen ereteken verleend.
Van deze regel wordt slechts afgeweken indien het gaat om eretekens verworven voor oorlogsfeiten, in dit geval mag de betrokken persoon de onderscheiding ontvangen die, in de gecombineerde hiërarchie der Nationale Orden, onmiddellijk hoger is dan die welke hem (haar) werd toegekend; iedere eventualiteit buiten dit geval geeft aanleiding tot toepassing van artikel 10.
8. Elke verlening vindt plaats bij gelegenheid van de promotie die het ogenblijk voorafgaat waarop de betrokken persoon werkelijk aan de voorwaarden zou voldoen om gedecoreerd te worden.
9. Geen enkele termijn is vereist tussen de toekenning van een onderscheiding in de Nationale Orden en de verlening van een ereteken van een andere aard.
10. Elke afwijking van dit reglement wordt onderworpen aan de procedure voorzien door de wet van 1 mei 2006 betreffende de toekenning van onderscheidingen in de Nationale Orden, artikelen 6 en 13.
Tabel betreffende het verlenen van eervolle onderscheidingen in de Nationale Orden aan de provinciegouverneurs van de Vlaamse provincies en aan de adjunct van de gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant
TITEL | Van 40 tot 50 jaar | Van 50 tot 60 jaar | Van 60 tot 65 jaar |
Provinciegouverneur Vlaamse Provincie | Commandeur in de Kroonorde | Grootofficier in de Orde van Leopold II | Grootofficier in de Leopoldsorde |
Adjunct van de gouverneur van de Provincie Vlaams-Brabant | Commandeur in de Orde van Leopold II | Commandeur in de Leopoldsorde | Grootofficier in de Kroonorde |
TITEL | Van 40 tot 50 jaar | Van 50 tot 60 jaar | Van 60 tot 65 jaar |
Arrondissements-commissaris | Officier in de Leopoldsorde | Commandeur in de Kroonorde | Grootofficier in de Orde van Leopold II |
Adjunct-arrondissements- commissaris | Officier in de Kroonorde | Commandeur in de Orde van Leopold II | Commandeur in de Leopoldsorde |
TITEL | Na 4 jaar in de functie | 6 jaar na de eerste onderscheiding | 6 jaar na de tweede onderscheiding |
Bestuursrechter | Commandeur Kroonorde | Commandeur Leopoldsorde | Grootofficier Orde van Leopold II |