15 MEI 2014. - Wet tot wijziging van diverse bepalingen betreffende het statuut van de militairen in het kader van de invoering van de deelstand "in militaire bijstand"
HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepaling
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingsbepalingen
Afdeling 1. - Wijziging van de wet van 13 juli 1976 betreffende de getalsterkte aan officieren en de statuten van het personeel van de krijgsmacht
Art. 2
Afdeling 2. - Wijziging van de wet van 20 mei 1994 betreffende de perioden en de standen van de militairen van het reservekader alsook betreffende de aanwending en de paraatstelling van de Krijgsmacht
Art. 3
Afdeling 3. - Wijziging van de wet van 20 mei 1994 inzake de rechtstoestanden van het personeel van Defensie
Art. 4
Afdeling 4. - Wijziging van de wet van 20 mei 1994 betreffende de geldelijke rechten van de militairen
Art. 5
Afdeling 5. - Wijziging van de wet van 25 mei 2000 tot instelling van de vrijwillige arbeidsregeling van de vierdagenweek en de regeling van de halftijdse vervroegde uitstap voor sommige militairen en tot wijziging van het statuut van de militairen met het oog op de instelling van de tijdelijke ambtsontheffing wegens loopbaanonderbreking
Art. 6-7
Afdeling 6. - Wijziging van de wet van 20 juni 2012 tot wijziging van diverse bepalingen betreffende het statuut van de militairen
Art. 8-9
HOOFDSTUK 3. - Inwerkingtreding
Art. 10
1976071304 1994007161 1994007162 1994007164 2000007154 2012203553
HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepaling
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingsbepalingen
Afdeling 1. - Wijziging van de wet van 13 juli 1976 betreffende de getalsterkte aan officieren en de statuten van het personeel van de krijgsmacht
Art.2. In artikel 49bis, eerste lid, van de wet van 13 juli 1976 betreffende de getalsterkte aan officieren en de statuten van het personeel van de krijgsmacht, ingevoegd bij de wet van 22 maart 2001, worden de woorden "in militaire bijstand," ingevoegd tussen de woorden "in intensieve dienst," en de woorden "in hulpverlening".
Afdeling 2. - Wijziging van de wet van 20 mei 1994 betreffende de perioden en de standen van de militairen van het reservekader alsook betreffende de aanwending en de paraatstelling van de Krijgsmacht
Art.3. In artikel 3, § 1, van de wet van 20 mei 1994 betreffende de perioden en de standen van de militairen van het reservekader alsook betreffende de aanwending en de paraatstelling van de Krijgsmacht, gewijzigd bij de wetten van 27 maart 2003, 28 februari 2007 en 31 juli 2013, wordt de bepaling onder 2° vervangen als volgt :
"2° in periode van vrede, wanneer zij deelnemen :
a) aan een operatie die behoort tot één van de vormen van operationele inzet die de Koning bepaalt;
b) met het oog op het lenigen van de noden van de bevolking, aan een opdracht die behoort tot één van de vormen van hulpverlening die de Koning bepaalt;
c) aan een opdracht die behoort tot één van de vormen van militaire bijstand die de Koning bepaalt.".
Afdeling 3. - Wijziging van de wet van 20 mei 1994 inzake de rechtstoestanden van het personeel van Defensie
Art.4. In artikel 99ter, § 1, eerste lid, van de wet van 20 mei 1994 inzake de rechtstoestanden van het personeel van Defensie, ingevoegd bij de wet van 20 juli 2006, worden de woorden "in militaire bijstand", ingevoegd tussen de woorden "in de deelstanden" en de woorden "in hulpverlening" of "in operationele inzet".
Afdeling 4. - Wijziging van de wet van 20 mei 1994 betreffende de geldelijke rechten van de militairen
Art.5. In artikel 5, § 1, eerste lid, van de wet van 20 mei 1994 betreffende de geldelijke rechten van de militairen, worden de woorden ", "militaire bijstand"" ingevoegd tussen de woorden ""operationele inzet"" en de woorden "of "hulpverlening"".
Afdeling 5. - Wijziging van de wet van 25 mei 2000 tot instelling van de vrijwillige arbeidsregeling van de vierdagenweek en de regeling van de halftijdse vervroegde uitstap voor sommige militairen en tot wijziging van het statuut van de militairen met het oog op de instelling van de tijdelijke ambtsontheffing wegens loopbaanonderbreking
Art.6. In artikel 6, § 2, eerste lid, 3°, van de wet van 25 mei 2000 tot instelling van de vrijwillige arbeidsregeling van de vierdagenweek en de regeling van de halftijdse vervroegde uitstap voor sommige militairen en tot wijziging van het statuut van de militairen met het oog op de instelling van de tijdelijke ambtsontheffing wegens loopbaanonderbreking, vervangen bij de wet van 16 juli 2005, worden de woorden "deelname aan een opdracht van militaire bijstand, aan" ingevoegd tussen de woorden "in geval van" en de woorden "een opdracht van hulpverlening".
Art.7. In artikel 14, § 1, tweede lid, 2°, van dezelfde wet, vervangen bij de wet van 16 juli 2005, worden de woorden "deelname aan een opdracht van militaire bijstand, aan" ingevoegd tussen de woorden "in geval van" en de woorden "een opdracht van hulpverlening".
Afdeling 6. - Wijziging van de wet van 20 juni 2012 tot wijziging van diverse bepalingen betreffende het statuut van de militairen
Art.8. In het opschrift van hoofdstuk 2, van de wet van 20 juni 2012 tot wijziging van diverse bepalingen betreffende het statuut van de militairen worden de woorden "van militaire bijstand," ingevoegd tussen de woorden "in het buitenland" en de woorden "van hulpverlening".
Art.9. In artikel 4, eerste lid, van dezelfde wet worden volgende wijzigingen aangebracht :
a) de bepalingen onder 1° worden aangevuld met een bepaling onder e) en f), luidende :
"e) de deelname aan een operatie buiten de inzetzone;
f) de transit;";
b) het lid wordt aangevuld met een bepaling onder 3°, luidende :
"3° hetzij een opdracht van militaire bijstand.".
HOOFDSTUK 3. - Inwerkingtreding
Art. 10. Deze wet heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2014.