10 JUNI 2014. - Koninklijk besluit tot instelling van een erediploma "Stad of Gemeente slachtoffer van oorlogsfeiten 1914-1918" met een bijpassend herinneringslint
Art. 1-5
BIJLAGE.
Art. N
Artikel 1. Er wordt een erediploma "Stad of Gemeente slachtoffer van oorlogsfeiten 1914-1918" gecreëerd, met een bijpassend herinneringslint te hechten aan de vlag van de stad of gemeente. Dit diploma alsook het lint dienen om de verdiensten te erkennen van de Belgische steden of gemeenten, die bijzonder zwaar getroffen werden door de gevechten, bombardementen en slachtpartijen die zich hebben afgespeeld gedurende de Eerste Wereldoorlog.
Art.2. Het herinneringslint dat past bij het erediploma, waarvan het model zich bevindt in bijlage A, draagt de nationale kleuren. Het heeft een breedte van 9 centimeter, een lengte van 50 centimeter en een gouden franje van 5 centimeter breed dat wordt bevestigd aan een van de uiteinden. Een draagring in brons is voorzien aan het andere uiteinde.
Het lint zal versierd worden met staafjes gegraveerd met de naam van de toenmalige plaatsen, die tot het grondgebied van de actuele steden of gemeenten behoren. Deze staafjes zijn in brons, hebben een hoogte van 12 millimeter en de breedte van het lint. De gegraveerde inscriptie is 8 millimeter.
Art.3. Het erediploma "Stad of Gemeente slachtoffer van oorlogsfeiten 1914-1918", waarvan het model zich bevindt in bijlage B, en het herinneringslint worden toegekend door de Minister van Landsverdediging.
Het erediploma en het herinneringslint bedoeld in artikel 1 worden toegekend aan de steden of gemeenten op gemotiveerd advies van het wetenschappelijk Comité ingesteld bij het Organisatiecomité bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 23 maart 2012 tot benoeming van een Commissaris-generaal en een Adjunct-commissaris-generaal voor de herdenking van de Eerste Wereldoorlog.
Art.4. De steden of gemeenten die geen erkenning bekomen hebben voor een of meerdere plaatsen en die van mening zijn te voldoen aan de voorwaarden bedoeld in artikel 1, kunnen een aanvraag hiertoe indienen bij de Minister van Landsverdediging.
De aanvragen worden bestudeerd door het wetenschappelijk Comité bedoeld in artikel 3 en deze maakt een gemotiveerd advies over aan de Minister van Landsverdediging voor beslissing.
Art.5. De Minister van Landsverdediging is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE.
Art. N. Bijlage A en bijlage B.
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 18-08-2014, p. 60617-60618)