4 MAART 2010. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de vergelijkende examens georganiseerd voor de werving en de overgang naar het hogere niveau van de ambtenaren van de diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap, van de Hoge Raad voor de Audiovisuele sector en van de instellingen voor openbaar nut die onder het sectorcomité XVII ressorteren(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 22-04-2010 en tekstbijwerking tot 01-10-2019)
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en algemene bepalingen
Art. 1-2
HOOFDSTUK II. - Organisatie van vergelijkende wervingsexamens en van vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau
Art. 3-5
HOOFDSTUK III. - De examencommissies voor de vergelijkende wervingsexamens en de vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau
Art. 6-9
HOOFDSTUK IV. - De vergelijkende examens
Afdeling I. - De vergelijkende examens in het algemeen
Art. 10-13
Afdeling II. - De vergelijkende wervingsexamens
Art. 14-23
Afdeling III. - De vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau
Art. 24-31
HOOFDSTUK V. - Wijzigingsbepalingen
Art. 32-33
HOOFDSTUK VI. - Overgangs-, opheffings- en slotbepalingen
Art. 34-39
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en algemene bepalingen
Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de vergelijkende wervingsexamens en de vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau georganiseerd voor de diensten van de Franse Gemeenschap.
Art.2. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° Diensten van de Franse Gemeenschap : de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap, de Hoge Raad voor de Audiovisuele Sector en de instellingen van openbaar nut die onder het Sectorcomité XVII ressorteren;
2° SELOR : het Selectiebureau van de federale overheid;
3° Minister : de Minister van de Regering van de Franse Gemeenschap belast met de Ambtenarenzaken;
4° Secretaris-generaal : de Secretaris-generaal van het Ministerie van de Franse Gemeenschap;
5° Leidend ambtenaar : de leidend ambtenaar van de Hoge Raad voor de Audiovisuele Sector of de leidend ambtenaar van een instelling van openbaar nut die onder het Sectorcomité XVII ressorteert;
6° Personen met een handicap : personen die aan de voorwaarden beantwoorden van artikel 2 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 21 december 2000 betreffende de tewerkstelling van gehandicapten in de Diensten van de Regering en in sommige instellingen van openbaar nut die onder de Franse Gemeenschap ressorteren;
7° De Afgevaardigd bestuurder van SELOR : de Afgevaardigd bestuurder van SELOR of de ambtenaar van de diensten van SELOR aan wie de Afgevaardigd bestuurder van SELOR de uitoefening van zijn bevoegdheden heeft toevertrouwd.
HOOFDSTUK II. - Organisatie van vergelijkende wervingsexamens en van vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau
Art.3. De Afgevaardigd bestuurder van SELOR organiseert de vergelijkende wervingsexamens en de vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau.
De organisatie van vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau voor de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap, alsook de organisatie van de vergelijkende wervingsexamens en de vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau voor de Hoge Raad voor de Audiovisuele sector en de instellingen van openbaar nut die onder het Sectorcomité XVII ressorteren en de prerogatieven die daartoe toegekend worden door dit besluit aan de Afgevaardigd bestuurder van SELOR, kunnen evenwel door hem, geheel of gedeeltelijk, toevertrouwd worden aan de Secretaris-generaal of aan de leidende ambtenaren, ieder wat betreft de diensten die hij leidt.
De delegatie van de organisatie van een vergelijkend examen voor overgang naar het hogere niveau aan de Secretaris-generaal of aan een leidend ambtenaar kan ook gebeuren wanneer de organisatie van het vergelijkend examen zowel de diensten van het Ministerie van de Franse Gemeenschap als de andere diensten die onder het Sectorcomité XVII ressorteren, betreft.
De Afgevaardigd bestuurder van SELOR kan nochtans slechts de organisatie van deze vergelijkende wervingsexamens of vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau aan de Secretaris-generaal of aan een leidend ambtenaar toevertrouwen als de Minister erom vraagt of hem voorafgaandelijk zijn toestemming verleent.
Met de toestemming van de Minister kunnen slechts de vergelijkende examens of sommige proeven gezamenlijk georganiseerd worden met andere federale of gefedereerde openbare besturen.
Op hun verzoek deelt de Afgevaardigd bestuurder van SELOR de diensten bedoeld in artikel 1 voor wie een vergelijkend wervingsexamen georganiseerd wordt, de informatie mee die bezorgd wordt door de kandidaten voor een betrekking in de diensten bedoeld in artikel 1, alsook het resultaat van elke proef waaruit het programma van het vergelijkend examen bestaat.
In het kader van de oproepen tot kandidaten licht SELOR de kandidaten in over de opname van hun persoonlijke gegevens zowel door SELOR als, in voorkomend geval, door de diensten bedoeld in artikel 1.
Art.4. § 1. De Afgevaardigd bestuurder van SELOR :
1. wijst de leden van de examencommissie aan;
2. bepaalt de termijn waarin de inschrijvingen ontvankelijk zijn;
3. bepaalt de datum en de plaats van het vergelijkend examen;
4. stelt de lijst van de kandidaten vast en roept ze op;
5. maakt het proces-verbaal op dat de rangschikking van de geslaagde kandidaten bepaalt.
§ 2. Wanneer de Afgevaardigd bestuurder van SELOR zijn bevoegdheden aan een algemeen ambtenaar toevertrouwd heeft met toepassing van het tweede lid van artikel 3, wordt het proces-verbaal van het vergelijkend examen van een visum voorzien door de Afgevaardigd bestuurder van SELOR om de regelmatigheid van het vergelijkend examen na te kijken.
De ambtenaar-generaal bedoeld in het vorige lid oefent in dit geval dezelfde prerogatieven uit als deze bedoeld in § 1 in het kader van de delegatie die hem aldus toevertrouwd werd.
Wanneer deze delegatie de bevoegdheid inhoudt om de leden van de examencommissie aan te wijzen, wordt deze aanwijzing nochtans onderworpen aan de toestemming van de Afgevaardigd bestuurder van SELOR.
Art.5. De Afgevaardigd bestuurder van SELOR stelt het selectiereglement van de vergelijkende examens vast en zorgt voor de bekendmaking en de toepassing ervan.
HOOFDSTUK III. - De examencommissies voor de vergelijkende wervingsexamens en de vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau
Art.6.De examencommissies voor de vergelijkende wervingsexamens en de vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau zijn samengesteld uit :
1° een voorzitter, die de Afgevaardigd bestuurder van SELOR of een ambtenaar-generaal bedoeld in artikel 3, tweede lid, is in het geval dat de Afgevaardigd bestuurder van SELOR hem de organisatie van het vergelijkend examen heeft gedelegeerd overeenkomstig dezelfde bepaling;
2° ten minste twee bijzitters.
De voorzitter en beide bijzitters zijn stemgerechtigd.
De voorzitter van de examencommissie kan plaatsvervangende bijzitters aanwijzen.
[1Indien noodzakelijk, namelijk wanneer er een groot aantal kandidaten is of om redenen van tijdsbeheer, kan de samenstelling van de examencommissie, met inbegrip van de voorzitter, variëren, mits de organisatie van het selectieproces in een aantal richtlijnen voorziet die een zekere mate van eenheid in de beoordeling van de kandidaten moeten garanderen, zoals de benoeming van werkende en plaatsvervangende leden voor de start van de examens, de opvolging van de gezamenlijke opleiding van de leden van de examencommissie, het vooraf opstellen van een bekwaamheidsrooster, enz. ]1
----------
(1)<BFG 2019-04-24/19, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 11-10-2019>
Art.7.De werkende en plaatsvervangende bijzitters van de examencommissies voor de vergelijkende wervingsexamens en voor de vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau zijn :
1° voor de graden van niveau 1 : de [1personeelsleden die, in welke hoedanigheid dan ook, een ambt bekleden van ]1 rang 10, in dienstactiviteit of in ruste gesteld, of die titularis zijn van de graad van selectieadviseur bij SELOR of de leden van het onderwijzend personeel van het universitair onderwijs of van het hoger onderwijs van het lange type, in dienstactiviteit of in ruste gesteld;
2° voor de graden van niveau 2+ : de [1 personeelsleden die, in welke hoedanigheid dan ook, een ambt bekleden van ]1 rang 27, in dienstactiviteit of in ruste gesteld, of de leden van het onderwijzend personeel van het hoger onderwijs in het algemeen, in dienstactiviteit of in ruste gesteld;
3° voor de graden van niveau 2 : de [1 personeelsleden die, in welke hoedanigheid dan ook, een ambt bekleden van ]1 van rang 22, in dienstactiviteit of in ruste gesteld, of de leden van het onderwijzend personeel van het hoger secundair onderwijs of van het hoger onderwijs van het korte type, in dienstactiviteit of in ruste gesteld;
4° voor de graden van niveau 3 : de [1 personeelsleden die, in welke hoedanigheid dan ook, een ambt bekleden van ]1 rang 22, in dienstactiviteit of in ruste gesteld of de leden van het onderwijzend personeel van het lager onderwijs of van het lager technisch of beroepssecundair onderwijs, in dienstactiviteit of in ruste gesteld.
De bijzitters bedoeld in het eerste lid moeten ofwel tot de diensten van de Federale Staat, van de Regeringen van de Gemeenschap en het Gewest, van de Colleges van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschapscommissie behoren, alsook tot deze van de publiekrechtelijke rechtspersonen die ervan afhangen, ofwel tot de onderwijsinrichtingen van de Franse Gemeenschap of tot de onderwijsinrichtingen die door de Franse Gemeenschap worden gesubsidieerd of erkend.
Bovendien moeten ze zich kunnen beroepen op een dienstanciënniteit van [1 4 jaar of minder]1 binnen één of meer van deze diensten of deze inrichtingen.
----------
(1)<BFG 2019-04-24/19, art. 2, 006; Inwerkingtreding : 11-10-2019>
Art.8. De kandidaten mogen, voorafgaandelijk aan de organisatie van de proef, kennis nemen van de samenstelling van de examencommissie ten zetel van SELOR en, in voorkomend geval, ten zetel van de overheid aan wie de Afgevaardigd bestuurder van SELOR zijn organiserende bevoegdheid heeft toevertrouwd.
Art.9. § 1. Voor elk vergelijkend examen kan de voorzitter van de examencommissie de leden ervan verdelen in afdelingen die met de proeven belast worden, rekening houdend met de bijzondere bevoegdheden van die leden. Elke afdeling bevat ten minste twee leden van de examencommissie.
De afdeling kan slechts beslissen en beraadslagen als de voorzitter en ten minste één van de leden van de afdeling die het gedeelte van het vergelijkend examen of de proef hebben afgenomen, aanwezig zijn.
De voorzitter van de examencommissie stelt een huishoudelijk reglement vast.
§ 2. De voorzitter van de examencommissie kan de examencommissie of de afdeling aangewezen overeenkomstig § 1, eerste lid, in groepen van examinatoren onderverdelen.
Om de kandidaten te evalueren moet elke groep ten minste uit twee leden samengesteld zijn.
HOOFDSTUK IV. - De vergelijkende examens
Afdeling I. - De vergelijkende examens in het algemeen
Art.10. De programma's van de vergelijkende examens moeten het mogelijk maken na te gaan of de bekwaamheid van de kandidaten overeenstemt met het niveau van de te verlenen graad.
Art.11. Elke kandidaat die zich voor een vergelijkend examen inschrijft, krijgt hiervan op zijn aanvraag het reglement.
Art.12. De vergelijkende examens worden georganiseerd volgens één of meer nadere regels die hierna volgen : mondeling, schriftelijk, met behulp van gestandaardiseerde of computergestuurde vragenlijsten.
Elk vergelijkend examen of elke proef van het vergelijkend examen kan aangevuld worden met of bestaan uit psychotechnische proeven of met één of meer praktische oefeningen.
De psychotechnische proeven worden georganiseerd volgens één of meer nadere regels opgesomd in het eerste lid.
Art.13.De mondelinge proef wordt in elk geval afgenomen in aanwezigheid van ten minste twee bijzitters, alsook in aanwezigheid van [1 een voorzitter van de examencommissie]1.
----------
(1)<BFG 2019-04-24/19, art. 3, 006; Inwerkingtreding : 11-10-2019>
Afdeling II. - De vergelijkende wervingsexamens
Art.14.§ 1. De vergelijkende wervingsexamens die georganiseerd worden met de bedoeling een vooraf bepaald aantal betrekkingen toe te kennen of een vooraf bepaald aantal geslaagde kandidaten tot de stage toe te laten, worden vergelijkende wervingsexamens met inzet genoemd.
De vergelijkende wervingsexamens die georganiseerd worden met de bedoeling een wervingsreserve aan te leggen, worden vergelijkende wervingsexamens met aanlegging van een reserve genoemd.
§ 2. De Afgevaardigd bestuurder van SELOR kondigt elk vergelijkend wervingsexamen aan met een bericht ingevoegd in het Belgisch Staatsblad, op de website van SELOR en, bovendien, met elk ander middel van bekendmaking dat hij aangepast vindt.
Het bericht vermeldt ten minste de algemene voorwaarden en, in voorkomend geval, de bijzondere voorwaarden waaraan de kandidaten moeten beantwoorden om vast benoemd te kunnen worden, alsook de datum waaraan de voorwaarden vervuld moeten worden. Gaat het om een vergelijkend wervingsexamen met inzet dan vermeldt het ook het aantal toe te kennen betrekkingen of het aantal stagiairs die in aanmerking kunnen komen.
Het bericht bevat bovendien de vermeldingen voorgeschreven in artikel 19, § 1, eerste en tweede lid.
§ 3. De persoon met een handicap kan zich laten kennen aan SELOR bij zijn inschrijving voor een vergelijkend wervingsexamen. Hij kan bij deze gelegenheid aan SELOR vragen om het voordel te kunnen genieten van redelijke aanpassingen bij zijn deelneming aan het vergelijkend wervingsexamen.
Voor elk vergelijkend wervingsexamen wordt, naast de lijst van de geslaagden bedoeld in artikel 20, § 2, van dit besluit, een bijzondere lijst opgesteld voor de personen met een handicap die geslaagd zijn. Deze personen worden er enkel in opgenomen op hun aanvraag.
In afwijking van artikel 23, § 2, eerste lid blijven de personen met een handicap die opgenomen zijn in de bijzondere lijst bedoeld in het tweede lid hun rangschikking behouden tijdens vier jaar vanaf de datum van het proces-verbaal van het vergelijkend examen.
De Minister of de Secretaris-generaal of de leidend ambtenaar aan wie hij deze bevoegdheid heeft gedelegeerd kan, na raadpleging van de Afgevaardigd bestuurder van SELOR, de geldigheidsduur van een bestaande reserve met één jaar verlengen indien de behoeften van de diensten dit rechtvaardigen.
§ 4. Onder de geslaagden voor twee of meer vergelijkende wervingsexamens, wordt voorrang verleend aan de geslaagden voor het vergelijkend examen waarvan het proces-verbaal op de verst afgelegen datum afgesloten is.
[1 In afwijking van de vorige alinea, kan het recht op voorrang van geslaagde kandidaten van de oudste reserve niet langer worden ingeroepen wanneer de geldigheidsduur van die reserve verlengd werd, ten nadele van de kandidaat die zich in nuttige volgorde bevindt in een latere reserve, wanneer de laatstgenoemde kandidaat een contractueel personeelslid voor onbepaalde duur is met een positieve beoordeling in toepassing van het besluit van 15 april 2014 betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden van de Regeringsdiensten van de Franse Gemeenschap, van de Hoge Raad voor de Audiovisuele Sector en van de instellingen voor openbaar nut die onder het comité van sector XVII ressorteren. De Minister of de secretaris-generaal of de hoge ambtenaar aan wie hij dit gezag heeft gedelegeerd, benoemt de geslaagde kandidaat in de betrekking die hij bekleedt, in de graad van aanwerving.]1
----------
(1)<BFG 2019-04-24/19, art. 4, 006; Inwerkingtreding : 11-10-2019>
Art.15. Voor elk vergelijkend examen informeert de Minister of de Secretaris-generaal of de leidend ambtenaar aan wie hij deze bevoegdheid heeft gedelegeerd, de Afgevaardigd bestuurder van SELOR over het ambtsprofiel dat overeenstemt met de toe te kennen betrekkingen.
Ofwel is het ambt algemeen ten opzichte van het niveau van de toe te kennen graad, ofwel is het ambt specifiek.
Het ambt is algemeen wanneer het vergelijkend examen open is aan alle kandidaten die aan de minimale voorwaarden beantwoorden om aangeworven te worden in het bedoelde niveau.
Het ambt is specifiek wanneer bijzondere bekwaamheden of kwalificaties vereist worden.
Art.16. Voor de algemene ambten bepaalt de Minister of de Secretaris-generaal of de leidend ambtenaar aan wie hij deze bevoegdheid heeft gedelegeerd, na overleg met de Afgevaardigd bestuurder van SELOR, het programma van het vergelijkend wervingsexamen.
Onder voorbehoud van de toepassing van artikel 19, § 1, bevatten de programma's van de vergelijkende examens die voor de algemene ambten opgesteld worden, een enkele proef.
De voor de proef behaalde punten bepalen de rangschikking.
Art.17. § 1. Voor de specifieke ambten bepaalt de Minister of de Secretaris-generaal of de leidend ambtenaar aan wie hij deze bevoegdheid heeft gedelegeerd, na overleg met de Afgevaardigd bestuurder van SELOR :
1° de beschrijving van het ambt voor de toe te kennen betrekking en de vereiste kwalificatie voor de aan te werven ambtenaren;
2° het programma van het vergelijkend wervingsexamen.
Na overleg met de Afgevaardigd bestuurder van SELOR kan de Minister of zijn afgevaardigde bovendien :
1° bijzondere selectievoorwaarden opleggen wanneer het ambtsprofiel het vereist;
2° de diploma's bepalen die toegang geven tot het specifieke ambt waarvoor de proef georganiseerd wordt;
3° voor een bepaalde proef bijzondere voorwaarden voor verworven beroepsvaardigheden opleggen die bestaan in praktische kennis of in de uitoefening van een vorige activiteit wanneer zulke voorwaarden door het ambtsprofiel vereist worden.
§ 2. De oproep tot kandidaten kan de volgende aanvraag bevatten : de bezorging van een curriculum vitae of het terugsturen van een formulier waarbij de te verschaffen inlichtingen bepaald worden in verband met het ambt.
Art.18.[1 § 1.]1 Wanneer in graden van eenzelfde rang of van verschillende rangen aangeworven wordt volgens programma's waarin, gedeeltelijk, dezelfde vakken voorkomen, kan de Afgevaardigd bestuurder van SELOR een globaal vergelijkend wervingsexamen organiseren bestaande eensdeels uit de gemeenschappelijke examengedeelten of - vakken voor al die graden, en anderdeels uit de eigen examengedeelten of - vakken voor elk van de betrokken graad.
In dat geval dienen de kandidaten zich slechts éénmaal in te schrijven en vermelden bij hun inschrijving de graad (en) waarnaar zij mededingen.
Wanneer het programma hetzelfde is voor verschillende graden, wordt voor het vergelijkend examen slechts één rangschikking opgemaakt. Wanneer het programma betreffende een bepaald ambt, buiten de gemeenschappelijke vakken, eigen vakken omvat, wordt voor die graad een afzonderlijke rangschikking opgemaakt.
De geslaagden die in verschillende rangschikkingen opgenomen zijn, maken op een benoeming aanspraak op grond van elke rangschikking.
[1 § 2. [2 Wanneer de proef bedoeld in artikel 16 of één van de proeven geprogrammeerd met toepassing van artikel 17 ten doel heeft de generieke vaardigheden van de kandidaten te beoordelen door toepassing van module 1 zoals bepaald door SELOR, behoudt de kandidaat die geslaagd is voor module 1 van een vergelijkend examen van hetzelfde niveau het genot van het slagen voor elk vergelijkend examen van hetzelfde niveau dat open staat aan de kandidaten in de drie jaar volgend op de datum van de bekendmaking aan de kandidaat van het slagen voor deze proef.
De kandidaat die deelneemt aan de generieke screening van een wervingsexamen zonder ervoor te slagen wordt automatisch uitgesloten van de lijst van kandidaten die in aanmerking komen voor eender welk vergelijkend examen van hetzelfde of een hoger niveau, waarbij hun programma in de generieke screening geïntegreerd wordt en waarvan het afsluiten van de inschrijvingen binnen 6 maanden na de bekendmaking van de mislukking aan de kandidaat gebeurt.".
De kandidaat die, met toepassing van de voorwaarden voor deelname aan een examen georganiseerd door Selor voor rekening van andere federale of gefedereerde administraties, zich beroepen kan op het slagen voor de generieke screening of die tijdelijk wordt uitgesloten onder dezelfde voorwaarden als die bedoeld in de eerste en tweede alinea, wordt geacht dat slagen te genieten of het voorwerp uit te maken van die uitsluiting met toepassing van dit besluit]2.]1
----------
(1)<BFG 2017-09-13/09, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 27-10-2017>
(2)<BFG 2019-04-24/19, art. 5, 006; Inwerkingtreding : 11-10-2019>
Art.19.§ 1. In overleg met de Minister of de Secretaris-generaal of de leidend ambtenaar aan wie hij deze bevoegdheid gedelegeerd heeft, kan de Afgevaardigd bestuurder van SELOR, na het afsluiten van de inschrijvingen, wanneer hij van mening is dat het aantal ingeschreven kandidaten het rechtvaardigt, een voorafgaande proef aan het programma van het vergelijkend examen toevoegen.
Dit bericht vermeldt de aard van de voorafgaande proef, het aantal kandidaten die in aanmerking komen voor het vergelijkend examen en, in voorkomend geval, de vak waarop de voorafgaande proef betrekking zal hebben.
Op basis van de resultaten van de voorafgaande proef stelt de examencommissie de lijst op van de kandidaten die in aanmerking komen voor het vergelijkend examen.
Voor de rangschikking van de geslaagden voor het vergelijkend examen wordt geen rekening gehouden met de resultaten behaald voor de voorafgaande proef.
De geslaagden voor een vergelijkend wervingsexamen dat vooraf door SELOR georganiseerd wordt, worden vrijgesteld van de proef bedoeld in het eerste lid, op voorwaarde dat het vereiste diploma waarmee ze zich kandidaat hebben kunnen stellen voor het vergelijkend examen waarvoor ze geslaagd zijn, aan de eis van het diploma beantwoordt om deel te nemen aan het betrokken vergelijkend examen.
§ 2. Voor de vergelijkende examens die georganiseerd moeten worden met toepassing van artikel 17 kan de Minister of de Secretaris-generaal of de leidend ambtenaar aan wie hij deze bevoegdheid heeft gedelegeerd, na overleg met de Afgevaardigd bestuurder van SELOR :
1° een beroep doen op de enige geslaagden van een wervingsreserve die voorafgaandelijk aangelegd wordt met toepassing van artikel 16;
2° die oproep beperken tot een zeker aantal geslaagden met inachtneming van de volgorde van de rangschikking.
§ 3. Wanneer de voorwaarden voor de deelneming aan een vergelijkend examen georganiseerd door de bemiddeling van SELOR voor rekening van andere federale of gefedereerde besturen overeenstemmen met deze van vergelijkende examens georganiseerd voor rekening van de Franse Gemeenschap, kan de Minister of de Secretaris-generaal of de leidend ambtenaar aan wie hij deze bevoegdheid heeft gedelegeerd, een beroep doen, mits toestemming van deze andere besturen, op de geslaagden van de wervingsreserves ontstaan uit deze vergelijkende examens.
[1 [2 ...]2]1
----------
(1)<BFG 2014-04-15/04, art. 18, 003; Inwerkingtreding : 12-06-2014>
(2)<BFG 2019-04-12/10, art. 56, 005; Inwerkingtreding : 09-05-2019>
Art.20.§ 1. De Afgevaardigd bestuurder van SELOR bepaalt het aantal punten dat voor het volledig vergelijkend examen, voor ieder examengedeelte en, voor ieder onderdeel wordt toegekend.
Hij stelt eveneens het minimum aantal punten vast dat voor het volledig vergelijkend examen, voor ieder examengedeelte of voor elk vak afzonderlijk of voor iedere vakkengroep wordt vereist.
§ 2. De eindrangschikking van het vergelijkend examen wordt opgesteld in functie van de behaalde punten of het geheel van de punten.
[1 De afgevaardigd bestuurder van Selor stelt de lijst van geslaagden op in de volgorde van hun rangschikking. De Minister, de Secretaris-Generaal of de hoge ambtenaar aan wie hij deze bevoegdheid heeft gedelegeerd, zorgt voor de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad, tenzij de lijst aan alle kandidaten die aan het vergelijkend examen hebben deelgenomen, wordt meegedeeld]1.
----------
(1)<BFG 2019-04-24/19, art. 6, 006; Inwerkingtreding : 11-10-2019>
Art.21. § 1. Na het afsluiten van het proces-verbaal van het vergelijkend wervingsexamen vergewist de Afgevaardigd bestuurder van SELOR zich ervan dat de geslaagden aan de gestelde eisen voldoen en hij verklaart toegelaten zij die daaraan voldoen.
Wanneer de Afgevaardigd bestuurder van SELOR vaststelt dat een kandidaat tijdens een vergelijkend wervingsexamen aan één van de algemene of bijzondere voorwaarden niet voldoet of niet zal kunnen voldoen voor de vereiste toelating tot de graad waarvoor de betrokkene zich kandidaat heeft gesteld, sluit hij deze uit het vergelijkend examen uit en deelt hij hem zijn beslissing mee.
§ 2. De Afgevaardigd bestuurder van SELOR kan toelaten tot een bepaald vergelijkend examen de studenten die het laatste vereiste studiejaar aflegt om het vereiste diploma of studiegetuigschrift te behalen wanneer de Minister of de Secretaris-generaal of de leidend ambtenaar aan wie hij deze bevoegdheid heeft gedelegeerd, in overleg met de Afgevaardigd bestuurder van SELOR veronderstelt dat de deelnemers niet voldoende talrijk zullen zijn om kandidaten of geslaagden te hebben.
Wanneer gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid bedoeld in het eerste lid worden ook tot dit vergelijkend examen toegelaten de kandidaten die aan de proef met betrekking tot het voorlaatste jaar hebben voldaan en de kandidaten die verklaren dat ze zich voor de examencommissie van hun Gemeenschap zullen aanmelden voor de proef betreffende het laatste jaar.
De geslaagden van deze vergelijkende examens kunnen slechts hun rangschikking laten gelden met het oog op hun benoeming vanaf de dag wanneer ze aan de Afgevaardigd bestuurder van SELOR het vereiste diploma of studiegetuigschrift zullen hebben voorgelegd.
Art.22.§ 1. Voor elke betrekking die toegekend moet worden door oproep tot de geslaagden voor een vergelijkend wervingsexamen wordt een beroep gedaan op de geslaagden in de volgorde van de rangschikking.
§ 2. De geslaagden mogen hun voorkeur voor een bepaalde dienstaanwijzing te kennen geven. Deze voorkeur wordt in aanmerking genomen naar gelang van de mogelijkheden en volgens de volgorde van hun rangschikking.
De geslaagden die hun voorkeur voor één of meer betrekking(en) te kennen geven, verbinden er zich toe de betrekking die hen toegekend wordt te aanvaarden. Zij die, na deze betrekking te hebben aanvaard die hen toegekend wordt onder deze waarvoor ze hun voorkeur te kennen hebben gegeven, weigeren in dienst te treden, worden van de lijst bedoeld in artikel 20, § 2, tweede lid geschrapt.
De geslaagden die, om de redenen bedoeld in artikel 18, tweede lid, van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 22 juli 1996 houdende het statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap, uitstel van indiensttreding vragen, verliezen, bij aanvaarding van hun aanvraag, hun rang in de rangschikking.
§ 3. [1 In afwijking van § 1 kan de Minister of de Secretaris-generaal of de leidend ambtenaar beslissen dat een bijkomend onderhoud met elk van de 3 tot 10 eerste geslaagden die over de bekwaamheden beschikken die overeenstemmen met het ambtsprofiel, georganiseerd zal worden. In dit geval zal het bijkomend onderhoud georganiseerd worden in aanwezigheid van ten minste 3 ambtenaren van ten minste rang 25 waaronder de Afgevaardigd bestuurder van SELOR of zijn vertegenwoordiger. Een van de leden van de examencommissie is afkomstig uit de bevoegde personeelsdienst.]1
[1 In afwijking van het eerste lid, in geval van een bijkomend onderhoud georganiseerd met het oog op een werving voor een betrekking van niveau 1, moeten de leden van de examencommissie van ten minste rang 10 zijn. Nochtans mag het lid van de examencommissie afkomstig uit de bevoegde personeelsdienst van ten minste rang 25 zijn.]1
Met de toestemming van de Afgevaardigd bestuurder van SELOR kan het bijkomende onderhoud georganiseerd worden met een groter aantal kandidaten en/of met een keuze van kandidaten volgens het diploma of de verworven ervaring. [2 In dat geval kan het aanvullende onderhoud worden voorafgegaan door een schriftelijke test die kan leiden tot uitsluiting van de toegang tot het onderhoud.]2
Dit bijkomende onderhoud leidt tot een afzonderlijke rangschikking van de geslaagden.
De deelneming aan dit onderhoud is facultatief.
De geslaagden van het vergelijkend examen die niet aan het onderhoud hebben deelgenomen, de geslaagden van dit onderhoud, alsook de kandidaten die aan dit onderhoud hebben deelgenomen maar die niet ervoor geslaagd zijn, behouden de rangschikking waarvan sprake is in § 1.
Indien de gekozen geslaagde na dit bijkomende onderhoud niet de best gerangschikte kandidaat is dan worden de best gerangschikte kandidaten ingelicht over de redenen van de gemaakte keuze.
[2 Wanneer binnen een jaar na de vaststelling van de in alinea 4 bedoelde rangschikking wordt besloten tot een aanvullend onderhoud voor de selectie voor een functie met hetzelfde profiel, kan de in alinea 1 bedoelde examencommissie, zonder aanvullend onderhoud, naar deze rangschikking verwijzen.
De kandidaat die bij drie opeenvolgende gesprekken een quotering krijgt van minder dan 60% bij een aanvullend onderhoud door in de drie gevallen aan hetzelfde criterium van technische of gedragscompetentie niet te voldoen, komt niet meer in aanmerking om, binnen 6 maanden te rekenen vanaf het laatste proces-verbaal dat hem die quotering gaf, een aanvullend onderhoud af te leggen voor een functie waarvan het profiel een van de criteria omvat waarvoor hij niet geslaagd is. Hij zal niet langer, tijdens dezelfde periode en aan het einde van die periode, zolang hij het verzoek om opnieuw aan dezelfde selectie te mogen deelnemen niet indient, als laureaat met toepassing van alinea 1 worden meegeteld.
De laureaat die zijn aanwezigheid op een aanvullend onderhoud bevestigt en die twee keer na elkaar, zonder voorafgaand verwittigd te hebben, niet verschijnt, komt niet meer in aanmerking voor een dergelijk onderhoud binnen de 6 maanden na de datum van het tweede opeenvolgende verslag waarin staat dat hij afwezig was. Hij zal niet langer, tijdens dezelfde periode en aan het einde van die periode, zolang hij het verzoek om opnieuw aan dezelfde selectie te mogen deelnemen niet indient, als laureaat in de zin van alinea 1 worden meegeteld.]2
[2 § 4. Bij gebrek aan een geschikte kandidaat kunnen arbeidsovereenkomsten worden gesloten met toepassing van het besluit van de regering van de Franse Gemeenschap van 15 april 2014 betreffende de voorwaarden voor de indienstneming en de administratieve en geldelijke toestand van de contractuele personeelsleden van de Regeringsdiensten van de Franse Gemeenschap, van de Hoge Raad voor de Audiovisuele Sector en van de instellingen voor openbaar nut die onder het comité van sector XVII ressorteren.
Op dezelfde contractuele basis kan ook worden voorzien in elke nieuwe functie met hetzelfde functieprofiel die onder dezelfde geografische omstandigheden moet worden vervuld binnen zes maanden na de datum van het proces-verbaal, waarin wordt geconcludeerd dat er geen geschikte kandidaat is.]2
----------
(1)<BFG 2011-08-25/11, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 30-09-2011>
(2)<BFG 2019-04-24/19, art. 7, 006; Inwerkingtreding : 11-10-2019>
Art.23.§ 1. Bij vergelijkend wervingsexamen met inzet worden de geslaagden beschouwd als batig gerangschikt te zijn naar mate van de inzet, zoals bedoeld in artikel 14, § 1.
Het aantal geslaagden van het vergelijkend wervingsexamen met inzet kan hoogstens bepaald worden op het dubbele van het aantal betrekkingen die toegekend moeten worden, waarbij de overtallige geslaagden zullen volgens de volgorde van hun rangschikking de eventuele intrekkingen van laureaten opvullen die in aanmerking komen voor de betrekking.
§ 2. De geslaagden van een vergelijkend wervingsexamen met inzet en de laureaten van een vergelijkend wervingsexamen met aanlegging van een reserve, blijven in de reserve tijdens 2 jaar te rekenen vanaf de datum van het proces-verbaal van het vergelijkend wervingsexamen.
De Minister of de Secretaris-generaal of de leidend ambtenaar aan wie hij deze bevoegdheid heeft gedelegeerd kan, na raadpleging van de Afgevaardigd bestuurder van SELOR, de geldigheidsduur van een bestaande reserve [1 van 3, 6, 9 of 12 maanden]1 verlengen wanneer de behoeften van de diensten het rechtvaardigen.
§ 3. Een proces-verbaal wordt na elke proef opgemaakt.
----------
(1)<BFG 2019-04-24/19, art. 8, 006; Inwerkingtreding : 11-10-2019>
Afdeling III. - De vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau
Art.24. § 1. De vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau worden georganiseerd op aanvraag van de Minister of, indien hij hen deze bevoegdheid heeft gedelegeerd, voor de graden die hij aanduidt, op aanvraag van de Secretaris-generaal of van een leidend ambtenaar.
Ze worden ten minste om de twee jaar voor elk niveau georganiseerd.
§ 2. De vergelijkende examens kunnen voor verschillende diensten van de Franse Gemeenschap, geheel of gedeeltelijk, gelijktijdig georganiseerd worden als het examenprogramma het mogelijk maakt.
§ 3. Indien een vergelijkend examen uit een algemeen gedeelte bestaat, zoals bedoeld in de artikelen 28, §§ 2 en 29 en uit één of meer bijzondere gedeelten, zoals bedoeld in de artikelen 28, § 2 en 29, worden de ambtenaren die geslaagd zijn voor het algemeen gedeelte, op hun aanvraag, van dit gedeelte vrijgesteld wanneer ze later opnieuw deelnemen aan een of meer vergelijkende examens georganiseerd voor eenzelfde graad of een graad die overeenstemt met hetzelfde niveau.
§ 4. De ambtenaren die overgedragen worden tijdens de organisatie van een vergelijkend examen, moeten voor verdere verloop van het vergelijkend examen beschouwd worden als deel uitmakend van de dienst van de Franse Gemeenschap waaronder ze ressorteerden op het ogenblik van de inschrijving voor het vergelijkend examen.
Art.25. De ambtenaren die het minimum van de punten voor elk examen behaald hebben, worden verklaard geslaagd te zijn.
De geslaagden behouden het voordeel van hun goede uitslag zonder beperking in de tijd.
De overgedragen ambtenaren die voldoen aan in hun nieuwe dienst van de Franse Gemeenschap bepaalde benoemingsvoorwaarden, behouden in deze dienst het voordeel van de goede uitslag van het vergelijkend examen of van het examen of van de algemene proef dat georganiseerd werd in hun dienst van herkomst.
Art.26. De geslaagden worden gerangschikt volgens de behaalde punten.
Art.27. § 1. De geslaagden worden bevorderd in de volgorde van hun rangschikking tot de graad waarvoor ze zich kandidaat hebben gesteld en worden toegewezen aan een vacante betrekking van deze graad.
Bij gelijkheid van punten wordt voorrang verleend aan de geslaagde die de hoogste anciënniteit telt.
Indien de geslaagden voor verschillende vergelijkende examens naar dezelfde bevordering verlangen, worden ze gerangschikt volgens de volgorde van de datum van de processen-verbaal van de afsluiting van de vergelijkende examens, te beginnen met de oudste datum en, voor elk vergelijkend examen, in de volgorde van hun rangschikking.
§ 2. De ambtenaren die geslaagd zijn voor het vergelijkend examen alvorens overgedragen te worden of die overgedragen werden tijdens de organisatie van het vergelijkend examen waarvoor ze geslaagd zijn, verliezen voor het vergelijkend examen en ten opzichte van de ambtenaren van hun nieuwe dienst, de voorrang die ze kunnen inroepen overeenkomstig § 1, derde lid; ze worden trouwens onder hen gerangschikt overeenkomstig de bepalingen van datzelfde lid.
Bij overdracht in de zin van deze afdeling wordt verstaan de overdracht van een ambtenaar van een betrekking van één van de personeelsformaties van het Ministerie of van de instellingen van openbaar nut die onder het Sectorcomité XVII ressorteren, naar een betrekking die overeenstemt met zijn graad, zijn categorie en zijn kwalificatiegroep van een andere van deze personeelsformaties.
Art.28. § 1. De vergelijkende examens voor overgang naar niveau 1 bestaan uit een onderhoud uitgaande van een praktijkgeval dat betrekking heeft op het ambt.
Om voor te slagen moeten de kandidaten ten minste 60 % van de punten behalen. De geslaagden worden gerangschikt volgens de behaalde punten.
§ 2. Om toegelaten te worden tot de vergelijkende examens bedoeld in § 1, moeten de kandidaten, onder voorbehoud van de voorwaarden bepaald door hun statuut, in het bezit zijn van vijf brevetten :
- een brevet waaruit blijkt dat de kandidaat geslaagd is voor het gedeelte over de algemene vorming met het oog op de deelneming aan een vergelijkend examen voor overgang naar het niveau 1. De kandidaat die in het bezit is van dit brevet, mag deelnemen aan de gedeelten over bepaalde vakken;
- vier brevetten waaruit blijkt dat de kandidaat geslaagd is voor de gedeelten over de vakken vastgesteld door de dienst van de Franse Gemeenschap waartoe de ambtenaar behoort.
Om een brevet te behalen moeten de kandidaten ten minste 60 % van de punten behalen.
Het voordeel van het behalen van een brevet is definitief verkregen.
§ 3. De proeven met het oog op het behalen van brevetten die de deelneming aan vergelijkende examens voor overgang naar niveau 1 bedoeld in § 1 mogelijk maken, worden ten minste om de twee jaar voor elk vak georganiseerd.
Het onderhoud bedoeld in § 1 wordt ten minste om de twee jaar georganiseerd en kan afzonderlijk van de examens bedoeld in het eerste lid plaatsvinden.
Art.29. De vergelijkende examens voor overgang naar de graden van niveau 2+ of van niveau 2 bevatten twee gedeelten : een algemeen gedeelte en een bijzonder gedeelte.
Enkel de kandidaten die voor het algemeen gedeelte geslaagd zijn, worden toegelaten tot het bijzonder gedeelte.
Het algemeen gedeelte heeft ten doel de algemene vaardigheden van de ambtenaren te beoordelen.
Het bijzonder gedeelte heeft ten doel het volgende te beoordelen : ofwel de algemene opleiding van de kandidaat, ofwel zijn kennis in bepaalde vakken, ofwel de vaardigheden vereist voor de uitoefening van de functie, ofwel verschillende van deze elementen samen.
Art.30. Na het afsluiten van de inschrijvingen kan de Minister of de Secretaris-generaal of de leidend ambtenaar aan wie hij deze bevoegdheid heeft gedelegeerd, in overleg met de Afgevaardigd bestuurder van SELOR, wanneer hij van mening is dat het aantal ingeschreven kandidaten het rechtvaardigt, een voorafgaande proef aan het programma van het vergelijkend examen toevoegen.
Het selectiereglement vermeldt de aard van de voorafgaande proef, het aantal kandidaten die in aanmerking komen voor het vergelijkend examen en, in voorkomend geval, het vak waarop ze betrekking zal hebben.
Op basis van de resultaten van de voorafgaande proef stelt de examencommissie de lijst vast van de kandidaten die in aanmerking komen voor het vergelijkend examen.
Voor de rangschikking van de laureaten van het vergelijkend examen wordt geen rekening gehouden met de resultaten behaald voor de voorafgaande proef.
De kandidaten die zich kunnen beroepen op de goede uitslag van een vergelijkend examen voorafgaand aan een betrekking die op hetzelfde niveau geklasseerd wordt, alsook de ambtenaren bedoeld in artikel 7 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 17 maart 2004 betreffende de opleidingen tijdens de loopbaan van de personeelsleden van de diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap, van de Hoge Raad voor de Audiovisuele Sector en van de instellingen van openbaar nut die onder het Comité van Sector XVII ressorteren, zijn vrijgesteld van de bovenvermelde voorafgaande proef.
Art.31. Voor zover de bepalingen van deze afdeling ervan niet afwijken, zijn de regels ingesteld bij artikel 20 betreffende de vaststelling van de interne organisatie en de nadere regels voor de vergelijkende wervingsexamens, ook van toepassing op de vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau.
HOOFDSTUK V. - Wijzigingsbepalingen
Art.32. Artikel 7 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 17 maart 2004 betreffende de opleidingen tijdens de loopbaan van de personeelsleden van de diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap, van de Hoge Raad voor de Audiovisuele Sector en van de instellingen van openbaar nut die onder het Comité van Sector XVII ressorteren, wordt vervangen als volgt :
" Art. 7. De statutaire personeelsleden van de niveaus 2+, 2 en 3 die geslaagd zijn voor een transversale of specifieke opleiding waarbij zij een diploma krijgen dat hen toegang verleent, binnen de bestuurseenheid waaronder ze ressorteren, tot de werving in de betrekking waarvoor ze zich kandidaat hebben gesteld voor overgang naar het hogere niveau, worden vrijgesteld, op hun aanvraag, van de volgende proeven van de vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau :
- de proeven voor het behalen van de brevetten bedoeld in artikel 28, § 2, tweede streepje, van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 4 maart 2010 betreffende de vergelijkende examens georganiseerd voor de werving en de overgang naar het hogere niveau van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap, van de Hoge Raad voor de Audiovisuele sector en van de instellingen van openbaar nut die onder het Sectorcomité XVII ressorteren waarvoor ze de vrijstelling aanvragen;
- de algemene proef bedoeld in artikel 29 van hetzelfde besluit wanneer deze proef slechts ten doel heeft de algemene opleiding van de kandidaat te beoordelen.
Voor elke proef waarvan ze vrijgesteld zijn met toepassing van het eerste lid, worden de kandidaten geacht het minimale percentage punten te behalen die vereist zijn om ervoor te slagen.
Indien een contractueel personeelslid dat een opleiding bedoeld in het eerste lid gevolgd heeft of volgt, daarna vast benoemd wordt, dan komt hij ook in aanmerking voor de maatregel bedoeld in het eerste lid. "
Art.33. In artikel 8 van hetzelfde besluit wordt een tweede zin toegevoegd, luidend als volgt : " Deze voorwaarde wordt bovendien niet vereist voor de toepassing van artikel 7 ".
HOOFDSTUK VI. - Overgangs-, opheffings- en slotbepalingen
Art.34. Het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het rijkspersoneel wordt opgeheven.
Art.35. De vergelijkende wervingsexamens waarvoor een oproep tot kandidaten gemaakt werd vóór de inwerkingtreding van dit besluit, blijven geregeld bij de bepalingen die van toepassing zijn vóór de inwerkingtreding van dit besluit.
Voor de toepassing van artikel 19, § 2 worden de wervingsreserves die aangelegd worden met toepassing van deze bepalingen, nochtans geacht wervingsreserves te zijn die aangelegd worden met toepassing van artikel 16.
Art.36. De brevetten die behaald worden overeenkomstig het ministerieel besluit van 31 juli 1991 houdende vaststelling van het programma van de vergelijkende wervingsexamens, de vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau en de examens voor verhoging in graad, worden geacht behaald te zijn op basis van dit besluit.
Art.37. Opgeheven worden :
1° het koninklijk besluit van 17 september 1969 betreffende de vergelijkende examens en examens georganiseerd voor de werving en de loopbaan van het Rijkspersoneel;
2° het ministerieel besluit van 31 juli 1991 houdende vaststelling van het programma van de vergelijkende wervingsexamens, de vergelijkende examens voor overgang naar het hogere niveau en de examens voor verhoging in graad.
Art.38. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het ondertekend wordt.
Art. 39. De Minister van Ambtenarenzaken wordt belast met de uitvoering van dit besluit.