Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

8 NOVEMBER 2013. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 2000 houdende vaststelling van de voorwaarden van toekenning van een persoonlijke- assistentiebudget aan personen met een handicap, wat betreft het programmatiecijfer, rechtzetting materiële vergissing en overeenstemming met VIA4-akkoord



Inhoudstafel:


Art. 1-6



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2001035050 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 4, eerste lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 december 2000 houdende vaststelling van de voorwaarden van toekenning van een persoonlijke-assistentiebudget aan personen met een handicap, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 juli 2003, en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 6 september 2013, wordt het getal "2200" vervangen door het getal "2600".

Art.2. Artikel 9 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 18 juli 2003, 18 juli 2008 en 21 januari 2011 wordt vervangen door wat volgt:
  "Art. 9. § 1. De vergoedbare assistentie mag per persoon op jaarbasis minimaal 7.436,81 euro en maximaal 34.705,09 euro bedragen. Die bedragen, alsook de maximumbedragen, vermeld in artikel 8, § 1, worden vanaf 1 januari 2002 jaarlijks aangepast, rekening houdend met het indexcijfer van de consumptieprijzen, vermeld in hoofdstuk II van het koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1999 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen, hierna G-index te noemen, volgens de formule:
  bedrag van het jaar x = (bedrag van het jaar x-1 x G-index december jaar x-1)/G-index december jaar x-2
  Als het met toepassing van het eerste lid berekende bedrag voor het jaar x lager is dan het bedrag voor het jaar x-1, wordt de aanpassing van de bedragen, vermeld in het eerste lid, niet toegepast, maar verrekend met de volgende indexaanpassing. In dat geval worden de bedragen, vermeld in het eerste lid, van dat volgende jaar aangepast, rekening houdend met het feit dat de noemer van de breuk gevormd wordt door de noemer die gebruikt wordt voor de berekening van de bedragen van het voorgaande jaar.
  De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, kan, gedurende het eerste jaar van de effectieve aanwending van het PAB, de budgethoogte beperken tot 80% van de bedragen, vermeld in het eerste lid.
  Het derde lid is niet van toepassing op een PAB dat is toegekend met toepassing van artikel 8bis.
  § 2. In afwijking van paragraaf 1 wordt het bedrag van de vergoedbare assistentie voor de budgethouders met een arbeidsovereenkomst die voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 12, eerste lid, 1°, verhoogd met 7% van de gemaakte en bewezen kosten van de arbeidsovereenkomst. De gemaakte en bewezen kosten kunnen niet hoger zijn dan het maximumbedrag, vermeld in paragraaf 1.
  Dit bedrag moet de budgethouder besteden aan vergoedbare assistentie als vermeld in artikel 10.".

Art.3. In artikel 10 van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2012, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° aan paragraaf 3, 6°, worden de woorden "met uitzondering van woon- werkverkeer van de persoonlijke assistent, tewerkgesteld met een arbeidsovereenkomst als vermeld in artikel 12, eerste lid, 1°. " toegevoegd;
  2° in paragraaf 4, vijfde lid, worden de woorden "derde lid" vervangen door de woorden "vierde lid".

Art.4. Aan artikel 12, eerste lid, 1°, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2002, wordt de volgende zinsnede toegevoegd:
  "hierin inbegrepen de bepalingen over het minimumloon en verplaatsingen, zoals vastgesteld binnen het paritair subcomité 319.01.".

Art.5. Artikel 1 en 3, 2°, hebben uitwerking met ingang van 1 mei 2013.
  Artikel 2, 3, 1°, en artikel 4 hebben uitwerking met ingang van 1 oktober 2013.

Art. 6. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.

  Brussel, 8 november 2013.
  De minister-president van de Vlaamse Regering,
  K. PEETERS
  De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin,
  J. VANDEURZEN