23 APRIL 2013. - Wet tot opheffing van de opdracht van de Nationale Bank van België als centrale depositaris van protesten
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de protestwet van 3 juni 1997
Art. 2-12
HOOFDSTUK 3. - Wijziging van de wet van 10 juni 1997 houdende diverse bepalingen met betrekking tot de protesten
Art. 13
HOOFDSTUK 4. - Overgangsbepalingen en slotbepaling
Art. 14-16
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.
HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de protestwet van 3 juni 1997
Art.2. Het opschrift van hoofdstuk 1 van de protestwet van 3 juni 1997 wordt opgeheven.
Art.3. Artikel 2 van dezelfde wet wordt opgeheven.
Art.4. Artikel 3 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 22 juni 1998, wordt opgeheven.
Art.5. Artikel 4 van dezelfde wet wordt opgeheven.
Art.6. In het opschrift van hoofdstuk 2 van dezelfde wet, worden de woorden " Andere protesten " vervangen door de woorden " Protesten ".
Art.7. In artikel 5, § 1 van dezelfde wet worden de woorden " andere dan die bedoeld in artikel 2, " opgeheven.
Art.8. Artikel 6 van dezelfde wet wordt vervangen door wat volgt :
" Art. 6. De protestakte bevat de volgende vermeldingen, in zoverre ze relevant zijn met het soort handelspapier waarop het protest betrekking heeft :
1° de plaats, datum en aard van het protest;
2° het soort handelspapier waarop het protest betrekking heeft;
3° de naam en voornamen, rechtsvorm of bijzondere benaming van de begunstigde van het orderbriefje of van de trekker van de wisselbrief, alsook zijn woonplaats of, indien het een koopman betreft, zijn hoofdinrichting of, indien het een rechtspersoon betreft, zijn maatschappelijke zetel en zijn ondernemingsnummer;
4° de naam en voornamen, rechtsvorm of bijzondere benaming van de ondertekenaar van het orderbriefje of van de betrokkene van de wisselbrief, alsook de vermelding of hij de wisselbrief al dan niet geaccepteerd heeft, zijn woonplaats of, indien het een koopman betreft, zijn hoofdinrichting of, indien het een rechtspersoon betreft, zijn maatschappelijke zetel en zijn ondernemingsnummer;
5° de vervaldag;
6° het bedrag van het handelspapier en, indien dat zou verschillen, het bedrag waarvoor het protest werd opgemaakt;
7° de reden van de weigering die aanleiding geeft tot het protest;
8° de gedetailleerde kosten van de akte;
9° de naam en voornamen van de persoon die de protestakte heeft opgemaakt;
10° de naam van de verzoeker;
11° de aan- of afwezigheid van degene die moet betalen;
12° de naam van de persoon aan wie het in artikel 7 bedoelde bericht is overhandigd. ".
Art.9. Artikel 8 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 22 juni 1998 en bij het koninklijk besluit van 19 december 2010, wordt opgeheven.
Art.10. Artikel 9 van dezelfde wet wordt opgeheven.
Art.11. Artikel 10 van dezelfde wet wordt vervangen door wat volgt :
" Art. 10. De Koning bepaalt de vorm van de in artikel 6 bedoelde protestakten en van het in artikel 7 bedoelde bericht. ".
Art.12. Artikel 11 van dezelfde wet, gewijzigd bij de wet van 22 juni 1998 en bij het koninklijk besluit van 19 december 2010, wordt opgeheven.
HOOFDSTUK 3. - Wijziging van de wet van 10 juni 1997 houdende diverse bepalingen met betrekking tot de protesten
Art.13. Artikel 14 van de wet van 10 juni 1997 houdende diverse bepalingen met betrekking tot de protesten, vervangen bij de wet van 8 juni 1998 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 december 2010, wordt opgeheven.
HOOFDSTUK 4. - Overgangsbepalingen en slotbepaling
Art.14. De protesten wegens niet-betaling van wisselbrieven en orderbriefjes die in de Verrekeningskamer aangeboden werden, overeenkomstig de artikelen 38, tweede lid, en 42, van de gecoördineerde wetten van 31 december 1955 op de wisselbrief en het orderbriefje, en die door de gerechtsdeurwaarders werden opgemaakt bij de Nationale Bank van België in haar hoedanigheid van centrale depositaris, worden door de Nationale Bank van België bewaard gedurende een termijn van zeven jaar te rekenen vanaf de dagtekening van het protest.
Art.15. Het door de Nationale Bank van België, in haar hoedanigheid van centrale depositaris, gehouden repertorium, dat alle bij haar opgemaakte protestakten vermeldt, wordt door de Nationale Bank van België bewaard gedurende een termijn van drie jaar te rekenen vanaf de dagtekening van het laatste in dit repertorium opgenomen protest of totdat de relevante informatie uit dit repertorium wordt overgenomen in het centraal bestand van berichten dat wordt bedoeld in artikel 1389bis/1 van het Gerechtelijk Wetboek, indien dit gebeurt voor het verstrijken van voormelde driejarige termijn.
De Koning bepaalt de nadere regels en de vergoeding die verschuldigd is voor de raadpleging van het repertorium van protesten gedurende voormelde termijn.
Art. 16.Deze wet treedt in werking op 1 september 2013.
De Koning kan een datum van inwerkingtreding bepalen voorafgaand aan de in het eerste lid vermelde datum.
(NOTA : Inwerkingtreding vastgesteld op 01-09-2013 door KB 2013-08-17/07, art. 15, § 1, b). Overgangsbepalingen van art. 9 en 11 : zie art. 15, § 2)
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 23 april 2013.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Justitie,
Mevr. A. TURTELBOOM
Met 's Lands zegel gezegeld :
De Minister van Justitie,
Mevr. A. TURTELBOOM