Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

13 NOVEMBER 2011. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 16, eerste lid, 2), en 22, § 3, van de wet van 24 oktober 2011 tot vrijwaring van een duurzame financiering van de pensioenen van de vastbenoemde personeelsleden van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van de lokale politiezones, tot wijziging van de wet van 6 mei 2002 tot oprichting van het fonds voor de pensioenen van de geïntegreerde politie en houdende bijzondere bepalingen inzake sociale zekerheid en houdende diverse wijzigingsbepalingen voor de jaren 2012, 2013 en 2014



Inhoudstafel:


Art. 1-5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. De basispensioenbijdragevoet van het gesolidariseerd pensioenfonds van de RSZPPO, die voor de jaren 2012, 2013 en 2014 verschuldigd is door de besturen die op 31 december 2011 bij het gemeenschappelijk pensioenstelsel van de plaatselijke besturen waren aangesloten, wordt ten belope van 0,50 % voor het jaar 2012 en ten belope van 1,00 % voor de jaren 2013 en 2014 gedekt door een tussenkomst van het reservefonds van dit pensioenstelsel, zoals bedoeld in artikel 4, § 2 van de wet van 24 oktober 2011 tot vrijwaring van een duurzame financiering van de pensioenen van de vastbenoemde personeelsleden van de provinciale en plaatselijke besturen en van de lokale politiezones, tot wijziging van de wet van 6 mei 2002 tot oprichting van het Fonds voor de pensioenen van de geïntegreerde politie en houdende bijzondere bepalingen inzake sociale zekerheid en houdende diverse wijzigingsbepalingen.

Art.2. Onverminderd artikel 1, worden de andere beschikbare reserves zoals bedoeld in artikel 23 van voormelde wet, aangewend om de basispensioenbijdragevoet voor de jaren 2012, 2013 en 2014 te verminderen die werkelijk door de werkgevers moeten worden betaald ten opzichte van de door artikel 18 van voormelde wet voorziene bijdragevoet ten belope van :
  a) 1,00 % voor elk van deze jaren voor de in artikel 18, 1), en in artikel 18, 3), a), van voormelde wet bedoelde besturen;
  b) respectievelijk 0,50 %, 0 % en 0 % voor de in artikel 18, 2), en in artikel 18, 3), b), van voormelde wet bedoelde besturen;
  c) respectievelijk 2,00 %, 3,00 % en 3,00 % voor de in artikel 18, 4), van voormelde wet bedoelde lokale politiezones.

Art.3. Voor elk van de jaren 2012, 2013 en 2014 is het deel van de andere beschikbare reserves zoals bedoeld in artikel 23 van voormelde wet, aangewend om een deel van de aanvullende werkgeversbijdragen te dekken die bepaalde werkgevers verschuldigd zijn voor de individuele responsabilisering, gelijk aan het bedrag voor dat jaar aangewend in toepassing van artikel 2.

Art.4. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2012.

Art. 5. Onze Minister van Sociale Zaken, Onze Minister van Werk, Onze Minister van Pensioenen en Onze Minister van Binnenlandse Zaken, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

  Gegeven te Brussel, 13 november 2011.

  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Sociale Zaken,
  Mevr. L. ONKELINX
  De Minister van Werk,
  Mevr. J. MILQUET
  De Minister van Pensioenen,
  M. DAERDEN
  La Ministre de l'Intérieur,
  Mevr. A. TURTELBOOM