Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

23 JULI 2013. - Koninklijk besluit houdende oprichting van het Ministerieel Comité en van het College voor de coördinatie van de strijd tegen het witwassen van geld van illegale afkomst



Inhoudstafel:


Art. 1-16



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In de schoot van de Regering wordt een Ministerieel Comité voor de coördinatie van de strijd tegen het witwassen van geld van illegale afkomst opgericht.

Art.2. Het Comité wordt voorgezeten door de Minister van Justitie en bestaat bovendien uit de Regeringsleden die Financiën, Binnenlandse Zaken, Economie, K.M.O.'s en Coördinatie van de fraudebestrijding binnen hun bevoegdheid hebben.
  De Regeringsleden die geen deel uitmaken van het Comité kunnen door de Minister van Justitie worden uitgenodigd eraan deel te nemen voor het onderzoek van zaken die hen in het bijzonder aanbelangen.

Art.3. Onverminderd de bevoegdheden die specifiek zijn toegekend aan de minister van Justitie en aan de procureurs-generaal op grond van artikel 151 van de Grondwet en van de artikelen 143bis, 143quater en 146bis van het Gerechtelijk Wetboek, stelt het Comité de algemene politiek inzake de strijd tegen het witwassen van geld van illegale afkomst vast en bepaalt de prioriteiten van de diensten die op dat vlak werkzaam zijn.

Art.4. Het Comité vergadert na bijeenroeping door de Minister van Justitie, die de agenda vaststelt.

Art.5. Er wordt bij de Minister van Justitie een College voor de coördinatie van de strijd tegen het witwassen van geld van illegale afkomstopgericht.

Art.6. Onverminderd de bevoegdheden die specifiek zijn toegekend aan de minister van Justitie en aan de procureurs-generaal op grond van artikel 151 van de Grondwet en van de artikelen 143bis, 143quater en 146bis van het Gerechtelijk Wetboek, ziet het College voor de coördinatie, bedoeld in artikel 5, toe op de uitvoering van de algemene politiek inzake de strijd tegen het witwassen, zoals vastgesteld door het Ministerieel Comité.
  Het verzekert tevens de tenuitvoerlegging van de prioriteiten die zijn vastgelegd door het Ministerieel Comité.

Art.7. Het College voor de coördinatie wordt gezamenlijk voorgezeten door de voorzitter van de Cel voor Financiële Informatieverwerking en door de procureur-generaal die belast is met specifieke taken met betrekking tot de financiële, fiscale en economische criminaliteit, overeenkomstig het koninklijk besluit van 6 mei 1997 betreffende de specifieke taken van de leden van het college van procureurs-generaal.
  Het is gestructureerd volgens een partnerraad, een gerechtelijk platform en een gemeenschappelijke instantie.

Art.8. De partnerraad wordt voorgezeten door de voorzitter van de Cel voor Financiële Informatieverwerking of diens vertegenwoordiger.
  Hij is bovendien samengesteld uit vertegenwoordigers van :
  - de Nationale Bank van België,
  - de Federale Overheidsdiensten Financiën, Economie en Justitie,
  - de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten,
  - het College van procureurs-generaal,
  - de Cel voor Financiële Informatieverwerking,
  - de federale politie,
  - de Vaste Commissie van de Lokale Politie.
  De partnerraad kan op eigen initiatief beslissen om andere organismen of autoriteiten te raadplegen ingeval hij van oordeel is dat de aanwezigheid van die organismen en autoriteiten nuttig kan zijn voor de uitoefening van zijn opdracht.

Art.9. De partnerraad heeft als taak de witwasrisico's waarmee België wordt geconfronteerd, te identificeren en te analyseren, alsmede de gemeenschappelijke instantie ervan op de hoogte te brengen, opdat laatstgenoemde het Ministerieel Comité op de hoogte zou kunnen brengen en aanbevelingen eraan zou kunnen doen, waardoor voornoemd Comité de maatregelen kan nemen die nodig zijn om de geïdentificeerde risico's te verminderen.

Art.10. Het gerechtelijk platform wordt voorgezeten door de procureur-generaal bedoeld in artikel 7 of door diens vertegenwoordiger.
  Het is bovendien samengesteld uit de vertegenwoordigers van :
  - de overige procureurs-generaal,
  - de federale procureur,
  - de raad van de procureurs des Konings,
  - de raad van de arbeidsauditeurs,
  - de federale politie,
  - de Vaste Commissie van de Lokale Politie,
  - het directoraat-generaal Wetgeving en Fundamentele Rechten en Vrijheden van de Federale Overheidsdienst Justitie.

Art.11. Het gerechtelijk platform coördineert de opdrachten en de activiteiten van de strafrechtelijke autoriteiten op het vlak van de bestraffing van het witwassen.

Art.12. De gemeenschappelijke instantie is samengesteld uit de voorzitter van de Cel voor Financiële Informatieverwerking en de procureur-generaal bedoeld in artikel 7.
  Voor de activiteiten van de gemeenschappelijke instantie kunnen de gezamenlijke voorzitters een beroep doen op de leden van het College, bedoeld in artikel 5.

Art.13. De gemeenschappelijke instantie brengt verslag uit aan het Ministerieel Comité en bezorgt het de aanbevelingen en voorstellen van het gerechtelijk platform en van de partnerraad om de geïdentificeerde witwasrisico's te verminderen.
  De gemeenschappelijke instantie ziet toe op de coherentie van de ondernomen acties, op de evaluatie van de resultaten ervan en op het zoeken naar de optimale kwaliteit ter zake.

Art.14. De Cel voor Financiële Informatieverwerking verzekert het secretariaat van het Ministerieel Comité en van het College voor de coördinatie van de strijd tegen het witwassen van geld van illegale afkomst.

Art.15. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 16. De Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.

  Gegeven te Brussel, 23 juli 2013.
  FILIP
  Van Koningswege :
  De Minister van Justitie,
  Mevr. A. TURTELBOOM