1 JUNI 2012. - Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2012(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 22-06-2012 en tekstbijwerking tot 29-05-2019)
HOOFDSTUK 1. - Algemeen
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Onderwijs
Afdeling 1. - Basisonderwijs
Art. 2-3
Afdeling 2. - Secundair en buitengewoon secundair onderwijs
Art. 4-5
Afdeling 3. - Besparing index werkingssubsidies internaten
Art. 6-8
Afdeling 4. - Inspectie en begeleiding levensbeschouwelijke vakken
Art. 9
Afdeling 5. - Diensten met onderwijsbehoeften
Art. 10
Afdeling 6. - Volwassenenonderwijs
Art. 11-12
Afdeling 7. - Kwaliteit nascholing
Art. 13-18
Afdeling 8. - Hoger onderwijs
Art. 19-28
HOOFDSTUK 3. - Fonds voor de uitvoering van EU-projecten en bijzondere opdrachten
Art. 29
HOOFDSTUK 4. - Besparing index werking beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
Art. 30
HOOFDSTUK 5. - Stadsvernieuwingsprojecten
Art. 31
HOOFDSTUK 6. - Belasting op de inverkeerstelling op grond van milieukenmerken
Art. 32
HOOFDSTUK 7. - Slotbepalingen
Art. 33
1959052901 1990029980 1991035841 1993036529 1994036049 1997035456 1999036079 2002035562 2003035650 2007036482 2008035636 2009035790 2009201461 2010036008 2011A35474
HOOFDSTUK 1. - Algemeen
Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.
HOOFDSTUK 2. - Onderwijs
Afdeling 1. - Basisonderwijs
Art.2. Aan artikel 79 van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, vervangen bij het decreet van 4 juli 2008 en gewijzigd bij de decreten van 19 december 2008, 18 december 2009 en 23 december 2010, wordt in paragraaf 3 een punt 4° toegevoegd, dat luidt als volgt :
" 4° in afwijking van punt 2° is voor het begrotingsjaar 2012 de coëfficiënt A2= 0,6 (Cx-1/Cx-2) + 0,4 ".
Art.3. Aan artikel 85bis van hetzelfde decreet, gewijzigd bij de decreten van 19 december 2008, 18 december 2009 en 23 december 2010, wordt in paragraaf 3 een punt 4° toegevoegd, dat luidt als volgt :
" 4° in afwijking van punt 2° is voor het begrotingsjaar 2012 de coëfficiënt A2= 0,6 (Cx-1/Cx-2) + 0,4 ".
Afdeling 2. - Secundair en buitengewoon secundair onderwijs
Art.4. Aan artikel 243, § 3, van de Codex Secundair Onderwijs wordt een punt 4° toegevoegd, dat luidt als volgt :
" 4° in afwijking van punt 2° is voor het begrotingsjaar 2012 de coëfficiënt A2= 0,6 (Cx-1/Cx-2) + 0,4 ".
Art.5. Aan artikel 324, § 3, van dezelfde Codex wordt een punt 4° toegevoegd, dat luidt als volgt :
" 4° in afwijking van punt 2° is voor het begrotingsjaar 2012 de coëfficiënt A2= 0,6 (Cx-1/Cx-2) + 0,4 ".
Afdeling 3. - Besparing index werkingssubsidies internaten
Art.6. In artikel 32, § 2, van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, vervangen bij het decreet van 31 juli 1990 en gewijzigd bij het decreet van 19 december 1998, worden de woorden " artikel 2 " telkens vervangen door de woorden " artikel 3ter ".
Art.7. Aan artikel 3ter van het decreet van 31 juli 1990 betreffende het onderwijs-II, ingevoegd bij het decreet van 20 december 2002 en gewijzigd bij de decreten van 27 juni 2003 en 9 juli 2010, wordt een paragraaf 5 toegevoegd, die luidt als volgt :
" § 5. In afwijking van paragraaf 2 is A2 voor het begrotingsjaar 2012 gelijk aan 0,4 + 0,6 (lk1/lk0) ".
Art.8. Aan artikel 3quinquies, § 2, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 7 juli 2006, wordt een punt 3° toegevoegd, dat luidt als volgt :
" 3° in afwijking van punt 1° is de verhouding C1/C0 voor het begrotingsjaar 2012 gelijk aan 1 ".
Afdeling 4. - Inspectie en begeleiding levensbeschouwelijke vakken
Art.9. In artikel 27, § 1, van het decreet van 1 december 1993 betreffende de inspectie en begeleiding levensbeschouwelijke vakken, gewijzigd bij de decreten van 22 juni 2007 en 18 december 2009, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° het bedrag " 3.885,99 euro " wordt vervangen door het bedrag " 3.950,11 euro ";
2° het jaartal " 2010 " wordt vervangen door het jaartal " 2013 ".
Afdeling 5. - Diensten met onderwijsbehoeften
Art.10. In artikel X.5 van het decreet betreffende het onderwijs XIV van 14 februari 2003 wordt paragraaf 1 vervangen door wat volgt :
" § 1. De Vlaamse Regering kent de subsidie-enveloppes toe binnen de beschikbare begrotingskredieten.
Voor 2012 bedraagt de subsidie-enveloppe 899.000 euro. Vanaf 2013 wordt dit bedrag jaarlijks geïndexeerd op basis van de gezondheidsindex. De som van de subsidie-enveloppes op jaarbasis kan nooit minder bedragen dan 899.000 euro ".
Afdeling 6. - Volwassenenonderwijs
Art.11. Aan artikel 47 van het decreet betreffende het volwassenenonderwijs van 15 juni 2007 wordt een paragraaf 6 toegevoegd, die luidt als volgt :
" § 6. In afwijking van paragraaf 5, wordt het werkingsgedeelte van de jaarlijkse subsidie aan het Vlaams Ondersteuningscentrum voor het Volwassenenonderwijs voor het begrotingsjaar 2012 niet aangepast aan de evolutie van de index. ".
Art.12. Aan artikel 77 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij de decreten van 18 december 2009 en 23 december 2010, wordt een paragraaf 7 toegevoegd, die luidt als volgt :
" § 7. In afwijking van paragraaf 6, wordt het werkingsgedeelte van de jaarlijkse subsidie aan de Consortia Volwassenenonderwijs voor het begrotingsjaar 2012 niet aangepast aan de evolutie van de index ".
Afdeling 7. - Kwaliteit nascholing
Art.13. In artikel 9 van het decreet van 8 mei 2009 betreffende de kwaliteit van onderwijs, gewijzigd bij het decreet van 18 december 2009, wordt paragraaf 2 vervangen door wat volgt :
" § 2. De nascholingsmiddelen per niveau bedragen voor het begrotingsjaar 2012 :
1° voor het basisonderwijs : 4.017.000 euro;
2° voor het secundair onderwijs : 5.513.000 euro;
3° voor het volwassenenonderwijs, met uitzondering van de basiseducatie : 420.000 euro;
4° voor het deeltijds kunstonderwijs : 258.000 euro;
5° voor de CLB's : 182.000 euro;
6° voor de basiseducatie : 27.000 euro.
Vanaf het begrotingsjaar 2013 worden deze bedragen aangepast aan de evolutie van de gezondheidsindex ".
Art.14. In artikel 12, § 2, van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 18 december 2009, wordt het jaartal " 2010 " vervangen door het jaartal " 2012 " en wordt het jaartal " 2011 " vervangen door het jaartal " 2013 ".
Art.15. In artikel 20 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 18 december 2009, wordt het bedrag " 1.332.000 euro " vervangen door het bedrag " 1.357.000 euro " en wordt het bedrag " 430.000 euro " vervangen door het bedrag " 438.000 euro ".
Art.16. In artikel 21, eerste lid, van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 18 december 2009, wordt het bedrag " 402.000 euro " vervangen door het bedrag " 405.000 euro ".
Art.17. In artikel 22 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 18 december 2009, wordt het jaartal " 2010 " vervangen door het jaartal " 2012 " en wordt het jaartal " 2011 " vervangen door het jaartal " 2013 ".
Art.18. In artikel 26, § 3, van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 18 december 2009, wordt het jaartal " 2012 " vervangen door het jaartal " 2013 " en wordt het jaartal " 2011 " vervangen door het jaartal " 2012 ".
Afdeling 8. - Hoger onderwijs
Art.19. Aan artikel 190bis, § 1, van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, ingevoegd bij het decreet van 4 april 2003 en vervangen bij het decreet van 23 december 2011, wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt :
" Voor het begrotingsjaar 2012 wordt het bedrag vermeld in paragraaf 1 van dit artikel, binnen de perken van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap, geïndexeerd aan de hand van de indexeringsformule vermeld in artikel 9, § 5, tweede lid, van het decreet van 14 maart 2008 betreffende de financiering van de werking van de hogescholen en de universiteiten in Vlaanderen ".
Art.20. Aan artikel 209, § 3, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 22 december 2006, vervangen bij het decreet van 19 december 2008 en gewijzigd bij de decreten van 18 december 2009, wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt :
" Voor het begrotingsjaar 2012 wordt het basisbedrag per financierbare student geïndexeerd aan de hand van de volgende indexformule :
I = 0,50 x (L1/L0) + 0,5
Waarbij :
I : de indexformule
L1/L0 : de verhouding tussen de geraamde index van de eenheidsloonkosten op het einde van het desbetreffende begrotingsjaar en de index van de eenheidsloonkosten op het einde van begrotingsjaar 2009. "
Art.21. Aan artikel 340sexies, § 1, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 22 december 1999, vervangen bij het decreet van 29 juni 2007 en gewijzigd bij het decreet van 18 december 2009, wordt een vijfde lid toegevoegd, dat luidt als volgt :
" Voor het begrotingsjaar 2012 wordt het bedrag, vermeld in het tweede lid, geïndexeerd aan de hand van de volgende indexformule :
0,8 x (Ln/L07) + 0,2 waarbij :
- Ln/L07 gelijk is aan de verhouding tussen de geraamde index van de eenheidsloonkosten op het einde van het betrokken begrotingsjaar en de index van de eenheidsloonkosten op het einde van het begrotingsjaar 2007 ".
Art.22. Aan artikel 2, § 3, van het decreet van 20 februari 2009 betreffende de Hogere Zeevaartschool, gewijzigd bij het decreet van 18 december 2009, wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt :
" Voor het begrotingsjaar 2012 worden de bedragen vermeld in paragraaf 2 van dit artikel binnen de perken van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap geïndexeerd aan de hand van de indexeringsformule vermeld in artikel 9, § 5, tweede lid, van het decreet van 14 maart 2008 betreffende de financiering van de werking van de hogescholen en de universiteiten in Vlaanderen. "
Art.23. Aan artikel 9, § 5, van het decreet van 14 maart 2008 betreffende de financiering van de werking van de hogescholen en de universiteiten in Vlaanderen, toegevoegd bij het decreet van 18 december 2009, wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt :
" In afwijking van het bepaalde in het eerste lid worden voor het begrotingsjaar 2012 de bedragen vermeld in paragraaf 3 en paragraaf 4, geïndexeerd aan de hand van de volgende formule : 80 % van de bedragen volgen de evolutie van de gezondheidsindex ".
Art.24. Aan artikel 9, § 7, van hetzelfde decreet, toegevoegd bij het decreet van 18 december 2009, wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt :
" Voor het begrotingsjaar 2012 worden de indexeringsbepalingen opgenomen in de artikelen 9, § 6, 13, § 3, laatste lid, 28, § 4, eerste lid, 30, § 2, laatste lid, 31, § 3, 35, § 6, tweede lid, 38, § 1, tweede lid, 39, § 3, 40, laatste lid, 42, laatste lid, 42ter, § 3, en 43, § 3, toegepast overeenkomstig de bepaling in artikel 9, § 5, tweede lid ".
Art.25. Aan artikel 140ter, § 2, van het decreet van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, ingevoegd bij het decreet van 21 december 1994 en vervangen bij het decreet van 18 december 2009, wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt :
" Voor het begrotingsjaar 2012 worden de in paragraaf 1 vermelde bedragen, binnen de perken van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap, geïndexeerd aan de hand van de volgende indexformule :
I = 0,50 x (L1/L0) + 0,5 waarbij :
I : de indexformule.
L1/L0 : de verhouding tussen de geraamde index van de eenheidsloonkosten op het einde van het desbetreffende begrotingsjaar en de index van de eenheidsloonkosten op het einde van begrotingsjaar 2007 ".
Art.26. In artikel 169quater, § 7, vijfde lid, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 20 april 2001 en het laatst gewijzigd bij het decreet van 18 december 2009, worden de woorden " artikel 130 van dit decreet " vervangen door de woorden " artikel 9, § 5, van het decreet van 14 maart 2008 betreffende de financiering en de werking van de hogescholen en de universiteiten in Vlaanderen ".
Art.27. Aan artikel 169quater, § 7, van hetzelfde decreet, ingevoegd bij het decreet van 20 april 2001 en het laatst gewijzigd bij het decreet van 18 december 2009, wordt een tiende lid toegevoegd, dat luidt als volgt :
" Voor het begrotingsjaar 2012 worden de bedragen, binnen de perken van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap, geïndexeerd aan de hand van de indexeringsformule vermeld in artikel 9, § 5, tweede lid, van het decreet van 14 maart 2008 betreffende de financiering van de werking van de hogescholen en de universiteiten in Vlaanderen. "
Art.28. Aan artikel 15, § 5, van het decreet van 18 mei 1999 betreffende sommige instellingen van openbaar nut voor postinitieel onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke dienstverlening, gewijzigd bij de decreten van 22 december 2006, 29 juni 2007, 4 juli 2008 en 1 juli 2011, wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt :
" Voor het begrotingsjaar 2012 worden de bedragen vermeld in paragraaf 2, paragraaf 3 en paragraaf 3bis van dit artikel, binnen de perken van de begroting van de Vlaamse Gemeenschap, geïndexeerd aan de hand van de indexeringsformule vermeld in artikel 9, § 5, tweede lid, van het decreet van 14 maart 2008 betreffende de financiering van de werking van de hogescholen en de universiteiten in Vlaanderen ".
HOOFDSTUK 3. - Fonds voor de uitvoering van EU-projecten en bijzondere opdrachten
Art.29.§ 1. Bij het Departement Werk en Sociale Economie wordt een fonds [1 als vermeld in artikel 15, § 2, van de Vlaamse Codex Overheidsfinanciën van 29 maart 2019]1, opgericht voor aanwending van de betaling van lonen, salarissen, andere vergoedingen die uit de arbeidsverhouding kunnen voortvloeien, werkingskosten en investeringskosten ten behoeve van personeelsleden van het Departement Werk en Sociale Economie, dan wel verschuldigd aan derden wegens de tewerkstelling van dergelijke personeelsleden, die op projectbasis en steunend op Europese cofinanciering worden aangeworven, alsmede voor de aanwending van de betaling van andere toegestane projectuitgaven, waaronder de niet-recurrente uitgaven met betrekking tot de bijzondere opdrachten van het Departement Werk en Sociale Economie.
§ 2. Aan het fonds worden toegewezen alle ontvangsten van middelen uit Europese, Vlaamse of andere bron die ter (co)financiering van de lonen, salarissen, andere vergoedingen, werkingskosten en investeringskosten alsmede andere toegestane projectuitgaven, waaronder de niet-recurrente uitgaven met betrekking tot de bijzondere opdrachten van het Departement Werk en Sociale Economie, vermeld in paragraaf 1, worden aangeboden of toegekend.
§ 3. De middelen van het fonds, vermeld in paragraaf 1, dienen uitsluitend aangewend te worden voor de betaling van de lonen, de salarissen, de voormelde andere vergoedingen, de werkingskosten en de investeringskosten, alsmede de andere toegestane projectuitgaven, waaronder de niet-recurrente uitgaven met betrekking tot de bijzondere opdrachten van het Departement Werk en Sociale Economie, vermeld in paragraaf 1.
----------
(1)<DVR 2019-03-29/45, art. 151, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2020>
HOOFDSTUK 4. - Besparing index werking beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
Art.30. In artikel 78 van het decreet van 23 december 2010 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2011, vervangen bij het decreet van 23 december 2011, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in paragraaf 1 worden tussen de woorden " de sprong in augustus 2010 " en de woorden " niet verrekend " de woorden " en de sprong in januari 2012 " ingevoegd;
2° aan paragraaf 2 worden de woorden " en 2012 " toegevoegd;
3° aan paragraaf 3 wordt een streepje toegevoegd, dat luidt als volgt :
" - de tussenkomsten voor individuele materiële bijstand ".
HOOFDSTUK 5. - Stadsvernieuwingsprojecten
Art.31. Artikel 7 van het decreet van 22 maart 2002 houdende de ondersteuning van stadsvernieuwingsprojecten wordt vervangen door wat volgt :
" Art. 7. De op de begroting vanaf het begrotingsjaar 2012 aangerekende en door de Vlaamse Regering goedgekeurde projecten ontvangen een toelage. De Vlaamse Regering bepaalt het bedrag van de toelage. ".
HOOFDSTUK 6. - Belasting op de inverkeerstelling op grond van milieukenmerken
Art.32. In artikel 97quater van het Wetboek van de met inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen wordt de zin " Het percentage in de onderstaande tabel wordt toegepast volgens de term LC in de formules vermeld in artikel 97quater; " vervangen door de zin " De factor LC in de formule vermeld in artikel 97ter is gelijk aan het met de ouderdom overeenstemmende percentage in onderstaande tabel. ".
HOOFDSTUK 7. - Slotbepalingen
Art. 33. Dit decreet treedt in werking op 1 januari 2012, met uitzondering van :
- artikel 26 dat uitwerking heeft met ingang van 1 januari 2008;
- artikel 31 dat in werking treedt op 1 mei 2012;
- artikel 32 dat in werking treedt op 1 maart 2012.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 1 juni 2012.
De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Economie, Buitenlands Beleid, Landbouw en Plattelandsbeleid,
K. PEETERS
De Vlaamse minister van Innovatie, Overheidsinvesteringen, Media en Armoedebestrijding,
I. LIETEN
De Vlaamse minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand,
G. BOURGEOIS
De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin,
J. VANDEURZEN
De Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken,
H. CREVITS
De Vlaamse minister van Energie, Wonen, Steden en Sociale Economie,
F. VAN DEN BOSSCHE
De Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur,
J. SCHAUVLIEGE
De Vlaamse minister van Onderwijs, Jeugd, Gelijke Kansen en Brussel,
P. SMET
De Vlaamse minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport,
Ph. MUYTERS