Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

15 JULI 2011. - Besluit van de Vlaamse Regering tot toekenning van een subsidie aan de geselecteerde projecten naar aanleiding van de experimentenoproep 'wonen-welzijn'(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 16-08-2011 en tekstbijwerking tot 28-03-2017)



Inhoudstafel:


Art. 1-11



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2014035760 



Artikels:

Artikel 1.De naar aanleiding van de experimentenoproep geselecteerde 11 projecten, genoemd en beschreven in de projectfiches die toegevoegd worden als [1 bijlage]1 bij dit besluit, starten op 1 september 2011 en eindigen ten laatste op 31 augustus [1 2015]1.
  Aan de geselecteerde projecten wordt, gedurende hun looptijd en binnen de perken van de begroting, een jaarlijkse subsidie toegekend als tegemoetkoming in de personeels- en werkingskosten.
  De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is gemachtigd om, binnen de perken van de begroting en de bepalingen van dit besluit en de bepalingen en bedragen opgenomen in de als [1 bijlage]1 bij dit besluit gevoegde projectfiches, de jaarlijkse subsidies toe te kennen aan de begunstigden. Deze delegatie geldt, in afwijking van artikel 7, 2°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 juli 2009 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, ook voor de subsidies die meer bedragen dan 150.000 euro.
  ----------
  (1)<BVR 2014-05-09/33, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 31-08-2014>

Art.2. De subsidie voor de projecten wordt verleend om een kwaliteitsvolle, duurzame en sociale huisvesting voor kwetsbare doelgroepen te realiseren, waarbij minimaal één van de onderstaande doelstellingen wordt gerealiseerd :
  1° de preventie van uithuiszetting;
  2° de doorstroom verbeteren tussen het zorgaanbod en het zelfstandig wonen in de sociale huisvesting;
  3° de instroom verbeteren van kwetsbare doelgroepen in de sociale huisvesting;
  4° de uitbouw van unieke sociale woonconcepten met begeleiding voor specifieke doelgroepen.
  In elk project richten de samenwerkende partners van respectievelijk wonen en welzijn zich tot één of meer van volgende kwetsbare doelgroepen :
  1° ex-gedetineerden;
  2° (ex-)psychiatrische patiënten;
  3° thuislozen;
  4° personen met een verstandelijke handicap;
  5° personen met een verslavingsproblematiek;
  6° maatschappelijk kwetsbare jongvolwassenen;
  7° kwetsbare ouderen.
  De projecten worden uitgevoerd conform de projectfiche. Elke fiche vermeldt onder andere het doel van het project, het te bereiken eindresultaat, de actoren die bij het project betrokken zijn, op welke wijze en onder welke voorwaarden het project wordt uitgevoerd en welke middelen waarvoor worden ingezet.

Art.3.Binnen de perken van de begroting gelden voor de subsidiëring van de projecten volgende modaliteiten : een voorschot van [1 80 %]1 van de subsidie wordt uitbetaald in de maand september van elk werkingsjaar; het resterende saldo van [1 20 %]1 wordt uitbetaald nadat de begunstigde een financieel verslag over het verlopen werkingsjaar, met name de periode 1 september tot 31 augustus, heeft ingediend, uiterlijk twee maanden na het aflopen van het werkingsjaar, en nadat dit door het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin is gecontroleerd en goedgekeurd.
  [1 Daarnaast worden door de begunstigde twee inhoudelijke tussentijdse verslagen en een eindverslag ter controle ingediend. Het eerste tussentijdse verslag wordt ingediend voor het moment waarop het project anderhalf jaar loopt, het tweede tussentijdse verslag wordt ingediend voor het moment waarop het project drie jaar loopt. Ten laatste twee maanden voor het aflopen van het project wordt het eindverslag ingediend.]1
  Tijdens de controle, vermeld in het eerste en tweede lid, wordt nagegaan of aan de bepalingen van dit besluit is voldaan en of het project is uitgevoerd conform de projectfiche.
  ----------
  (1)<BVR 2014-05-09/33, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 31-08-2014>

Art.4.§ 1. Het inhoudelijke verslag bevat minimaal :
  1° een verslag van de bereikte resultaten en, in voorkomend geval, de redenen waarom de resultaten niet of slechts gedeeltelijk gehaald werden;
  2° een omschrijving van de doorlopen processen om de resultaten te bereiken;
  3° een planning voor de verdere aanpak in het licht van de te bereiken resultaten;
  4° suggesties tot aanpassing van de regelgeving.
  § 2. Het financiële verslag bevat :
  1° een overzicht van de inkomsten en uitgaven, uitgezonderd de investeringskost zoals in de projectaanvraag bepaald;
  2° de oorsprong, de omvang en de besteding van de eventuele middelen die verkregen worden buiten dit besluit en die aangewend worden om de activiteiten te realiseren;
  3° een voor waar en echt verklaarde schuldvordering en de bijbehorende genummerde bewijsstukken om de aanwending van de subsidie te staven;
  4° indien van toepassing, een afschrijvingstabel met de lopende en nieuwe afschrijvingen.
  § 3. Zowel de inhoudelijke als de financiële verslagen worden ondertekend door de initiatiefnemer en alle partners die het project mee onderschreven hebben. Het financieel verslag wordt in tweevoud bezorgd aan het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin. Het inhoudelijk verslag wordt in tweevoud bezorgd aan het Departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin en [1 het Departement Omgeving]1.
  De begunstigde is finaal verantwoordelijk voor de staving van het financiële verslag ten aanzien van de Vlaamse overheid.
  ----------
  (1)<BVR 2017-02-24/16, art. 194, 003; Inwerkingtreding : 01-04-2017>

Art.5. Als de bewijsstukken, vermeld in artikel 4, het volledig toegekende subsidiebedrag niet verantwoorden, dan zal het bedrag naar verhouding worden verminderd en, in voorkomend geval, het te veel betaalde voorschot worden teruggevorderd.
  Als blijkt dat het project niet wordt of niet is uitgevoerd conform de projectfiche, vermeld in artikel 1, dan zal het subsidiegedrag naar verhouding worden verminderd en, in voorkomend geval, het te veel betaalde voorschot worden teruggevorderd.

Art.6. Een daartoe gemachtigde ambtenaar van de Vlaamse overheid of van het Rekenhof kan de bewijsstukken op elk moment ter plaatse opvragen om de aanwending van de subsidie te controleren.

Art.7.De begunstigden en hun projectpartners [1 worden]1 geacht te participeren aan eventuele communicatie-initiatievenmet betrekking tot de projecten van de experimentenoproep 'wonen-welzijn.'
  ----------
  (1)<BVR 2014-05-09/33, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 31-08-2014>

Art.8. De steun van de Vlaamse overheid moet vermeld worden bij publicaties, presentaties en andere mededelingen met betrekking tot het project.
  De Vlaamse overheid mag, zonder dat ze eventuele kosten moet betalen of aan andere verplichtingen moet voldoen, gebruik maken van logo's, foto's, publicaties, documenten en andere materialen die, al dan niet volledig, in het kader van dit besluit werden ontwikkeld, en waarvan de begunstigde, de rechten bezit.

Art.9. De vorming van een reserve kan, met dien verstande dat ze ten hoogste 10 % kan bedragen van de voor dat jaar toegekende subsidie. Deze mogelijkheid geldt niet voor het laatste werkingsjaar.

Art.10. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2011.

Art. 11. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, en de Vlaamse minister, bevoegd voor de huisvesting, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.